Regeling auditcomité

1. De gemeenteraad stelt een multidisciplinair overlegorgaan in, genaamd auditcomité.

2. Het auditcomité heeft als taken:

• a.

  het bevorderen van een doelmatige en doeltreffende accountantscontrole;

• b.

  het voeren van afstemmingsoverleg over de verschillende controleactiviteiten van de gemeenteraad, het college en de rekenkamer.

1. Het auditcomité bestaat uit de volgende leden:

• a.

  net zo veel raadsleden als dat er raadsfracties bestaan. Elke raadsfractie heeft het recht één raadslid uit haar midden aan te wijzen;

• b.

  een vertegenwoordiger namens de rekenkamer. De rekenkamer wijst die vertegenwoordiger uit zijn midden aan;

• c.

  het collegelid dat de portefeuille financiën beheert. Het college wijst dat collegelid aan;

• d.

  de concerncontroller. Het college benoemt de concerncontroller.

• e.

  de teamleider financiën. Het college benoemt de teamleider financiën.

2. In geval van verhindering kunnen de leden van het auditcomité worden vervangen en wel door een raadslid van de eigen fractie, een lid van de rekenkamer, een lid van het college, een waarnemend concerncontroller en een waarnemend teamleider financiën, ieder voor zover het zijn belangengroep betreft;

3. De zittingsduur van auditcomitéleden die raadslid zijn eindigt op het moment dat hun raadslidmaatschap tussentijds eindigt dan wel uiterlijk op het moment dat de zittingsperiode als raadslid afloopt. Die zittingsduur eindigt eveneens tussentijds indien het orgaan dat tot aanwijzing of benoeming is gerechtigd z’n aanwijzing of benoeming herziet;

4. De zittingsduur van het auditcomitélid dat aangewezen is door de rekenkamer eindigt op het moment dat z’n functie als rekenkamerlid tussentijds eindigt dan wel uiterlijk op het moment dat de zittingsperiode als rekenkamerlid afloopt. Die zittingsduur eindigt eveneens tussentijds indien de rekenkamer z’n aanwijzing herziet;

5. De zittingsduur van het auditcomitélid dat aangewezen is door het college eindigt op het moment dat z’n functie als collegelid tussentijds eindigt dan wel uiterlijk op het moment dat de zittingsperiode als collegelid afloopt. Die zittingsduur eindigt eveneens tussentijds indien het college besluit de portefeuille financiën bij een ander collegelid onder te brengen;

6. De zittingsduur van het auditcomitélid dat uit hoofde van z’n functie als concerncontroller dan wel teamleider financiën lid is van het auditcomité eindigt op het moment dat z’n functie als concerncontroller respectievelijk teamleider financiën eindigt. Die zittingsduur eindigt eveneens indien het college of de gemeentesecretaris besluit die zittingsperiode te beëindigen;

7. Het auditcomité kiest een raadslid uit zijn midden tot voorzitter en een ander raadslid tot plaatsvervangend voorzitter;

8. De griffier of een door hem/haar aan te wijzen medewerker van de griffie is auditcomitégriffier. Hij/Zij draagt zorg voor ambtelijke ondersteuning.

1. Het auditcomité vergadert zoveel hij het in verband met de aan hem opgedragen werkzaamheden nodig oordeelt;

2. De voorzitter belegt de vergaderingen en draagt er in samenspraak met de auditcomitégriffier zorg voor dat elk lid ten minste zeven dagen voor een vergadering schriftelijk wordt opgeroepen;

3. De voorzitter bepaalt in overleg met de auditcomitégriffier de voorlopige agenda van de vergadering. Deze wordt door de auditcomitégriffier tegelijk met de schriftelijke oproep toegezonden aan de leden;

4. Het auditcomité stelt bij aanvang van de vergadering de agenda definitief vast;

5. De vergaderingen van het auditcomité zijn niet openbaar. Het auditcomité kan besluiten zijn vergaderingen in de openbaarheid te houden;

6. De auditcomitégriffier maakt van elke vergadering een besluitenlijst op met tevens een beknopte weergave van het besprokene. Hij/Zij stuurt die ter kennisname naar de leden van het auditcomité, de raadsleden, de collegeleden en de secretaris van de rekenkamer;

7. Vaststelling van de besluitenlijst geschiedt in de eerstvolgende vergadering van het auditcomité.

1. Het auditcomité legt aan de gemeenteraad voorstellen voor met betrekking tot de bepalingen in artikel 2, eerste lid, sub a tot en met artikel 2, eerste lid, sub c genoemde werkzaamheden.

2. Het auditcomité kan besluiten het college gelegenheid te geven schriftelijk te reageren op de bevindingen en de adviezen van het auditcomité.

1. Bij besluitvorming in het auditcomité over de in artikel 2 bedoelde werkzaamheden wordt zo veel mogelijk gestreefd naar unanimiteit;

2. In geval van stemming wordt een voorstel geacht te zijn aangenomen als de meerderheid van de aanwezige raadsleden het voorstel steunt.

3. In geval de stemmen staken geeft de stem van de voorzitter de doorslag.

4. Alleen auditcomitéleden zijnde raadslid hebben stemrecht.

1. Bij twijfel over de toepassing van deze regeling en in gevallen waarin deze regeling niet voorziet beslist het auditcomité op voorstel van de voorzitter;

2. Deze regeling wordt gepubliceerd in het weekblad Streekbode, editie 8 september 2010. Zij treedt in werking op 1 oktober 2010. Op dat moment wordt de Regeling Auditcomité, vastgesteld in de raadsvergadering van 15 mei 2007, ingetrokken.

3. Deze regeling kan worden aangehaald als ‘Regeling auditcomité’.