Regeling subsidie ter bevordering van de kwaliteit van de gevelreclame aan de Schrans

Subsidie ter bevordering van de kwaliteit van de gevelreclame aan de Schrans

Algemeen

Artikel 1

1.Op de onderhavige regeling is het bepaalde in titel 4.2 van de Algemene Wet Bestuursrecht (Awb) alsmede het bepaalde in hoofdstuk 1 van de Subsidieverordening Leeuwarden van toepassing. In aanvulling op de in titel 4.2 van de Awb alsmede de Subsidieverordening Leeuwarden vermelde begripsbepalingen, wordt voor de toepassing van de onderhavige regeling verstaan onder:

• a.

  reclame: het openbaar aanprijzen van of aandacht vestigen op goederen, diensten, activiteiten en namen door middel van opschriften of losse artikelen;

• b.

  gevelreclame: elke vorm van verlichte of onverlichte reclame die aan de gevel van een onroerende zaak is bevestigd;

• c.

  beleidsregels: de beleidsregels zoals deze zijn verwoord in de nota “De reclame geordend” vastgesteld door de gemeenteraad van Leeuwarden op 12 juli 1999. Zodra de nota: “Oog voor reclame” door de raad is vastgesteld, gelden de beleidsregels zoals verwoord in de nota: ”Oog voor reclame”;

• d.

  prioriteitsgebieden: het jaarlijks door de gemeenteraad vast te stellen gebied waar deze subsidieregeling van toepassing is.

• e.

  subsidieplafond: het door de raad beschikbaar gestelde bedrag van € 18.000,- per jaar gedurende twee jaar.

Te subsidiëren activiteit

Artikel 2

• 1.

  Burgemeester en wethouders kunnen subsidie verlenen voor:

  • a.

    het aanpassen van bestaande gevelreclame;

  • b.

    het vervangen van bestaande gevelreclame;

  • c.

    het verplaatsen van bestaande gevelreclame.

• 2.

  Burgemeester en wethouders verlenen subsidie indien aan de volgende voorwaarden kan worden voldaan:

  • a.

    de gevelreclame, die op zichzelf of als onderdeel van de totale gevelreclame van een gebouw of bouwwerk niet overeenkomt met de criteria voor beschermde stadsgezichten, voldoet, op vrijwillige basis, na aanpassing, vervanging of verplaatsing als geheel aan de genoemde criteria;

  • b.

    het gebouw of bouwwerk waarvan de gevelreclame wordt verwijderd, aangepast, vervangen of verplaatst staat aan de Schrans.

  • c.

    de subsidieaanvraag is volgens het gestelde in artikel 6.1 van deze regeling ingediend.

Grondslag van de subsidie

Artikel 3

• 1.

  De subsidie wordt als volgt berekend:

  • a.

    in geval van verplaatsing van de gevelreclame: 75% van de aantoonbare verplaatsingskosten inclusief de herstelkosten van de gevel, tot een maximum van € 1500,-;

  • b.

    in geval van aanpassing of vervanging van de gevelreclame: 75% van de aantoonbare aanpassings- en vervangingskosten (inclusief kosten van ontwerp) tot een maximum van € 2.000,-;

• 2.

  Ten aanzien van de onder artikel 3, eerste lid genoemde bijdragen is per gevelreclame geen cumulatie mogelijk.

• 3.

  Voor zover een aanvraag betrekking heeft op meerdere gevelreclames aan één gebouw of bouwwerk of op gevelreclames aan meerdere aaneengesloten gebouwen of bouwwerken toebehorend aan één onderneming, bedraagt de maximale bijdrage per onderneming € 3.500,-.

Toetsing

Artikel 4

In geval van aanpassing, vervanging of verplaatsing van gevelreclame wordt de aanvraag getoetst aan de beleidsregels zoals deze zijn verwoord in de nota “De reclame geordend”. Zodra de raad de nota “Oog voor reclame” heeft vastgesteld, wordt de aanvraag aan deze beleidsregels getoetst.

Subsidieplafond

Artikel 5

Jaarlijks wordt door burgemeester en wethouders een bedrag beschikbaar gesteld ten behoeve van deze subsidieverordening. De raad heeft hiervoor voor 2010 en 2011 € 18.000,- per jaar beschikbaar gesteld. In het geval dat het budget in 2011 niet is benut, blijft de regeling van kracht tot dat het budget is benut, doch uiterlijk tot en met het jaar 2013.

Procedurele bepalingen

Artikel 6

• 1.

  De aanvraag om subsidieverlening dient te bevatten:

  • a.

    een volledig ingevuld aanvraagformulier;

  • b.

    een foto van de bestaande situatie:

  • c.

    een situatieschets door middel van een kadastrale kaart;

  • d.

    bestek en tekeningen van de te maken toestand van de gevel in een duidelijke maatvoering;

  • e.

    een gespecificeerde begroting van de kosten van de voorzieningen uitgesplitst in lonen en materiaalkosten per de te treffen voorziening;

  • f.

    indien gelijktijdig met het treffen van de voorzieningen ook niet-gesubsidieerde voorzieningen worden getroffen, een uitsplitsing van de gesubsidieerde- en niet gesubsidieerde kosten;

  • g.

    alle overige bescheiden en gegevens die naar het oordeel van burgemeester en wethouders nodig zijn voor een juiste beoordeling van de aanvraag.

• 2.

  Burgemeester en wethouders beslissen binnen acht weken nadat de aanvraag is ontvangen. Zij kunnen hun beslissing eenmaal voor ten hoogste acht weken verdagen. Aanvragen welke overeenkomstig het gestelde in artikel 7 lid 2 zijn aangehouden in 2010 worden voor wat betreft de werking van dit artikel geacht te zijn ontvangen op 1 januari 2011. Gelet op de korte duur van de regeling geldt het voorgaande niet voor aanvragen van 2011, tenzij de situatie zich voordoet zoals in artikel 5 is vermeld.

Artikel 7

• 1.

  Een aanvraag voor een subsidie wordt voor wat betreft de volgorde van indiening geacht te zijn ingediend, op het moment dat de aanvrager heeft voldaan aan het gestelde in artikel 6 lid 1 en 2.

• 2.

  Indien het door de raad voor enig jaar vastgestelde budget niet toereikend is om alle aanvragen te honoreren, worden de aanvragen die niet kunnen worden gehonoreerd aangehouden tot het volgende jaar

• 3.

  De aanvrager ontvangt onverwijld mededeling van de aanhouding.

• 4.

  Indien de situatie als bedoeld in het tweede lid zich voordoet, kunnen burgemeester en wethouders voor het budget, als bedoeld in artikel 5, een indieningstop, met betrekking tot aanvragen als bedoeld in artikel 6, afkondigen.

• 5.

  De indieningsstop, bedoeld in het vorige lid, wordt bekend gemaakt in een of meer dag- en nieuwsbladen en geldt voor een door burgemeester en wethouders te bepalen termijn.

Artikel 8

1.Burgemeester en wethouders verlenen geen geldelijke steun indien:

• a.

  het budget niet toereikend is;

• b.

  de geraamde kosten van de voorzieningen niet geacht kunnen worden te staan in een redelijke verhouding tot het te bereiken resultaat.

Artikel 9

• 1.

  De subsidie wordt verleend onder de voorwaarde dat:

  • a.

    binnen drie weken na de dag waarop het totale werk is opgeleverd, de voltooiing van de werkzaamheden wordt gemeld, onder vermelding van de werkzaamheden die niet of niet geheel conform het goedgekeurde plan zijn verricht;

  • b.

    de melding van de voltooiing, bedoeld onder a, plaatsvindt binnen 13 weken nadat de uitvoering van de werkzaamheden, overeenkomstig het in het eerste lid onder a. bepaalde, een aanvang wordt gemaakt;

  • c.

    de werkzaamheden door burgemeester en wethouders zijn gecontroleerd en akkoord bevonden;

  • d.

    aan de door burgemeester en wethouders met controle belaste personen op door hen te bepalen tijdstippen:

    • 1.

      inzage wordt verleend in de op het treffen van de voorzieningen betrekking hebbende bescheiden en tekeningen;

    • 2.

      de op het treffen van de voorzieningen betrekking hebbende gegevens worden verstrekt;

    • 3.

      gelegenheid wordt gegeven tot het controleren van de op het treffen van de voorzieningen betrekking hebbende gegevens;

  • e.

    de bescheiden en gegevens die naar het oordeel van burgemeester en wethouder nodig zijn voor de juiste toepassing van dit hoofdstuk van de verordening worden verstrekt.

• 2.

  Het treffen van de voorzieningen zonder besluit tot subsidieverlening, alsmede het zonder schriftelijke toestemming afwijken van het goedgekeurde plan en de goedgekeurde raming van de kosten van de voorzieningen, is voor eigen rekening en risico van de aanvrager.

• 3.

  De gereedmelding, bedoeld in het eerste lid onder c, bevat:

  • a.

    een volledig ingevuld gereedmeldingsformulier;

  • b.

    een kostenoverzicht;

  • c.

    alle rekeningen welke per kostencomponent, als in het kostenoverzicht aangegeven, zijn gerangschikt en waarbij het totaal van deze kostencomponent afzonderlijk is aangegeven;

  • d.

    alle betalingsbewijzen welke op datum van betaling zijn gerangschikt;

  • e.

    een verklaring dat bij het treffen van de voorzieningen is voldaan aan de voorwaarden waaronder de geldelijke steun is verleend.

• 4.

  Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere gevallen afwijking van het in het eerste en tweede lid gestelde toestaan.

Artikel 10

• 1.

  Vaststelling van de subsidie vindt plaats nadat;

• a.

  de in de aanvraag opgenomen werkzaamheden zijn gereed gemeld;

• b.

  de bij de gereed melding behorende gegevens en bescheiden als genoemd in artikel 9 lid 3 zijn overlegd en door of vanwege burgemeester en wethouders zijn gecontroleerd en akkoord bevonden;

• c.

  is voldaan aan de bij of krachtens deze verordening gestelde voorwaarden;

• d.

  een overzicht is overlegd van de getroffen gesubsidieerde en niet-gesubsidieerde voorzieningen en de daarop betrekking hebbende kosten.

• 2.

  De hoogte van de definitieve beschikking wordt berekend op basis van de bij de verlening goedgekeurde kosten van de voorzieningen, of de werkelijke kosten van de voorzieningen indien lager. De subsidie wordt uitbetaald binnen vier weken na de afloop van de goedkeuring door of vanwege burgemeester en wethouders, bedoeld in lid 1, door middel van storting van de bijdrage op een door de aanvrager opgegeven bankrekening- of gironummer.

• 3.

  De subsidie wordt uitbetaald aan de aanvrager.

Inwerkingtreding

Artikel 11

1.Deze regeling treedt in werking één dag na de bekendmaking.

Leeuwarden,

16 februari 2010

Burgemeester en wethouders van Leeuwarden,

burgemeester

secretaris