Subsidieverordening sport gemeente Leek

Artikel 3 De subsidieaanvraag

• 1. De subsidieaanvraag moet uiterlijk vóór 1 juni voorafgaand aan het boekjaar waarvoor subsidie wordt aangevraagd bij het college ingediend worden.

• 2. Een aanvraag moet ingediend worden door middel van een door het college ter beschikking gesteld aanvraagformulier.

Artikel 4 De subsidievaststelling

• 1. Het college beslist op aanvragen om subsidie, dit met inachtneming van het bepaalde in de wet, de Algemene subsidieverordening en deze verordening.

• 2. Het college stelt de subsidie vast zonder voorafgaande beschikking tot verlening van subsidie.

Artikel 6 Eisen aan de sportverenigingen

• 1. De vereniging moet gevestigd zijn in de gemeente Leek.

• 2. De vereniging moet ten minste 15 jeugdleden, zijnde leden tot en met 17 jaar, bij de landelijke sportbond hebben aangemeld om de subsidie voor jeugdleden kunnen ontvangen.

• 3. Met de jeugdleden moet als regel elke week geoefend worden, waarbij steeds leiding aanwezig is.

• 4. Jeugdleden moeten ten minste een in bijlage 1 vastgesteld bedrag per maand aan de vereniging bijdragen.

Artikel 7 Grondslag van de subsidie voor sportverenigingen

• 1. De subsidie bestaat uit de in bijlage 1 vastgesteld bedragen:

  • a.

    een basisbedrag, waarvan de hoogte afhankelijk is van het aantal actieve leden;

  • b.

    een bedrag per actief jeugdlid dat in de gemeente Leek woont, waarvan de hoogte afhankelijk is van de bevoegdheid van de leiding die deze jeugdleden traint, overeenkomstig het bepaalde onder lid 3.

• 2. Aan sportverenigingen, die met toestemming van het college van andere sportaccommodaties in de gemeente Leek dan gemeentelijke sportaccommodaties gebruikmaken, kan door het college subsidie verleend tot ten hoogste het verschil tussen de vergoeding die zij voor de gebruikte sportaccommodaties moeten betalen en de vergoeding die betaald had moeten worden als van gemeentelijke accommodaties gebruik zou zijn gemaakt.

• 3. Het bedrag per actief jeugdlid zoals bedoeld onder lid 1, onder b komt tot stand met toepassing van een kwaliteitsfactor, die afhankelijk is van de bevoegdheid van de leiding die deze jeugdleden traint. De overeenkomstige subsidiebedragen per jeugdlid per jaar zijn bepaald in bijlage 1. De leiding wordt als volgt gewaardeerd:

  • a.

    kwaliteitsfactor 1: de trainer is niet in het bezit van enige bevoegdheid;

  • b.

    kwaliteitsfactor 2: de trainer heeft een sporttechnische opleiding met een duur van 75 lesuren met goed gevolg voltooid;

  • c.

    kwaliteitsfactor 3: de trainer heeft een sporttechnische opleiding met een duur van 76 tot en met 200 lesuren met goed gevolg voltooid;

  • d.

    kwaliteitsfactor 4: de trainer heeft een sporttechnische opleiding met een duur van 201 tot en met 2500 lesuren met goed gevolg voltooid;

  • e.

    kwaliteitsfactor 5: de trainer heeft een sporttechnische opleiding met een duur van meer dan 2501 lesuren met goed gevolg voltooid.

Artikel 9 Overgangsbepalingen

• 1. Op een aanvraag die is ingediend voor de inwerkingtreding van deze verordening wordt op grond van de voor dat tijdstip geldende regels beslist.

• 2. Op voor de inwerkingtreding van deze verordening verleende subsidies, zijn vanaf de datum van de inwerkingtreding van deze verordening de bepalingen van deze verordening van toepassing.

Artikel 10 Inwerkingtreding

• 1. Deze verordening treedt in werking op 1 juni 2010.

• 2. Gelijktijdig met de inwerkingtreding van deze verordening wordt de Subsidieverordening welzijn en sport gemeente Leek 2006 ingetrokken.