Regeling vervallen per 01-01-2014

Verordening Cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren 2009

Geldend van 19-12-2009 t/m 31-12-2013 met terugwerkende kracht vanaf 01-10-2009

Intitulé

Verordening Cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren 2009

De raad van de gemeente Leiden:

overwegende dat het noodzakelijk is de wijze waarop jongeren betrokken worden bij de uitvoering van de Wet investering in jongeren, bij verordening te regelen;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders (raadsvoorstel 09.0114 van 2009);

kennis genomen hebbende van het feit dat de voorliggende gewijzigde verordening omwille van de korte invoeringstermijn niet vooraf aan inspraak is onderworpen;

mede gezien het advies van de commissie gelet op artikel 147, eerste lid, van de Gemeentewet en artikel 12, eerste lid, onderdeel d van de Wet investeren in jongeren;

BESLUIT:

Vast te stellen de volgende wijziging van de Verordening Cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand:

Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren 2009

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • 1. In deze verordening wordt verstaan onder:

    • a.

      WWB: de Wet werk en bijstand. In deze verordening wordt onder de WWB tevens verstaan de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) en de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ);

    • b.

      WIJ: Wet investeren in jongeren;

    • c.

      Cliënt:

      - de persoon die een uitkering ontvangt van de gemeente Leiden op grond van de WWB, als bedoeld in het eerste lid, alsmede de persoon die behoort tot de personenkring als omschreven in artikel 7, eerste lid, onder a. van de WWB;

      - de jongere als bedoeld in artikel 2 van de WIJ;

    • d.

      Belangenorganisaties: organisaties van cliënten als bedoeld in 1b, alsmede organisaties die mede de belangen van cliënten behartigen;

    • e.

      Cliëntenraad: een uit cliënten en vertegenwoordigers van cliënten bestaand orgaan met taken en bevoegdheden zoals in deze verordening omschreven;

    • f.

      College: het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiden.

    • g.

      WIZ: het team Werk, Inkomen en Zorg van de gemeente Leiden;

  • 2. voor zover niet anders bepaald, worden begrippen in deze verordening gebruikt in dezelfde betekenis als in de wet.

Artikel 2 Taak, bevoegdheid, doelstelling en werkwijze

  • 1. Er is een Cliëntenraad als bedoeld in artikel 47 van de WWB en artikel 12 sub d van de WIJ.

  • 2. Met de instelling van een Cliëntenraad en het overleg wordt beoogd cliënten inspraak te geven in het op hen betrekking hebbende beleid en de kwaliteit van de dienstverlening bij de uitvoering van de WWB en de WIJ te verbeteren.

  • 3. De Cliëntenraad behartigt de belangen van cliënten in algemene zin.

  • 4. De Cliëntenraad heeft de bevoegdheid het College en de Gemeenteraad gevraagd en ongevraagd te adviseren over alle onderwerpen die de vorming, de uitvoering, de controle en de evaluatie van het gemeentelijk beleid ten aanzien van cliënten betreffen, daaronder begrepen de wijze waarop Rijksregelgeving wordt uitgevoerd.

  • 5. De Cliëntenraad heeft de bevoegdheid alle aangelegenheden binnen het kader van WWB en de WIJ, die de uitvoering en (de kwaliteit van) de dienstverlening door gemeente en WIZ raken in de overlegvergadering aan de orde te stellen en hierover verbetervoorstellen te doen.

  • 6. De Cliëntenraad behartigt geen belangen van individuele cliënten.

  • 7. Het staat de Cliëntenraad vrij om specifieke doelgroepen te betrekken bij de Cliëntenraad zodra dit voor de behandeling van actuele onderwerpen van belang is.

Artikel 3 Samenstelling van de Cliëntenraad

  • 1. De Cliëntenraad telt ten minste zeven en ten hoogste twaalf leden, allen ingezetenen van de gemeente Leiden.

  • 2. De Cliëntenraad bestaat uit individuele cliënten en vertegenwoordigers van belangenorganisaties. Ten minste 50% van de leden zijn individuele cliënten benoemd op persoonlijke titel. Ten minste tweederde deel van de leden dient cliënt te zijn van WIZ. Per belangenorganisatie kan maximaal één vertegenwoordiger lid zijn.

  • 3. De belangenorganisaties zijn verplicht om voor het werk van de Cliëntenraad goed gekwalificeerde vertegenwoordigers af te vaardigen. In geval van verhindering van een vertegenwoordiger om een vergadering bij te wonen dient de belangenorganisatie zorg te dragen voor vervanging. De belangenorganisaties voldoen daarnaast in ieder geval aan de volgende voorwaarden:

    • -

      het zijn belangenorganisaties binnen de werksfeer van WIZ die (mede) de belangen van cliënten behartigen;

    • -

      er is sprake van terugkoppeling naar die leden die ook cliënt van WIZ zijn;

    • -

      zij zijn door die leden terugroepbaar c.q. aanspreekbaar;

    • -

      zij hebben hun werkterrein in de gemeente Leiden.

      Het bovenstaande blijkt uit statuten en jaarverslag.

  • 4. Het lidmaatschap van de Cliëntenraad is onverenigbaar met:

    • -

      het lidmaatschap of plaatsvervangend lidmaatschap van de raad, de raadscommissies en/of andere organen die het College adviseren terzake beleid en uitvoering van wet- en regelgeving met inbegrip van de Commissie voor Beroep en Bezwaar;

    • -

      de functie van fractieassistent of duo-raadslid;

    • -

      het werknemerschap van de gemeente Leiden of het verrichten van werkzaamheden onder verantwoordelijkheid van het gemeentebestuur.

Artikel 4 Benoeming en zittingsduur

  • 1. De Cliëntenraad draagt zorg voor de werving en selectie van nieuwe leden.

  • 2. De leden die op persoonlijke titel zitting hebben in de Cliëntenraad worden op voordracht van de Cliëntenraad door het College benoemd. De wijze van selectie en voordracht wordt vastgelegd in het huishoudelijk reglement.

  • 3. De belangenorganisaties als bedoeld in artikel 3, tweede lid, die vertegenwoordigers mogen afvaardigen worden door WIZ op initiatief vande Cliëntenraad voorgedragen voor benoeming door het College.

  • 4. De bijdrage van belangenorganisaties aan het functioneren van de Cliëntenraad zal eenmaal per twee jaar worden geëvalueerd.

  • 5. Indien een belangenorganisatie twee maanden na het ingaan van een nieuwe zittingstermijn van de Cliëntenraad geen vertegenwoordiger heeft aangewezen, vervalt dat recht en zijn de overige leden van de Cliëntenraad bevoegd een voordracht te doen ten einde het aantal leden van de Cliëntenraad aan te vullen tot maximaal twaalf.

  • 6. De zittingstermijn voor leden van de Cliëntenraad bedraagt vier jaar. De leden kunnen 1 maal worden herbenoemd. In bijzondere situaties kan het College hiervan afwijken.

  • 7. De benoeming van de nieuwe leden geschiedt binnen twee maanden nadat de zittingsduur als genoemd in het zesde lid is verstreken.

  • 8. Eindigt de hoedanigheid waaraan een lid zijn benoeming ontleent, dan eindigt het lidmaatschap van de Cliëntenraad na twee maanden.

  • 9. De benoeming ter voorziening in tussentijds opengevallen plaatsen geschiedt zo mogelijk binnen twee maanden na het ontstaan van de vacature. Indien een vertegenwoordiger van een belangenorganisatie zich uit de Cliëntenraad terugtrekt en deze belangenorganisatie binnen twee maanden geen nieuwe vertegenwoordiger heeft aangewezen vervalt het recht op vertegenwoordiging.

  • 10. Bij ernstig disfunctioneren, waaronder wordt verstaan absentie en het zich niet houden aan de verplichtingen, zoals vastgelegd in artikel 9, achtste en negende lid, van een van de leden kan de Cliëntenraad het vertrouwen opzeggen en het College verzoeken het lidmaatschap van dat lid te beeindigen. Regels hiervoor worden vastgelegd in het huishoudelijk reglement.

Artikel 5 De onafhankelijke voorzitter

  • 1. De overlegvergaderingen van de Cliëntenraad worden voorgezeten door een onafhankelijke voorzitter, die geen lid is van de Cliëntenraad.

  • 2. De voorzitter wordt voor een termijn van vier jaar op persoonlijke titel benoemd door het College, op voordracht van de Cliëntenraad en WIZ. De voorzitter kan 1 maal worden herbenoemd.

  • 3. Bij afwezigheid van de onafhankelijke voorzitter treedt de Cliëntenraad in overleg met WIZ over de aanwijzing van een vervanger.

Artikel 6 Facilitering

  • 1. Het College wijst een medewerker van WIZ aan als vast aanspreek- en informatiepunt voor de Cliëntenraad. Deze medewerker voorziet tevens in het secretariaat van de Cliëntenraad voor zover het werkzaamheden betreft die verband houden met de voorbereiding en de verslaglegging van de overlegvergaderingen.

  • 2. De Raad stelt aan de Cliëntenraad een budget beschikbaar ten behoeve van de werkzaamheden van de Cliëntenraad. Het College voert overleg met de Cliëntenraad over de hoogte en verantwoording van het budget en stelt jaarlijks het bedrag vast.

  • 3. De subsidie wordt jaarlijks toegekend op basis van de begroting van de Cliëntenraad

  • 4. Voor niet-reguliere activiteiten kan een incidentele subsidie worden toegekend.

Artikel 7 De overlegvergadering

  • 1. Als regel vindt er (met uitzondering van het zomerreces) maandelijks een overleg plaats tussen de Cliëntenraad en de teamleider van WIZ of diens plaatsvervanger.

  • 2. De teamleider van SOZA en de Cliëntenraad hebben de mogelijkheid derden uit te nodigen in verband met een van de agendapunten van de overlegvergadering.

  • 3. De overlegvergadering is openbaar. De niet-vertrouwelijke stukken voor de overlegvergadering zijn bij aanvang van de vergadering voor het publiek beschikbaar.

  • 4. De Cliëntenraad kan op verzoek van de teamleider van WIZ besluiten tot het houden van een besloten (gedeelte van de) overlegvergadering.

    Artikel 8 Informatievoorziening

    • 1.

      Het College draagt zorg voor een goede en tijdige informatievoorziening richting Cliëntenraad met betrekking tot zaken die tot het taakgebied van de Cliëntenraad behoren.

    • 2.

      Het College betrekt, waar mogelijk, de Cliëntenraad bij het ontwikkelen en aanpassen van de informatievoorziening door SOZA aan cliënten bijvoorbeeld waar het gaat om formulieren en voorlichtingsmateriaal.

    • 3.

      Het College zal nieuwe en bestaande cliënten informeren over de Cliëntenraad.

Artikel 8 Informatievoorziening

  • 1. Het College draagt zorg voor een goede en tijdige informatievoorziening richting Cliëntenraad met betrekking tot zaken die het taakgebied van de Cliëntenraad behoren.

  • 2. Het College betrekt, waar mogelijk, de Cliëntenraad bij het ontwikkelen en aanpassen van de informatievoorziening door WIZ aan cliënten bijvoorbeeld waar het gaat om formulieren en voorlichtingsmateriaal.

  • 3. Het College zal nieuwe en bestaande cliënten informeren over de Cliëntenraad.

Artikel 9 Verplichtingen

  • 1. Het College :

    a. vraagt de Cliëntenraad vooraf om advies inzake beleidsvisies, beleidsnota’s, evaluaties, verordeningen en/of beleidsregels, die betrekking hebben op de WWB, de WIJ, de reïntegratie van (langdurig) werklozen en het minimabeleid;

    b. informeert de Cliëntenraad inzake het uiteindelijk besluit van de aan de Cliëntenraad ter advisering voorgelegde (vraag)stukken;

    c. informeert de Cliëntenraad inzake wijzigingen van wet en/of landelijk geldende uitvoeringsregels.

  • 2. Adviezen worden op een zodanig tijdstip gevraagd, dat ze van wezenlijke invloed kunnen zijn op het te nemen besluit.

  • 3. Het College verplicht zich om een advies te betrekken in de besluitvorming. Het advies wordt als bijlage met het betreffende besluit meegezonden aan de relevante Raadscommissie en/of de Raad.

  • 4. Het College kan afwijken van het verstrekte advies. In dat geval wordt een schriftelijke motivering aan de Cliëntenraad en de Gemeenteraad verstrekt.

  • 5. Het College is verplicht gehoor te geven aan een verzoek van de Cliëntenraad om toelichting te geven op ter advisering overgelegde stukken, respectievelijk op aan de Cliëntenraad verstrekte informatie. Het College kan zich laten vertegenwoordigen door één lid van het College, of door één van zijn ambtenaren.

  • 6. Aan de Cliëntenraad gevraagde adviezen worden zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk binnen drie weken, uitgebracht. De Cliëntenraad kan het uitbrengen van een advies na overleg met de teamleider van WIZ eenmaal voor maximaal drie weken verdagen.

  • 7. De door belangenorganisaties afgevaardigde leden verrichten hun werkzaamheden zonder last, maar voeren wel ruggespraak met hun achterban.

  • 8. Leden van de Cliëntenraad zijn verplicht geheimhouding te betrachten over vertrouwelijke stukken.

  • 9. Nadere verplichtingen van de leden van de Cliëntenraad worden vastgelegd in het huishoudelijk reglement. Leden van de Cliëntenraad zijn verplicht zich aan dit reglement te houden.

Artikel 10 Het presentiegeld

  • 1. Voor het bijwonen van de overlegvergadering wordt aan de leden van de Cliëntenraad een presentiegeld toegekend . Dit bedrag is conform de vergoeding zoals geregeld in de Verordening geldelijke voorzieningen raads- en commissieleden (Gemeenteblad A 62).

  • 2. Het presentiegeld wordt aan de leden uitbetaald door of onder verantwoordelijkheid van de teamleider van WIZ.

Artikel 11 Garantstelling

Het College ziet er op toe dat cliënten die lid zijn of zijn geweest van de Cliëntenraad uit hoofde van hun lidmaatschap geen andere beoordeling of bejegening zullen ondergaan ten aanzien van hun uitkering of inkomensvoorziening bij WIZ.

Artikel 12 Slotbepalingen

  • 1. In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist het College, na daartoe advies te hebben ingewonnen van de Cliëntenraad.

  • 2. De Cliëntenraad stelt ten behoeve van haar werkzaamheden een huishoudelijk reglement vast. Daarin worden in ieder geval het dagelijks bestuur en nadere verplichtingen van de leden geregeld.

  • 3. Deze verordening treedt in werking op de achtste dag volgend op die van haar bekendmaking en werkt terug tot 1 oktober 2009.

  • 4. Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren 2009.

Nota-toelichting

Toelichting Verordening Cliëntenparticipatie WWB en WIJ 2009