Regeling vervallen per 01-01-2011

Verordening op de raadscommissies 2007

Geldend van 01-01-2011 t/m 31-12-2010

Intitulé

Verordening op de raadscommissies 2007

De raad van de gemeente Laren;

 

gelezen het voorstel van het presidium d.d. 3 september 2007;

 

gelet op het bepaalde in de artikelen 82 en 147 van de Gemeentewet;

 

BESLUIT:

 

tot vaststelling van de verordening op de raadscommissies 2007.

Hoofdstuk 1 Begripsbepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. lid: lid of buitengewoon lid van een raadscommissie;

b. voorzitter: voorzitter van een raadscommissie of diens vervanger;

c. commissiegriffier: griffier van een raadscommissie of diens vervanger;

d. griffier: griffier van de raad of diens vervanger;

e. vergadering: vergadering van een raadscommissie.

Hoofdstuk 2 Instelling, taken en samenstelling

Artikel 2 Instelling raadscommissies

  • De raad stelt de volgende raadscommissies in:

    a. de commissie Bestuurlijk-organisatorische ontwikkeling (BOO);

    b. de commissie Ruimtelijk-economische ontwikkeling (REO);

    c. de commissie Sociaal-maatschappelijke ontwikkeling (SMO).

  • De raadscommissie BOO adviseert en overlegt over de volgende onderwerpen:

    Bestuurs- en Juridische Zaken -waaronder P&O en Automatisering-, Burgerzaken, Markt, Brandweer en Financiën.

  • De raadscommissie Ruimte en Infrastructuur adviseert en overlegt over de volgende onderwerpen: Bouwen, Ruimtelijke Ordening en Milieu, Wegen en Verkeer, Gemeentewerken en Algemene Begraafplaats.

  • De raadscommissie SMO adviseert en overlegt over de volgende onderwerpen: Maatschappelijke Zorg, Onderwijs, Sport en Sociaal-Culturele onderwerpen.

  • Indien een onderwerp meerdere raadscommissies aangaat, wordt het onderwerp in de afzonderlijke raadscommissies besproken, tenzij het presidium beslist dat een gezamenlijke vergadering van de raadscommissies wordt belegd of de raadscommissie die het onderwerp het meest aangaat, het onderwerp behandelt.

  • Indien een gezamenlijke vergadering van raadscommissies wordt belegd, vervult de voorzitter van de raadscommissie die het onderwerp het meest aangaat, de taken van de voorzitter.

Artikel 3 Taken

Een raadscommissie heeft de volgende taken:

a. het uitbrengen van advies aan de raad over een voorstel of onderwerp dat betrekking heeft op de in artikel 2, tweede, derde of vierde lid, genoemde onderwerpen;

b. het uitbrengen van advies aan de raad uit eigener beweging;

c. voeren van overleg met het college of de burgemeester over in ieder geval door het college of de burgemeester verstrekte inlichtingen en het gevoerde bestuur ten aanzien van de in artikel 2, tweede, derde of vierde lid, genoemde onderwerpen.

Artikel 4 Samenstelling

  • De commissie bestaat uit twee leden van elke politieke groepering, voorzover die vertegenwoordigd zijn in de gemeenteraad.

  • De in het eerste lid genoemde leden worden door de raad op voordracht van de fracties benoemd.

  • Een lid kan zowel raadslid als niet-raadslid zijn ('fractieassistenten'). De artikelen 10, 11, 12, 13 en 15 van de Gemeentewet zijn van overeenkomstige toepassing op een lid van een raadscommissie.

  • De raad benoemt op voordracht van een fractie voor iedere raadscommissie voor elk lid een plaatsvervangend lid (dus 2 plv. leden per fractie), dat zitting in een raadscommissie heeft bij verhindering of ontstentenis van een lid als bedoeld in het eerste lid van dit artikel. Het plaatsvervangend lid voldoet aan de in het derde lid van dit artikel genoemde vereisten.

Artikel 5 Voorzitter

  • De voorzitter en zijn plaatsvervanger worden door de raad uit zijn midden benoemd.

  • De voorzitter is geen lid van de raadscommissie.

  • De voorzitter is belast met:

    a. het leiden van de vergadering;

    b. het handhaven van de orde;

    c. het doen naleven van deze verordening;

    d. hetgeen deze verordening hem verder opdraagt.

Artikel 6 Zittingsduur en vacatures

  • De zittingsperiode van een lid, de voorzitter en hun plaatsvervangers eindigt in ieder geval aan het einde van de zittingsperiode van de raad.

  • Een lid en zijn plaatsvervanger houden op lid te zijn van een raadscommissie indien zij niet meer voldoen aan de in artikel 4, derde lid, van deze verordening gestelde eisen.

  • De raad kan een lid ontslaan op voorstel van de fractie op wiens voordracht het lid is benoemd.

  • De raad kan de voorzitter of zijn plaatsvervanger ontslaan.

  • Een lid, de voorzitter en hun plaatsvervangers kunnen te allen tijde ontslag nemen. Zij doen daarvan schriftelijk mededeling aan de raad. Het ontslag gaat een maand na de schriftelijke mededeling in of zoveel eerder als hun opvolger is benoemd.

  • Indien door overlijden of ontslag een vacature ontstaat, beslist de raad zo spoedig mogelijk over de vervulling daarvan met inachtneming van de artikelen 4 en 5 van deze verordening.

  • Indien een fractie blijkens een schriftelijke verklaring aan de voorzitter van de raad niet langer vertegenwoordigd is in de raad, vervalt het lidmaatschap van het lid dat op voordracht van die fractie is benoemd, van rechtswege.

Artikel 7 Griffier en commissiegriffier

  • De raad benoemt ter ondersteuning van iedere raadscommissie een commissiegriffier.

  • De commissiegriffier is in iedere vergadering aanwezig.

  • Bij zijn verhindering of afwezigheid wordt hij vervangen door een daartoe door de raad aangewezen medewerker van de griffie dan wel een in overleg met het college aangewezen ambtenaar.

  • De griffier kan in iedere vergadering aanwezig zijn.

Hoofdstuk 3 Aanwezigheid college, burgemeester en gemeentesecretaris

Artikel 8 Aanwezigheid college, burgemeester en gemeentesecretaris

  • De voorzitter kan de burgemeester, één of meer wethouders en de gemeentesecretaris uitnodigen in de vergadering aanwezig te zijn en aan de beraadslagingen deel te nemen.

  • Indien de burgemeester of een wethouder bij een vergadering aanwezig wil zijn en wil deelnemen aan de beraadslagingen, doet hij hiertoe een verzoek aan de voorzitter.

  • De voorzitter neemt zo spoedig mogelijk een voorlopige beslissing op het verzoek.

Hoofdstuk 4 Vergaderingen

Paragraaf 1 Tijdstip van vergaderen en voorbereiding

Artikel 9 Vergaderfrequentie

  • In de regel vinden de vergaderingen van de raadscommissie:

    SMO plaats op dinsdag;

    REO plaats op woensdag,

    BOO plaats op donderdag, elk eenmaal per maand;

  • De vergaderingen van de raadscommissies vangen aan om 20.00 uur en vinden plaats in het gemeentehuis.

  • Een raadscommissie vergadert voorts indien de voorzitter het nodig oordeelt of indien tenminste twee fracties schriftelijk met opgaaf van redenen daarom verzoeken.

  • De voorzitter kan in bijzondere gevallen een andere dag of aanvangsuur bepalen of een andere vergaderplaats aanwijzen. Hij voert hierover overleg met de griffier.

Artikel 10 Presidium

Het presidium stelt de agenda’s van de raadscommissies voorlopig vast.

Artikel 11 Oproep

  • De voorzitter zendt tijdig voor een vergadering de leden een schriftelijke oproep onder vermelding van de dag, het tijdstip en de plaats van de vergadering.

  • De voorlopige agenda en de daarbij behorende stukken, met uitzondering van de in artikel 86, eerste en tweede lid, van de Gemeentewet bedoelde stukken, worden tegelijkertijd met de schriftelijke oproep aan de leden verzonden.

  • Indien een aanvullende agenda wordt vastgesteld als bedoeld in artikel 12, eerste lid, van deze verordening, worden deze agenda en de daarop vermelde voorstellen of onderwerpen zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk 48 uur voor aanvang van de vergadering aan de leden gezonden.

Artikel 12 De agenda

  • In spoedeisende gevallen kan de voorzitter na het verzenden van de schriftelijke oproep tot uiterlijk 48 uur voor de aanvang van een vergadering een aanvullende agenda opstellen.

  • Bij aanvang van de vergadering stelt de raadscommissie de agenda vast. Op voorstel van een lid of de voorzitter kan de raadscommissie bij de vaststelling van de agenda onderwerpen aan de agenda toevoegen of van de agenda afvoeren.

  • Wanneer de raadscommissie een onderwerp of voorstel onvoldoende voor de beraadslaging voorbereid acht, kan hij aan het college of de burgemeester nadere inlichtingen of advies vragen. De raadscommissie bepaalt in welke vergadering het onderwerp of voorstel opnieuw geagendeerd wordt.

  • Op voorstel van een lid of de voorzitter kan de raadscommissie de volgorde van behandeling van de agendapunten wijzigen.

Artikel 13 Ter inzage leggen van stukken

  • Stukken, die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op de agenda dienen, worden gelijktijdig met het verzenden van de schriftelijke oproep voor een ieder op het gemeentehuis ter inzage gelegd. Indien na het verzenden van de schriftelijke oproep stukken ter inzage worden gelegd, wordt hiervan mededeling gedaan aan de leden en zo mogelijk in een openbare kennisgeving.

  • Een origineel van een ter inzage gelegd stuk wordt niet buiten het gemeentehuis gebracht.

  • Indien voor stukken op grond van artikel 86, eerste en tweede lid, van de Gemeentewet geheimhouding is opgelegd, blijven deze stukken in afwijking van het eerste lid, onder berusting van de griffier en verleent de griffier een lid inzage.

Artikel 14 Openbare kennisgeving

  • De vergadering wordt tegelijkertijd met de schriftelijke oproep door aankondiging in een plaatselijk huis-aan-huis blad en door plaatsing op de gemeentelijke website openbaar gemaakt .

  • De openbare kennisgeving vermeldt:

    a. de datum, aanvangstijd en plaats, alsmede de voorlopige agenda van de vergadering;

    b. de wijze waarop en de plaats waar een ieder de agenda en de daarbij behorende stukken kan inzien;

    c. de mogelijkheid tot het uitoefenen van het spreekrecht als bedoeld in artikel 17 van deze verordening.

  • Daarnaast worden de bij de voorlopige agenda behorende stukken, indien digitaal beschikbaar, op de website van de gemeente geplaatst.

Paragraaf 2 Orde der vergadering

Artikel 15 Presentielijst

Bij binnenkomst in de vergaderzaal tekent ieder lid onmiddellijk de presentielijst. Aan het einde van elke vergadering wordt die lijst door de voorzitter en de commissiegriffier door ondertekening vastgesteld.

Artikel 16 Opening vergadering en quorum

  • De voorzitter opent de vergadering op het vastgestelde uur, indien meer dan de helft van het aantal zitting hebbende leden aanwezig is.

  • Wanneer een kwartier na het vastgestelde tijdstip niet het vereiste aantal leden aanwezig is, bepaalt de voorzitter onder verwijzing naar dit artikel, na voorlezing van de namen der afwezige leden, dag en uur van de volgende vergadering, op een tijdstip dat ten minste vierentwintig uur na het bezorgen van de schriftelijke oproep is gelegen.

  • Op de vergadering, bedoeld in het tweede lid, is het eerste lid niet van toepassing. De raadscommissie kan echter over andere aangelegenheden alleen beraadslagen of besluiten, indien blijkens de presentielijst meer dan de helft van het aantal zitting hebbende leden aanwezig is.

Artikel 17 Spreekrecht burgers

  • Na de opening van de vergadering kunnen andere aanwezige burgers gezamenlijk gedurende maximaal dertig minuten het woord voeren over geagendeerde onderwerpen.

  • Het woord kan niet gevoerd worden over:

    a. een besluit van het gemeentebestuur waartegen bezwaar en beroep openstaat of heeft opengestaan;

    b. benoemingen, keuzen, voordrachten of aanbevelingen van personen;

    c. een gedraging waarover een klacht ex artikel 9:1 van de Algemene wet bestuursrecht kan of kon worden ingediend.

  • Degene, die van het spreekrecht gebruik wil maken, meldt dit uiterlijk bij aanvang van de vergadering aan de commissiegriffier. Hij vermeldt daarbij zijn naam, adres en telefoonnummer en het onderwerp, waarover hij het woord wil voeren.

  • De voorzitter geeft het woord op volgorde van aanmelding. De voorzitter kan van de volgorde afwijken, indien dit in het belang is van de orde van de vergadering.

  • Elke spreker krijgt maximaal vijf minuten het woord. De voorzitter verdeelt de spreektijd evenredig over de sprekers als er meer dan zes sprekers zijn. De voorzitter kan tevens in bijzondere gevallen afwijken van de maximale lengte van de spreektijd.

  • Degene die overeenkomstig het vorige lid vóór de behandeling van een agendapunt het woord heeft gevoerd, kan indien hij dit wenst, nadat het agendapunt in eerste termijn door de commissie is besproken, in tweede instantie over het agendapunt het woord voeren gedurende ten hoogste twee minuten.

  • De spreker voert het woord, nadat de voorzitter hem dit heeft verleend. De voorzitter kan de deelnemers aan de commissievergadering toestaan aan insprekers een korte, verhelderende vraag te stellen. Er vindt geen discussie plaats tussen een inspreker en deelnemers aan de vergadering.

  • De voorzitter of een lid doet een voorstel voor de behandeling van de inbreng van de burger.

Artikel 18 Lijst met adviezen en conclusies

  • De concept-lijst met adviezen en conclusies van de voorgaande vergadering wordt, zo mogelijk, aan de leden toegezonden gelijktijdig met de schriftelijke oproep.

  • Bij het begin van de vergadering wordt de lijst van de vorige vergadering vastgesteld.

  • De leden, de voorzitter, de burgemeester en de wethouders, hebben het recht een voorstel tot wijziging van de lijst met adviezen en conclusies aan de raadscommissie te doen, indien deze lijst onjuistheden bevat of niet duidelijk is weergegeven wat besloten is. Een voorstel tot verandering dient voor de aanvang van de vergadering schriftelijk bij de commissiegriffier te worden ingediend.

  • De lijst met conclusies en adviezen moet inhouden:

    a. de namen van de voorzitter, de griffier, de commissiegriffier, de burgemeester en de wethouders, de gemeentesecretaris en de ter vergadering aanwezige leden, allen voorzover aanwezig, alsmede van de overige personen die het woord gevoerd hebben.

    b. afzonderlijk wordt vermeld welke leden afwezig waren;

    c. een vermelding van de zaken die aan de orde zijn geweest;

    d. een samenvatting van het advies aan de raad onder vermelding van de namen van de leden die mededeling hebben gedaan van hun goed- of afkeuring

    e. bij het desbetreffende agendapunt de naam en de hoedanigheid van die personen aan wie het op grond van het bepaalde in artikel 24 van deze verordening door de raadscommissie is toegestaan deel te nemen aan de beraadslagingen.

  • De lijst met conclusies en adviezen wordt opgesteld onder de verantwoordelijkheid van de griffier.

  • De vastgestelde lijst met conclusies en adviezen wordt door de voorzitter en de commissiegriffier ondertekend.

  • De vergaderingen van de commissies worden op de computer opgenomen, waarna het verslag op cd-rom wordt gebrand en voor belangstellenden beschikbaar wordt gesteld.

Artikel 19 Aantal spreektermijnen

  • De beraadslaging over een onderwerp of voorstel geschiedt in ten hoogste twee termijnen, tenzij de raadscommissie anders beslist.

  • Elke spreektermijn wordt door de voorzitter afgesloten.

  • Een lid mag in een termijn niet meer dan één maal het woord voeren over hetzelfde onderwerp of voorstel.

  • Bij de bepaling hoeveel malen een lid over hetzelfde onderwerp of voorstel het woord heeft gevoerd, wordt niet meegerekend het spreken over een voorstel van orde.

Artikel 20 Spreektijd

Een lid kan een voorstel doen over de spreektijd van de leden.

Artikel 21 Voorstellen van orde

  • De voorzitter en ieder lid kunnen tijdens de vergadering mondeling een voorstel van orde doen, dat kort kan worden toegelicht.

  • Een voorstel van orde kan uitsluitend de orde van de vergadering betreffen.

  • Over een voorstel van orde beslist de raadscommissie terstond.

Artikel 22 Handhaving orde; schorsing

  • Een spreker mag in zijn betoog niet worden gestoord, tenzij:

    a. de voorzitter het nodig oordeelt hem aan het opvolgen van deze verordening te herinneren;

    b. een lid hem interrumpeert. De voorzitter kan bepalen dat de spreker zonder verdere interrupties zijn betoog zal afronden.

  • Indien een spreker zich beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen veroorlooft, afwijkt van het in behandeling zijnde onderwerp, een andere spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort, wordt hij door de voorzitter tot de orde geroepen. Indien de spreker hieraan geen gevolg geeft, kan de voorzitter hem gedurende de vergadering, waarin zulks plaats heeft, over het aanhangige onderwerp het woord ontzeggen.

  • De voorzitter kan ter handhaving van de orde de vergadering voor een door hem te bepalen tijd schorsen en - indien na de heropening de orde opnieuw wordt verstoord - de vergadering sluiten.

  • De voorzitter kan een raadscommissie voorstellen aan een lid dat door zijn gedragingen de geregelde gang van zaken belemmert, het verdere verblijf in de vergadering te ontzeggen.

  • Over het voorstel wordt niet beraadslaagd. Na aanneming daarvan verlaat het lid de vergadering onmiddellijk. Zo nodig laat de voorzitter hem verwijderen. Bij herhaling van zijn gedrag kan het lid bovendien voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering worden ontzegd.

Artikel 23 Beraadslaging

  • De raadscommissie kan op voorstel van de voorzitter of een lid beslissen over één of meer onderdelen van een onderwerp of voorstel afzonderlijk te beraadslagen.

  • Op voorstel van een lid of de voorzitter kan de raadscommissie beslissen de beraadslaging voor een door hem te bepalen tijd te schorsen teneinde het college of de leden de gelegenheid te geven tot onderling nader beraad. De beraadslagingen worden hervat nadat de schorsingsperiode verstreken is.

Artikel 24 Deelname aan de beraadslaging door anderen

  • De raadscommissie kan bepalen dat anderen mogen deelnemen aan de beraadslaging.

  • Een beslissing daartoe wordt op voorstel van de voorzitter of een lid genomen alvorens met de beraadslaging ten aanzien van het aan de orde zijnde agendapunt een aanvang wordt genomen.

Artikel 25 Advies

  • Wanneer de voorzitter vaststelt, dat een onderwerp of voorstel voldoende is toegelicht, sluit hij de beraadslaging, tenzij de raadscommissie anders beslist.

  • Nadat de beraadslaging is gesloten, beslist de raadscommissie of er een advies aan de raad wordt uitgebracht.

  • Indien de raadscommissie een advies aan de raad uitbrengt beslissen de leden op voorstel van de voorzitter over de inhoud van het advies.

  • In het advies worden de standpunten van alle fracties en buitengewone leden opgenomen.

Hoofdstuk 5 Besloten vergadering

Artikel 26 Algemeen

Op een besloten vergadering zijn de bepalingen van deze verordening van overeenkomstige toepassing voorzover deze bepalingen niet strijdig zijn met het besloten karakter van de vergadering.

Artikel 27 Lijst met adviezen en conclusies

  • De lijst met conclusies en adviezen van een besloten vergadering wordt niet rondgedeeld, maar ligt uitsluitend voor de leden ter inzage bij de griffier.

  • Deze lijst wordt zo spoedig mogelijk in een besloten vergadering ter vaststelling aangeboden. Tijdens deze vergadering neemt de raadscommissie een beslissing over het al dan niet openbaar maken van deze lijst met conclusies en adviezen. De vastgestelde lijst wordt door de voorzitter en de commissiegriffier ondertekend.

Artikel 28 Geheimhouding

Voor de afloop van de besloten vergadering beslist de raadscommissie overeenkomstig artikel 86, eerste lid, van de Gemeentewet of omtrent de inhoud van de stukken en het verhandelde geheimhouding zal gelden. De raadscommissie kan besluiten de geheimhouding op te heffen.

Artikel 29 Opheffing geheimhouding

Indien de raad op grond van artikel 25, derde en vierde lid, van de Gemeentewet voornemens is de geheimhouding op te heffen wordt daarover, indien de raadscommissie die geheimhouding heeft opgelegd daarom verzoekt, in een besloten vergadering met de raadscommissie overleg gevoerd.

Hoofdstuk 6 Toehoorders en pers

Artikel 30 Toehoorders en pers

  • De toehoorders en vertegenwoordigers van de pers kunnen uitsluitend op de voor hen bestemde plaatsen openbare vergaderingen bijwonen.

  • Het geven van tekenen van goed- of afkeuring of het op andere wijze verstoren van de orde is verboden.

  • De voorzitter is bevoegd, toehoorders die op enigerlei wijze de orde van de vergadering verstoren, te doen vertrekken. Toehoorders die bij herhaling de orde in de vergadering verstoren kan hij voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering ontzeggen.

Artikel 31 Beeld- en geluidregistratie

Degenen die in de vergaderzaal tijdens de vergadering geluid- dan wel beeldregistraties willen maken doen hiervan mededeling aan de voorzitter en gedragen zich naar zijn aanwijzingen. Deze aanwijzingen kunnen niet zover gaan dat zij de persvrijheid aantasten.

Artikel 32 Verbod gebruik mobiele telefoons

In de vergaderzaal, met inbegrip van de publieke tribune, is tijdens de vergadering het gebruik, alsmede het stand-by houden van mobiele telefoons of andere communicatiemiddelen, die inbreuk kunnen maken op de orde van de vergadering zonder toestemming van de voorzitter niet toegestaan.

Hoofdstuk 7 Slotbepalingen

Artikel 33 Uitleg verordening

In de gevallen waarin deze verordening niet voorziet of bij twijfel over de toepassing van de verordening, beslist de raadscommissie op voorstel van de voorzitter.

Artikel 34 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 10 oktober 2007.

Op dat tijdstip vervalt de Verordening op de raadscommissies 2003, vastgesteld bij raadsbesluit van 26 februari 2003.

 

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Laren in zijn openbare vergadering van 26 september 2007.
 
 
drs. T.W. Zwemmer                                                                     drs. E.J. Roest
griffier                                                                                             voorzitter