Regeling vervallen per 07-04-2016

Nadere regels voor de warenmarkt in de gemeente Leiden

Geldend van 08-10-2009 t/m 06-04-2016

Intitulé

Nadere regels voor de warenmarkt in de gemeente Leiden

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijving

De in artikel 1 van de Marktverordening gemeente Leiden 2008 gegeven begripsomschrijvingen zijn van overeenkomstige toepassing op deze nadere regels.

Artikel 2 Marktdagen en marktlocaties

  • 1. De door het college ingestelde markten bevinden zich, behoudens het bepaalde in het tweede lid van dit artikel, op de volgende locaties en weekdagen;

    • a.

      dinsdag in of bij het winkelcentrum ‘Vijf Meiplein’ in het stadsdeel Leiden Zuid-West;

    • b.

      woensdag in het gebied rond de Nieuwe Rijn tussen Karnemelksbrug / Gangetje en Waaghoofdbrug;

    • c.

      donderdag in of bij het winkelcentrum ‘De Stevensbloem’ in het stadsdeel Stevenshof;

    • d.

      vrijdag in of bij het winkelcentrum ‘de Kopermolen’ in het stadsdeel Merenwijk;

    • e.

      zaterdag in het gebied rond de Nieuwe Rijn tussen Karnemelksbrug / Gangetje en Waaghoofdbrug.

Hoofdstuk 2 Bepalingen over vergunningen

Artikel 3 Inhoud vaste standplaatsvergunning

  • 1. Een vaste standplaatsvergunning vermeldt in ieder geval:

    • a.

      de naam en voornamen, de geboortedatum en -plaats, het adres en de woonplaats van de vergunninghouder;

    • b.

      een duidelijke omschrijving van de toegewezen vaste standplaats met vermelding van het nummer en de afmetingen daarvan;

    • c.

      de kraam of andere verkoopmaterialen die de vergunninghouder bij het innemen van de standplaats mag gebruiken;

    • d.

      het soort artikelen dat de vergunninghouder mag verhandelen of de artikelgroep waartoe de vergunninghouder behoort;

    • e.

      de datum waarop aan de vergunninghouder voor het eerst vergunning is verleend;

    • f.

      dat de vergunninghouder zelf zorg draagt voor de inzameling en afvoer van zijn afval en dat hij zijn standplaats schoon oplevert;

    • g.

      de wijze waarop de vergunninghouder zijn elektriciteit betrekt;

    • h.

      of en eventueel welke kook-, bak- en verwarmingsapparatuur zijn toegestaan.

  • 2. Aan de vergunning wordt een middel ter identificatie gehecht.

Artikel 4 Inschrijving op de anciënniteitlijst

Vergunninghouders van vaste standplaatsen worden ingeschreven op een doorlopend genummerde lijst met vermelding van en in volgorde van de datum waarop aan hen voor het eerst een vaste standplaats is toegewezen. Bij deze inschrijving wordt tevens vermeld de soort artikelen die de vergunninghouder mag verhandelen of de artikelgroep waartoe hij behoort.

Artikel 5 Inschrijving op de wachtlijst

  • 1. Het college schrijft de aanvrager op zijn verzoek in op een wachtlijst, indien hij voldoet aan de in artikel 6 van de Marktverordening 2008 Leiden gestelde vereisten, maar aan hem geen vaste standplaats kan worden toegewezen.

  • 2. Het college vermeldt bij de inschrijving in ieder geval:

    • a.

      de naam en voornamen, de geboortedatum en -plaats, het adres en de woonplaats van de aanvrager;

    • b.

      de datum waarop de aanvraag is ontvangen;

    • c.

      het soort artikelen dat de aanvrager wil verhandelen of de artikelgroep waartoe hij behoort;

    • d.

      de kraam of andere verkoopmaterialen die de aanvrager wil gebruiken.

  • 3. Het college verstrekt de aanvrager een schriftelijk bewijs van inschrijving met vermelding van het nummer op de lijst;

  • 4. De inschrijving op de wachtlijst blijft gehandhaafd, indien deze door de ingeschrevene jaarlijks voor 1 januari schriftelijk wordt verlengd.

Artikel 6 inschrijving op de meeloperslijst

  • 1. Het college schrijft de aanvrager op zijn verzoek in op de meeloperslijst, indien hij voldoet aan de in artikel 6 van de Marktverordening 2008 Leiden gestelde vereisten, maar aan hem geen vaste standplaats kan worden toegewezen. Een gegadigde voor een dagstandplaats wordt daarnaast ook ingeschreven op de wachtlijst.

  • 2. Het college vermeldt bij de inschrijving in ieder geval:

    • a.

      de naam en voornamen, de geboortedatum en -plaats, het adres en de woonplaats van de aanvrager;

    • b.

      de datum waarop de aanvraag is ontvangen;

    • c.

      het soort artikelen dat de aanvrager wil verhandelen of de artikelgroep waartoe hij behoort;

  • 3. Het college verstrekt de aanvrager een schriftelijk bewijs van inschrijving.

Artikel 7 doorhalen van inschrijving op meeloperslijst

De inschrijving op de meeloperslijst wordt doorgehaald:

  • 1.

    Indien een gegadigde voor een dagstandplaats niet 1 x per 3 weken een dagstandplaats heeft ingenomen, tenzij gedurende deze periode geen plaats beschikbaar was maar de gegadigde zich wel daartoe beschikbaar stelde;

  • 2.

    Indien een meeloper zich niet tijdig heeft gemeld voor een dagstandplaats op de marktdag direct voor en na zijn vakantie;

  • 3.

    Indien een meeloper een aangeboden vaste standplaats weigert;

  • 4.

    Van het gestelde in lid 1 mag maximaal 1 keer per kalenderjaar worden afgeweken.

  • 5.

    De gegadigde die op de meeloperslijst is ingeschreven maar wegens vakantie of bijzondere omstandigheden verhinderd is te voldoen aan de verplichtingen die zijn gesteld in dit artikel, deelt dit daaraan voorafgaande schriftelijk mee aan het college.

Artikel 8 Doorhalen van inschrijving op wachtlijst

De inschrijving op de wachtlijst wordt doorgehaald:

  • a.

    indien de ingeschrevene zijn inschrijving niet jaarlijks voor 1 januari heeft verlengd;

  • b.

    op schriftelijk verzoek van de ingeschrevene;

  • c.

    bij overlijden van de ingeschrevene;

  • d.

    wanneer aan de ingeschrevene een vergunning voor een vaste standplaats is verleend, tenzij hij deze op grond van bijzondere omstandigheden niet aanvaardt, dit ter beoordeling van het college;

  • e.

    indien niet meer aan de vereisten van artikel 6 Marktverordening 2008 Leiden wordt voldaan.

Artikel 9 Volgorde toewijzing vaste standplaatsen

  • 1. Indien voor de toewijzing van een beschikbare vaste standplaats meer aanvragers in aanmerking komen, wordt de standplaats achtereenvolgens toegewezen aan:

    • a.

      de vergunninghouder van een vaste standplaats die aan het college schriftelijk de wens te kennen heeft gegeven van standplaats te willen veranderen, in volgorde van plaatsing op de anciënniteitlijst;

    • b.

      degene die zich op de meeloperslijst heeft laten inschrijven, en een product uit het artikelgroep van de betreffende markt verhandelt dat niet vertegenwoordigd is op deze markt;

    • c.

      de vergunninghouder van een vaste standplaats die wil uitbreiden, in volgorde van plaatsing op de anciënniteitlijst. De uitbreiding kan hierbij niet leiden tot meer dan 3 aaneengesloten kramen of meer dan 24m2 aaneengesloten ruimte per markt;

    • d.

      degene dit zich op de meeloperslijst heeft laten inschrijven, en zich regelmatig meldt voor een dagplaats, met een op de markt ontbrekend product uit een artikelgroep, in volgorde van inschrijving op deze lijst;

    • e.

      degene die zich op de wachtlijst heeft laten inschrijven met een op de markt ontbrekend product uit een artikelgroep, in volgorde van inschrijving op deze lijst.

  • 2. Indien blijkt dat niet kan worden voorzien in een toewijzing van een beschikbare standplaats met toepassing van lid 1, zal door middel van adverteren voor een ontbrekend product uit een artikelgroep voorzien worden in de behoefte aan dit product uit een artikelgroep op de markt.

  • 3. Indien 4 weken na het adverteren niet kan worden voorzien in een ontbrekend product uit een artikelgroep zal de vaste standplaats worden toegewezen aan de gegadigde met de hoogste anciënniteit.

Artikel 10 Overschrijving vaste standplaatsvergunning

  • 1. In geval van overlijden, of blijvende arbeidsongeschiktheid van de vergunninghouder, of ingeval van bedrijfsbeëindiging kan de vaste standplaatsvergunning, inclusief de daarbij horende opgebouwde rechten, worden overgeschreven op de echtgeno(o)t(e), de geregistreerde partner of een andere achterblijvende persoon met wie hij duurzaam samenwoonde.

  • 2. Indien de vergunning niet kan worden overgeschreven op grond van het eerste lid, kan een kind of een medewerk(st)er van de vergunninghouder een vergunning voor de vaste standplaats exclusief anciënniteitsrechten, krijgen indien deze ten minste drie jaar in loondienst van het marktbedrijf van de vergunninghouder heeft gewerkt of gedurende eenzelfde periode als mede-eigenaar in dit bedrijf heeft gefunctioneerd en zich heeft laten inschrijven op de wachtlijst.

  • 3. Een aanvraag tot overschrijving wordt ingediend binnen twee maanden na het overlijden van de vergunninghouder, nadat de blijvende arbeidsongeschiktheid is vastgesteld of na datum van de bedrijfsbeëindiging.

Artikel 11 Toewijzing dagplaats

  • 1. Toewijzing van een dagplaats geschiedt door afgifte van een vergunning door het college op het moment dat de standplaats niet als vaste standplaats wordt ingenomen.

  • 2. De dagplaats wordt toegewezen overeenkomstig de plaats op de meeloperslijst aan diegene die zich op de dag zelf in elk geval vóór aanvang van de markt heeft aangemeld bij de marktmeester.

Artikel 12 Toewijzing standwerkersplaats

  • 1. Het college wijst een standwerkersplaats toe door middel van loting.

  • 2. Het is een ingeschrevene op de meeloperslijst niet toegestaan deel te nemen aan de loting voor een standwerkersplaats zolang deze inschrijving niet definitief is vervallen.

  • 3. Indien een standwerker zich wil doen bijstaan, meldt hij dit vooraf aan de marktmeester onder vermelding van de naam van degene die hem zal bijstaan. Degene die hem zal bijstaan, mag niet op eigen naam deelnemen aan de loting.

Hoofdstuk 3 Bepalingen over het gebruik van de standplaats

Artikel 13 Persoonlijk innemen standplaats; bijstand

  • 1. De vergunninghouder neemt de standplaats die hem is toegewezen persoonlijk in. Hij mag de standplaats niet aan een ander afstaan of in gebruik geven.

  • 2. De vergunninghouder mag zich op de standplaats doen bijstaan.

Artikel 14 Afwezigheid wegens vakantie of bijzondere omstandigheden

  • 1. De vergunninghouder van een vaste standplaats die wegens vakantie of bijzondere omstandigheden verhinderd is zijn vaste standplaats in te nemen, deelt dit schriftelijk mee aan het college. Bij vakantie geeft de vergunninghouder aan hoe lang zijn afwezigheid duurt, tot een maximum van 6 aaneengesloten weken.

  • 2. De schriftelijke mededeling wordt tijdig voor de desbetreffende marktdag gedaan. Plotselinge verhindering wordt mondeling of telefonisch aan de marktmeester gemeld, gevolgd door een schriftelijke bevestiging daarvan aan het college.

Artikel 15 Ontheffing en vervanging

  • 1. In geval van vakantie of bijzondere omstandigheden kan het college op aanvraag van de vergunninghouder van een vaste standplaats hem tijdelijk ontheffing verlenen van de verplichting uit artikel 13.

  • 2. Het college kan op aanvraag van de vergunninghouder hem vergunning verlenen zich op zijn standplaats te laten vervangen door een met name genoemde persoon.

Artikel 16 Legitimatie en identiteit vergunninghouder

  • 1. Degene die een standplaats op de markt inneemt of wenst in te nemen, dient op eerste aanvraag van de marktmeester aan te tonen dat hij de vergunninghouder is.

  • 2. De vergunninghouder dient bij zijn standplaats duidelijk zichtbaar zijn naam en eventuele bedrijfsnaam aan te geven.

Artikel 17 Tijdstip innemen standplaats/aan- en afvoer goederen

  • 1. Het is verboden voor vergunninghouders op het marktterrein meer dan 3 uur voor aanvang en meer dan 2 uur na afloop van de markt met een voertuig, goederen of anderszins ruimte in te nemen of goederen aan of af te voeren. Het college kan hiervan ontheffing verlenen.

  • 2. De vergunninghouder is verplicht zijn standplaats tot de sluitingstijd van de markt te blijven innemen en zijn artikelen te blijven verkopen. Het college kan hiervan ontheffing verlenen.

  • 3. Indien de vergunninghouder zijn vaste standplaats niet bij aanvang van de desbetreffende markt heeft ingenomen, wordt de desbetreffende standplaats voor die dag als dagplaats aangemerkt, tenzij de marktmeester de standplaats op verzoek van de vergunninghouder, gedaan uiterlijk 15 minuten voor de aanvang van de desbetreffende markt, voor hem beschikbaar houdt.

Hoofdstuk 4 Overgangs- en Slotbepalingen

Artikel 18 Overgangsbepalingen

  • 1. Besluiten van het college die genomen zijn krachtens Verordening marktenverordening 2001 gelden als besluiten genomen krachtens deze verordening.

  • 2. Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van dit reglement een aanvraag om vergunning op grond van de Verordening Marktenverordening 2001 is ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding van dit reglement niet definitief op de aanvraag is beslist, wordt daarop het Reglement Warenmarkten 2001 toegepast.

Artikel 19 Intrekken oude regeling

Het Reglement Warenmarkten 2001, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 1 maart 2002, wordt ingetrokken.

Artikel 20 Inwerkingtreding

Dit reglement treedt in werking op de dag dat de marktverordening gemeente Leiden, werking is getreden.

Artikel 21 Citeertitel

Dit reglement wordt aangehaald als: Marktreglement gemeente Leiden 2008.