Regeling vervallen per 03-05-2008

Subsidieverordening restauratie en onderhoud monumentale panden Leidschendam-Voorburg 2004

Geldend van 03-05-2008 t/m 02-05-2008

Intitulé

Subsidieverordening restauratie en onderhoud monumentale panden Leidschendam-Voorburg 2004

De raad van de gemeente ;

gelezen het desbetreffende voorstel van het college;

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;

b e s l u i t:

vast te stellen de aangepaste ‘Subsidieverordening restauratie en onderhoud monumentale panden Leidschendam-Voorburg 2004’.

Artikel 1 Begripsbepalingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    beschermd gemeentelijk monument

    monument dat overeenkomstig de bepalingen van de Monumentenverordening Leidschendam-Voorburg 2004 als beschermd gemeentelijk monument is aangewezen;

  • b.

    restauratie

    et treffen van voorzieningen tot opheffing van (bouwtechnische) gebreken, het normale onderhoud te boven gaand, noodzakelijk voor de instandhouding van de cultuurhis¬torische waarde van het monument.

  • c.

    onderhoud

    periodieke werkzaamheden noodzakelijk om een monument in goede staat te houden c.q. in bestaande staat te behouden en/of om toekomstig groot onderhoud en restauraties te voorkomen of te verminderen.

  • d.

    bouwconstructie

    de bouwconstructie is een onderdeel van een bouwwerk (het begrip bouwwerk als omschreven in de Woningwet) dat bestemd is om belasting te dragen.

  • e.

    eigenaar

    de natuurlijke persoon of rechtspersoon die het recht van eigendom of van een ander zakelijk recht heeft op een monument, danwel krachtens persoonlijk recht het genot heeft van een monument.

  • f.

    monumentensubsidiebudget

    het door de gemeenteraad vastgestelde budget, waaruit de subsidies worden verleend.

  • g.

    kosten van voorzieningen

    de door burgemeester en wethouders goedgekeurde kosten van de voorzieningen die het onderhoud of de restauratie van de waardevolle (onder)delen van de gevels (conform de redengevende omschrijving) of de constructie van het monument tot doel hebben. Hiertoe behoren niet de werkzaamheden ten behoeve van het gebruik of die gericht zijn op verfraaiing. Een en ander wordt berekend aan de hand van de “Leidraad subsidiabele restauratiekosten”.

Artikel 2 Grondslag en werkingssfeer

  • 1. Burgemeester en wethouders kunnen aan de eigenaar van een beschermd gemeentelijk monument een financiële bijdrage (subsidie) verlenen in de subsidiabele onderhouds- of restauratiekosten van dat monument. Dit betreft alleen werkzaamheden aan de gevels en bouwconstructie van het monument.

  • 2. De subsidie wordt uitsluitend verleend ten behoeve van monumenten welke ingevolge de Monumentenverordening Leidschendam-Voorburg 2004 als zodanig zijn aangewezen en geplaatst op de gemeentelijke monumentenlijst.

  • 3. Burgemeester en wethouders kunnen aan het toekennen van de subsidie voorwaarden verbinden.

  • 4. In geval van brandschade worden de kosten berekend aan de hand van de kosten van de te treffen voorzieningen minus de bij voldoende dekking uit te keren verzekeringspenningen.

  • 5. Een subsidie als bedoeld onder lid 1 kan alleen worden verleend voorzover het monumentensubsidiebudget, in het jaar waarin de subsidie wordt verleend, toereikend is.

Artikel 3 Aan de toekenning te verbinden voorwaarden

De bijdrage-ineens wordt toegekend onder de voorwaarde dat:

  • a.

    de voorzieningen zijn getroffen binnen 24 maanden na uitreiking van de toekenning,

  • b.

    aan de door burgemeester en wethouders met controle belaste personen op de door die personen te bepalen tijdstippen:

    • -

      toegang wordt verleend tot het gebouwde onroerend goed,

    • -

      inzage wordt verleend van de op de voorzieningen betrekking hebbende bescheiden en tekeningen,

    • -

      de op de voorzieningen betrekking hebbende gegevens worden verstrekt,

    • -

      gelegenheid wordt gegeven tot het controleren van de op de voorzieningen betrekking hebbende gegevens,

  • c.

    de bescheiden en gegevens, die nodig zijn voor de juiste toepassing van deze verordening, worden verstrekt,

  • d.

    de uit de voorzieningen voortvloeiende werkzaamheden niet plaatsvinden in strijd met het bepaalde artikel 3 van het Vestigingsbesluit Bouwnijverheidbedrijven 1985, noch met de veiligheidsvoorschriften en regelingen van de openbare nutsbedrijven.

Artikel 4 Bijdrage-ineens

De bijdrage-ineens bedraagt in alle gevallen 100 procent van de goedgekeurde subsidiabele kosten, doch ten hoogste: € 3.000,-- per eigenaar.

Artikel 5 Uitsluitingen

De bijdrage-ineens wordt slechts verstrekt, indien:

  • a.

    het gemeentelijk monument na het treffen van de voorzieningen uit het oogpunt van monumentenzorg voldoet aan redelijke eisen,

  • b.

    voor het treffen van een bepaalde voorziening, binnen 15 jaar voor het tijdstip van indiening van de aanvraag om subsidie, voor diezelfde voorziening geen geldelijke steun van overheidswege is verleend.

Artikel 6 Aanvraagprocedure

  • 1. Een aanvraag om subsidie dient door de eigenaar te worden ingediend bij burgemeester en wethouders op een daartoe beschikbaar te stellen formulier en dient in ieder geval vergezeld te gaan van de daarop vermelde gegevens.

  • 2. Een aanvraag kan worden ingediend vanaf 2 januari van het budgetjaar waarop de aanvraag betrekking heeft. Indien de raad op 1 januari van het budgetjaar nog geen monumentensubsidiebudget heeft vastgesteld voor dat jaar, kunnen aanvragen vanaf een nader door B&W vast te stellen en bekend te maken datum worden ingediend. De bekendmaking vindt plaats op de in de gemeente gebruikelijke wijze.

  • 3. Naast het in lid 1 bedoelde aanvraagformulier dient de aanvraag te zijn voorzien van:

    • a.

      een gespecificeerde begroting van de kosten,

    • b.

      een werkomschrijving of bestek,

    • c.

      tekeningen op schaal, ten minste 1:100, aangevende zowel de bestaande als de te maken toestand,

    • d.

      de naam en het adres van de architect/bouwkundige en de aannemer.

  • 4. Indien niet wordt voldaan aan het gestelde in het eerste en tweede lid stellen burgemeester en wethouders de aanvrager in de gelegenheid om binnen twee weken de door hen aan te geven ontbrekende gegevens te overleggen.

  • 5. Burgemeester en wethouders geven een beschikking af binnen 12 weken nadat de aanvraag is ontvangen, dan wel de ontbrekende gegevens, als bedoeld in het tweede lid, genoegzaam zijn aangevuld. Zij kunnen, indien daartoe naar hun oordeel gegronde redenen bestaan, deze termijn met ten hoogste acht weken verlengen, mits zij de aanvrager daarvan kennisgeven binnen de termijn van 12 weken.

Artikel 7 Beschikkingsprocedure

  • 1. Burgemeester en wethouders behandelen de aanvragen op volgorde van binnenkomst, tenzij er naar het oordeel van hen zwaarwegende overwegingen zijn om hiervan af te wijken.

  • 2. Burgemeester en wethouders beslissen zo spoedig mogelijk op een aanvraag, onder mededeling van hun beslissing aan de aanvrager.

  • 3. Met de uitvoering van het werk mag niet eerder worden gestart dan nadat een beslissing op de subsidieaanvraag is genomen en de vereiste vergunningen ingevolge de geldende Monumentenverordening, Monumentenwet en/of Bouwverordening zijn verleend.

  • 4. Vaststelling van het subsidiebedrag vindt door burgemeester en wethouders plaats nadat het werk gereed is gemeld op een daartoe beschikbaar te stellen formulier en een gespecificeerde eindverantwoording, voorzien van alle rekeningen en betalingsbewijzen, is ingediend en goedgekeurd.

  • 5. Burgemeester en wethouders kunnen ter uitvoering van deze regeling de overlegging van andere bescheiden vorderen.

  • 6. Burgemeester en wethouders kunnen te allen tijde voor en tijdens de uitvoering van de werkzaamheden nadere aanwijzingen geven.

Artikel 8 Intrekken

Bij het niet, of niet behoorlijk nakomen van de bij of krachtens deze verordening gestelde voorwaarden en gegeven aanwijzingen, kunnen burgemeester en wethouders besluiten tot het geheel danwel gedeeltelijk intrekken c.q. terugvorderen van de subsidie.

Artikel 9 Uitbetaling van de subsidie

  • 1. Uitbetaling van een toegekende subsidie vindt plaats, nadat:

    • a.

      de gespecificeerde eindverantwoording, voorzien van rekeningen, betaalbewijzen en de totale kostenopstelling, door burgemeester en wethouders is gecontroleerd en goedgekeurd,

    • b.

      het subsidiebedrag door burgemeester en wethouders is vastgesteld.

  • 2. De uitbetaling van de toegekende subsidie plaats binnen vier weken na vaststelling van de subsidie door burgemeester en wethouders.

Artikel 10 Bijzondere bepalingen

  • 1. Burgemeester en wethouders kunnen, gehoord de betrokken raadscommissie, in bijzondere gevallen, in het belang van de monumentenzorg afwijken van de bepalingen van deze verordening.

  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen, indien het een gemeentelijk monument betreft en de voorzieningen in het belang van de instandhouding met spoed dienen te worden getroffen een bijdrage-ineens toekennen voor het treffen van voorzieningen tot gedeeltelijke opheffing van bouwtechnische gebreken.

Artikel 11 Slotbepalingen

  • 1. Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Subsidieverordening restauratie en onderhoud monumentale panden Leidschendam-Voorburg 2004’.

  • 2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente van 16 december 2003,
de griffier, mr. G.A.van Egmond,
de voorzitter, mr. M.A.P.van Haersma Buma