Regeling vervallen per 30-01-2020

Besluit maatschappelijke ondersteuning Leiderdorp 2018

Geldend van 20-01-2018 t/m 29-01-2020

Intitulé

Besluit maatschappelijke ondersteuning Leiderdorp 2018

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiderdorp;

gelet op de artikelen 11 het vierde lid, 13 het tweede lid, 15, 16 tweede lid, artikel 17 het derde lid, 20 het vierde lid, 23 het tweede lid van de Verordening maatschappelijke ondersteuning Leiderdorp 2015; 

besluit vast te stellen het: Besluit maatschappelijke ondersteuning Leiderdorp 2018

Hoofdstuk 1 Toelichting berekeningswijze persoonsgebonden budget

Artikel 1. Algemeen

  • Lid 1.

    Het persoonsgebonden budget voor maatwerkvoorzieningen dient in beginsel toereikend en vergelijkbaar te zijn met een voorziening in natura.

  • lid 2.

    Er is sprake van een gedifferentieerde tariefstelling voor inkoop via non-professionele hulp,

    (niet-beroepsmatige of informele hulp die wordt geleverd door mensen uit de eigen omgeving of het eigen netwerk), en via professionele hulp die wordt geleverd door een ter zake kundig zelfstandige zonder personeel (zzp-er) of eenmansbedrijf en professionele hulp die wordt ingekocht bij een instelling.

  • lid 3.

    In de regel wordt voor maatwerkvoorzieningen genoemd in artikel 2 t/m 7 de volgende gedifferentieerde tariefstelling gehanteerd:

    Non-professional (informeel) 50% van het tarief dat bij zorg in natura wordt gehanteerd

    Professional (zzp-er) 80% van het tarief dat in zorg in natura wordt gehanteerd

    Professional (instelling) 90% van het tarief dat in zorg in natura wordt gehanteerd

  • lid 4.

    In afwijking van lid 3 wordt bij huishoudelijke ondersteuning voor informele ondersteuning het rekenuurtarief van € 14,- gehanteerd. Deze vorm van ondersteuning kan vallen onder de regeling ‘Dienstverlening aan Huis’. Deze regeling houdt in dat er geen loonbelasting, premie volksverzekeringen of premies werknemersverzekeringen hoeft te worden ingehouden of afgedragen. Voor professionele ondersteuning door een zzp-er wordt een rekenuurtarief van € 17,50 gehanteerd, op basis van het tarief van een Alphahulp via een formele stichting of een schoonmaakbedrijf.

  • Lid 5.

    Bij groepsbegeleiding wordt bij de berekening van het pgb gerekend met het in lid 3 genoemde percentage van het dagdeeltarief in natura, wat tot stand gekomen is door middel van het proces van bestuurlijk contracteren. Dit dagdeeltarief in natura wordt vermenigvuldigd met het midden van de bandbreedte van de gehanteerde intensiteit.

Hoofdstuk 2. Bedragen persoonsgebonden budget voor maatwerkvoorzieningen WMO

Artikel 2. Bedragen voor het persoonsgebonden budget voor Huishoudelijke Ondersteuning

  • Lid 1.

    De bedragen voor het persoonsgebonden budget voor Huishoudelijke ondersteuning basis, speciaal en thuisondersteuning luiden per periode van vier weken:

    Type ondersteuning

    Informeel

    ZZP-er

    Instelling

    Huishoudelijke Ondersteuning Basis

    € 135,75

    € 169,50

    € 207,-

    Huishoudelijke Ondersteuning Basis intensief

    € 244,75

    € 305,75

    € 373,50

    Huishoudelijke Ondersteuning Speciaal

    € 166,-

    € 207,50

    € 288,-

    Huishoudelijke Ondersteuning Speciaal intensief

    € 282,50

    € 353,25

    € 490,50

    Thuisondersteuning

    € 221,-

    € 276,25

    € 405,-

    Thuisondersteuning intensief

    € 339,-

    € 423,75

    € 621,-

Artikel 3. Bedragen voor het persoonsgebonden budget voor Begeleiding Individueel

  • Lid 1.

    De bedragen voor het persoonsgebonden budget voor Individuele begeleiding luiden per periode van vier weken:

    Type ondersteuning

    Informeel

    ZZP-er

    Instelling

    Begeleiding Individueel Basis regulier

    € 122,50

    € 196,-

    € 220,50

    Begeleiding Individueel Basis midden

    € 290,-

    € 464,-

    € 522,-

    Begeleiding Individueel Basis zwaar

    € 455,-

    € 728,-

    € 819,-

    Begeleiding Individueel Speciaal regulier

    nvt

    € 280,-

    € 315,-

    Begeleiding Individueel Speciaal midden

    nvt

    € 656,-

    € 738,-

    Begeleiding Individueel Speciaal zwaar

    nvt

    € 1.032,-

    € 1.161,-

Artikel 4. Bedragen voor het persoonsgebonden budget voor Begeleiding Groep

  • Lid 1.

    De bedragen voor het persoonsgebonden budget voor groepsbegeleiding luiden per periode van vier weken:

    Type ondersteuning

    ZZP-er

    Instelling

    Begeleiding groep Basis

    € 251,50

    € 283,-

    Begeleiding groep basis (incl. vervoer)

    € 309,75

    € 341,25

    Begeleiding groep Basis (intensief) 

    € 628,75

    € 707,50

    Begeleiding groep Basis (intensief & incl. vervoer)

    € 774,25

    € 853,-

    Begeleiding groep Speciaal

    € 380,25

    € 427,75

    Begeleiding groep Speciaal (incl. vervoer)

    € 438,25

    € 492,50

    Begeleiding groep Speciaal (intensief)

    € 950,50

    € 1.069,25

    Begeleiding groep Speciaal (intensief & incl. vervoer)

    € 1.096,-

    € 1.231,25

     

    Er zijn geen bedragen opgenomen voor Begeleiding Groep Basis Informeel en Begeleiding Groep Speciaal Informeel.

Artikel 5. Bedragen voor het persoonsgebonden budget voor overige maatwerkvoorzieningen

  • Lid 1.

    De bedragen voor het persoonsgebonden budget voor overige maatwerkvoorzieningen luiden:

    Type ondersteuning

    Informeel

    ZZP-er

    Instelling

    Kortdurend verblijf (per etmaal, max. 52 etmalen per kalenderjaar)

    € 60,-

    € 96,-

    € 108,-

    Maaltijdvoorbereiding (per uur)

    € 14,-

    € 17,50

    € 21,50

    Kindverzorging (per uur)

    € 14,-

    € 17,50

    € 21,50

    Lijfgebonden ondersteuning (per uur)

    € 22,50

    € 36,-

    € 40,50

Artikel 6. Aanvullende bedragen voor het persoonsgebonden budget voor maatwerkvoorzieningen

  • Lid 1.

    Wanneer het resultaat met de bedragen genoemd in artikelen 2, 3, 4 en 5 niet bereikt kan worden binnen de maximaal gestelde uren/dagdelen, kan er op basis van individueel maatwerk tot een oplossing gekomen worden. Hiervoor worden de pgb tarieven verhoogd met de volgende tarieven per uur of dagdeel:

    Type Ondersteuning

    Informeel

    ZZP-er

    Instelling

    Huishoudelijke Ondersteuning Basis

    € 14,-

    € 17,50

    € 21,50

    Huishoudelijke ondersteuning Speciaal

    € 14,-

    € 17,50

    € 24,25

    Thuisondersteuning

    € 14,-

    € 17,50

    € 25,75

    Begeleiding Individueel Basis extra zwaar

    € 22,50

    € 36,-

    € 40,50

    Begeleiding Individueel Speciaal extra zwaar

    nvt

    € 51,-

    € 57,25

    Begeleiding groep Basis (per dagdeel)

    nvt

    € 21,-

    € 23,50

    Begeleiding groep Basis incl. vervoer (per dagdeel)

    nvt

    € 25,75

    € 28,50

    Begeleiding groep Speciaal (per dagdeel)

    nvt

    € 31,75

    € 35,75

    Begeleiding groep Speciaal incl. vervoer (per dagdeel)

    nvt

    € 36,50

    € 41,-

Artikel 7. Omvang van het persoonsgebonden budget bij koop en huur van hulpmiddelen

  • Lid 1.

    Het persoonsgebonden budget bedraagt, rekening houdend met de kosten voor verzekering en onderhoud voor de gehele gebruiksperiode, ten hoogste:

    SOORT VOORZIENING

    Aanschaf, verzekering en onderhoud hele periode

    Handbewogen rolstoel voor continu gebruik

    € 3.000,-

    Handbewogen rolstoel voor incidenteel/kortdurend gebruik

    € 525,-

    Handbewogen rolstoel voor (semi-)permanent/algemeen gebruik

    € 1.850,-

    Handbewogen rolstoel voor actief gebruik

    € 3.200,-

    Handbewogen kinderrolstoel voor (semi) permanent/actief gebruik

    € 2.600,-

    Handbewogen kinderrolstoel voor permanent gebruik

    € 3.600,-

    Elektrische rolstoel voor (semi-)permanent gebruik, primair binnen, maar ook om het huis

    € 9.000,-

    Elektrische rolstoel voor (semi-)permanent gebruik, primair buiten, maar ook binnenshuis

    € 11.000,-

    Elektrische kinderrolstoel

    € 12.000,-

    Scootmobiel voor gebruik in de woonomgeving (8 km/uur)

    € 2.675,-

    Scootmobiel voor gebruik in de woonomgeving (10 km/uur)

    € 3.400,-

    Scootmobiel voor langere afstanden en intensief gebruik (15 km/uur)

    € 4.200,-

  • Lid 2.

    Indien de inwoner het persoonsgebonden budget aanwendt voor het huren van een hulpmiddel ontvangt hij per kalenderjaar het in het eerste lid genoemde totaalbedrag, gedeeld door het aantal gebruiksjaren (voor een hulpmiddel 7).

  • Lid 3.

    De restwaarde van het hulpmiddel wordt als volgt bepaald:

    Bij verhuizing of overlijden of niet meer adequaat zijn van de voorziening

    Restwaarde als percentage van het verstrekte aanschafgedeelte van het persoonsgebonden budget

    Eerste jaar

    60%

    Tweede jaar

    50%

    Derde jaar

    40%

    Vierde jaar

    30%

    Vijfde jaar

    20%

    Zesde jaar

    10%

    Zevende jaar

    0%

Artikel 8. Restwaarde maatwerkvoorziening in de vorm van een uitbouw

Indien een maatwerkvoorziening is verstrekt in de vorm van een uitbouw aan de woning, die eigendom is van de inwoner, kan er vanuit worden gegaan dat de woning in waarde is gestegen. Daarom dienen de door de gemeente gesubsidieerde kosten bij verkoop van de woning te worden terugbetaald volgens het afschrijvingsschema overeenkomstig het schema in artikel 7 lid 3.

Hoofdstuk 3. Overgangsregelingen persoonsgebonden budget

Artikel 9. Overgangsregeling persoonsgebonden budget

  • Lid 1.

    Voor cliënten met een indicatie voor:

    • a.

      huishoudelijke ondersteuning;

    • b.

      begeleiding individueel;

    • c.

      begeleiding groep;

    • d.

      kortdurend verblijf;

    • e.

      maaltijdvoorbereiding;

    • f.

      kindverzorging;

    • g.

      lijfgebonden ondersteuning;

     

    afgegeven vóór 1 januari 2018 blijft het Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning 2017 van toepassing tot 31 december 2018 of tot zoveel eerder op het moment dat deze indicatie, al dan niet vanwege een nieuwe aanvraag, wordt verlengd, gewijzigd of is komen te vervallen.

Hoofdstuk 4 Bedragen maatwerkvoorzieningen voor vervoer

Artikel 10. Bedragen Collectief Vraagafhankelijk Vervoer

  • Lid 1.

    De vergoeding voor het Collectief Vraagafhankelijk Vervoer (CVV) bedraagt op jaarbasis in principe:

    • a.

      voor gebruik van het CVV 384 zones

    • b.

      voor vervoer vrij besteedbaar € 288,-

  • Lid 2.

    Personen die een maatwerkvoorziening ontvangen in de vorm van het CVV, moeten een bijdrage betalen in het CVV. De hoogte van deze bijdrage is gelijk aan het OV-chip –tarief (omgerekend naar een zonetarief). Het OV chip-tarief bedraagt € 0,74 per zone voor 65- en € 0,48 voor 65+.

Artikel 11. Bedragen maatwerkvoorzieningen vervoer

  • Lid 1.

    De vergoeding voor verschillende maatwerkvoorzieningen voor vervoer bedragen op jaarbasis maximaal:

    • a.

      voor vervoer per taxi € 1.884,-

    • b.

      voor een combinatie van taxi en vervoer met de eigen auto € 1.230,- voor taxi € 942,- plus voor vervoer met de eigen auto € 288,-

    • c.

      voor een rolstoeltaxi € 2.832,-

    • d.

      voor een voor rolstoelgebruik aangepast vervoermiddel € 576,-

    • e.

      voor een combinatie van c en d:

      voor de rolstoeltaxi (1.000 kilometer) € 1.416,-

      plus voor rolstoelgebruik aangepast vervoermiddel (1.000 kilometer) € 288,-

    • f.

      Voor een bruikleenauto/buitenwagen met verbrandingsmotor € 240,-

  • Lid 2.

    De hoogte van de bedragen wordt voor inwoners tot 16 jaar gesteld op een percentage van de in het eerste lid genoemde bedragen op:

    • a.

      0% voor aanvragers tot 4 jaar;

    • b.

      25% voor aanvragers van 4 tot 6 jaar;

    • c.

      50% voor aanvragers van 6 tot 12 jaar; en

    • d.

      75% voor aanvragers van 12 tot 16 jaar.

  • Lid 3.

    Voor zover levenspartners[1] beiden in aanmerking komen voor een maatwerkvoorziening vervoer dan wel voor het CVV en tenminste één van hen kan geen gebruik maken van het CVV, wordt aan elk van hen een percentage (25%, 50% dan wel 75%, afhankelijk van de gezamenlijke vervoersbehoefte) van het maximumbedrag voor vervoer per reguliere taxi toegekend.

    [1] Levenspartners zijn personen die meerderjarig zijn en getrouwd of geregistreerd partner zijn of een door een notaris opgemaakt samenlevingscontract met een wederzijdse zorgverplichting hebben afgesloten of allebei op hetzelfde adres staan ingeschreven in de basisadministratie persoonsgegevens van de gemeente of een vergelijkbare administratie buiten Nederland.

  • Lid 4.

    Voor zover levenspartners1 beiden geen gebruik kunnen maken van het regulier openbaar vervoer, maar wel van het CVV wordt aan hen ieder maximaal toegekend:

    • a.

      100% van het aantal zones voor het gebruik van het CVV; en

    • b.

      indien van toepassing, 50% van het vrij besteedbaar bedrag.

  • Lid 5.

    Voor zover levenspartners beiden geen gebruik kunnen maken van het regulier openbaar vervoer, maar wel van het CVV, en één van hen kiest voor de financiële tegemoetkoming in de meerkosten voor het gebruik van de eigen auto, wordt aan ieder van hen maximaal 50% toegekend van het maximumbedrag voor het gebruik van de eigen auto.

  • Lid 6.

    Indien belanghebbende gebruik maakt van een andere maatwerkvoorziening zoals een scootmobiel, dan wel een eigen verplaatsingsmiddel, kan het aantal kilometers met 25%, 50% of 75% worden verlaagd, afhankelijk van de mate waarin het andere verplaatsingsmiddel in de vervoersbehoefte voorziet.

Hoofdstuk 5 Bijdrage in de kosten van een voorziening

Artikel 12. Bijdrage voor maatwerkvoorzieningen

  • Lid 1.

    De persoon, aan wie een maatwerkvoorziening in natura of in de vorm van een persoonsgebonden budget is verleend, is een bijdrage verschuldigd.

  • Lid 2.

    Het bepaalde in het voorgaande lid blijft buiten toepassing als:

    • a.

      de maatwerkvoorziening bestaat uit een rolstoel;

    • b.

      het een maatwerkvoorziening betreft in gemeenschappelijke ruimten van wooncomplexen;

    • c.

      de maatwerkvoorziening, een hulpmiddel is voor een belanghebbende jonger dan 18 jaar;

    • d.

      het de maatwerkvoorziening begeleiding individueel intensiteit waakvlam betreft.

  • Lid 3.

    De hoogte van de bijdrage voor een maatwerkvoorziening wordt vastgesteld overeenkomstig het bepaalde in het Uitvoeringsbesluit maatschappelijke ondersteuning, zoals jaarlijks aangepast door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, en bedraagt nooit meer dan:

    • a.

      de kostprijs van de maatwerkvoorziening in natura;

    • b.

      de hoogte van het persoonsgebonden budget voor een maatwerkvoorziening.

     

  • Lid 4.

    De termijn van de inning van bijdrage voor een maatwerkvoorziening is:

    • a.

      gelijk aan de verstrekkingsduur van een maatwerkvoorziening in natura, anders dan in eigendom;

    • b.

      gelijk aan de verstrekkingsduur van een periodiek persoonsgebonden budget;

    • c.

      gelijk aan de termijn, tot de kostprijs van de voorziening is betaald, die in de toekenningsbeschikking van het persoonsgebonden budget voor een maatwerkvoorziening is vermeld.

  • Lid 5.

    De inning van de bijdrage voor een maatwerkvoorziening stopt te allen tijde bij het overlijden van belanghebbende of bij beëindiging van de maatwerkvoorziening.

  • Lid 6.

    De persoon, aan wie een vergoeding in de meerkosten is verleend, is geen bijdrage verschuldigd.

Artikel 13. Hoogte kostprijs voor berekening bijdrage maatwerkvoorzieningen

  • Lid 1.

    De hoogte van de kostprijs voor berekening van de bijdrage, als bedoeld in artikel 12 van de Verordening, voor onderstaande maatwerkvoorzieningen in natura bedraagt voor:

    • Huishoudelijke Ondersteuning Basis: € 22,20 per uur;

    • Huishoudelijke Ondersteuning Speciaal: € 22,20 per uur;

    • Thuisondersteuning € 22,20 per uur;

     

    • Begeleiding Individueel Basis: € 22,20 per uur;

    • Begeleiding Individueel Speciaal: € 22,20 per uur;

     

    • Begeleiding Groep Basis: € 22,20 per dagdeel;

    • Begeleiding Groep Speciaal: € 22,20 per dagdeel;

     

    • Kortdurend verblijf : € 44,40 per etmaal (max. 52 etmalen per kalenderjaar);

    • Maaltijdvoorbereiding: € 22,20 per uur;

    • Kindverzorging: € 22,20 per uur;

    • Lijfgebonden ondersteuning: € 22,20 per uur.

     

    • voor Beschermd Wonen intramuraal (ZZP):  

    op basis van door het ministerie van VWS bepaalde regels voor zorg met verblijf;

     

    • Beschermd Wonen en Beschut Wonen LVB, wonen en zorg gescheiden

    volgens regels eigen bijdrage Wmo extramuraal, zijnde: € 34,20 per dag;

     

    • Overbruggingszorg en transitiezorg Beschermd Wonen (extramuraal):

    Volgens regels eigen bijdrage Wmo extramuraal, zijnde: € 22,20 per uur   (ind. begeleiding)

    € 22,20 per dagdeel (beg groep BW)

  • De bijdrage, als bedoeld in artikel 12 van de Verordening, voor de maatwerkvoorziening vervoer in natura voor:

    • scootmobiel voor gebruik in de woonomgeving (8 km/uur) huurprijs per vier weken: € 24,50

    • scootmobiel voor gebruik in de woonomgeving (10 km/uur) huurprijs per vier weken: € 28,00

    • scootmobiel voor langere afstanden en intensief gebruik (15 km/uur) huurprijs per vier weken:  € 33,25

  • Lid 3.

    De bijdrage op het persoonsgebonden budget is maximaal het verstrekte (jaar)budget.

    De bijdrage op het persoonsgebonden budget voor begeleiding en dagbesteding geleverd door een professional is maximaal 53% van het verstrekte (jaar)budget.

  • Lid 4.

    De hoogte van de bijdrage in de kosten voor verblijf in de opvang wordt vastgesteld en geïnd door de opvanginstellingen. De instellingen die opvang verlenen zijn Stichting De Binnenvest, Stichting Vrouwenopvang Rosa Manus en Stichting Uitgeprocedeerde Vluchtelingen. Het uitgangspunt is dat voor de cliënt in ieder geval de norm voor zak- en kleedgeld, zoals genoemd in artikel 23 van de Participatiewet, beschikbaar blijft.

  • Lid 5.

    Voor woonvoorzieningen wordt de gemiddelde kostprijs gemeld bij het CAK tenzij de werkelijke kosten van de voorziening lager zijn.

  • Lid 6.

    Een cliënt is voor woonvoorzieningen met een kostprijs onder € 500,00 geen bijdrage verschuldigd.

Hoofdstuk 6 Overige bepalingen

Artikel 14. Citeertitel en inwerkingtreding

  • a. Dit Besluit wordt aangehaald als: 'Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Leiderdorp 2018'.

  • b. Dit Besluit treedt in werking op 1 januari 2018;

  • c. Met inwerkingtreding van dit Besluit wordt het 'Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Leiderdorp 2017’ ingetrokken.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van 9 januari 2018.
Het College van Burgemeester en wethouders,
De secretaris, de burgemeester,