Regeling vervallen per 14-07-2020

Subsidieverordening Duurzaam Bouwen Lelystad 2011-2013

Geldend van 22-12-2011 t/m 13-07-2020

Intitulé

Subsidieverordening Duurzaam Bouwen Lelystad 2011-2013

Hoofdstuk I

ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a.aanvrager : de eigenaar tevens toekomstige bewoner van een nieuwbouwwoning die zich op het grondgebied van de gemeente Lelystad bevindt;

b. aanvraagformulier : een door het college vastgesteld formulier dat gebruikt moet worden voor het aanvragen van een beschikking tot subsidieverlening;

c. Awb: de Algemene wet bestuursrecht;

d. beschikking tot subsidieverlening : de beslissing van het college op de aanvraag om verlening van subsidie die voorafgaande aan het treffen van de maatregelen wordt gegeven;

e. beschikking tot subsidievaststelling : de beslissing van het college van Lelystad op de aanvraag om vaststelling van subsidie die vaststelt in hoeverre de voorwaarden zijn vervuld en hoeveel het exacte subsidiebedrag bedraagt;

f. het college : het college van de gemeente Lelystad;

g. EPC-waarde: energieprestatiecoëfficiënt (EPC) berekend volgens de eisen in het Bouwbesluit;

h. gereedmeldingsformulier: een door het college vastgesteld formulier dat gebruikt moet worden voor het gereedmelden van de subsidiabele activiteiten en het aanvragen van een beschikking tot subsidieverlening;

i. GPR-gebouw®: een rekeningmodel waarmee aan de hand van de thema’s Energie, Milieu, Gezondheid, Gebruikskwaliteit en Toekomstwaarde een duurzaamheidsscore aan een gebouw kan worden toegekend. Deze scores lopen van 0-10, waarbij een woning volgens het Bouwbesluit ongeveer een score 6 haalt.

j. nieuwbouwwoning : een woning waarvoor op of na de datum van inwerkingtreding van deze verordening een bouwvergunning wordt aangevraagd,

k. subsidie: een subsidie ingevolge artikel 4:21 Awb evenals de subsidie op grond van deze verordening;

l. subsidieplafond : het bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak maximaal beschikbaar is voor de verstrekking van een subsidie krachtens deze verordening.

Artikel 2 Subsidiabele activiteiten

Het college kan subsidie verlenen voor de volgende activiteiten in de gemeente:

het bouwen van een duurzame woning in particulier opdrachtgeverschap, waarbij maatregelen zijn getroffen aanvullend op het geldende bouwbesluit ten behoeve van:

  • a.

    energieprestatie, en/of

  • b.

    duurzaamheid in brede zin, en/of

  • c.

    levensloopbestendigheid.

Artikel 3 Stapeling van subsidies

Indien de aanvrager van subsidies voor één of meer van de in artikel 2 genoemde activiteiten of getroffen maatregelen subsidie kan ontvangen van derden, dan is er geen subsidie vanuit deze regeling mogelijk voor die activiteit of maatregel.

Artikel 4 Subsidieplafond

Het subsidieplafond bedraagt voor de jaren:

2011: € 50.000,00;

2012: € 50.000,00;

2013: € 50.000,00.

Artikel 5 Bevoegdheid college

De bevoegdheid tot het nemen van besluiten op grond van deze verordening berust bij het college .

Hoofdstuk II

DE AANVRAAG VAN DE SUBSIDIE

Artikel 6 Wijze van indienen van de aanvraag

  • 1. De aanvrager vraagt de subsidie aan door middel van het door het college vastgestelde formulier ‘Aanvraag subsidie Duurzaam Bouwen Lelystad 2011-2013’.

  • 2. De indiening van het aanvraagformulier voor subsidie voor het realiseren van een energiezuinige nieuwbouwwoning, vindt gelijktijdig plaats met de indiening van een aanvraag om een bouwvergunning.

Artikel 7 De aanvraag

  • 1. Alle in het aanvraagformulier gevraagde gegevens en bescheiden dienen ingevuld en verstrekt te worden bij de aanvraag.

  • 2. De aanvragen worden in volgorde van datum van ontvangst in behandeling genomen.

  • 3. De beschikkingen tot verlening van de subsidie worden afgegeven op grond van volledige aanvragen, waarbij de volgorde wordt bepaald door de datum waarop de aanvraag compleet is ingediend.

Hoofdstuk III

DE VERLENING VAN DE SUBSIDIE

Artikel 8 Beslistermijn subsidieverlening

  • 1. Het college beslist op een aanvraag om subsidie binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag.

  • 2. Deze termijn kan éénmalig verlengd worden met zes weken.

Artikel 9 De voorwaarden voor de subsidie

  • 1. De subsidie wordt verleend indien de aanvraag betrekking heeft op een nieuwbouwwoning

  • 2. Aan het verlenen van de subsidie worden de volgende voorwaarden verbonden:

    • a.

      geen van de maatregelen waarvoor subsidie wordt aangevraagd mogen in zelfwerkzaamheid uitgevoerd worden;

    • b.

      een energie- en/of duurzaamheidsmaatregel en/of overige subsidiabele activiteit zal een permanent karakter hebben en zal zodanig worden aangebracht en/of geïnstalleerd dat het beoogde milieu- c.q. energiebesparingeffect technisch haalbaar is;

    • c.

      een aan te brengen of te installeren energie-, duurzaamheid- en/of overige subsidiabele activiteit is voorafgaand aan het aanbrengen en/of installeren daarvan niet eerder gebruikt;

    • d.

      uitsluitend woninggebonden maatregelen komen in aanmerking voor subsidie.

    • e.

      maatregelen komen voor subsidie in aanmerking indien de woning op alle GPR thema’s een score van tenminste 7,5 behaalt.

      • -

        Deze score wordt bepaald met GPR-gebouw® versie 4.1;

    • f.

      bij het berekenen van de Epc van de woning dient voor het rendement van de warmte-opwekking gebruikgemaakt te worden van de parameter “externe warmtelevering, STEG, prod.proces/afvalverbranding” met een “afleverset voor warmtapwaterbereiding”;

    • g.

      de aanvrager dient binnen 1 jaar na verzending van de beschikking tot subsidieverlening de subsidiabele activiteiten te hebben uitgevoerd.

Artikel 10 Hoogte van de Subsidie

  • 1. Per woning kan maximaal een bedrag ter grootte van de af te dragen bouwleges voor de betreffende woning aan subsidie worden verleend en vastgesteld.

  • 2. Het onder lid 1 genoemde maximale bedrag kan bestaan uit de volgende subsidiebestanddelen:

    • a.

      50% van het onder artikel 10, lid 1, vastgestelde bedrag indien wordt voldaan de basiseis zoals bepaald in artikel 9, lid 2.e;

    • b.

      verhoging met 25% van het onder artikel 10, lid 1, vastgestelde bedrag indien op het thema Energie een score wordt behaald van tenminste 8,0.

      • -

        Deze score wordt bepaald met GPR-gebouw® versie 4.1;

    • c.

      verhoging met 25% van het onder artikel 10, lid 1, vastgestelde bedrag indien op het thema Milieu of Gezondheid een score wordt behaald van tenminste 8,0.

      • -

        Deze score wordt bepaald met GPR-gebouw® versie 4.1;

    • d.

      verhoging met 10% van het onder artikel 10, lid 1, vastgestelde bedrag indien op het subthema Toegankelijkheid onder Gebruikskwaliteit een score wordt behaald van tenminste 8,5.

      • -

        Deze score wordt bepaald met GPR-gebouw® versie 4.1;

    • e.

      verhoging met 50% van het onder artikel 10, lid 1, vastgestelde bedrag indien op één van de thema’s Energie, Milieu of Gezondheid een score wordt behaald van tenminste 8,5.

      • -

        Deze score wordt bepaald met GPR-gebouw® versie 4.1.

  • 3. De hoogte van de subsidie is de optelsom van de onder artikel 10, lid 2.a t/m e, benoemde bestanddelen waarvan de scores worden behaald, maar is nooit meer dan het onder artikel 10, lid 1, bepaalde bedrag.

Artikel 11 Afwijzingsgronden

Het college wijst naast de in artikelen 4:25 en 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht genoemde gevallen, de aanvraag tot subsidieverlening af als blijkt dat:

  • 1.

    de subsidieaanvrager is begonnen met de uitvoering van de activiteit, waarvoor subsidie is aangevraagd, voordat de beschikking tot subsidieverlening is afgegeven;

  • 2.

    het subsidieplafond als omschreven in artikel 4 bereikt is;

  • 3.

    er al eerder een beschikking tot subsidieverlening is afgegeven op basis van deze of een eerdere verordening, waarbij het maximum aan subsidie van die activiteit al is bereikt of waarbij het maximumsubsidiebedrag per woning al is verleend.

Artikel 12 De inhoud van de beschikking tot subsidieverlening

  • 1. De beschikking tot subsidieverlening vermeldt in ieder geval de maximale hoogte van de subsidie.

  • 2. De beschikking tot subsidieverlening vermeldt ook of aan de bepalingen in deze verordening is voldaan. Verder staat in de beschikking tot subsidieverlening aan welke voorwaarden moet worden voldaan.

  • 3. Het college kan aan de beschikking tot subsidieverlening nadere voorschriften en verplichtingen verbinden.

Hoofdstuk IV

DE VASTSTELLING VAN DE SUBSIDIE

Artikel 13 De wijze tot indienen en inhoud van de aanvraag tot vaststelling van de subsidie

Aanvrager dient:

  • -

    binnen 18 maanden na afgifte van de bouwvergunning van de woning bij het college een aanvraag om vaststelling van de subsidie in;

  • -

    alle in het gereedmeldingsformulier gevraagde gegevens te verstrekken bij de indiening van de aanvraag om vaststelling van de subsidie.

Artikel 14 Beschikking tot subsidievaststelling

  • 1. De beschikking tot subsidievaststelling vermeldt in ieder geval:

    • -

      of is voldaan aan de voorwaarden voor de vaststelling van de subsidie zoals opgenomen in de beschikking tot subsidieverlening, deze verordening en de Algemene wet bestuursrecht;

    • -

      dat het bedrag dat als subsidie wordt vastgesteld niet hoger kan zijn dan het bedrag dat in de beschikking tot subsidieverlening is opgenomen.

Hoofdstuk V

DE UITBETALING

Artikel 15 De uitbetaling van de subsidie

Op de subsidie wordt geen voorschot verleend.

Hoofdstuk VI

SLOTBEPALINGEN

Artikel 16 Hardheidsclausule

Indien toepassing van deze verordening zou leiden tot onbillijkheden van overwegende aard kan het college afwijken van de bepalingen in deze verordening.

Artikel 17 Evaluatie doeltreffendheid en effecten subsidie in de praktijk

Overeenkomstig het gestelde in de Algemene wet bestuursrecht zal jaarlijks een evaluatie van de doeltreffendheid en effecten van de subsidie in de praktijk plaatsvinden, voor het eerst één jaar na de inwerkingtreding van deze verordening.

Artikel 18 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na de datum van de bekendmaking.

Artikel 19 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als Subsidieverordening Duurzaam Bouwen Lelystad 2011-2013.

Lelystad, 27 september 2011.

De raad van de gemeente Lelystad,

de griffier, de voorzitter,

ALGEMENE TOELICHTING

Deze verordening heeft ten doel het verstrekken van de subsidie aan de aanvrager ten behoeve van het realiseren van een energiezuinige en/of duurzame nieuwbouwwoning. De gemeente beoogt hiermee het verbruik van energie in deze woningen te verminderen om daarmee te komen tot reductie in de uitstoot van CO2. Naast CO2-reductie leiden de maatregelen tot lagere energiekosten voor de aanvrager én een hoger comfort. Tegelijkertijd neemt de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen af en daarmee ook de afhankelijkheid van de leveranciers. De daling van de uitstoot van CO2 is vooral van belang voor het leveren van een bijdrage aan de mondiale, landelijke, provinciale en gemeentelijke doelstellingen om te komen tot een reductie van de emissie van CO2.

Per maatregel kan eenmaal een subsidie worden verkregen.

De subsidieverordening is alleen van toepassing op nieuwbouw van een woning in opdracht van de eigenaar van een woning die tevens (toekomstig) bewoner is van deze woning.

ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

EPC: Hoe zuinig een woning is ten opzichte van andere huizen die net zo groot zijn, blijkt uit de Energie Prestatie Coëfficiënt (EPC). Deze EPC wordt berekend op basis van verschillende eigenschappen (isolatiewaarde van wanden, vloeren, beglazing, enzovoort) en installaties (bijvoorbeeld zonnecollectoren, ventilatiesystemen en verwarming) van een woning. Hoe lager het getal is, hoe energiezuiniger de woning. Voor woningen die worden aangesloten op een warmtenet wordt de volgende opmerking gemaakt. Om te voorkomen dat door het toerekenen van het rendement van het warmtenet een hoge score op het thema Energie wordt behaald, zonder dat dit leidt tot een daling van de warmtevraag van de woning, wordt voorgeschreven dat gebruik gemaakt dient te worden van de rendementen van een traditioneel warmtenet. Daardoor is er nog steeds een voordeel bij het vaststellen van de epc, maar zal voor een hogere energiescore gekozen moeten worden voor woninggebonden maatregelen, die ook daadwerkelijk tot een daling van de energielasten leiden.

GPR-gebouw ®: Voor maximale vrijheid bij de keuze van de te treffen maatregelen is gekozen voor het vastleggen van eisen in de vorm van een GPR-score. In dit rekenmodel kunnen onder de thema’s Energie, Milieu, Gezondheid, Gebruikskwaliteit en Toekomstwaarde alle getroffen maatregelen worden opgenomen. De optelsom van die maatregelen leidt dan tot een score per thema en gezamenlijk tot een score voor de woning.

Het bepalen van de GPR-score moet plaatsvinden met het rekenmodel GPR-gebouw® versie 4.1. Toekomstige versies kunnen een andere waarderingssystematiek hebben waardoor het puntenstelsel voor de subsidieregeling overhoop zou worden gegooid.

Per subsidieaanvraag voor een in particulieropdrachtgeverschap gebouwde woning stelt de gemeente een licentie voor GPR-gebouw® versie 4.1 kosteloos ter beschikking. Met die licentie kan één woning worden doorgerekend.

Artikel 2 Subsidiabele activiteiten

De verordening is opgezet om nieuw te bouwen woningen in particulier opdrachtgeversschap daadwerkelijk duurzaam te realiseren, zonder daarbij verplichte middelmaatregelen voor te schrijven. Wel is bepaald dat de nadruk ligt op de thema’s:

  • -

    energieprestatie;

  • -

    duurzaamheid in bredere zin;

  • -

    levensloopbestendigheid.

Omdat de regeling bedoeld is voor woningen die duidelijk duurzamer zijn gebouwd dan woningen die enkel aan het bouwbesluit voldoen, is gekozen voor een basiseis om in aanmerking te kunnen komen voor subsidie. De woning moet daarom een gemiddelde GPR-score behalen van 7,5.

Energieprestatie

De energieprestatie kan uiteraard worden vastgesteld met de EPC-waarde. Ook met GPR-gebouw kan een vereenvoudigde EPC-berekening worden gedaan. De GPR-score voor het thema Energie wordt voor 75% bepaald door de EPC-score en voor 25% door aanvullende energiemaatregelen die (nog) niet in de EPC zijn opgenomen, zoals koeling met warmtepomp, buitenzonwering of aansluitingen voor hotfill (af)wasmachines.

Duurzaamheid in bredere zin

De waardering van de duurzaamheid met betrekking tot materiaalkeuzes wordt in GPR-gebouw gegeven door de score voor het thema Milieu. Deze waarderingsmethode sluit aan bij de nationale rekenmethode voor evaluatie van materiaalgebonden milieuprestatie van gebouwen die waarschijnlijk in het nieuwe bouwbesluit zal worden opgenomen.

Levensloopbestendigheid

Het thema Gebruikskwaliteit geeft een goede indicatie voor de levensloopbestendigheid van een woning. Bij dit thema wordt gekeken naar diverse maatregelen voor de toegankelijkheid van de woning, maatregelen die ook de wezenlijke elementen vormen van de levensloopbestendige woning volgens het Woonkeur.

De doelstelling is vertaald naar de volgende voorwaarden om voor subsidie in aanmerking te komen.

Basiseis: Het gebouw scoort op alle 5 GPR-thema’s tenminste een score 7,5. De subsidie bedraagt dan 50% van de te innen bouwleges voor de woning.

Daarboven kunnen de volgende extra maatregelen tot een hogere subsidiebedrag leiden.

  • 1.

    Een 8,0 of hoger voor Energie: +25% van maximale subsidie.

  • 2.

    Een 8,0 of hoger voor Milieu of Gezondheid: +25% van maximale subsidie.

  • 3.

    Een 8,5 of hoger voor het subthema Toegankelijkheid onder Gebruikskwaliteit: +10% van maximale subsidie.

  • 4.

    Een 8,5 of hoger voor één van de thema’s Energie, Milieu of Gezondheid: +50% van het maximale subsidiebedrag.

Stapeling van maatregelen in categorieën 1, 2, 3 en 4 is mogelijk tot 100% van het maximale subsidiebedrag.

Voor het subthema Toegankelijkheid is de lat hoger gelegd dan bij Energie en Milieu en ook is de extra subsidie wat lager gesteld omdat de ervaring leert dat een hogere score voor Toegankelijkheid relatief makkelijk te halen valt, tegen lagere investeringen dan bij de thema’s Energie, Milieu en Gezondheid. Let wel: de basiseis (score 7,5) betreft het algemene GPR-thema Gebruikskwaliteit, maar de 10% extra subsidie is alleen te halen door maatregelen specifiek op het subthema Toegankelijkheid.

Een aantal voorbeelden:

  • a.

    een woning met score 7,5 voor alle GPR-thema’s krijgt 50% van de maximale subsidie;

  • b.

    een woning met score 8 op Energie en 7,5 op andere thema’s krijgt 75% van de maximale subsidie;

  • c.

    een woning met score 8,5 op Energie en 7,5 op andere thema’s krijgt 100% van de maximale subsidie;

  • d.

    een woning met score 8 op Energie én op Milieu krijgt 100% van de maximale subsidie

  • e.

    een woning met score 8 op Energie en 8,5 op Toegankelijkheid krijgt 85% van de maximale subsidie.

Artikel 3 Stapeling van subsidies

Om ervoor te zorgen dat zoveel mogelijk kopers van een kavel in Lelystad gebruik kunnen maken van onze regeling kiezen we ervoor om geen subsidie te verlenen als iemand in aanmerking komt voor een landelijke subsidie. Mocht een woningeigenaar niet voor landelijke subsidie in aanmerking komen en wel binnen de voorwaarden van onze regeling passen, dan komt deze wel in aanmerking voor subsidie van de gemeente Lelystad.

Artikel 6 Wijze van indienen van de aanvraag

Voor de aanvraag van subsidie dient het voorgeschreven aanvraagformulier gehanteerd te worden. Dit aanvraagformulier is door het college vastgesteld.

De indiening van een subsidieaanvraag voor het treffen van duurzaamheidsmaatregelen dient gelijktijdig plaats te vinden met de indiening van de aanvraag om een bouwvergunning.

De EPC-berekening die deel uitmaakt van de aanvraag om bouwvergunning wordt gebruikt als toets van de subsidieaanvraag. De effecten van de energiemaatregel waarvoor subsidie wordt aangevraagd, moeten in deze EPC-berekening worden meegenomen.

Tevens kan de duurzaamheidsmaatregel direct invloed hebben op het ontwerp en de bouwkundige- en installatietechnische onderdelen van de woning.

Artikel 7 De aanvraag

In het aanvraagformulier dienen alle relevante gegevens om voor subsidie in aanmerking te komen te worden vermeld c.q. te worden toegevoegd.

Na ontvangst van de aanvraag wordt beoordeeld of de aanvraag compleet is. Is dit niet het geval, dan worden de ontbrekende gegevens opgevraagd. Na ontvangst van de ontbrekende gegevens wordt beoordeeld of de aanvraag nu wel compleet is. Is de aanvraag compleet, dan wordt er een subsidiebedrag gereserveerd. De volgorde van de reserveringen (de afgifte van de beschikking tot subsidieverlening) wordt bepaald door de datum waarop de aanvraag, al dan niet na aanvulling, compleet is ingediend.

De datum waarop de aanvraag compleet is, is van belang in verband met het subsidieplafond. Een subsidie wordt namelijk geweigerd voor zover door verstrekking van de subsidie het subsidieplafond zou worden overschreden.

Artikel 9 De voorwaarden voor de subsidie

Om voor subsidie in aanmerking te komen, moet voldaan worden aan de in dit artikel opgenomen voorwaarden en verplichtingen.

Subsidieverstrekking is verder alleen mogelijk als voor de betreffende woning het in artikel 10, lid 1 genoemde maximale totaal subsidiebedrag per woning nog niet is verstrekt of verleend.

Artikel 10 Hoogte van de subsidie

Alle bedragen genoemd in dit artikel zijn inclusief BTW. Per woning is het in dit artikel opgenomen maximale subsidiebedrag beschikbaar tot het subsidieplafond is bereikt.

Artikel 12 De inhoud van de beschikking tot subsidieverlening

Een beschikking tot subsidieverlening wordt afgegeven als de aanvraag aan alle vereisten voldoet. Op basis van deze beschikking kan door de aanvrager worden aangenomen dat, wanneer aan alle voorwaarden ook daadwerkelijk is voldaan, tot subsidievaststelling zal worden overgegaan.

Artikel 13 De wijze tot indienen en inhoud van de aanvraag tot vaststelling van de subsidie

Na afgifte van de bouwvergunning dient binnen een termijn van 18 maanden, door de aanvrager een verzoek tot vaststelling van de subsidie te worden ingediend door middel van het door het college vastgestelde Gereedmeldingsformulier en de bijbehorende bijlagen. Bij latere indiening kan de beschikking tot subsidieverlening worden ingetrokken, omdat niet voldaan wordt aan de voorwaarden.

Door middel van de gereedmelding verklaart de aanvrager onder andere dat aan de diverse voor subsidie in aanmerking komende voorwaarden en verplichtingen is voldaan.

Artikel 16 Hardheidsclausule

Indien de uitvoering van deze verordening leidt tot uitkomsten die als onbillijk worden ervaren dan heeft het college de bevoegdheid om met inachtneming van de strekking van deze verordening af te wijken van het bepaalde in deze subsidieverordening.

Artikel 17 Evaluatie doeltreffendheid en effecten subsidie in de praktijk

Voor de evaluatie van de subsidieregeling zullen op basis van de aanvragen en de beschikkingen