Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid Leeuwarden 2014

Geldend van 17-12-2014 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2014

Intitulé

Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid Leeuwarden 2014

Verordening voor het periodiek onderzoek door het college naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het door het college gevoerde bestuur, van de gemeente Leeuwarden.

Artikel 1. Begrippen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Doelmatigheid Het streven om met een zo beperkt mogelijke inzet van de beschikbare middelen het gewenste resultaat te bereiken dan wel de maximaal haalbare inkomsten te genereren.

  • b.

    Doeltreffendheid De mate waarin de gemeente erin slaagt met de geleverde prestaties de gestelde doelen of de beoogde maatschappelijke effecten te bereiken.

  • c.

    Onderzoeken Onderzoeken die ten doel hebben om door middel van beleidsevaluaties en doelmatigheidsonderzoeken een bijdrage te leveren aan de doeltreffendheid van het beoogde beleid, alsmede de doelmatige voorbereiding en uitvoering ervan.

Artikel 2. Jaarplan

  • 1. Het college bevordert de verhoging van de doelmatigheid en doeltreffendheid van het gevoerde bestuur zoveel als mogelijk door het nemen van generieke organisatorische en beheersmaatregelen die adequaat geborgd zijn in de gemeentelijke organisatie en cultuur.

  • 2. Wanneer het vermoeden bestaat dat dat de in eerste lid genoemde generieke maatregelen onvoldoende zijn, is het mogelijk een onderzoek uit te voeren naar specifieke onderdelen van de gemeentelijke organisatie.

  • 3. De in het voorgaande lid genoemde onderzoeken worden als jaarplan opgenomen in het jaarlijkse controle-programma dat in het kader van het reguliere controlproces wordt opgesteld door de concerncontroller.

  • 4. Dit jaarplan bevat in ieder geval de volgende elementen:

    • a.

      de onderwerpen (organisatieonderdelen / beleidsvelden / procedures/ instrumenten) die op doelmatigheid worden onderzocht

    • b.

      de programma’s / paragrafen (beleidsonderwerpen) waarvan de doeltreffendheid wordt onderzocht

  • 5. Het concept van het controle-programma met daarin het jaarplan voor eventuele onderzoeken naar doeltreffendheid en doelmatigheid wordt besproken en afgestemd met de auditcommissie. Doel van deze afstemming is het voorkomen van doublures met onderzoeken die uitgevoerd worden door de accountant of de rekenkamer.

Artikel 3. Onderzoeksplan

  • 1. Voor elk onderzoek wordt door het college een bestuurlijk en ambtelijk aanspreekpunt aangewezen. Deze stellen gezamenlijk het onderzoeksplan vast.

  • 2. In het onderzoeksplan wordt minimaal aangegeven:

    • a.

      de reikwijdte van het onderzoek

    • b.

      het object van onderzoek

    • c.

      de aard van het onderzoek

    • d.

      onderzoeksmethode

    • e.

      doorlooptijd van het onderzoek

    • f.

      de wijze van uitvoering

    • g.

      de procedure voor hoor- en wederhoor

    • h.

      de wijze van rapportering

  • 3. Het onderzoeksplan wordt ter kennisneming aan het college aangeboden.

Artikel 4. Uitvoering onderzoek

Het college neemt dusdanig maatregelen dat de analyse en aanbevelingen ter verbetering van het onderzoeksobject onafhankelijk tot stand komen.

Artikel 5. Onderzoeksrapport

  • 1. De uitkomsten van een onderzoek worden vastgelegd in een rapportage.

  • 2. Het rapport wordt besproken met het bestuurlijke en ambtelijke aanspreekpunt.

  • 3. Elke rapportage bevat tenminste een analyse en aanbevelingen ter verbeteringen, alsmede voorstellen op welke wijze de verbeteringen zullen worden gerealiseerd (inclusief budgetvoorstellen)

  • 4. Het college brengt over de resultaten van het onderzoek schriftelijk verslag uit aan de auditcommissie.

Artikel 6. Voortgang onderzoeken

  • 1. Het college rapporteert in de bedrijfsvoeringparagraaf in het jaarverslag over de voortgang van de onderzoeken.

  • 2. Bij bevindingen van substantieel belang wordt de raad door het college direct op de hoogte gebracht.

Artikel 7. Overgangsbepalingen

  • 1. Deze verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2014.

  • 2. Met het inwerking treden van deze verordening wordt de Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid van de gemeente Leeuwarden, vastgesteld bij raadsbesluit van 10 maart 2003, per 1 januari 2014 vervallen verklaard.

  • 3. Met het inwerking treden van deze verordening wordt de Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid van de gemeente Boarnsterhim, vastgesteld bij raadsbesluit van 17 februari 2004, per 1 januari 2014 vervallen verklaard, voor zover deze verordening ziet op het grondgebied van de voormalige gemeente Boarnsterhim dat met ingang van 1 januari 2014 onderdeel is gaan uitmaken van de nieuwe gemeente Leeuwarden.

Artikel 8 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid Leeuwarden 2014”.