Beleidsregel geluidshinder bij bouw- en sloopwerkzaamheden en overige tijdelijke werkzaamheden gemeente Leeuwarden 2014

Geldend van 16-01-2014 t/m heden

Intitulé

Beleidsregel geluidshinder bij bouw- en sloopwerkzaamheden en overige tijdelijke werkzaamheden gemeente Leeuwarden 2014

1. Regelgeving Bouwlawaai en overige tijdelijke werkzaamheden

Bouwlawaai

Voor de inwerkingtreding per 1 april 2012 van het Bouwbesluit 2012 was er geen landelijke regelgeving voor geluid veroorzaakt door bouw- en sloopwerkzaamheden (bouwlawaai). De gemeentelijke (model) bouwverordening kende het artikel 4.10, waarin het bevoegd gezag een werktuig kon verbieden, kon bepalen dat een werktuig gedurende een deel van een etmaal niet gebruikt mocht worden, kon eisen dat geluidsarme werktuigen werden gebruikt en dat heiwerkzaamheden trillingsarm werden uitgevoerd.

In Leeuwarden wordt sinds 2004 gewerkt volgens de beleidsnotie “Ontheffingen voor geluid, hoe gaat de gemeente daar mee om?  deel B: Geluid bij tijdelijke werkzaamheden”. Deze beleidsnotitie werd voornamelijk gebruikt voor bouw- en sloopwerkzaamheden buiten de reguliere werktijden (’s avonds, ’s nachts, op zondagen en op feestdagen), waarvoor ontheffing diende te worden aangevraagd. Voor alle aanvragen werd maatwerk toegepast waarbij de Circulaire Bouwlawaai 1981 leidend was.

Sinds juli 2012 zijn in het Bouwbesluit voorschriften opgenomen die grenzen stellen aan het geluidsniveau in de dagperiode (van 07:00 tot 19:00 uur) afkomstig van bouwwerkzaamheden op de gevels van woningen of andere geluidsgevoelige bebouwing (o.a. scholen , verpleeghuizen etc.). Het principe hierbij is ‘hoe hoger het geluidsniveau des te korter wordt het toegestaan’.

dagwaarde

(LAr,LT)

< 60 dB(A)

> 60 dB(A)

> 65 dB(A)

> 70 dB(A)

> 75 - < 80 dB(A)

maximale

blootstellingsduur

onbeperkt

50 dagen

30 dagen

15 dagen

5 dagen

 

Wanneer de toegestane geluidsniveaus in de dagperiode worden overschreden of er moeten werkzaamheden in de avond, nacht, weekenden of op feestdagen worden uitgevoerd, dient er ontheffing te worden aangevraagd. De gemeente Leeuwarden kan deze verlenen.

Het Bouwbesluit stelt hier als enige voorwaarde aan, dat bij geluidshinder veroorzakende werkzaamheden in de avond, nacht, weekenden en op feestdagen gebruik gemaakt dient te worden van de akoestisch best beschikbare technieken en meest gunstige werkwijze. Voor het bepalen van geluidshinder in deze perioden wordt het overschrijden van een piekniveau (LAmax) van 60 dB(A) gehanteerd.

 

Overige werkzaamheden

Geluidhinder als gevolg van overige werkzaamheden, zoals werkzaamheden aan de weg of het spoor, is geregeld in artikel 4.6 (Het is verboden buiten een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer toestellen of geluidsapparaten in werking te hebben of handelingen te verrichten op een zodanige wijze dat voor een omwonende of voor de omgeving geluidhinder wordt veroorzaakt) van de Algemene plaatselijke verordening (APV). Ook in deze gevallen mag de gemeente Leeuwarden ontheffing verlenen.

2. Toepassingsgebied van deze richtlijn

Deze richtlijn gebruikt de gemeente Leeuwarden voor het behandelen van verzoeken om ontheffing op grond van artikel 8.4, lid 2, van het Bouwbesluit 2012, als aanvulling op de (enige) voorwaarde – van het Bouwbesluit 2012, artikel 8.4 - dat bij het verlenen van ontheffing voor werkzaamheden ’s avonds, ‘s nachts,  in weekenden en op feestdagen,  gebruik gemaakt dient te worden van de akoestisch best beschikbare stille technieken en meest gunstige werkwijze.

De gemeente Leeuwarden past deze richtlijn ook toe bij:

• het Besluit mobiele puinbrekers;

• geluidhinder door niet bouwwerkzaamheden, zoals weg- en spoorwerkzaamheden.

Deze richtlijn vervangt deel B van de in 2004 verschenen beleidsnotitie “Ontheffingen voor geluid, hoe gaat de gemeente daar mee om?” van de gemeente Leeuwarden (oud).

N.B.

Buiten het toepassingsgebied van deze richtlijn vallen:

• werkzaamheden die moeten worden uitgevoerd voor het oplossen van een calamiteit. Gezien het spoedeisend karakter kan het aanvragen van een ontheffing in dat geval niet worden verlangd.

 

3. Overwegingen en voorwaarden bij het verlenen van ontheffing

Bij de behandeling van een verzoek om ontheffing op grond van artikel 8.4, lid 2, van het Bouwbesluit 2012 worden de volgende overwegingen gehanteerd:

• Er wordt uitsluitend ontheffing verleend in geval van technische noodzaak

(bijvoorbeeld: vlinderen van betonvloeren) en/of maatschappelijke noodzaak

(bijvoorbeeld : bouwwerkzaamheden aan de infrastructuur);

• Bij het verlenen van een ontheffing gelden de volgende grenswaarden

(gemeten op de gevel) en tijdsbeperkingen:

 

Grenswaarden geluid

Geluidsniveau

overdag in weekenden en

feestdagen, 7.00 tot 19.00 uur

’s avonds

19.00 tot 23.00 uur

’s nachts

23.00 tot 7.00 uur

Gemiddeld

geluidniveau

over een

periode van

30 minuten

*)

LAeq,30min *)

70 dB(A)

(maximale waarde)

65 dB(A),

(maximale waarde)

60 dB(A)

(maximale waarde)

LAeq,30min *)

tussen 65 dB(A) en 70 dB(A) maximaal 10 dagen)

tussen 60 dB(A) en 65 dB(A) maximaal 10 avonden)

tussen 55 dB(A) en 60 dB(A) maximaal 5 nachten)

LAeq,30min *)

tussen 55 dB(A) en 65 dB(A) maximaal 20 dagen)

tussen 50 dB(A) en 60 dB(A) maximaal 40 avonden)

tussen 45 dB(A) en 55 dB(A) maximaal 20 nachten)

LAeq,30min *)

lager dan 55 dB(A),

onbeperkt aantal dagen

 

lager dan 50 dB(A),

onbeperkt aantal avonden

 

lager dan 45 dB(A),

onbeperkt aantal nachten

Piekniveau

LAmax **)

85 dB(A)

80 dB(A)

75 dB(A)

* )  Conform de Handleiding Meten en rekenen industrielawaai (VROM, 1999) is de geluidmaat LAeq,30min

gedefinieerd als “het A-gewogen equivalent geluidsniveau ten opzichte van een referentiedruk van 20JPa

over de periode van 30 minuten”.

**) Conform de Handleiding Meten en rekenen industrielawaai (VROM, 1999) is de geluidmaat LA,max

gedefinieerd als het maximale A-gewogen geluidsniveau gemeten in de meterstand “Fast”.

 

• Bij overschrijding van de grenswaarden, wordt alleen bij zwaarwegende

argumenten ontheffing verleend, met compensatie(*);

 

• Bij verzoeken tot ontheffing voor werkdagen, wordt de overschrijding van de

dagwaardes van het Bouwbesluit 2012 per situatie afgewogen. Hierbij geldt

onderstaande:

 

In geval van ontheffingverlening dient in een document omschreven en beargumenteerd te worden voor welk geluidsniveau bij de dichtstbij gelegen woningen of andere geluidsgevoelige objecten een ontheffing wordt gevraagd. Hierin dient aandacht besteed te worden aan:

  • A.

    het wel of niet toepassen van de akoestisch bezien best beschikbare stille technieken;

  • B.

    de meest gunstige werkwijzen;

  • C.

    toepasbare geluidsreducerende maatregelen tussen bron en gevels + bijbehorende kosten;

  • D.

    geluidmonitoring;

  • E.

    communicatie naar de omgeving door de aanvrager voor en tijdens de werkzaamheden.

 

(*)  De beperking tot een maximaal aantal dagen, avonden en nachten, geldt per jaar en gezien vanuit een belaste woning of een ander geluidsgevoelig gebouw. Bij de aanvrager van de ontheffing, maar ook bij  het bevoegd gezag, rust een inspanningsverplichting  te inventariseren of er meerdere werkzaamheden  in hetzelfde gebied gaan plaatsvinden. Als deze bouw- of sloopwerkzaamheden plaatsvinden ’s avonds na 21.00 uur of ’s nachts en het maximale aantal wordt overschreden, kan door de veroorzaker

compensatie worden aangeboden, bijvoorbeeld  middels een slaapplaats elders, een financiële vergoeding, plaatsen voorzetramen of een vergoeding in natura (bloemen, dagje uit, etc.).

 

4. De aanvraag van een ontheffing

 

Om aannemelijk te maken of gaat worden voldaan aan de toegestane geluidsniveaus in het Bouwbesluit, is er een verschil in de regelgeving tussen een sloopmelding en een omgevingsvergunning (activiteit ‘bouwen’).

Bij het doen van sloopmelding dient een akoestisch onderzoek te worden verstrekt aan de gemeente Leeuwarden indien aannemelijk is dat de geluidsniveaus en bijbehorende blootstellingsduur in dagen worden overschreden(*).

Bij een aanvraag omgevingsvergunning (voor de activiteit ‘bouwen’) dient de aanvrager “gegevens en bescheiden over de toe te passen bouwmethodiek en de toe te passen materialen, materieel, hulp- en beveiligingsmiddelen bij de bouwwerkzaamheden” te verstrekken(**). Een akoestisch rapport wordt hier niet genoemd als in te dienen. Ook niet als onderdeel van het veiligheidsplan, genoemd in artikel 8.3 van het Bouwbesluit 2012.

 

In de meeste gevallen zal een verzoek om ontheffing worden aangevraagd als de aanvrager of aannemer verwacht de normwaarden te gaan overschrijden, of als er klachten uit de omgeving (te verwachten) zijn.

 

(*)artikel 1.26, lid 6, aanhef en onder f, van het Bouwbesluit 2012

(**)op grond van artikel 2.2, lid 6, aanhef en onder b, van de Regeling omgevingsrecht

 

De hinder voor de omgeving kan worden ingeschat door de aanvrager van een omgevingsvergunning of de indiener van een sloopmelding de volgende vragen te laten beantwoorden (bron: site van Infomil):

1. Vinden er werkzaamheden/activiteiten plaats op het bouwterrein na 19.00 uur en voor 07.00 uur ?

2. Vinden er heiwerkzaamheden plaats ?

3. Vinden er trilwerkzaamheden plaats ?

4. Vinden er (sloop)werkzaamheden met (pneumatische) beitels of hamers plaats?

5. Vinden er werkzaamheden met graafmachines, bulldozers of kranen plaats?

6. Is de afstand tussen de omliggende woningen en de bouwplaats kleiner dan 50 meter ?

7. Vindt er veel transport plaats (meer dan 6 vrachtwagens per uur) ?

8. Liggen er woningen aan de directe toegangsweg naar de bouwplaats ?

9. Vinden er op de bouwplaats werkzaamheden plaats met een mobiele

puinbreker ?

 

Deze lijst kan worden aangevuld met vragen toegespitst op de situatie.

 

Vooral bij grootschalige werken wordt geadviseerd in een zo vroeg mogelijk stadium deze informatie te verzamelen.

 

Indien één of meerdere vragen met ja worden beantwoord, zou sprake kunnen zijn van overschrijding van de geluidsvoorschriften van het Bouwbesluit. Als extra hulpmiddel voor de bepaling van mogelijke geluidshinder kan de in de bijlage I opgenomen ‘Afstandstabel’ geraadpleegd worden. Bij overschrijding van de geluidsvoorschriften dient ontheffing te worden aangevraagd. Dit kan via de website van gemeente Leeuwarden. In het verlengde van de regelgeving voor een sloopmelding, kan ook bij een aanvraag om omgevingsvergunning voor de activiteit ‘bouwen’ een akoestisch onderzoek worden gevraagd door de gemeente.

 

De aanvrager wordt erop gewezen dat de gemeente Leeuwarden bij strijd met het rechtstreeks werkende artikel 8.4 van het Bouwbesluit 2012 de bouw- of sloopwerkzaamheden op grond van artikel 5.17 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht kan stilleggen. Verder kan de aanvrager er op gewezen worden dat

toepassen van stillere technieken bij aanvang van de bouw vele malen goedkoper is dan halverwege het proces om te schakelen.

   

5. Naleving

 

Bij klachten van omwonenden zal eerst aangetoond moeten worden of inderdaad sprake is van het niet voldoen aan de grenswaarden, gemeten op de gevel en niet in de gebouwen zelf.

 

Een eerste inschatting kan gemaakt worden door bijvoorbeeld gebruik te maken van de afstandstabel (zie bijlage I) van Infomil, waarin gemiddelde geluidsniveaus staan. Deze geluidsniveaus gelden echter in het vrije veld, derhalve zonder invloed van gebouwen (afschermend of juist weerkaatsend) en niet bij geluid over water. Omdat de afstandstabel niet omgevingsspecifiek is en geen piekwaarden bevat, zullen vooral bij

klachten ’s avonds, ’s nachts, in weekenden en op feestdagen geluidsmetingen door of namens gemeente Leeuwarden moeten worden uitgevoerd.

  

Bijlage I

Afstandstabel (bron : Infomil)

Om de mate van hinder in te schatten kan de onderstaande tabel worden toegepast. Als uit de tabel volgt dat de werkelijke afstanden kleiner zijn dan de gegeven afstanden bij 60 dB(A), dan is de kans groot dat bouwlawaai voor hinder zorgt. De circulaire bouwlawaai hanteert een voorkeursgrenswaarde van 60 dB(A).

De gekozen bronsterkten (LWr) zijn gebaseerd op gemiddelde waarden op basis van praktijkmetingen. Grote variaties in bronsterkte zijn in de praktijk mogelijk. De gegeven afstanden zijn dan ook niet meer dan indicatief en kunnen niet als harde grenswaarden worden gehanteerd.

In de afstandstabel wordt voor veel voorkomende bouwwerkzaamheden de afstand gegeven waarop het gemiddeld geluidniveau in de dag 60 en 65 , 70, 75 en 80 dB(A) bedraagt. Deze waarden worden ook genoemd bij het maximale aantal blootstellingsdagen van de circulaire bouwlawaai.

Activiteit

Lwr

dB(A)

Afstand tot activiteit [in meters]

 

 

60 dB(A)

65 dB(A)

70 dB(A)

75 dB(A)

80 dB(A)

Heien betonpalen

126

400

250

150

80

50

Heien stalen buispalen

140

1200

850

550

350

230

Heien damwanden

130

550

350

225

125

75

Intrillen buispalen

121

250

150

80

50

25

Intrillen damwanden

125

350

200

125

75

50

Geluidarm aggregaat

93

15

10

<10

<10

<10

Geluidarme pomp

90

10

<10

<10

<10

<10

Compressor

100

35

20

10

<10

<10

Pneumatisch beitelen/hameren

119

220

140

75

45

25

Ontgraven

107

60

30

20

10

<10

6 vrachtwagenbewegingen / uur

106

30

17

10

<10

<10

 

Bij de berekeningen van de verschillende afstanden wordt uitgegaan van:

• gemiddelde bronsterkte volgens de tabel op basis van ervaringscijfers;

• volledig harde bodem;

• geen afscherming van gebouwen en dergelijke;

• ontvangerhoogte 5 meter boven maaiveld;

• effectieve bedrijfsduur heien/trillen 6 uur in de dagperiode;

• effectieve bedrijfsduur graven, beitelen, hameren 8 uur in de dagperiode;

• effectieve bedrijfsduur aggregaat, pomp 12 uur in de dagperiode;

• geen meteocorrectie;

• geen strafcorrectie voor impulsgeluid.

Bijlage II

Toelichting

In het Bouwbesluit 2012 staat in artikel 8.4 dat bij bouw- en sloopwerkzaamheden gedurende de werkdagen tussen 7.00 en 19.00 uur de dagwaarden bepaald (bijvoorbeeld middels meting) op de gevel met bijhorende blootstellingsduur in dagen niet mogen worden overschreden (tabel 8.4). De dagwaarde (artikel 1.1) is het

langtijdgemiddeld beoordelingsniveau (LAr,LT), met een eventuele impulstoeslag van 5 dB(A), bepaald volgens de ‘Handleiding meten en rekenen industrielawaai uit 1999’. Onder de werkdagen worden verstaan de dagen maandag tot en met vrijdag, niet zijnde een feestdag. Er gelden gedurende de werkdagen overdag geen

grenzen aan piekniveaus.

dagwaarde

(LAr,LT)

< 60 dB(A)

> 60 dB(A)

> 65 dB(A)

> 70 dB(A)

> 75 - < 80 dB(A)

maximale

blootstellingsduur

onbeperkt

50 dagen

30 dagen

15 dagen

5 dagen

In artikel 8.4 lid 1 staat dat bij bouwen of slopen van een bouwwerk geen beperkingen gelden als dit bouwen of slopen op geen enkel moment een hoger geluidniveau veroorzaakt dan 60 dB(A) op de gevel van een aangrenzende gebruiksfunctie op een ander perceel. Bij een dergelijk werk mag ook tussen 19.00 uur en 7.00 uur, op zaterdag, op zondag en op feestdagen worden gebouwd of gesloopt, voor zover dit niet in strijd is met het burenrecht. Het Bouwbesluit 2012 kent geen bepalingsmethode voor het begrip geluidsniveau. Om die reden zal in deze richtlijn worden teruggegrepen op de functionele eis van hoofdstuk 8: ‘het zoveel mogelijk voorkomen van hinder’. Buiten werkdagen overdag wordt hinder (verstoring van de rust) voornamelijk bepaald door geluidspieken. De definitie geluidsniveau wordt om die reden opgevat, als de waarde dat op een bepaald moment optreedt. Het geluidsniveau van 60 dB(A) wordt gezien als een piekniveau: het maximale A-gewogen geluidsniveau (LAmax), gemeten in de meterstand “Fast” bepaald overeenkomstig de

Handleiding Meten en Rekenen Industrielawaai, VROM, 1999.

Als op werkdagen tussen 7.00 en 19.00 uur de dagwaarden met bijbehorende maximale blootstellingsduur of in overige periodes (’s avonds, ’s nachts, weekenden en feestdagen) het piekniveau (LAmax) van 60 dB(A) wordt overschreden, dient ontheffing te worden aangevraagd. De gemeente Leeuwarden kan ontheffing verlenen, waarbij artikel 8.4, lid 2, van het Bouwbesluit 2012 als enige voorwaarde stelt dat bij het verlenen van ontheffing voo rwerkzaamheden ’s avonds, ‘s nachts, in weekenden en op feestdagen, gebruik gemaakt dient te worden van de akoestisch bezien best beschikbare stille technieken en meest gunstige werkwijze.

 

Met gevels genoemd in artikel 8.4 van het Bouwbesluit 2012 worden bedoeld gevels van gebouwen die vallen onder het toepassingsgebied van de Wet geluidhinder: woningen, woonwagens, verblijfsruimtes (definitie is afwijkend van die in het Bouwbesluit) van onderwijsgebouwen, ziekenhuizen, verpleeghuizen, verzorgingshuizen, psychiatrische inrichtingen, kinderdagverblijven en geluidsgevoelige terreinen, inclusief ligplaatsen bestemd voor woonschepen (zie Besluit geluidhinder). Gevels zoals omschreven in de Wet geluidhinder artikel 1b lid 4, bekend als dove gevels, vallen buiten het toepassingsgebied van deze richtlijn.