Regeling vervallen per 28-11-2022

Verordening winkeltijden Leeuwarden 2015

Geldend van 29-11-2017 t/m 27-11-2022

Intitulé

Verordening winkeltijden Leeuwarden 2015

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. wet: Winkeltijdenwet;

b. winkel: een winkel als bedoeld in artikel 1 van de wet;

c. feestdagen: Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag, eerste en tweede Kerstdag;

d. werkdagen: maandag tot en met zaterdag.

Artikel 2 Vrijstellingen voor zon- en feestdagen

1. Voor de in artikel 2, eerste lid, aanhef en onder a. en b. van de wet vervatte verboden geldt met uitzondering van Nieuwjaarsdag, eerste Paasdag, eerste Pinksterdag en eerste Kerstdag een algemene vrijstelling op zon- en feestdagen.

2. De vrijstelling voor zondagen geldt voor het tijdvak van 12.00 tot 18.00 uur.

3. De vrijstelling voor de in lid 1. bedoelde feestdagen geldt voor het tijdvak van 06.00 tot 22.00 uur.

4. Als eerste kerstdag of nieuwjaarsdag op een maandag vallen, dan geldt de algemene vrijstelling op de direct daaraan voorafgaande zondag voor het tijdvak van 06.00 tot 18.00 uur.

Artikel 3 Ontheffing avondswinkels

1. Burgemeester en wethouders kunnen op aanvraag ontheffing verlenen van de in artikel 2, eerste lid

, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op werkdagen, voor winkels waarin uitsluitend eet- en drinkwaren worden verkocht, met uitzondering van sterke drank als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Drank- en Horecawet. Burgemeester en wethouders kunnen voor ten hoogste 2 winkels de in dit lid bedoelde ontheffing verlenen.

2. De ontheffing kan worden geweigerd als de woon- en leefsituatie of de openbare orde in de omgeving van de winkel op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van de winkel op basis van de ontheffing, zulks gehoord de politie.

3. De ontheffing wordt in ieder geval geweigerd indien:

- zich direct grenzend aan en/of boven en/of onder de winkel en/of binnen een straal van 50 meter van de winkel een woning bevindt, die niet door de exploitant van de winkel wordt bewoond;

- de winkel een bruto vloeroppervlakte heeft die meer dan 200 m2 bedraagt.

4. De ontheffing kan, onverlet het gestelde in artikel 3 tweede- en derde lid, worden verleend indien:

- de winkel via hoofdontsluitingen een goede autobereikbaarheid heeft, zulks ter uitsluitende beoordeling van burgemeester en wethouders, gehoord de politie;

- er voldoende parkeergelegenheid in de directe nabijheid van de winkel aanwezig is; dit is volgens het parkeerbeleidsplan van de gemeente Leeuwarden gekwantificeerd: 4 parkeerplaatsen per 100 m2 bruto vloeroppervlak.

5. Voor zon- en feestdagen kan de ontheffing voor de in artikel 2, eerste lid van de wet vervatte verboden uitsluitend betrekking hebben op het tijdvak van 17.00 tot 24.00 uur.

Artikel 4 Aanvullende vrijstelling en individuele ontheffingen

1. Burgemeester en wethouders kunnen naast de al in artikel 2 geldende vrijstelling voor de in artikel 2, eerste lid, aanhef en onder a. en b. van de wet vervatte verboden op aanvraag incidenteel aanvullend een ruimere vrijstelling verlenen voor zon- en feestdagen.

2. De in het eerste lid genoemde vrijstelling kan worden verleend in geval van: feestelijkheden, kermissen, markten, braderieën, bijeenkomsten, veilingen en beurzen.

3. Burgemeester en wethouders kunnen op aanvraag aanvullend op de algemene vrijstelling uit artikel 2 een ruimere ontheffing verlenen voor zon- en feestdagen aan winkels, die in hoofdzaak levensmiddelen verkopen en van direct belang zijn voor de toeristische functie van een deelgebied in de gemeente.

4. De in het eerste en derde lid van artikel 4 bedoelde ontheffing kan worden geweigerd als de woon- en leefsituatie of de openbare orde in de omgeving van de winkel op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van de winkel op basis van de ontheffing, zulks eventueel gehoord de politie.

Artikel 5 Openstelling op werkdagen tussen 22.00 en 06.00 uur

1. Burgemeester en wethouders kunnen op aanvraag incidenteel ontheffing verlenen van de verboden van artikel 2 van de wet, voor zover deze betrekking hebben op werkdagen.

2. De ontheffing kan worden geweigerd als de woon- en leefsituatie of de openbare orde in de omgeving van de winkel op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van de winkel op basis van de ontheffing, zulks gehoord de politie.

Artikel 6a Bepaalde winkels

De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van:

a. musea;

b. winkels, waar uitsluitend maaltijden, voor directe consumptie geschikte eetwaren, alcoholvrije dranken en, door middel van een automaat, tabak en tabaksproducten, middelen ter voorkoming van zwangerschap en damesverband plegen te worden verkocht;

c. winkels waar de bedrijfsactiviteit hoofdzakelijk bestaat uit het verhuren van voorbespeelde videobanden en andere voorbespeelde beelddragers, mits in die winkel geen andere goederen worden te koop aangeboden of verkocht dan videobanden en andere beelddragers, alsmede tijdschriften en catalogi, die betrekking hebben op het te huur aangeboden assortiment.

Artikel 6b Openstelling anders dan voor verkoop

1. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van:

a. winkels, waarin zich een restaurant of lunchroom bevindt, voor zover het laten betreden van de winkel noodzakelijk is voor het bezoeken van het restaurant of de lunchroom;

b. winkels waar uitsluitend of hoofdzakelijk fietsen en bromfietsen plegen te worden verkocht, voor zover het laten betreden van de winkel noodzakelijk is voor het huren van fietsen en bromfietsen.

2. De in het eerste lid vervatte vrijstellingen gelden niet ten aanzien van het verkopen van goederen.

Artikel 6c Straatverkoop van bepaalde goederen

De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van voor directe consumptie geschikte eetwaren en alcoholvrije dranken.

Artikel 6d Begraafplaatsen

De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van winkels, waar uitsluitend of hoofdzakelijk bloemen en planten plegen te worden verkocht en die zijn gelegen op een afstand van ten hoogste 100 meter van de publieksingang van een begraafplaats, gedurende de openingstijden

Artikel 6e Culturele evenementen

1. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van gebouwen, waar voorstellingen, uitvoeringen of evenementen van culturele aard plaatsvinden, en waar uitsluitend of hoofdzakelijk goederen die rechtstreeks verband houden met aldaar te houden voorstellingen, uitvoeringen en evenementen plegen te worden verkocht, vanaf een uur voor de aanvang van de voorstelling, de uitvoering of het evenement tot een uur na afloop daarvan.

2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van het ter gelegenheid van voorstellingen, uitvoeringen of evenementen van culturele aard te koop aanbieden en verkopen van goederen, die rechtstreeks verband houden met die voorstellingen, uitvoeringen of evenementen, vanaf een uur voor de aanvang van de voorstelling, de uitvoering of het evenement tot een uur na afloop daarvan.

Artikel 6f Sportcomplexen

1. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van winkels in of op het terrein van sportcomplexen, waar uitsluitend of hoofdzakelijk goederen worden verkocht, die rechtstreeks verband houden met de aldaar beoefende sporten, gedurende de openstellingsuren van die sportcomplexen.

2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van het in of op het terrein van sportcomplexen te koop aanbieden en verkopen van goederen, die rechtstreeks verband houden met de aldaar beoefende sporten, gedurende de openstellingsuren van die sportcomplexen.

Artikel 6g Bejaardenoorden

1. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van winkels in of op het terrein van bejaardenoorden, waar uitsluitend of hoofdzakelijk eet- en drinkwaren, prentbriefkaarten, nieuwsbladen en tijdschriften alsmede bloemen en planten plegen te worden verkocht.

2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden in of op het terrein van bejaardenoorden niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van eet- en drinkwaren, prentbriefkaarten, nieuwsbladen en tijdschriften alsmede bloemen en planten.

Artikel 6h E.H. Communie

1. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van winkels, waar uitsluitend of hoofdzakelijk fotoartikelen plegen te worden verkocht, voor zover het betreden van die winkel noodzakelijk is voor het vervaardigen van portretfoto's ter gelegenheid van de Eerste Heilige Communie.

2. De in het eerste lid vervatte vrijstelling geldt niet ten aanzien van het verkopen van goederen.

Artikel 6i Allerheiligen en Allerzielen

1. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag, gelden niet ten aanzien van winkels, waar uitsluitend of hoofdzakelijk bloemen en planten plegen te worden verkocht, op de dagen waarop Allerheiligen en Allerzielen worden gevierd.

2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag, gelden niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van bloemen en planten op de dagen waarop Allerheiligen en Allerzielen worden gevierd.

Artikel 6j Ramadan

1.De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden gedurende de Ramadan vanaf twee uur voor zonsondergang tot zonsondergang niet ten aanzien van winkels, waar brood en gebak wordt verkocht dat in het bijzonder is bestemd voor hen die zich aan de Ramadan houden, mits in die winkel dat brood en gebak ook pleegt te worden verkocht buiten de periode van de Ramadan.

2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden gedurende de Ramadan vanaf twee uur voor zonsondergang tot zonsondergang niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van brood en gebak dat in het bijzonder is bestemd voor hen die zich aan de Ramadan houden.

Artikel 6k Bedevaartplaats

1. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van winkels die zijn gelegen in de directe omgeving van een bedevaartplaats, gedurende de tijd dat deze plaats als zodanig wordt bezocht, indien in die winkel op die dagen en gedurende die tijd geen andere goederen worden verkocht dan:

a. voor directe consumptie geschikte eetwaren en alcoholvrije dranken;

b. religieuze artikelen en souvenirs;

c. bloemen en planten.

2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden in de directe omgeving van een bedevaartplaats, gedurende de tijd dat deze plaats als zodanig wordt bezocht, niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van:

a. voor directe consumptie geschikte eetwaren en alcoholvrije dranken;

b. religieuze artikelen en souvenirs;

c. bloemen en planten.

Artikel 6l Carnaval

1. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag, gelden op de zondag vanaf 12 uur waarop carnaval wordt gevierd, niet ten aanzien van winkels, waar uitsluitend of hoofdzakelijk feestartikelen plegen te worden verkocht.

2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag, gelden op de zondag vanaf 12 uur waarop carnaval wordt gevierd, niet voor het te koop aanbieden en verkopen van feestartikelen.

Artikel 6m Kermis

1.De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van winkels, waar uitsluitend of hoofdzakelijk feestartikelen plegen te worden verkocht, indien in de gemeente, waarin de winkel is gelegen, een kermis wordt gehouden, gedurende de openingstijden van die kermis.

2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet voor het te koop aanbieden en verkopen van feestartikelen en speelgoed op een terrein, waar een kermis wordt gehouden.

Artikel 7 Toerisme

De verboden, bedoeld in artikel 2, eerste lid van de wet gelden, om reden van op het gemeentelijk grondgebied gericht toerisme, voor zover zij betrekking hebben op de zondagen en de feestdagen, niet:

a. voor campings en watersportbedrijven in of bij toeristische plaatsen;

b. gedurende de periode van 1 april tot en met 30 september;

c. op de volgende dagen en tijdstippen: de zondag, tweede paasdag, Hemelvaartsdag en tweede pinksterdag;

d. voor de verkoop van de volgende artikelen: levensmiddelen, watersportartikelen en kampeerbenodigdheden.

Artikel 8 Beslistermijn

1. Burgemeester en wethouders beschikken op een aanvraag om ontheffing binnen 8 weken na de dag waarop de aanvraag is ontvangen.

2. Zij kunnen hun beschikking voor ten hoogste 8 weken verdagen.

Artikel 9 Intrekken of wijzigen ontheffing

Burgemeester en wethouders kunnen een ontheffing intrekken of wijzigen als:

a. ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;

b. verandering van omstandigheden of inzichten dit naar hun oordeel noodzakelijk maken in het belang van de belangen ter bescherming waarvan de ontheffing is vereist;

c. de exploitatie van de winkel op basis van de ontheffing gevaar oplevert voor de openbare orde, de veiligheid of het woon- en leefklimaat ter plaatse;

d. aan de ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn of worden nagekomen;

e. van de ontheffing geen gebruik wordt gemaakt binnen een daarbij gestelde termijn; of

f. de houder dit verzoekt.

Artikel 10 Toezicht

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de door burgemeester en wethouders aangewezen toezichthouders.

Artikel 11 Intrekken oude verordening en overgangsrecht

1. De Verordening Winkeltijden Leeuwarden 2013 en de Verordening Winkeltijden Boarnsterhim 2013, voor zover deze laatste verordening ziet op het grondgebied van de voormalige gemeente Boarnsterhim dat vanaf 1 januari 2014 deel is gaan uitmaken van de nieuwe gemeente Leeuwarden, vervallen per datum inwerkingtreding van de onderhavige verordening.

2. Een krachtens de Verordening Winkeltijden Leeuwarden 2013 of de Verordening Winkeltijden Boarnsterhim 2013 verleende ontheffing of vrijstelling geldt als ontheffing of vrijstelling verleend krachtens deze verordening. Burgemeester en wethouders kunnen deze ambtshalve vervangen door een ontheffing of vrijstelling krachtens deze verordening. Ambtshalve vervanging kan gepaard gaan met een wijziging van beperkingen en voorschriften.

3. Aanvragen om ontheffing die zijn ingediend onder de Verordening Winkeltijden Leeuwarden, maar waarop nog niet is beschikt bij het in werking treden van deze verordening, worden afgehandeld overeenkomstig deze verordening.

Artikel 12 Inwerkingtreding en citeertitel

1. Deze verordening treedt in werking na publicatie per 1 januari 2015.

2. Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening Winkeltijden Leeuwarden 2015.