Regeling Innovatiefonds

Geldend van 01-01-2020 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2020

Intitulé

Regeling Innovatiefonds

BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE LEEUWARDEN:

- In aanvulling op en ter nadere uitwerking van de Algemene Subsidieverordening Leeuwarden 2018(ASVL);

- Gelet op de ASVL 2018, artikel 2, lid 1;

- Gelet op het door het College vastgestelde Collegeprogramma “De kracht van samen: bouwen aan een sociaal, vernieuwend en duurzaam Leeuwarden”;

- Gelet op de Gemeentewet artikel 156;

- Gelet op Titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht;

Besluiten:

De volgende regeling vast te stellen: Regeling Innovatiefonds

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Circulaire economie: systeem waarin grondstoffen en (onderdelen van) producten zoveel mogelijk worden hergebruikt of biologisch worden afgebroken in de natuur.

  • b.

    Watertechnologie:

    • a.

      waterzuiveringstechnologie;

    • b.

      sensoren en water;

    • c.

      water besparing (reduceren drinkwatergebruik en verminderen hoeveelheid afval in water).

  • c.

    Duurzame energie:

    • a.

      duurzame energieproductie;

    • b.

      energie-innovatie in de bebouwde omgeving;

    • c.

      energie uit reststromen.

  • d.

    Groene innovatie in de agro en/of voedselketen:

    • a.

      duurzame energie en agro en/of voedsel;

    • b.

      energiebesparing en agro en/of voedsel;

    • c.

      watertechnologie en agro en/of voedsel;

    • d.

      circulaire economie en agro en/of voedsel.

  • e.

    Innovatie:

    • a.

      experimentele ontwikkeling van een nieuw product, een nieuwe dienst of een nieuw procedé;

    • b.

      het aanmerkelijk vernieuwen van bestaande producten, diensten of procedés.

  • f.

    Activiteit: het ontplooien van innovatieve projecten die binnen de gemeente Leeuwarden worden uitgevoerd op het gebied van circulaire economie, watertechnologie, duurzame energie, groene innovatie in de agro/ food keten en/of generieke innovatie die op dat gebied een positieve bijdrage leveren aan de groei van de werkgelegenheid in Leeuwarden.

  • g.

    Subsidiabele kosten: de kosten die rechtstreeks aan de te ondernemen activiteit zijn toe te rekenen.

  • h.

    Een subsidie aanvraag: de aanvraag voor een onderbouwde financiele bijdrage gerelateerd aan de subsidiabele kosten;

  • i.

    Een garantstelling: de aanvraag voor het door de overheid garant staan voor een door de aanvrager aan te trekken financiering;

  • j.

    Een lening: een onderbouwde aanvraag met daarin het verzoek een lening te betrekken bij de gemeente.

Artikel 2. Toepassingsbereik

Deze regeling is van toepassing op projecten van kennisinstellingen en bedrijven gericht op innovatie en samenwerking op het gebied van circulaire economie, watertechnologie, duurzame energie, groene innovatie in de agro/food keten en/of generieke innovatie.

Artikel 3. Aanvraag: wanneer en hoe indienen, verleningsbeschikking, voorschot

1. Aanvragen voor subsidie, lening of garantstelling worden bij het College van burgemeester en wethouders ingediend voor aanvang van de activiteit.

2. Voorafgaand aan het doen van een aanvraag treedt de aanvrager in overleg met de gemeente Leeuwarden.

3. Aanvrager maakt gebruik van het door de gemeente beschikbaar gestelde format voor projectomschrijving en aanvraagformulier.

4. Bij het indienen van een aanvraag worden de volgende gegevens overlegd, het aangeleverde format voor projectenomschrijving kan hierbij gehanteerd worden als vertrekpunt:

a. Een activiteitenplan waaruit blijkt:

- Het aangevraagde subsidiebedrag;

- De omschrijving, aanleiding, doelstelling, motivering en te verwachten effecten van de activiteit;

b Een sluitende en naar het oordeel van het college voldoende gespecificeerde en toegelichte begroting van inkomsten en uitgaven, inclusief een urenspecificatie.

5. De aanvragen worden behandeld in volgorde van binnenkomst van de formele aanvraag.

6. Uiterlijk één maand na uiterlijke datum van indiening wordt op de aanvraag beschikt door middel van een verleningsbeschikking.

7. Gelijktijdig met de verleningsbeschikking als genoemd, wordt desgevraagd een voorschot van ten hoogste 80% van het gevraagde subsidiebedrag verstrekt.

Artikel 4. Aanvraag: wanneer en hoe indienen, verleningsbeschikking, voorschot

1.De subsidieaanvraag wordt onder andere geweigerd, indien:

a. de aanvraag buiten het toepassingsbereik van de regeling valt;

b. de aanvrager ten tijde van de subsidieaanvraag niet in de gemeente Leeuwarden is gevestigd of zich niet binnen 6 maanden na toekenning van de subsidie in Leeuwarden zal vestigingen;

c. aan de aanvrager in hetzelfde kalenderjaar reeds een subsidie uit het Innovatiefonds heeft aangevraagd en deze subsidie (deels) is verleend;

d. de aanvrager of een rechtspersoon waarin aanvrager beslissende invloed kan uitoefenen een uit het Innovatiefonds gesubsidieerde activiteit uit voorgaande jaren in strijd met een verplichting daartoe uit hoofde van een beschikking of deze regeling financieel niet heeft verantwoord;

e. het project niet wordt uitgevoerd door een samenwerkingsverband van

minimaal twee partijen;

f. voor hetzelfde of nagenoeg vergelijkbaar project onder deze regeling een

subsidie, lening of garantstelling is verleend;

g. het project niet in de gemeente Leeuwarden wordt uitgevoerd;

h. het project geen bijdrage levert aan de realisatie van werkgelegenheid in de gemeente

Leeuwarden.

i. met de subsidieverlening het subsidieplafond wordt overschreden.

2. De activiteiten worden binnen één jaar na de verleningsbeschikking uitgevoerd.

3. Eventueel uitstel van één jaar kan, op basis van gegronde redenen en in overleg met de subsidieverstrekker, voor het bereiken van de in de beschikking opgenomen einddatum worden verleend. Hiertoe wordt een schriftelijk verzoek ingediend.

Artikel 5. Subsidieplafond, subsidiabele kosten en mogelijkheid tot het verstrekken van leningen en garantiestellingen

1. Het financiële subsidieplafond wordt jaarlijks vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders.

2. De minimale subsidiabele kosten per aanvraag bedragen € 12.500,-;

3. Per aanvraag wordt maximaal 40% van de totale subsidiabele kosten als subsidie verleend tot een maximaal bedrag van € 25.000,-;

4. De subsidie kan worden aangevraagd als een éénmalige bijdrage in de kosten of als garantiesubsidie.

5. Als eigen interne uren worden opgevoerd als cofinanciering wordt er gewerkt met een vast uur bedrag van € 40.

6. Afhankelijk van de aanvraag als bedoeld in artikel 3 wordt de gevraagde bijdrage ter beschikking gesteld als subsidie, lening of garantstelling. Een afwijkend besluit op het type aanvraag als bedoeld in artikel 3.1 kan op gemotiveerde gronden in ambtelijk mandaat worden genomen.

Artikel 6. Aanvullende bijdrage

Projecten die banen realiseren voor uitkeringsgerechtigden komen in aanmerking voor een aanvullende bijdrage. De hoogte van de aanvullende bijdrage is afhankelijk van de werkgelegenheid die het desbetreffende project oplevert. Het gaat daarbij om werkgelegenheid voor één of meer uitkeringsgerechtigden voor de duur van minimaal 1 jaar en meer dan 20 uur per week. Bij de eindafrekening van het project dient aangetoond te worden hoeveel werkgelegenheid het desbetreffende project voor uitkeringsgerechtigden uit Leeuwarden heeft opgeleverd. In onderstaande tabel is weergegeven hoe hoog de aanvullende bijdrage is. Deze bijdrage is afhankelijk van de hoeveelheid werkgelegenheid die het project voor uitkeringsgerechtigden oplevert, waarbij een staffel wordt gehanteerd die zoveel als mogelijk werkgelegenheid stimuleert.

Aantal uitkeringsgerechtigden die aan het werk gaan

Aanvullende bijdrage

1 tot 3

2.000 euro

3 tot 10

5.000 euro

10 of meer

10.000 euro

Artikel 7. Vaststelling van de subsidie

1. Bij de aanvraag tot vaststelling van de subsidie wordt overlegd:

a. een inhoudelijk eindverslag over de realisatie van het project waaruit tenminste blijkt in welke mate de doelstelling(en) en de verwachtte effecten van de activiteit behaald zijn;

b. specificatie en de hierbij behorende bewijzen van de gemaakte kosten overeenkomstig de ingediende begroting;

c. benodigde bewijzen ter onderbouwing van de gerealiseerde werkgelegenheid;

d. als aanvullende voorwaarde bij de subsidievaststelling kan worden verzocht om een verklaring van een accountant;

e. bij de behandeling van het verzoek tot definitieve vaststelling van de subsidie bestaat de mogelijkheid dat overgegaan zal worden tot een verificatieonderzoek door een door het college van burgemeester en wethouders aan te wijzen onafhankelijke accountant. Aan de hand van de resultaten van dat onderzoek wordt vervolgens het definitieve subsidiebedrag vastgesteld;

f. de verleningsbeschikking als bedoeld in artikel 4 lid 5.

2. Het college van burgemeester en wethouders neemt een besluit tot vaststelling van de subsidie uiterlijk 12 weken nadat de aanvraag tot vaststelling is ingediend. Het besluit geeft aanspraak op betaling van het vastgestelde bedrag.

3. Indien binnen één jaar na de in de verleningsbeschikking genoemde einddatum van het project geen aanvraag tot vaststelling is ingediend, kan de subsidie ambtshalve vastgesteld worden op € 0,00.

4. In het geval het reeds verstrekte bedrag hoger is dan het bedrag van de vaststelling, dan vindt terugvordering van het teveel verstrekte bedrag plaats.

Artikel 8. Intrekken oude regeling

De “Regeling Innovatiefonds 2018 – 2019” wordt ingetrokken.

Artikel 9. Overgangsrecht

Aanvragen om subsidies die op basis van de “Regeling innovatiefonds 2018-2019” zijn ingediend of subsidies die onder deze regeling zijn verleend, worden in het geheel afgewikkeld conform laatstgenoemde regeling, welke aldus voor de betreffende verleningen van toepassing blijft.

Artikel 10. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking één dag na de bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2020.

Artikel 11. Citeertitel

Deze regeling kan worden aangehaald als “Regeling Innovatiefonds”.

Ondertekening