Regeling vervallen per 24-08-2018

Regeling Reiskostenvergoeding Leiderdorp

Geldend van 01-01-2017 t/m 23-08-2018

Intitulé

Regeling Reiskostenvergoeding Leiderdorp

Burgemeester en wethouders van Leiderdorp;

gelet op het bepaalde in de artikelen 3:21, 3:22, van de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling voor de sectorgemeenten(CAR/UWO);

gelet op de overeenstemming binnen de commissie voor georganiseerd overleg op;

besluiten vast te stellen de

REGELINGREISKOSTENVERGOEDINGLEIDERDORP

Begrippen

Artikel 1

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

  • 1.

    Medewerker:

    De ambtenaar, als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder a van de CAR/UWO.

  • 2.

    Dienstreis:

    Het door de werknemer in opdracht van de werkgever, in het kader van zijn werkzaamheden reizen (naar en van) en verblijven buiten de werkplek waar hij zijn werkzaamheden gewoonlijk verricht.

  • 3.

    Reiskostenvergoeding dienstreis:

    Een tegemoetkoming in de kosten van een dienstreis, als bedoeld onder lid 2.

  • 4.

    Reiskostenvergoeding woonwerk-verkeer:

    Tegemoetkoming in de kosten van het dagelijks reizen tussen woning van de medewerker en diens standplaats.

  • 5.

    Standplaats:

    De standplaats, als bedoeld in artikel 15:1:17, tweede lid van de CAR/UWO.

  • 6.

    Reiskostenvergoeding studiereis:

    Een vergoeding of tegemoetkoming in de kosten voor een aan de ambtenaar toegestane of opgedragen reis ten behoeve van het volgen van een opleiding, dan wel het bijwonen van een symposium, congres of seminar, voor zover verband houden met de door de ambtenaar verrichte of te verrichten werkzaamheden.

  • 7.

    Openbaar vervoer:

    Een voor iedereen beschikbare vorm van personenvervoer volgens een dienstregeling, met uitzondering van een taxi, boot of vliegtuig.

Reiskostenvergoedingwoonwerk-verkeer

Artikel 2

Aan de medewerker, aan wie de verplichting, als bedoeld in artikel 15:1:17 CAR/UWO niet is opgelegd, wordt op diens verzoek een reiskostenvergoeding toegekend, indien de afstand

tussen de woning van de medewerker en de standplaats meer bedraagt dan 10 kilometer.

Artikel 3

  • 1. De medewerker die op 4 of meer werkdagen per week met het openbaar vervoer reist tussen zijn woning en zijn standplaats, ontvangt per maand een tegemoetkoming in de kosten van het bus- en/of treinabonnement, op basis van onderstaande tabel. Om op deze tegemoetkoming aanspraak te kunnen maken dient de medewerker de openbaarvervoerbewijzen, zodra deze niet meer geldig zijn te overhandigen aan de werkgever. Indien de werknemer gebruik maakt van een ov- chipkaart, verstrekt hij een overzicht waaruit de door hem afgesloten financiële transacties en/of relevante reisbewegingen kunnen worden afgeleid.

  • 2. De medewerker die minder dan 4 werkdagen per week met het openbaar vervoer reist tussen zijn woning en zijn standplaats, ontvangt op aanvraag een tegemoetkoming overeenstemmende met de kosten van de in de losse verkoop aangeschafte openbaarvervoersbewijzen. Om aanspraak te kunnen maken op deze tegemoetkoming dient de medewerker de openbaarvervoersbewijzen in te leveren bij de werkgever. Indien de werknemer gebruik maakt van een ov-chipkaart, verstrekt hij een overzicht waaruit de door hem afgesloten financiële transacties en/of relevante reisbewegingen kunnen worden afgeleid.

  • 3. De medewerker die met eigen vervoer reist, ontvangt per maand een tegemoetkoming op basis van onderstaande tabel. Onder eigen vervoer wordt verstaan: auto, motor, scooter, bromfiets of fiets.

    Tabel met netto reiskostenvergoeding

    op basis van minimaal 4 werkdagen per week (artikel 3, lid 3)

    Tabel reiskostenvergoeding op basis van werkelijk gemaakte openbaarvervoerskosten waarbij het soort openbaarvervoersbewijs afhankelijk is van het aantal werkdagen per week (artikel 3, lid 1 en 2)

    Afstand

    Eigen vervoer

    Openbaar vervoer

    10 tot 15 km

    € 65, - per maand

    Kosten van het maandabonnement, 1/12 per maand voor een jaartrajectkaart, of losse kaartverkoop

    15 tot 20 km

    € 97, - per maand

    Kosten van het maandabonnement, 1/12 per maand voor een jaartrajectkaart, of losse kaartverkoop

    ≥ 20 km

    € 130, - per maand

    Kosten van het maandabonnement, 1/12 per maand voor een jaartrajectkaart, of losse kaartverkoop

    Indien minder dan 4 werkdagen wordt gereisd worden de in de bovenstaande tabel genoemde bedragen naar rato uitgekeerd.

    4.Bij de bepaling van de afstand tussen de woning en de standplaats wordt op basis van de ANWB-routeplanner uitgegaan van de snelste route, gemeten van straat tot straat.

Artikel 4

De bedragen behorend bij de in artikel 3 genoemde tabel worden jaarlijks herzien en zo nodig aangepast.

Artikel 5

Indien de medewerker langer dan 1 maand aaneengesloten volledig verhinderd is zijn werkzaamheden te verrichten, wordt de vergoeding, als bedoeld in artikel 2, stopgezet met ingang van de dag waarop de verhindering 1 maand heeft geduurd.

Indien de medewerker langer dan 1 maand aaneengesloten gedeeltelijk verhinderd is zijn werkzaamheden te verrichten, wordt de vergoeding, als bedoeld in artikel 2, met ingang van de dag waarop de gedeeltelijke verhindering 1 maand heeft geduurd, stopgezet voor de dagen dat de ambtenaar feitelijk zijn werkzaamheden niet verricht, of niet op de gebruikelijke locatie verricht.

Bijdrageaanschaf fiets

Artikel 6

Vervallen

Artikel 7

Terugbetalingsverplichting

  • 1.

    Wanneer het dienstverband van de medewerker, op eigen verzoek eindigt binnen 3 jaar na de toekenning van de bijdrage in de aanschaf van een fiets ten behoeve van het woonwerk-verkeer, wordt een terugbetalingsverplichting gehanteerd van 2,78 % per maand, van de hoogte van de toegekende bijdrage, berekend over het aantal kalendermaanden tussen de datum van ontslag en de datum waarop het genoemde termijn van 3 jaar zou zijn verstreken, met dien verstande dat de hoogte van de terugbetalingsverplichting nooit meer zal bedragen dan 80% van toegekende bijdrage.

  • 2.

    Met inachtneming van het bepaalde in artikel 117 van de Ambtenarenwet zal het terug te betalen gedeelte worden verrekend met het salaris, de eventuele salaristoelagen en het individueel keuzebudget die de werknemer over de laatste maand van zijn dienstverband, toekomt.

Reiskostenvergoedingdienst-enstudiereizen

Artikel 8

  • 1.

    De ambtenaar heeft recht op een vergoeding van reiskosten voor het reizen in het belang van de dienst.

  • 2.

    De vergoeding bedoeld in het eerste lid wordt vastgesteld overeenkomstig de Reisregeling binnenland en het Reisbesluit Binnenland, met uitzondering van de reiskosten bij gebruik van het openbaar vervoer.

  • 3.

    De vergoeding voor de reiskosten bij gebruik van het openbaar vervoer is, overeenkomstig artikel 3:21 van de CAR, gebaseerd op het reizen 2e klasse tarief.

Overige bepalingen

Artikel 9

In de gevallen waarin deze regeling niet of niet naar billijkheid voorziet, beslissen burgemeester en wethouders.

Artikel 10

Deze regeling kan worden aangehaald als “reiskostenregeling Leiderdorp” en treedt in werking op de dag na bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2017.

Ondertekening

Vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van Leiderdorp op
30 mei 2017
de burgemeester, de secretaris,
L.Driessen H. Romeijn