Beleidsregels vergoedingen in verband met herinrichting Trekvaartplein

Geldend van 15-06-2011 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels vergoedingen in verband met herinrichting Trekvaartplein

Artikel 1 – Toepassingsbereik en doel van de beleidsregels

  • 1.1. Deze beleidsregels zijn van toepassing op diegenen die krachtens de door het college van burgemeester en wethouders op 31 maart 2009 vastgestelde toewijzingsregels in het kader van de toekomstige herinrichting van het woonwagencentrum Trekvaartplein in aanmerking komen voor een standplaats op het woonwagencentrum Trekvaartplein na de herinrichting, het te realiseren woonwagencentrum Roomburg of het te realiseren woonwagencentrum Oegstgeest.

  • 1.2. Doel van deze beleidsregels is om rechtszekerheid te bieden ten aanzien van de vergoedingen die aan de bewoners van het Trekvaartplein toekomen in verband met verplaatsing/verhuizing ten gevolge van de herinrichting van het woonwagencentrum Trekvaartplein.

Artikel 2 – Begripsbepalingen

  • 2.1. Woonwagen:Een voor bewoning bestemd gebouw dat is geplaatst op een standplaats en dat in zijn geheel of in delen kan worden verplaatst.

  • 2.2. Standplaats:Een kavel, bestemd voor het plaatsen van een woonwagen, waarop voorzieningen aanwezig zijn die op het leidingnet van de openbare nutsbedrijven, andere instellingen of van gemeenten kunnen worden aangesloten.

  • 2.3. Stacaravan:Onderkomen dat dient of kan dienen tot woonverblijf van een of meer personen en dat door de aanwezigheid van een chassis, assenstelsel en wielen over een korte afstand naar een vaste standplaats kan worden verreden, doch niet bestemd is om regelmatig en op normale wijze op wegen als een aanhangsel van een personenauto te worden voortbewogen.

    Ook indien dit onderkomen wegens daaraan of daarbij aangebrachte wijzigingen of voorzieningen niet of niet meer geschikt is om te worden verreden, wordt dit aangemerkt als stacaravan.

  • 2.4. Toercaravan:Onderkomen dat dient of kan dienen tot woonverblijf van een of meer personen en dat door de aanwezigheid van een chassis, assenstelsel en wielen kan worden verplaatst en als een aanhangsel van een personenauto kan worden voortbewogen. Ook indien dit onderkomen wegens daaraan of daarbij aangebrachte wijzigingen of voorzieningen niet of niet meer geschikt is om te worden verreden, wordt deze aangemerkt als toercaravan.

  • 2.5. Legale standplaats:De 80 standplaatsen op het Trekvaartplein die genummerd zijn 1 tot en met 80 en waarvoor huur (stageld) dient te worden betaald.

  • 2.6. Gedoogde vóór 1 november 1999: Een bewoner van het Trekvaartplein, niet zijnde een huurder van een legale standplaats, die op 1 november 1999 de leeftijd had van 18 jaar of ouder en die sedert 1 november 1999 onafgebroken woonachtig is geweest op het Trekvaartplein.

  • 2.7. Gedoogde ná 1 november 1999:Een bewoner van het Trekvaartplein, niet zijnde een huurder van een legale standplaats, die na 1 november 1999 doch voor 31 maart 2009 de leeftijd had van 18 jaar of ouder en die na 1 november 1999 doch voor 1 september 2006 onafgebroken woonachtig is geweest op het Trekvaartplein.

  • 2.8. Toewijzingsregels:De door het college van burgemeester en wethouders op 31 maart 2009 vastgestelde regels ter bepaling van de volgorde bij herinrichting van het Trekvaartplein, Roomburg en Oegstgeest, met indeling van de bewoners in de categorieën I, Ia, II, III en IV.

  • 2.9. Verplaatsingskosten:De door de gemeente te ramen kosten voor verplaatsing van woonwagens van het Trekvaartplein naar een nieuwe standplaats op het Trekvaartplein.

Artikel 3 – Algemene uitgangspunten

  • 3.1. De verplaatsing van woonwagens van het Trekvaartplein naar een nieuwe standplaats op het Trekvaartplein of naar de woonwagenlocaties Roomburg of Oegstgeest of de afvoer en eventueel sloop van de woonwagens dient in beginsel plaats te vinden door en op kosten van de eigenaar van de woonwagen op aanwijzing van de gemeente. Indien het gaat om een tijdelijke verplaatsing binnen het Trekvaartplein in afwachting van de plaatsing op een definitieve standplaats, dan zal deze tijdelijke verplaatsing door en op kosten van de gemeente plaatsvinden.

  • 3.2. Voor huurders van een legale standplaats op het Trekvaartplein met een eigen woonwagen geldt dat op verzoek van deze huurders de gemeente zal overgaan tot het op haar kosten verplaatsen van de woonwagen naar een nieuwe standplaats op het Trekvaartplein, zulks met inachtneming van het in artikel 3.4 bepaalde.

  • 3.3. Indien de eigenaar van de woonwagen zelf tot verplaatsing van de woonwagen overgaat dan zullen de aan de eigenaar krachtens deze beleidsregels toekomende verplaatsingskosten door de gemeente worden vastgesteld op basis van een door de gemeente vast te stellen raming voor deze verplaatsingskosten.

  • 3.4. Indien de woonwagen ten gevolge van de fysieke staat niet kan worden verplaatst – een en ander ter beoordeling van de gemeente –, dan zal de gemeente niet gehouden kunnen worden om de woonwagen te verplaatsen naar de nieuwe standplaats en zal de bewoner hetzij zelf voor eigen rekening en risico tot verplaatsing van de woonwagen naar de nieuwe standplaats kunnen overgaan, hetzij een (nieuwe) woonwagen(woning) kunnen kopen, hetzij een woonwagen(woning) kunnen huren.

    De eigenaar van deze oude woonwagen zal, indien hij niet zelf tot verplaatsing van de woonwagen naar de definitieve nieuwe standplaats overgaat, de oude woonwagen dan aan de gemeente te koop kunnen aanbieden dan wel zelf voor (sloop en) afvoer van deze woonwagen moeten zorgdragen. Indien de eigenaar van deze oude woonwagen wel zelf tot verplaatsing van de woonwagen naar de definitieve nieuwe standplaats overgaat dan ontvangt hij een verplaatsingskostenvergoeding ter hoogte van de door de gemeente getaxeerde dagwaarde van deze woonwagen doch maximaal € 15.000,00 of een percentage van dit bedrag in de gevallen genoemd in de artikelen 5 en 6 van deze beleidsregels.

  • 3.5. (Ver)plaatsing van sta- of toercaravans naar/op de nieuwe standplaatsen op het Trekvaartplein, op Roomburg of in Oegstgeest wordt niet toegestaan.

  • 3.6. Indien een eigenaar/bewoner in aanmerking komt voor een verplaatsingskostenvergoeding, dan wordt een eventuele tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten daarin geacht te zijn begrepen.

  • 3.7. Het recht op een tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten vervalt indien de huurder/bewoner de woonwagen op de datum, waarop deze leeg en ontruimd dient te worden opgeleverd, niet met al het zijne en de zijnen heeft verlaten. Eventueel reeds betaalde vergoedingen dienen alsdan aan de gemeente te worden gerestitueerd.

  • 3.8. Het recht op een verplaatsingskostenvergoeding vervalt indien de huurder/bewoner de oude standplaats op de datum, waarop deze leeg en ontruimd dient te worden opgeleverd, niet met al het zijne en de zijnen heeft verlaten. Eventueel reeds betaalde vergoedingen dienen alsdan aan de gemeente te worden gerestitueerd.

  • 3.9. De krachtens deze beleidsregels toegekende vergoedingen zijn vergoedingen inclusief eventueel daarover verschuldigde omzetbelasting.

  • 3.10. De afspraken met individuele bewoners van het Trekvaartplein betreffende huur of koop van een nieuwe standplaats, verplaatsing of verwijdering van de oude woonwagen, stacaravan of toercaravan, eventuele huur of koop van een nieuwe woonwagen(woning), eventuele tegemoetkoming in verhuis- en inrichtingskosten, eventuele verplaatsingskosten en andere onkosten, zullen worden vastgelegd in een door de gemeente op te stellen vaststellingsovereenkomst. Indien de huurder/bewoner niet overgaat tot ondertekening van deze vaststellingsovereenkomst, is het daarin vervatte aanbod vervallen.

  • 3.11. De bewoners van een woonwagen(woning) op een nieuwe standplaats zullen zelf zorg moeten dragen voor het verkrijgen van een huisvestingsvergunning.

  • 3.12. De bewoners, die zelf zorgdragen voor plaatsing (bouw) van een woonwagen(woning) op een nieuwe standplaats, zullen zelf zorg moeten dragen voor het verkrijgen van een bouwvergunning.

Artikel 4 - Huurders van een legale standplaats

  • 4.1. Huurders van een legale standplaats die een woonwagen van de gemeente huren zullen na de herinrichting een (nieuwe) woonwagen(woning) en standplaats kunnen huren of kopen en ontvangen van de gemeente eenmalig een tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten van € 5.265,00.

    De gemeente zorgt voor verwijdering en eventueel sloop van de oude huurwoonwagen.

  • 4.2. Huurders van een legale standplaats die een eigen woonwagen hebben en wier woonwagen na de herinrichting door de gemeente naar/op de definitieve nieuwe standplaats op het Trekvaartplein wordt ver-/geplaatst, ontvangen van de gemeente een bedrag van maximaal € 1.250,00 aan onkosten onder overlegging van facturen ter zake van de kosten die zij in het kader van de verplaatsing van deze woonwagen aantoonbaar (zulks ter beoordeling van de gemeente) hebben gemaakt.

  • 4.3. Huurders van een legale standplaats die een eigen woonwagen hebben en die na de herinrichting zelf hun woonwagen gaan verplaatsen naar de definitieve nieuwe standplaats op het Trekvaartplein, ontvangen van de gemeente het door de gemeente geraamde bedrag van de verplaatsingskosten van de woonwagen, tenzij sprake is van de situatie als bedoeld in artikel 3.4 van deze beleidsregels. Daarnaast ontvangen zij een bedrag van maximaal € 1.250,00 aan onkosten onder overlegging van facturen ter zake van de kosten die zij in het kader van deze verplaatsing van de woonwagen aantoonbaar (zulks ter beoordeling van de gemeente) hebben gemaakt.

  • 4.4. Huurders van een legale standplaats die een eigen woonwagen hebben en die na de herinrichting een (nieuwe) woonwagen of woonwagenwoning en standplaats gaan huren of kopen, ontvangen van de gemeente eenmalig een tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten van € 5.265,00.

    Indien deze bewoners besluiten om hun oude woonwagen te koop aan te bieden aan de gemeente, dan biedt de gemeente daarvoor een bedrag aan ter hoogte van de getaxeerde waarde van deze woonwagen doch maximaal het bedrag van de geraamde verplaatsingskosten, uitgaande van verplaatsing binnen het Trekvaartplein, onder aftrek van de sloop- en afvoerkosten van de woonwagen en onder aftrek van de tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten ad € 5.265,00.

  • 4.5. Huurders van een legale standplaats die een eigen woonwagen hebben en die na de herinrichting ervoor kiezen een nieuwe standplaats te gaan huren of kopen of een woning te betrekken buiten het Trekvaartplein, Roomburg of Oegstgeest, ontvangen van de gemeente eenmalig een bedrag van € 5.265,00 ter tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten. Indien deze bewoners besluiten om hun oude woonwagen te koop aan te bieden aan de gemeente, dan biedt de gemeente daarvoor een bedrag aan ter hoogte van de getaxeerde waarde van deze woonwagen doch maximaal het bedrag van de geraamde verplaatsingskosten, uitgaande van verplaatsing binnen het Trekvaartplein, onder aftrek van de sloop- en afvoerkosten van de woonwagen en onder aftrek van de tegemoetkoming ad € 5.265,00.

Artikel 5 - Gedoogden vóór 1 november 1999

  • 5.1. Bewoners van het Trekvaartplein die vallen in categorie II of III van de toewijzingsregels die een eigen woonwagen hebben en die in het kader van de herinrichting op het Trekvaartplein, op Roomburg of in Oegstgeest of elders een nieuwe standplaats gaan huren of kopen en de eigen woonwagen wensen mee te nemen, ontvangen van de gemeente een vergoeding van maximaal 95% van het door de gemeente geraamde bedrag aan verplaatsingskosten van de woonwagen, uitgaande van verplaatsing van de woonwagen binnen het Trekvaartplein, zulks met inachtneming van het bepaalde in artikel 3.4.

  • 5.2. Bewoners van het Trekvaartplein die vallen in categorie II of III van de toewijzingsregels die een eigen woonwagen hebben en die in het kader van de herinrichting van het Trekvaartplein op het Trekvaartplein, op Roomburg, in Oegstgeest of elders een nieuwe standplaats en een (nieuwe) woonwagen(woning) gaan huren of kopen ontvangen van de gemeente eenmalig een bedrag van € 5.265,00 als tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten.

    Indien deze bewoners besluiten om hun oude woonwagen te koop aan te bieden aan de gemeente, dan biedt de gemeente daarvoor een bedrag aan ter hoogte van de getaxeerde waarde van deze woonwagen doch maximaal het bedrag ter hoogte van 95% van het door de gemeente geraamde bedrag van de verplaatsingskosten van de woonwagen, uitgaande van verplaatsing binnen het Trekvaartplein, onder aftrek van sloop- en afvoerkosten voor de woonwagen en onder aftrek van de bijdrage in de verhuis en inrichtingskosten ad € 5.265,00.

  • 5.3. Gedoogden vóór 1 november 1999 komen niet in aanmerking voor een onkostenvergoeding als vermeld in artikel 4.2.

Artikel 6 – Gedoogden ná 1 november 1999

  • 6.1. Bewoners van het Trekvaartplein die vallen in categorie IV van de toewijzingsregels die een eigen woonwagen hebben en die in het kader van de herinrichting van het Trekvaartplein een nieuwe standplaats gaan huren of kopen op het Trekvaartplein en die hun huidige woonwagen wensen mee te nemen ontvangen van de gemeente een vergoeding van maximaal 85% van het door de gemeente geraamde bedrag van de verplaatsingskosten van de woonwagen, uitgaande van verplaatsing van de woonwagen binnen het Trekvaartplein, zulks met inachtneming van het bepaalde in artikel 3.4.

  • 6.2. Bewoners van het Trekvaartplein die vallen in categorie IV van de toewijzingsregels en die een eigen woonwagen hebben en die in het kader van de herinrichting van het Trekvaartplein op het Trekvaartplein, op Roomburg, in Oegstgeest of elders een nieuwe standplaats en een (nieuwe) woonwagen(woning) gaan huren of kopen ontvangen van de gemeente eenmalig een bedrag van € 5.265,00 ter tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten. Indien deze bewoners besluiten om hun oude woonwagen te koop aan te bieden aan de gemeente dan biedt de gemeente daarvoor een bedrag aan ter hoogte van de getaxeerde waarde van deze woonwagen doch maximaal het bedrag ter hoogte van 85% van het door de gemeente geraamde bedrag van de verplaatsingskosten van de woonwagen, uitgaande van verplaatsing binnen het Trekvaartplein, onder aftrek van de sloop- en afvoerkosten voor de woonwagen en onder aftrek van de bijdrage in de verhuis- en inrichtingskosten ad € 5.265,00.

  • 6.3. Gedoogden ná 1 november  1999 komen niet in aanmerking voor een onkostenvergoeding als vermeld in artikel 4.2.

Artikel 7 – Bewoners van een stacaravan

7.1.Bewoners van het Trekvaartplein van een stacaravan die in het kader van de herinrichting van het Trekvaartplein op het Trekvaartplein, op Roomburg, in Oegstgeest of elders een nieuwe standplaats gaan huren of kopen en een (nieuwe) woonwagen(woning) gaan huren of kopen, ontvangen van de gemeente eenmalig een vergoeding van € 2.500,00.

Artikel 8 – Bewoners van een toercaravan

8.1.Bewoners van het Trekvaartplein van een toercaravan die op het Trekvaartplein, op Roomburg, in Oegstgeest of elders een nieuwe standplaats gaan huren of kopen en een (nieuwe) woonwagen(woning) gaan huren of kopen ontvangen van de gemeente eenmalig een vergoeding van € 1.250,00.

Artikel 9 – Moment van betaling van vergoedingen; compensatie

  • 9.1. Betaling van vergoedingen aan de huurder/bewoner overeenkomstig deze beleidsregels vindt niet eerder plaats dan nadat de huurder/bewoner de vaststellingsovereenkomst als bedoeld in artikel 3.10 van deze beleidsregels heeft ondertekend.

  • 9.2. De aan de huurder/bewoner toekomende tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten of vergoeding van verplaatsingskosten, wordt onder aftrek van eventuele vorderingen van de gemeente ingevolge artikel 9.5, betaald in drie termijnen:

    • -

      30% wordt betaald binnen veertien dagen na de ondertekening door de huurder/bewoner van de vaststellingsovereenkomst;

    • -

      30% wordt betaald veertien dagen voor de vastgestelde datum van verplaatsing/verhuizing naar de nieuwe standplaats;

    • -

      40% wordt betaald binnen veertien dagen nadat de verplaatsing/verhuizing naar de nieuwe standplaats heeft plaatsgevonden en de oude standplaats leeg en ontruimd is opgeleverd.

  • 9.3. De aan de huurder/bewoner toekomende vergoeding als bedoeld in artikel 7.1 en artikel 8.1 wordt, onder aftrek van eventuele vorderingen van de gemeente ingevolge artikel 9.5, betaald binnen veertien dagen nadat de oude standplaats leeg en ontruimd aan de gemeente is opgeleverd en de sta- of toercaravan is verwijderd.

  • 9.4. De aan de huurder/bewoner toekomende onkostenvergoeding als bedoeld in artikel 4.2 en artikel 4.3 wordt, onder aftrek van eventuele vorderingen van de gemeente ingevolge artikel 9.5, betaald binnen veertien dagen nadat de huurder/bewoner de desbetreffende facturen bij de gemeente heeft ingeleverd en de oude standplaats leeg en ontruimd aan de gemeente is opgeleverd.

  • 9.5. Indien en voor zover de gemeente opeisbare vorderingen heeft op de huurder/bewoner op het moment dat de gemeente overgaat tot betaling van de vergoeding als in deze beleidsregels bedoeld, dan is de gemeente gerechtigd om de vorderingen met elkaar te compenseren.

    In de vaststellingsovereenkomst als bedoeld in artikel 3.7 van deze beleidsregels zal alsdan een opgave worden gedaan van de opeisbare vorderingen van de gemeente op de huurder/bewoner.

Artikel 10 – Inwerkingtreding; citeertitel

  • 10.1 De beleidsregels treden de dag na bekendmaking in werking.

  • 10.2. Deze beleidsregels zullen worden aangehaald als 'Beleidsregels vergoedingen in verband met herinrichting Trekvaartplein'.

Nota-toelichting Beleidsregels vergoedingen in verband met herinrichting trekvaartplein

Artikel 1 – Toepassingsbereik en doel van de beleidsregels

 

1.1.    Deze beleidsregels zijn van toepassing op diegenen die krachtens de door het college van burgemeester en wethouders op 31 maart 2009 vastgestelde toewijzingsregels in het kader van de toekomstige herinrichting van het woonwagencentrum Trekvaartplein in aanmerking komen voor een standplaats op het woonwagencentrum Trekvaartplein na de herinrichting, het te realiseren woonwagencentrum Roomburg of het te realiseren woonwagencentrum Oegstgeest.

 

1.2.    Doel van deze beleidsregels is om rechtszekerheid te bieden ten aanzien van de vergoedingen die aan de bewoners van het Trekvaartplein toekomen in verband met verplaatsing/verhuizing ten gevolge van de herinrichting van het woonwagencentrum Trekvaartplein.

 

Artikel 2 – Begripsbepalingen

 

2.1.    Woonwagen:  Een voor bewoning bestemd gebouw dat is                  geplaatst op een standplaats en dat in zijn geheel of in delen kan worden verplaatst.

 

2.2.    Standplaats: Een kavel, bestemd voor het plaatsen van een        woonwagen, waarop voorzieningen aanwezig zijn die op het leidingnet van de openbare nutsbedrijven, andere instellingen of van gemeenten kunnen worden aangesloten.

 

2.3.    Stacaravan:  Onderkomen dat dient of kan dienen tot woonverblijf      van een of meer personen en dat door de aanwezigheid van een chassis, assenstelsel en wielen over een korte afstand naar een vaste standplaats kan worden verreden, doch niet bestemd is om regelmatig en op           normale wijze op wegen als een aanhangsel van een personenauto te worden voortbewogen.

 

Ook indien dit onderkomen wegens daaraan of daarbij aangebrachte wijzigingen of voorzieningen niet of niet meer geschikt is om te worden verreden, wordt dit aangemerkt als stacaravan.

 

2.4.    Toercaravan: Onderkomen dat dient of kan dienen tot woonverblijf van een of meer personen en dat door de aanwezigheid van een chassis, assenstelsel en wielen kan worden verplaatst en als een aanhangsel van een personenauto kan worden voortbewogen. Ook indien dit onderkomen   wegens daaraan of daarbij aangebrachte wijzigingen of voorzieningen niet of niet meer geschikt is om te worden verreden, wordt deze aangemerkt als toercaravan.

 

2.5.    Legale standplaats: De 80 standplaatsen op het Trekvaartplein die     genummerd zijn 1 tot en met 80 en waarvoor huur (stageld) dient te worden betaald.

 

2.6.    Gedoogde vóór 1 november 1999: Een bewoner van het Trekvaartplein, niet zijnde een huurder van een legale standplaats, die op

 1 november 1999 de leeftijd had van 18 jaar of ouder en die sedert 1 november 1999 onafgebroken woonachtig is geweest op het Trekvaartplein.

 

2.7.    Gedoogde ná 1 november 1999:  Een bewoner van het Trekvaartplein, niet zijnde een huurder van een legale standplaats, die na 1 november 1999 doch voor 31 maart 2009 de  leeftijd had van 18 jaar of ouder en die na    1 november 1999 doch voor 1 september 2006        onafgebroken woonachtig is geweest op het Trekvaartplein.

 

2.8.    Toewijzingsregels:  De door het college van burgemeester en   wethouders op 31 maart 2009 vastgestelde regels ter bepaling van

de volgorde bij herinrichting van het Trekvaartplein, Roomburg en Oegstgeest, met indeling van de bewoners in de categorieën I, Ia, II, III en IV.

 

2.9.    Verplaatsingskosten: De door de gemeente te ramen kosten voor

verplaatsing van woonwagens van het Trekvaartplein naar een nieuwe standplaats op het Trekvaartplein.

 

Artikel 3 – Algemene uitgangspunten

 

3.1.    De verplaatsing van woonwagens van het Trekvaartplein naar een nieuwe standplaats op het Trekvaartplein of naar de woonwagenlocaties Roomburg of Oegstgeest of de afvoer en eventueel sloop van de woonwagens dient in beginsel plaats te vinden door en op kosten van de eigenaar van de woonwagen op aanwijzing van de gemeente. Indien het gaat om een tijdelijke verplaatsing binnen het Trekvaartplein in afwachting van de plaatsing op een definitieve standplaats, dan zal deze tijdelijke verplaatsing door en op kosten van de gemeente plaatsvinden.

 

3.2.    Voor huurders van een legale standplaats op het Trekvaartplein met een eigen woonwagen geldt dat op verzoek van deze huurders de gemeente zal overgaan tot het op haar kosten verplaatsen van de woonwagen naar een nieuwe standplaats op het Trekvaartplein, zulks met inachtneming van het in artikel 3.4 bepaalde.

 

3.3.    Indien de eigenaar van de woonwagen zelf tot verplaatsing van de woonwagen overgaat dan zullen de aan de eigenaar krachtens deze beleidsregels toekomende verplaatsingskosten door de gemeente worden vastgesteld op basis van een door de gemeente vast te stellen raming voor deze verplaatsingskosten.

 

3.4.    Indien de woonwagen ten gevolge van de fysieke staat niet kan worden verplaatst – een en ander ter beoordeling van de gemeente –, dan zal de gemeente niet gehouden kunnen worden om de woonwagen te verplaatsen naar de nieuwe standplaats en zal de bewoner hetzij zelf voor eigen rekening en risico tot verplaatsing van de woonwagen naar de nieuwe standplaats kunnen overgaan, hetzij een (nieuwe) woonwagen(woning) kunnen kopen, hetzij een woonwagen(woning) kunnen huren.

 

          De eigenaar van deze oude woonwagen zal, indien hij niet zelf tot verplaatsing van de woonwagen naar de definitieve nieuwe standplaats overgaat, de oude woonwagen dan aan de gemeente te koop kunnen aanbieden dan wel zelf voor (sloop en) afvoer van deze woonwagen moeten zorgdragen. Indien de eigenaar van deze oude woonwagen wel zelf tot verplaatsing van de woonwagen naar de definitieve nieuwe standplaats overgaat dan ontvangt hij een verplaatsingskostenvergoeding ter hoogte van de door de gemeente getaxeerde dagwaarde van deze woonwagen doch maximaal € 15.000,00 of een percentage van dit bedrag in de gevallen genoemd in de artikelen 5 en 6 van deze beleidsregels.

 

3.5.    (Ver)plaatsing van sta- of toercaravans naar/op de nieuwe standplaatsen op het Trekvaartplein, op Roomburg of in Oegstgeest wordt niet toegestaan.

 

3.6.    Indien een eigenaar/bewoner in aanmerking komt voor een verplaatsingskostenvergoeding, dan wordt een eventuele tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten daarin geacht te zijn begrepen.

 

3.7.    Het recht op een tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten vervalt indien de huurder/bewoner de woonwagen op de datum, waarop deze leeg en ontruimd dient te worden opgeleverd, niet met al het zijne en de zijnen heeft verlaten. Eventueel reeds betaalde vergoedingen dienen alsdan aan de gemeente te worden gerestitueerd.

 

3.8.    Het recht op een verplaatsingskostenvergoeding vervalt indien de huurder/bewoner de oude standplaats op de datum, waarop deze leeg en ontruimd dient te worden opgeleverd, niet met al het zijne en de zijnen heeft verlaten. Eventueel reeds betaalde vergoedingen dienen alsdan aan de gemeente te worden gerestitueerd.

 

3.9.    De krachtens deze beleidsregels toegekende vergoedingen zijn vergoedingen inclusief eventueel daarover verschuldigde omzetbelasting.

 

3.10.  De afspraken met individuele bewoners van het Trekvaartplein betreffende huur of koop van een nieuwe standplaats, verplaatsing of verwijdering van de oude woonwagen, stacaravan of toercaravan, eventuele huur of koop van een nieuwe woonwagen(woning), eventuele tegemoetkoming in verhuis- en inrichtingskosten, eventuele verplaatsingskosten en andere onkosten, zullen worden vastgelegd in een door de gemeente op te stellen vaststellingsovereenkomst. Indien de huurder/bewoner niet overgaat tot ondertekening van deze vaststellingsovereenkomst, is het daarin vervatte aanbod vervallen.

 

3.11.  De bewoners van een woonwagen(woning) op een nieuwe standplaats zullen zelf zorg moeten dragen voor het verkrijgen van een huisvestingsvergunning.

 

3.12.  De bewoners, die zelf zorgdragen voor plaatsing (bouw) van een woonwagen(woning) op een nieuwe standplaats, zullen zelf zorg moeten dragen voor het verkrijgen van een bouwvergunning.

 

Artikel 4 - Huurders van een legale standplaats

 

4.1.    Huurders van een legale standplaats die een woonwagen van de gemeente huren zullen na de herinrichting een (nieuwe) woonwagen(woning) en standplaats kunnen huren of kopen en ontvangen van de gemeente eenmalig een tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten van € 5.265,00.

          De gemeente zorgt voor verwijdering en eventueel sloop van de oude huurwoonwagen.

 

4.2.    Huurders van een legale standplaats die een eigen woonwagen hebben en wier woonwagen na de herinrichting door de gemeente naar/op de definitieve nieuwe standplaats op het Trekvaartplein wordt ver-/geplaatst, ontvangen van de gemeente een bedrag van maximaal € 1.250,00 aan onkosten onder overlegging van facturen ter zake van de kosten die zij in het kader van de verplaatsing van deze woonwagen aantoonbaar (zulks ter beoordeling van de gemeente) hebben gemaakt.

 

4.3.    Huurders van een legale standplaats die een eigen woonwagen hebben en die na de herinrichting zelf hun woonwagen gaan verplaatsen naar de definitieve nieuwe standplaats op het Trekvaartplein, ontvangen van de gemeente het door de gemeente geraamde bedrag van de verplaatsingskosten van de woonwagen, tenzij sprake is van de situatie als bedoeld in artikel 3.4 van deze beleidsregels. Daarnaast ontvangen zij een bedrag van maximaal € 1.250,00 aan onkosten onder overlegging van facturen ter zake van de kosten die zij in het kader van deze verplaatsing van de woonwagen aantoonbaar (zulks ter beoordeling van de gemeente) hebben gemaakt.

 

4.4.    Huurders van een legale standplaats die een eigen woonwagen hebben en die na de herinrichting een (nieuwe) woonwagen of woonwagenwoning en standplaats gaan huren of kopen, ontvangen van de gemeente eenmalig een tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten van € 5.265,00.

 

          Indien deze bewoners besluiten om hun oude woonwagen te koop aan te bieden aan de gemeente, dan biedt de gemeente daarvoor een bedrag aan ter hoogte van de getaxeerde waarde van deze woonwagen doch maximaal het bedrag van de geraamde verplaatsingskosten, uitgaande van verplaatsing binnen het Trekvaartplein, onder aftrek van de sloop- en afvoerkosten van de woonwagen en onder aftrek van de tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten ad € 5.265,00.

 

4.5.    Huurders van een legale standplaats die een eigen woonwagen hebben en die na de herinrichting ervoor kiezen een nieuwe standplaats te gaan huren of kopen of een woning te betrekken buiten het Trekvaartplein, Roomburg of Oegstgeest, ontvangen van de gemeente eenmalig een bedrag van € 5.265,00 ter tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten. Indien deze bewoners besluiten om hun oude woonwagen te koop aan te bieden aan de gemeente, dan biedt de gemeente daarvoor een bedrag aan ter hoogte van de getaxeerde waarde van deze woonwagen doch maximaal het bedrag van de geraamde verplaatsingskosten, uitgaande van verplaatsing binnen het Trekvaartplein, onder aftrek van de sloop- en afvoerkosten van de woonwagen en onder aftrek van de tegemoetkoming ad € 5.265,00.

 

Artikel 5 - Gedoogden vóór 1 november 1999

 

5.1.    Bewoners van het Trekvaartplein die vallen in categorie II of III van de toewijzingsregels die een eigen woonwagen hebben en die in het kader van de herinrichting op het Trekvaartplein, op Roomburg of in Oegstgeest of elders een nieuwe standplaats gaan huren of kopen en de eigen woonwagen wensen mee te nemen, ontvangen van de gemeente een vergoeding van maximaal 95% van het door de gemeente geraamde bedrag aan verplaatsingskosten van de woonwagen, uitgaande van verplaatsing van de woonwagen binnen het Trekvaartplein, zulks met inachtneming van het bepaalde in artikel 3.4.

 

5.2.    Bewoners van het Trekvaartplein die vallen in categorie II of III van de toewijzingsregels die een eigen woonwagen hebben en die in het kader van de herinrichting van het Trekvaartplein op het Trekvaartplein, op Roomburg, in Oegstgeest of elders een nieuwe standplaats en een (nieuwe) woonwagen(woning) gaan huren of kopen ontvangen van de gemeente eenmalig een bedrag van € 5.265,00 als tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten.

 

          Indien deze bewoners besluiten om hun oude woonwagen te koop aan te bieden aan de gemeente, dan biedt de gemeente daarvoor een bedrag aan ter hoogte van de getaxeerde waarde van deze woonwagen doch maximaal het bedrag ter hoogte van 95% van het door de gemeente  geraamde bedrag van de verplaatsingskosten van de woonwagen, uitgaande van verplaatsing binnen het Trekvaartplein, onder aftrek van sloop- en afvoerkosten voor de woonwagen en onder aftrek van de bijdrage in de verhuis en inrichtingskosten ad € 5.265,00.

 

5.3.    Gedoogden vóór 1 november 1999 komen niet in aanmerking voor een onkostenvergoeding als vermeld in artikel 4.2.

 

Artikel 6 – Gedoogden ná 1 november 1999

 

6.1.    Bewoners van het Trekvaartplein die vallen in categorie IV van de toewijzingsregels die een eigen woonwagen hebben en die in het kader van de herinrichting van het Trekvaartplein een nieuwe standplaats gaan huren of kopen op het Trekvaartplein en die hun huidige woonwagen wensen mee te nemen ontvangen van de gemeente een vergoeding van maximaal 85% van het door de gemeente geraamde bedrag van de verplaatsingskosten van de woonwagen, uitgaande van verplaatsing van de woonwagen binnen het Trekvaartplein, zulks met inachtneming van het bepaalde in artikel 3.4.

 

6.2.    Bewoners van het Trekvaartplein die vallen in categorie IV van de toewijzingsregels en die een eigen woonwagen hebben en die in het kader van de herinrichting van het Trekvaartplein op het Trekvaartplein, op Roomburg, in Oegstgeest of elders een nieuwe standplaats en een (nieuwe) woonwagen(woning) gaan huren of kopen ontvangen van de gemeente eenmalig een bedrag van € 5.265,00 ter tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten. Indien deze bewoners besluiten om hun oude woonwagen te koop aan te bieden aan de gemeente dan biedt de gemeente daarvoor een bedrag aan ter hoogte van de getaxeerde waarde van deze woonwagen doch maximaal het bedrag ter hoogte van 85% van het door de gemeente geraamde bedrag van de verplaatsingskosten van de woonwagen, uitgaande van verplaatsing binnen het Trekvaartplein, onder aftrek van de sloop- en afvoerkosten voor de woonwagen en onder aftrek van de bijdrage in de verhuis- en inrichtingskosten ad € 5.265,00.

 

6.3.    Gedoogden ná 1 november  1999 komen niet in aanmerking voor een onkostenvergoeding als vermeld in artikel 4.2.

 

 

 

Artikel 7 – Bewoners van een stacaravan

 

7.1.    Bewoners van het Trekvaartplein van een stacaravan die in het kader van de herinrichting van het Trekvaartplein op het Trekvaartplein, op Roomburg, in Oegstgeest of elders een nieuwe standplaats gaan huren of kopen en een (nieuwe) woonwagen(woning) gaan huren of kopen, ontvangen van de gemeente eenmalig een vergoeding van € 2.500,00.

 

Artikel 8 – Bewoners van een toercaravan

 

8.1.    Bewoners van het Trekvaartplein van een toercaravan die op het Trekvaartplein, op Roomburg, in Oegstgeest of elders een nieuwe standplaats gaan huren of kopen en een (nieuwe) woonwagen(woning) gaan huren of kopen ontvangen van de gemeente eenmalig een vergoeding van € 1.250,00.

 

Artikel 9 – Moment van betaling van vergoedingen; compensatie

 

9.1.    Betaling van vergoedingen aan de huurder/bewoner overeenkomstig deze beleidsregels vindt niet eerder plaats dan nadat de huurder/bewoner de vaststellingsovereenkomst als bedoeld in artikel 3.10 van deze beleidsregels heeft ondertekend.

 

9.2.    De aan de huurder/bewoner toekomende tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten of vergoeding van verplaatsingskosten, wordt onder aftrek van eventuele vorderingen van de gemeente ingevolge artikel 9.5, betaald in drie termijnen:

-  30% wordt betaald binnen veertien dagen na de ondertekening door de    huurder/bewoner van de vaststellingsovereenkomst;

-  30%  wordt betaald veertien dagen voor de vastgestelde datum van       verplaatsing/verhuizing naar de nieuwe standplaats;

-  40% wordt betaald binnen veertien dagen nadat de verplaatsing/verhuizing naar de nieuwe standplaats heeft plaatsgevonden en de oude standplaats leeg en ontruimd is opgeleverd.

 

9.3.    De aan de huurder/bewoner toekomende vergoeding als bedoeld in artikel 7.1 en artikel 8.1 wordt, onder aftrek van eventuele vorderingen van de gemeente ingevolge artikel 9.5, betaald binnen veertien dagen nadat de oude standplaats leeg en ontruimd aan de gemeente is opgeleverd en de sta- of toercaravan is verwijderd.

 

9.4.    De aan de huurder/bewoner toekomende onkostenvergoeding als bedoeld in artikel 4.2 en artikel 4.3 wordt, onder aftrek van eventuele vorderingen van de gemeente ingevolge artikel 9.5, betaald binnen veertien dagen nadat de huurder/bewoner de desbetreffende facturen bij de gemeente heeft ingeleverd en de oude standplaats leeg en ontruimd aan de gemeente is opgeleverd.

 

9.5.    Indien en voor zover de gemeente opeisbare vorderingen heeft op de huurder/bewoner op het moment dat de gemeente overgaat tot betaling van de vergoeding als in deze beleidsregels bedoeld, dan is de gemeente gerechtigd om de vorderingen met elkaar te compenseren.

          In de vaststellingsovereenkomst als bedoeld in artikel 3.7 van deze beleidsregels zal alsdan een opgave worden gedaan van de opeisbare vorderingen van de gemeente op de huurder/bewoner.

 

Artikel 10 – Inwerkingtreding; citeertitel

 

10.1.  De beleidsregels treden de dag na bekendmaking in werking.

 

10.2.  Deze beleidsregels zullen worden aangehaald als 'Beleidsregels vergoedingen in verband met herinrichting Trekvaartplein'.

 

Artikel 1 – Toepassingsbereik en doel van de beleidsregels

 

1.1.    Deze beleidsregels zijn van toepassing op diegenen die krachtens de door het college van burgemeester en wethouders op 31 maart 2009 vastgestelde toewijzingsregels in het kader van de toekomstige herinrichting van het woonwagencentrum Trekvaartplein in aanmerking komen voor een standplaats op het woonwagencentrum Trekvaartplein na de herinrichting, het te realiseren woonwagencentrum Roomburg of het te realiseren woonwagencentrum Oegstgeest.

 

1.2.    Doel van deze beleidsregels is om rechtszekerheid te bieden ten aanzien van de vergoedingen die aan de bewoners van het Trekvaartplein toekomen in verband met verplaatsing/verhuizing ten gevolge van de herinrichting van het woonwagencentrum Trekvaartplein.

 

Artikel 2 – Begripsbepalingen

 

2.1.    Woonwagen:  Een voor bewoning bestemd gebouw dat is                 geplaatst op een standplaats en dat in zijn geheel of in                          delen kan worden verplaatst.

 

2.2.    Standplaats:  Een kavel, bestemd voor het plaatsen van een        woonwagen, waarop voorzieningen aanwezig zijn die op het leidingnet van de openbare nutsbedrijven, andere instellingen of van gemeenten kunnen worden aangesloten.

 

2.3.    Stacaravan:  Onderkomen dat dient of kan dienen tot woonverblijf      van een of meer personen en dat door de aanwezigheid van een chassis, assenstelsel en wielen over een korte afstand naar een vaste standplaats kan worden verreden, doch niet bestemd is om regelmatig en op           normale wijze op wegen als een aanhangsel van een personenauto te worden voortbewogen.

 

Ook indien dit onderkomen wegens daaraan of daarbij aangebrachte wijzigingen of voorzieningen niet of niet meer geschikt is om te worden verreden, wordt dit aangemerkt als stacaravan.

 

2.4.    Toercaravan:  Onderkomen dat dient of kan dienen tot woonverblijf van een of meer personen en dat door de aanwezigheid van een chassis, assenstelsel en wielen kan worden erplaatst en als een aanhangsel van een personenauto kan worden voortbewogen. Ook indien dit onderkomen        wegens daaraan of daarbij aangebrachte wijzigingen of voorzieningen niet of niet meer geschikt is om te worden verreden, wordt deze aangemerkt als toercaravan.

 

2.5.    Legale standplaats: De 80 standplaatsen op het Trekvaartplein die

genummerd zijn 1 tot en met 80 en waarvoor huur (stageld) dient te worden betaald.

 

2.6.    Gedoogde vóór 1 november 1999: Een bewoner van het Trekvaartplein, niet zijnde een huurder van een legale standplaats, die op

1 november 1999 de leeftijd had van 18 jaar of ouder en die sedert 1 november 1999 onafgebroken woonachtig is geweest op het Trekvaartplein.

 

2.7.    Gedoogde ná 1 november 1999: Een bewoner van het Trekvaartplein, niet zijnde een huurder van een legale standplaats, die na 1 november 1999 doch voor 31 maart 2009 de leeftijd had van 18 jaar of ouder en die na    1 november 1999 doch voor 1 september 2006  onafgebroken woonachtig is geweest op het Trekvaartplein.

 

2.8.    Toewijzingsregels:  De door het college van burgemeester en   wethouders op 31 maart 2009 vastgestelde regels ter bepaling van

de volgorde bij herinrichting van het Trekvaartplein, Roomburg en Oegstgeest, met indeling van de bewoners in de categorieën I, Ia, II, III en IV.

 

2.9.    Verplaatsingskosten: De door de gemeente te ramen kosten voor

verplaatsing van woonwagens van het Trekvaartplein naar een nieuwe standplaats op het Trekvaartplein.

 

Artikel 3 – Algemene uitgangspunten

 

3.1.    De verplaatsing van woonwagens van het Trekvaartplein naar een nieuwe standplaats op het Trekvaartplein of naar de woonwagenlocaties Roomburg of Oegstgeest of de afvoer en eventueel sloop van de woonwagens dient in beginsel plaats te vinden door en op kosten van de eigenaar van de woonwagen op aanwijzing van de gemeente. Indien het gaat om een tijdelijke verplaatsing binnen het Trekvaartplein in afwachting van de plaatsing op een definitieve standplaats, dan zal deze tijdelijke verplaatsing door en op kosten van de gemeente plaatsvinden.

 

3.2.    Voor huurders van een legale standplaats op het Trekvaartplein met een eigen woonwagen geldt dat op verzoek van deze huurders de gemeente zal overgaan tot het op haar kosten verplaatsen van de woonwagen naar een nieuwe standplaats op het Trekvaartplein, zulks met inachtneming van het in artikel 3.4 bepaalde.

 

3.3.    Indien de eigenaar van de woonwagen zelf tot verplaatsing van de woonwagen overgaat dan zullen de aan de eigenaar krachtens deze beleidsregels toekomende verplaatsingskosten door de gemeente worden vastgesteld op basis van een door de gemeente vast te stellen raming voor deze verplaatsingskosten.

 

3.4.    Indien de woonwagen ten gevolge van de fysieke staat niet kan worden verplaatst – een en ander ter beoordeling van de gemeente –, dan zal de gemeente niet gehouden kunnen worden om de woonwagen te verplaatsen naar de nieuwe standplaats en zal de bewoner hetzij zelf voor eigen rekening en risico tot verplaatsing van de woonwagen naar de nieuwe standplaats kunnen overgaan, hetzij een (nieuwe) woonwagen(woning) kunnen kopen, hetzij een woonwagen(woning) kunnen huren.

 

          De eigenaar van deze oude woonwagen zal, indien hij niet zelf tot verplaatsing van de woonwagen naar de definitieve nieuwe standplaats overgaat, de oude woonwagen dan aan de gemeente te koop kunnen aanbieden dan wel zelf voor (sloop en) afvoer van deze woonwagen moeten zorgdragen. Indien de eigenaar van deze oude woonwagen wel zelf tot verplaatsing van de woonwagen naar de definitieve nieuwe standplaats overgaat dan ontvangt hij een verplaatsingskostenvergoeding ter hoogte van de door de gemeente getaxeerde dagwaarde van deze woonwagen doch maximaal € 15.000,00 of een percentage van dit bedrag in de gevallen genoemd in de artikelen 5 en 6 van deze beleidsregels.

 

3.5.    (Ver)plaatsing van sta- of toercaravans naar/op de nieuwe standplaatsen op het Trekvaartplein, op Roomburg of in Oegstgeest wordt niet toegestaan.

 

3.6.    Indien een eigenaar/bewoner in aanmerking komt voor een verplaatsingskostenvergoeding, dan wordt een eventuele tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten daarin geacht te zijn begrepen.

 

3.7.    Het recht op een tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten vervalt indien de huurder/bewoner de woonwagen op de datum, waarop deze leeg en ontruimd dient te worden opgeleverd, niet met al het zijne en de zijnen heeft verlaten. Eventueel reeds betaalde vergoedingen dienen alsdan aan de gemeente te worden gerestitueerd.

 

3.8.    Het recht op een verplaatsingskostenvergoeding vervalt indien de huurder/bewoner de oude standplaats op de datum, waarop deze leeg en ontruimd dient te worden opgeleverd, niet met al het zijne en de zijnen heeft verlaten. Eventueel reeds betaalde vergoedingen dienen alsdan aan de gemeente te worden gerestitueerd.

 

3.9.    De krachtens deze beleidsregels toegekende vergoedingen zijn vergoedingen inclusief eventueel daarover verschuldigde omzetbelasting.

 

3.10.  De afspraken met individuele bewoners van het Trekvaartplein betreffende huur of koop van een nieuwe standplaats, verplaatsing of verwijdering van de oude woonwagen, stacaravan of toercaravan, eventuele huur of koop van een nieuwe woonwagen(woning), eventuele tegemoetkoming in verhuis- en inrichtingskosten, eventuele verplaatsingskosten en andere onkosten, zullen worden vastgelegd in een door de gemeente op te stellen vaststellingsovereenkomst. Indien de huurder/bewoner niet overgaat tot ondertekening van deze vaststellingsovereenkomst, is het daarin vervatte aanbod vervallen.

 

3.11.  De bewoners van een woonwagen(woning) op een nieuwe standplaats zullen zelf zorg moeten dragen voor het verkrijgen van een huisvestingsvergunning.

 

3.12.  De bewoners, die zelf zorgdragen voor plaatsing (bouw) van een woonwagen(woning) op een nieuwe standplaats, zullen zelf zorg moeten dragen voor het verkrijgen van een bouwvergunning.

 

Artikel 4 - Huurders van een legale standplaats

 

4.1.    Huurders van een legale standplaats die een woonwagen van de gemeente huren zullen na de herinrichting een (nieuwe) woonwagen(woning) en standplaats kunnen huren of kopen en ontvangen van de gemeente eenmalig een tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten van € 5.265,00.

          De gemeente zorgt voor verwijdering en eventueel sloop van de oude huurwoonwagen.

 

4.2.    Huurders van een legale standplaats die een eigen woonwagen hebben en wier woonwagen na de herinrichting door de gemeente naar/op de definitieve nieuwe standplaats op het Trekvaartplein wordt ver-/geplaatst, ontvangen van de gemeente een bedrag van maximaal € 1.250,00 aan onkosten onder overlegging van facturen ter zake van de kosten die zij in het kader van de verplaatsing van deze woonwagen aantoonbaar (zulks ter beoordeling van de gemeente) hebben gemaakt.

 

4.3.    Huurders van een legale standplaats die een eigen woonwagen hebben en die na de herinrichting zelf hun woonwagen gaan verplaatsen naar de definitieve nieuwe standplaats op het Trekvaartplein, ontvangen van de gemeente het door de gemeente geraamde bedrag van de verplaatsingskosten van de woonwagen, tenzij sprake is van de situatie als bedoeld in artikel 3.4 van deze beleidsregels. Daarnaast ontvangen zij een bedrag van maximaal € 1.250,00 aan onkosten onder overlegging van facturen ter zake van de kosten die zij in het kader van deze verplaatsing van de woonwagen aantoonbaar (zulks ter beoordeling van de gemeente) hebben gemaakt.

 

4.4.    Huurders van een legale standplaats die een eigen woonwagen hebben en die na de herinrichting een (nieuwe) woonwagen of woonwagenwoning en standplaats gaan huren of kopen, ontvangen van de gemeente eenmalig een tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten van € 5.265,00.

 

          Indien deze bewoners besluiten om hun oude woonwagen te koop aan te bieden aan de gemeente, dan biedt de gemeente daarvoor een bedrag aan ter hoogte van de getaxeerde waarde van deze woonwagen doch maximaal het bedrag van de geraamde verplaatsingskosten, uitgaande van verplaatsing binnen het Trekvaartplein, onder aftrek van de sloop- en afvoerkosten van de woonwagen en onder aftrek van de tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten ad € 5.265,00.

 

4.5.    Huurders van een legale standplaats die een eigen woonwagen hebben en die na de herinrichting ervoor kiezen een nieuwe standplaats te gaan huren of kopen of een woning te betrekken buiten het Trekvaartplein, Roomburg of Oegstgeest, ontvangen van de gemeente eenmalig een bedrag van € 5.265,00 ter tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten. Indien deze bewoners besluiten om hun oude woonwagen te koop aan te bieden aan de gemeente, dan biedt de gemeente daarvoor een bedrag aan ter hoogte van de getaxeerde waarde van deze woonwagen doch maximaal het bedrag van de geraamde verplaatsingskosten, uitgaande van verplaatsing binnen het Trekvaartplein, onder aftrek van de sloop- en afvoerkosten van de woonwagen en onder aftrek van de tegemoetkoming ad € 5.265,00.

 

Artikel 5 - Gedoogden vóór 1 november 1999

 

5.1.    Bewoners van het Trekvaartplein die vallen in categorie II of III van de toewijzingsregels die een eigen woonwagen hebben en die in het kader van de herinrichting op het Trekvaartplein, op Roomburg of in Oegstgeest of elders een nieuwe standplaats gaan huren of kopen en de eigen woonwagen wensen mee te nemen, ontvangen van de gemeente een vergoeding van maximaal 95% van het door de gemeente geraamde bedrag aan verplaatsingskosten van de woonwagen, uitgaande van verplaatsing van de woonwagen binnen het Trekvaartplein, zulks met inachtneming van het bepaalde in artikel 3.4.

 

5.2.    Bewoners van het Trekvaartplein die vallen in categorie II of III van de toewijzingsregels die een eigen woonwagen hebben en die in het kader van de herinrichting van het Trekvaartplein op het Trekvaartplein, op Roomburg, in Oegstgeest of elders een nieuwe standplaats en een (nieuwe) woonwagen(woning) gaan huren of kopen ontvangen van de gemeente eenmalig een bedrag van € 5.265,00 als tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten.

 

          Indien deze bewoners besluiten om hun oude woonwagen te koop aan te bieden aan de gemeente, dan biedt de gemeente daarvoor een bedrag aan ter hoogte van de getaxeerde waarde van deze woonwagen doch maximaal het bedrag ter hoogte van 95% van het door de gemeente  geraamde bedrag van de verplaatsingskosten van de woonwagen, uitgaande van verplaatsing binnen het Trekvaartplein, onder aftrek van sloop- en afvoerkosten voor de woonwagen en onder aftrek van de bijdrage in de verhuis en inrichtingskosten ad € 5.265,00.

 

5.3.    Gedoogden vóór 1 november 1999 komen niet in aanmerking voor een onkostenvergoeding als vermeld in artikel 4.2.

 

Artikel 6 – Gedoogden ná 1 november 1999

 

6.1.    Bewoners van het Trekvaartplein die vallen in categorie IV van de toewijzingsregels die een eigen woonwagen hebben en die in het kader van de herinrichting van het Trekvaartplein een nieuwe standplaats gaan huren of kopen op het Trekvaartplein en die hun huidige woonwagen wensen mee te nemen ontvangen van de gemeente een vergoeding van maximaal 85% van het door de gemeente geraamde bedrag van de verplaatsingskosten van de woonwagen, uitgaande van verplaatsing van de woonwagen binnen het Trekvaartplein, zulks met inachtneming van het bepaalde in artikel 3.4.

 

6.2.    Bewoners van het Trekvaartplein die vallen in categorie IV van de toewijzingsregels en die een eigen woonwagen hebben en die in het kader van de herinrichting van het Trekvaartplein op het Trekvaartplein, op Roomburg, in Oegstgeest of elders een nieuwe standplaats en een (nieuwe) woonwagen(woning) gaan huren of kopen ontvangen van de gemeente eenmalig een bedrag van € 5.265,00 ter tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten. Indien deze bewoners besluiten om hun oude woonwagen te koop aan te bieden aan de gemeente dan biedt de gemeente daarvoor een bedrag aan ter hoogte van de getaxeerde waarde van deze woonwagen doch maximaal het bedrag ter hoogte van 85% van het door de gemeente geraamde bedrag van de verplaatsingskosten van de woonwagen, uitgaande van verplaatsing binnen het Trekvaartplein, onder aftrek van de sloop- en afvoerkosten voor de woonwagen en onder aftrek van de bijdrage in de verhuis- en inrichtingskosten ad € 5.265,00.

 

6.3.    Gedoogden ná 1 november  1999 komen niet in aanmerking voor een onkostenvergoeding als vermeld in artikel 4.2.

 

 

 

Artikel 7 – Bewoners van een stacaravan

 

7.1.    Bewoners van het Trekvaartplein van een stacaravan die in het kader van de herinrichting van het Trekvaartplein op het Trekvaartplein, op Roomburg, in Oegstgeest of elders een nieuwe standplaats gaan huren of kopen en een (nieuwe) woonwagen(woning) gaan huren of kopen, ontvangen van de gemeente eenmalig een vergoeding van € 2.500,00.

 

Artikel 8 – Bewoners van een toercaravan

 

8.1.    Bewoners van het Trekvaartplein van een toercaravan die op het Trekvaartplein, op Roomburg, in Oegstgeest of elders een nieuwe standplaats gaan huren of kopen en een (nieuwe) woonwagen(woning) gaan huren of kopen ontvangen van de gemeente eenmalig een vergoeding van € 1.250,00.

 

Artikel 9 – Moment van betaling van vergoedingen; compensatie

 

9.1.    Betaling van vergoedingen aan de huurder/bewoner overeenkomstig deze beleidsregels vindt niet eerder plaats dan nadat de huurder/bewoner de vaststellingsovereenkomst als bedoeld in artikel 3.10 van deze beleidsregels heeft ondertekend.

 

9.2.    De aan de huurder/bewoner toekomende tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten of vergoeding van verplaatsingskosten, wordt onder aftrek van eventuele vorderingen van de gemeente ingevolge artikel 9.5, betaald in drie termijnen:

-  30% wordt betaald binnen veertien dagen na de ondertekening door de    huurder/bewoner van de vaststellingsovereenkomst;

-  30% wordt betaald veertien dagen voor de vastgestelde datum van       verplaatsing/verhuizing naar de nieuwe standplaats;

-  40% wordt betaald binnen veertien dagen nadat de verplaatsing/verhuizing naar de nieuwe standplaats heeft plaatsgevonden en de oude standplaats leeg en ontruimd is opgeleverd.

 

9.3.    De aan de huurder/bewoner toekomende vergoeding als bedoeld in artikel 7.1 en artikel 8.1 wordt, onder aftrek van eventuele vorderingen van de gemeente ingevolge artikel 9.5, betaald binnen veertien dagen nadat de oude standplaats leeg en ontruimd aan de gemeente is opgeleverd en de sta- of toercaravan is verwijderd.

 

9.4.    De aan de huurder/bewoner toekomende onkostenvergoeding als bedoeld in artikel 4.2 en artikel 4.3 wordt, onder aftrek van eventuele vorderingen van de gemeente ingevolge artikel 9.5, betaald binnen veertien dagen nadat de huurder/bewoner de desbetreffende facturen bij de gemeente heeft ingeleverd en de oude standplaats leeg en ontruimd aan de gemeente is opgeleverd.

 

9.5.    Indien en voor zover de gemeente opeisbare vorderingen heeft op de huurder/bewoner op het moment dat de gemeente overgaat tot betaling van de vergoeding als in deze beleidsregels bedoeld, dan is de gemeente gerechtigd om de vorderingen met elkaar te compenseren.

          In de vaststellingsovereenkomst als bedoeld in artikel 3.7 van deze beleidsregels zal alsdan een opgave worden gedaan van de opeisbare vorderingen van de gemeente op de huurder/bewoner.

 

Artikel 10 – Inwerkingtreding; citeertitel

 

10.1.  De beleidsregels treden de dag na bekendmaking in werking.

 

10.2.  Deze beleidsregels zullen worden aangehaald als 'Beleidsregels vergoedingen in verband met herinrichting Trekvaartplein'.

 

Artikel 1 – Toepassingsbereik en doel van de beleidsregels

 

1.1.    Deze beleidsregels zijn van toepassing op diegenen die krachtens de door het college van burgemeester en wethouders op 31 maart 2009 vastgestelde toewijzingsregels in het kader van de toekomstige herinrichting van het woonwagencentrum Trekvaartplein in aanmerking komen voor een standplaats op het woonwagencentrum Trekvaartplein na de herinrichting, het te realiseren woonwagencentrum Roomburg of het te realiseren woonwagencentrum Oegstgeest.

 

1.2.    Doel van deze beleidsregels is om rechtszekerheid te bieden ten aanzien van de vergoedingen die aan de bewoners van het Trekvaartplein toekomen in verband met verplaatsing/verhuizing ten gevolge van de herinrichting van het woonwagencentrum Trekvaartplein.

 

Artikel 2 – Begripsbepalingen

 

2.1.    Woonwagen:  Een voor bewoning bestemd gebouw dat is                geplaatst op een standplaats en dat in zijn geheel of in delen kan worden verplaatst.

 

2.2.    Standplaats: Een kavel, bestemd voor het plaatsen van een        woonwagen, waarop voorzieningen aanwezig zijn die op et leidingnet van de openbare nutsbedrijven, andere instellingen of van gemeenten kunnen worden aangesloten.

 

2.3.    Stacaravan:  Onderkomen dat dient of kan dienen tot woonverblijf      van een of meer personen en dat door de aanwezigheid van een chassis, assenstelsel en wielen over een korte afstand naar een vaste standplaats kan worden verreden, doch niet bestemd is om regelmatig en op           normale wijze op wegen als een aanhangsel van een personenauto te worden voortbewogen.

 

Ook indien dit onderkomen wegens daaraan of daarbij aangebrachte wijzigingen of voorzieningen niet of niet meer geschikt is om te worden verreden, wordt dit aangemerkt als stacaravan.

 

2.4.    Toercaravan: Onderkomen dat dient of kan dienen tot woonverblijf van een of meer personen en dat door de aanwezigheid van een chassis, assenstelsel en wielen kan worden verplaatst en als een aanhangsel van een personenauto kan worden voortbewogen. Ook indien dit onderkomen    wegens daaraan of daarbij aangebrachte wijzigingen of voorzieningen niet of niet meer geschikt is om te worden verreden, wordt deze aangemerkt als toercaravan.

 

2.5.    Legale standplaats: De 80 standplaatsen op het Trekvaartplein die    genummerd zijn 1 tot en met 80 en waarvoor huur (stageld) dient te worden betaald.

 

2.6.    Gedoogde vóór 1 november 1999: Een bewoner van het Trekvaartplein, niet zijnde een huurder van een legale standplaats, die op

1 november 1999 de leeftijd had van 18 jaar of ouder en die sedert 1 november 1999 onafgebroken woonachtig is geweest op het Trekvaartplein.

 

2.7.    Gedoogde ná 1 november 1999:Een bewoner van het Trekvaartplein, niet zijnde een huurder van een legale standplaats, die na 1 november 1999 doch voor 31 maart 2009 de  leeftijd had van 18 jaar of ouder en die na    1 november 1999 doch voor 1 september 2006  onafgebroken woonachtig is geweest op het Trekvaartplein.

 

2.8.    Toewijzingsregels:  De door het college van burgemeester en   wethouders op 31 maart 2009 vastgestelde regels ter bepaling van

 de volgorde bij herinrichting van het Trekvaartplein, Roomburg en Oegstgeest, met indeling van de bewoners in de categorieën I, Ia, II, III en IV.

 

2.9.    Verplaatsingskosten: De door de gemeente te ramen kosten voor

verplaatsing van woonwagens van het Trekvaartplein naar een nieuwe standplaats op het Trekvaartplein.

 

Artikel 3 – Algemene uitgangspunten

 

3.1.    De verplaatsing van woonwagens van het Trekvaartplein naar een nieuwe standplaats op het Trekvaartplein of naar de woonwagenlocaties Roomburg of Oegstgeest of de afvoer en eventueel sloop van de woonwagens dient in beginsel plaats te vinden door en op kosten van de eigenaar van de woonwagen op aanwijzing van de gemeente. Indien het gaat om een tijdelijke verplaatsing binnen het Trekvaartplein in afwachting van de plaatsing op een definitieve standplaats, dan zal deze tijdelijke verplaatsing door en op kosten van de gemeente plaatsvinden.

 

3.2.    Voor huurders van een legale standplaats op het Trekvaartplein met een eigen woonwagen geldt dat op verzoek van deze huurders de gemeente zal overgaan tot het op haar kosten verplaatsen van de woonwagen naar een nieuwe standplaats op het Trekvaartplein, zulks met inachtneming van het in artikel 3.4 bepaalde.

 

3.3.    Indien de eigenaar van de woonwagen zelf tot verplaatsing van de woonwagen overgaat dan zullen de aan de eigenaar krachtens deze beleidsregels toekomende verplaatsingskosten door de gemeente worden vastgesteld op basis van een door de gemeente vast te stellen raming voor deze verplaatsingskosten.

 

3.4.    Indien de woonwagen ten gevolge van de fysieke staat niet kan worden verplaatst – een en ander ter beoordeling van de gemeente –, dan zal de gemeente niet gehouden kunnen worden om de woonwagen te verplaatsen naar de nieuwe standplaats en zal de bewoner hetzij zelf voor eigen rekening en risico tot verplaatsing van de woonwagen naar de nieuwe standplaats kunnen overgaan, hetzij een (nieuwe) woonwagen(woning) kunnen kopen, hetzij een woonwagen(woning) kunnen huren.

 

          De eigenaar van deze oude woonwagen zal, indien hij niet zelf tot verplaatsing van de woonwagen naar de definitieve nieuwe standplaats overgaat, de oude woonwagen dan aan de gemeente te koop kunnen aanbieden dan wel zelf voor (sloop en) afvoer van deze woonwagen moeten zorgdragen. Indien de eigenaar van deze oude woonwagen wel zelf tot verplaatsing van de woonwagen naar de definitieve nieuwe standplaats overgaat dan ontvangt hij een verplaatsingskostenvergoeding ter hoogte van de door de gemeente getaxeerde dagwaarde van deze woonwagen doch maximaal € 15.000,00 of een percentage van dit bedrag in de gevallen genoemd in de artikelen 5 en 6 van deze beleidsregels.

 

3.5.    (Ver)plaatsing van sta- of toercaravans naar/op de nieuwe standplaatsen op het Trekvaartplein, op Roomburg of in Oegstgeest wordt niet toegestaan.

 

3.6.    Indien een eigenaar/bewoner in aanmerking komt voor een verplaatsingskostenvergoeding, dan wordt een eventuele tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten daarin geacht te zijn begrepen.

 

3.7.    Het recht op een tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten vervalt indien de huurder/bewoner de woonwagen op de datum, waarop deze leeg en ontruimd dient te worden opgeleverd, niet met al het zijne en de zijnen heeft verlaten. Eventueel reeds betaalde vergoedingen dienen alsdan aan de gemeente te worden gerestitueerd.

 

3.8.    Het recht op een verplaatsingskostenvergoeding vervalt indien de huurder/bewoner de oude standplaats op de datum, waarop deze leeg en ontruimd dient te worden opgeleverd, niet met al het zijne en de zijnen heeft verlaten. Eventueel reeds betaalde vergoedingen dienen alsdan aan de gemeente te worden gerestitueerd.

 

3.9.    De krachtens deze beleidsregels toegekende vergoedingen zijn vergoedingen inclusief eventueel daarover verschuldigde omzetbelasting.

 

3.10.  De afspraken met individuele bewoners van het Trekvaartplein betreffende huur of koop van een nieuwe standplaats, verplaatsing of verwijdering van de oude woonwagen, stacaravan of toercaravan, eventuele huur of koop van een nieuwe woonwagen(woning), eventuele tegemoetkoming in verhuis- en inrichtingskosten, eventuele verplaatsingskosten en andere onkosten, zullen worden vastgelegd in een door de gemeente op te stellen vaststellingsovereenkomst. Indien de huurder/bewoner niet overgaat tot ondertekening van deze vaststellingsovereenkomst, is het daarin vervatte aanbod vervallen.

 

3.11.  De bewoners van een woonwagen(woning) op een nieuwe standplaats zullen zelf zorg moeten dragen voor het verkrijgen van een huisvestingsvergunning.

 

3.12.  De bewoners, die zelf zorgdragen voor plaatsing (bouw) van een woonwagen(woning) op een nieuwe standplaats, zullen zelf zorg moeten dragen voor het verkrijgen van een bouwvergunning.

 

Artikel 4 - Huurders van een legale standplaats

 

4.1.    Huurders van een legale standplaats die een woonwagen van de gemeente huren zullen na de herinrichting een (nieuwe) woonwagen(woning) en standplaats kunnen huren of kopen en ontvangen van de gemeente eenmalig een tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten van € 5.265,00.

          De gemeente zorgt voor verwijdering en eventueel sloop van de oude huurwoonwagen.

 

4.2.    Huurders van een legale standplaats die een eigen woonwagen hebben en wier woonwagen na de herinrichting door de gemeente naar/op de definitieve nieuwe standplaats op het Trekvaartplein wordt ver-/geplaatst, ontvangen van de gemeente een bedrag van maximaal € 1.250,00 aan onkosten onder overlegging van facturen ter zake van de kosten die zij in het kader van de verplaatsing van deze woonwagen aantoonbaar (zulks ter beoordeling van de gemeente) hebben gemaakt.

 

4.3.    Huurders van een legale standplaats die een eigen woonwagen hebben en die na de herinrichting zelf hun woonwagen gaan verplaatsen naar de definitieve nieuwe standplaats op het Trekvaartplein, ontvangen van de gemeente het door de gemeente geraamde bedrag van de verplaatsingskosten van de woonwagen, tenzij sprake is van de situatie als bedoeld in artikel 3.4 van deze beleidsregels. Daarnaast ontvangen zij een bedrag van maximaal € 1.250,00 aan onkosten onder overlegging van facturen ter zake van de kosten die zij in het kader van deze verplaatsing van de woonwagen aantoonbaar (zulks ter beoordeling van de gemeente) hebben gemaakt.

 

4.4.    Huurders van een legale standplaats die een eigen woonwagen hebben en die na de herinrichting een (nieuwe) woonwagen of woonwagenwoning en standplaats gaan huren of kopen, ontvangen van de gemeente eenmalig een tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten van € 5.265,00.

 

          Indien deze bewoners besluiten om hun oude woonwagen te koop aan te bieden aan de gemeente, dan biedt de gemeente daarvoor een bedrag aan ter hoogte van de getaxeerde waarde van deze woonwagen doch maximaal het bedrag van de geraamde verplaatsingskosten, uitgaande van verplaatsing binnen het Trekvaartplein, onder aftrek van de sloop- en afvoerkosten van de woonwagen en onder aftrek van de tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten ad € 5.265,00.

 

4.5.    Huurders van een legale standplaats die een eigen woonwagen hebben en die na de herinrichting ervoor kiezen een nieuwe standplaats te gaan huren of kopen of een woning te betrekken buiten het Trekvaartplein, Roomburg of Oegstgeest, ontvangen van de gemeente eenmalig een bedrag van € 5.265,00 ter tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten. Indien deze bewoners besluiten om hun oude woonwagen te koop aan te bieden aan de gemeente, dan biedt de gemeente daarvoor een bedrag aan ter hoogte van de getaxeerde waarde van deze woonwagen doch maximaal het bedrag van de geraamde verplaatsingskosten, uitgaande van verplaatsing binnen het Trekvaartplein, onder aftrek van de sloop- en afvoerkosten van de woonwagen en onder aftrek van de tegemoetkoming ad € 5.265,00.

 

Artikel 5 - Gedoogden vóór 1 november 1999

 

5.1.    Bewoners van het Trekvaartplein die vallen in categorie II of III van de toewijzingsregels die een eigen woonwagen hebben en die in het kader van de herinrichting op het Trekvaartplein, op Roomburg of in Oegstgeest of elders een nieuwe standplaats gaan huren of kopen en de eigen woonwagen wensen mee te nemen, ontvangen van de gemeente een vergoeding van maximaal 95% van het door de gemeente geraamde bedrag aan verplaatsingskosten van de woonwagen, uitgaande van verplaatsing van de woonwagen binnen het Trekvaartplein, zulks met inachtneming van het bepaalde in artikel 3.4.

 

5.2.    Bewoners van het Trekvaartplein die vallen in categorie II of III van de toewijzingsregels die een eigen woonwagen hebben en die in het kader van de herinrichting van het Trekvaartplein op het Trekvaartplein, op Roomburg, in Oegstgeest of elders een nieuwe standplaats en een (nieuwe) woonwagen(woning) gaan huren of kopen ontvangen van de gemeente eenmalig een bedrag van € 5.265,00 als tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten.

 

          Indien deze bewoners besluiten om hun oude woonwagen te koop aan te bieden aan de gemeente, dan biedt de gemeente daarvoor een bedrag aan ter hoogte van de getaxeerde waarde van deze woonwagen doch maximaal het bedrag ter hoogte van 95% van het door de gemeente  geraamde bedrag van de verplaatsingskosten van de woonwagen, uitgaande van verplaatsing binnen het Trekvaartplein, onder aftrek van sloop- en afvoerkosten voor de woonwagen en onder aftrek van de bijdrage in de verhuis en inrichtingskosten ad € 5.265,00.

 

5.3.    Gedoogden vóór 1 november 1999 komen niet in aanmerking voor een onkostenvergoeding als vermeld in artikel 4.2.

 

Artikel 6 – Gedoogden ná 1 november 1999

 

6.1.    Bewoners van het Trekvaartplein die vallen in categorie IV van de toewijzingsregels die een eigen woonwagen hebben en die in het kader van de herinrichting van het Trekvaartplein een nieuwe standplaats gaan huren of kopen op het Trekvaartplein en die hun huidige woonwagen wensen mee te nemen ontvangen van de gemeente een vergoeding van maximaal 85% van het door de gemeente geraamde bedrag van de verplaatsingskosten van de woonwagen, uitgaande van verplaatsing van de woonwagen binnen het Trekvaartplein, zulks met inachtneming van het bepaalde in artikel 3.4.

 

6.2.    Bewoners van het Trekvaartplein die vallen in categorie IV van de toewijzingsregels en die een eigen woonwagen hebben en die in het kader van de herinrichting van het Trekvaartplein op het Trekvaartplein, op Roomburg, in Oegstgeest of elders een nieuwe standplaats en een (nieuwe) woonwagen(woning) gaan huren of kopen ontvangen van de gemeente eenmalig een bedrag van € 5.265,00 ter tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten. Indien deze bewoners besluiten om hun oude woonwagen te koop aan te bieden aan de gemeente dan biedt de gemeente daarvoor een bedrag aan ter hoogte van de getaxeerde waarde van deze woonwagen doch maximaal het bedrag ter hoogte van 85% van het door de gemeente geraamde bedrag van de verplaatsingskosten van de woonwagen, uitgaande van verplaatsing binnen het Trekvaartplein, onder aftrek van de sloop- en afvoerkosten voor de woonwagen en onder aftrek van de bijdrage in de verhuis- en inrichtingskosten ad € 5.265,00.

 

6.3.    Gedoogden ná 1 november  1999 komen niet in aanmerking voor een onkostenvergoeding als vermeld in artikel 4.2.

 

 

 

Artikel 7 – Bewoners van een stacaravan

 

7.1.    Bewoners van het Trekvaartplein van een stacaravan die in het kader van de herinrichting van het Trekvaartplein op het Trekvaartplein, op Roomburg, in Oegstgeest of elders een nieuwe standplaats gaan huren of kopen en een (nieuwe) woonwagen(woning) gaan huren of kopen, ontvangen van de gemeente eenmalig een vergoeding van € 2.500,00.

 

Artikel 8 – Bewoners van een toercaravan

 

8.1.    Bewoners van het Trekvaartplein van een toercaravan die op het Trekvaartplein, op Roomburg, in Oegstgeest of elders een nieuwe standplaats gaan huren of kopen en een (nieuwe) woonwagen(woning) gaan huren of kopen ontvangen van de gemeente eenmalig een vergoeding van € 1.250,00.

 

Artikel 9 – Moment van betaling van vergoedingen; compensatie

 

9.1.    Betaling van vergoedingen aan de huurder/bewoner overeenkomstig deze beleidsregels vindt niet eerder plaats dan nadat de huurder/bewoner de vaststellingsovereenkomst als bedoeld in artikel 3.10 van deze beleidsregels heeft ondertekend.

 

9.2.    De aan de huurder/bewoner toekomende tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten of vergoeding van verplaatsingskosten, wordt onder aftrek van eventuele vorderingen van de gemeente ingevolge artikel 9.5, betaald in drie termijnen:

-  30% wordt betaald binnen veertien dagen na de ondertekening door de    huurder/bewoner van de vaststellingsovereenkomst;

-  30% wordt betaald veertien dagen voor de vastgestelde datum van       verplaatsing/verhuizing naar de nieuwe standplaats;

-  40%     wordt betaald binnen veertien dagen nadat de verplaatsing/verhuizing naar de nieuwe standplaats heeft plaatsgevonden en de oude standplaats leeg en ontruimd is opgeleverd.

 

9.3.    De aan de huurder/bewoner toekomende vergoeding als bedoeld in artikel 7.1 en artikel 8.1 wordt, onder aftrek van eventuele vorderingen van de gemeente ingevolge artikel 9.5, betaald binnen veertien dagen nadat de oude standplaats leeg en ontruimd aan de gemeente is opgeleverd en de sta- of toercaravan is verwijderd.

 

9.4.    De aan de huurder/bewoner toekomende onkostenvergoeding als bedoeld in artikel 4.2 en artikel 4.3 wordt, onder aftrek van eventuele vorderingen van de gemeente ingevolge artikel 9.5, betaald binnen veertien dagen nadat de huurder/bewoner de desbetreffende facturen bij de gemeente heeft ingeleverd en de oude standplaats leeg en ontruimd aan de gemeente is opgeleverd.

 

9.5.    Indien en voor zover de gemeente opeisbare vorderingen heeft op de huurder/bewoner op het moment dat de gemeente overgaat tot betaling van de vergoeding als in deze beleidsregels bedoeld, dan is de gemeente gerechtigd om de vorderingen met elkaar te compenseren.

          In de vaststellingsovereenkomst als bedoeld in artikel 3.7 van deze beleidsregels zal alsdan een opgave worden gedaan van de opeisbare vorderingen van de gemeente op de huurder/bewoner.

 

Artikel 10 – Inwerkingtreding; citeertitel

 

10.1.  De beleidsregels treden de dag na bekendmaking in werking.

 

10.2.  Deze beleidsregels zullen worden aangehaald als 'Beleidsregels vergoedingen in verband met herinrichting Trekvaartplein'.