Afvalstoffenverordening gemeente Leusden 2017

Geldend van 01-01-2017 t/m heden

Intitulé

Afvalstoffenverordening gemeente Leusden 2017

De raad van de gemeente Leusden

besluit:

de Afvalstoffenverordening gemeente Leusden 2017 vast te stellen.

§ 1. Algemeen

Artikel 1. Begrippen

In deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • – perceel:

    perceel waar geregeld huishoudelijke afvalstoffen kunnen ontstaan.

Artikel 2. Doelstelling

De toepassing van deze verordening is gericht op de bescherming van het milieu, met inbegrip van een doelmatig beheer van afvalstoffen.

§ 2. Huishoudelijke afvalstoffen

Artikel 3. Aanwijzing van de inzameldienst

  • 1. Burgemeester en wethouders wijzen de inzameldienst aan die is belast met de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen.

  • 2. Aan de aanwijzing kunnen voorschriften worden verbonden en beperkingen worden gesteld. Paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissing) is niet van toepassing.

  • 3. Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen over de voorbereiding van de aanwijzing en over het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen.

Artikel 4. Regulering van andere inzamelaars

  • 1. Het is anderen dan de inzameldienst verboden huishoudelijke afvalstoffen in te zamelen, tenzij de inzamelaar:

  • 2. Op de aanwijzing van een inzamelaar, bedoeld in het eerste lid, onder a, is artikel 3, tweede lid, van overeenkomstige toepassing.

Artikel 5. Aanwijzing van inzamelplaats

Burgemeester en wethouders dragen zorg voor ten minste één daartoe ter beschikking gestelde plaats binnen de gemeente waar in voldoende mate gelegenheid wordt geboden om huishoudelijke afvalstoffen, met inbegrip van grof huishoudelijk afval, achter te laten. Deze plaats wordt hierna de Milieustraat genoemd.

Artikel 6. Algemene verboden

Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen:

  • a.

    ter inzameling aan te bieden aan een ander dan de inzameldienst of een inzamelaar als bedoeld in artikel 4, eerste lid;

  • b.

    over te dragen aan een ander dan een inzamelaar als bedoeld in artikel 4, eerste lid; of

  • c.

    achter te laten op een andere plaats dan de inzamelplaats, bedoeld in artikel 5.

Artikel 7. Afvalscheiding

  • 1. Burgemeester en wethouders kunnen regels stellen over de bestanddelen van huishoudelijke afvalstoffen die afzonderlijk door de inzameldienst worden ingezameld, over de frequentie van de inzameling van elk van deze bestanddelen, over de locaties van deze inzameling bij of nabij elk perceel of op een inzamelplaats als bedoeld in artikel 5. Het door de gemeenteraad vastgestelde Grondstoffenplan 2016–2020 (d.d. 11 februari) en de daarin weergegeven principes van Het Nieuwe Inzamelen vormen het uitgangspunt voor de invulling van deze regels.

  • 2. De volgende bestanddelen huishoudelijke afvalstoffen worden in ieder geval afzonderlijk ingezameld volgens de weergegeven inzamelmethode:

    • groente-, fruit- en tuinafval, inzameling bij of nabij elk perceel;

    • papier en karton, inzameling bij of nabij elk perceel;

    • plastic verpakkingen, metalen verpakkingen en drankenkartons, inzameling bij of nabij elk perceel;

    • textiel, inzameling in verzamelcontainers verspreid over Leusden, op de milieustraat en vier keer per jaar bij of nabij elk perceel;

    • glas, inzameling in verzamelcontainers in de wijken;

    • fijn huishoudelijk restafval, inzameling nabij elk perceel in de kernen Achterveld, Leusden, Stoutenburg;

    • fijn huishoudelijk restafval, inzameling bij elk perceel buiten de kernen Achterveld, Leusden, Stoutenburg;

    • grof tuinafval, tuingroendepot in de wijken of bij of nabij elk perceel op afspraak en op de milieustraat;

    • grof huishoudelijk afval, bij of nabij elk perceel op afspraak en op de milieustraat;

    • elektrische en elektronische apparaten, bij of nabij elk perceel op afspraak en op de milieustraat;

    • klein chemisch afval, op de milieustraat;

    • bouw- en sloopafval, op de milieustraat;

    • verduurzaamd hout, op de milieustraat;

    • asbest en asbesthoudend afval, op de milieustraat;

    • banden, op de milieustraat;

    • metalen, op de milieustraat;

    • dakleer, op de milieustraat.

  • 3. In het belang van een doelmatig afvalstoffenbeheer kunnen burgemeester en wethouders de aanwijzing van afzonderlijk in te zamelen bestanddelen van huishoudelijke afvalstoffen, bedoeld in het tweede lid, of fracties daarvan, achterwege laten.

Artikel 8. Gescheiden aanbieding

  • 1. Het is verboden de bestanddelen van huishoudelijke afvalstoffen, bedoeld in artikel 7, anders dan afzonderlijk:

    • a.

      ter inzameling aan te bieden;

    • b.

      achter te laten op een inzamelplaats, bedoeld in artikel 5.

  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen. Deze regels kunnen voor categorieën van gevallen of personen een vrijstelling inhouden van het verbod, bedoeld in het eerste lid.

Artikel 9. Tijdstip van aanbieding

Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden anders dan op de door burgemeester en wethouders daartoe bepaalde dag en tijden. Deze kunnen voor verschillende bestanddelen verschillend worden vastgesteld.

Artikel 10. Wijze en plaats van aanbieding

  • 1. Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden anders dan in overeenstemming met de door burgemeester en wethouder te stellen regels over het gebruik van:

    • a.

      inzamelmiddelen voor het aanbieden ter inzameling bij een perceel;

    • b.

      inzamelvoorzieningen voor het aanbieden ter inzameling nabij een perceel.

  • 2. Het is verboden om een inzamelmiddel na afloop van de tijden, bedoeld in artikel 9, buiten een perceel te laten staan.

§ 3. Bedrijfsafvalstoffen

Artikel 11. Regeling van inzameling van bedrijfsafvalstoffen

  • 1. Het college kan regels stellen voor het ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen. Het is verboden bedrijfsafvalstoffen ter inzameling aan te bieden aan de inzameldienst of aan andere aangewezen inzamelaars.

  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen voor het aanbieden of overdragen van bedrijfsafvalstoffen. Deze regels kunnen een vrijstelling van het verbod, bedoeld in het eerste lid, inhouden.

§ 4. Zwerfafval en overige

Artikel 12. Dumpingsverbod

  • 1. Het is verboden zonder ontheffing van burgemeester en wethouders, buiten een inrichting, hinder of nadelige beïnvloeding van het milieu te veroorzaken, door een afvalstof, een stof of een voorwerp op of in de bodem te brengen, te storten, te houden, achter te laten of anderszins daar te plaatsen.

  • 2. Het eerste lid is niet van toepassing op:

    • a.

      het aanbieden, overdragen of achterlaten van huishoudelijke afvalstoffen of bedrijfsafvalstoffen in overeenstemming met deze verordening;

    • b.

      het composteren van huishoudelijk groente-, fruit- of tuinafval op het perceel waar dit is ontstaan;

    • c.

      het laden, lossen of vervoeren van afvalstoffen, met inbegrip van daarbij niet te vermijden plaatsing van afvalstoffen, stoffen of voorwerpen op de weg, bedoeld in artikel 1 van de Wegenverkeerswet 1994;

    • d.

      handelingen die zijn verboden bij of krachtens de Wet bodembescherming, de Waterwet of het Besluit bodemkwaliteit.

  • 3. Indien de overtreder van dit artikel onbekend is, wordt de persoon tot wie de aangetroffen afvalstof, stof of voorwerp kan worden herleid, geacht te hebben gehandeld in strijd met dit artikel.

Artikel 13. Zwerfafval in de openbare ruimte

  • 1. Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen van beperkte omvang en gewicht die zijn ontstaan buiten een perceel, achter te laten in de openbare ruimte, anders dan in daartoe bestemde afvalbakken of andere middelen ter inzameling van deze afvalstoffen.

  • 2. Drukwerk, ander promotiemateriaal en de verpakking daarvan, die in weerwil van het eerste lid in de openbare ruimte wordt weggeworpen of achtergelaten, wordt terstond opgeruimd door degene die het in de betreffende omgeving onder het publiek verspreidde, ten minste 50 meter van de locatie(s) waar het materiaal is verspreid.

  • 3. Het is verboden ter inzameling gereedstaande afvalstoffen of inzamelmiddelen te doorzoeken of te verspreiden, te stoten, te schoppen, omver te werpen of deze anderszins te behandelen.

Artikel 14. Zwerfafval rondom inrichtingen

  • 1. Degene die een inrichting drijft waar eet- of drinkwaren worden verkocht die ter plaatse kunnen worden genuttigd draagt zorg voor de aanwezigheid in of nabij de inrichting, van een steeds voor gebruik door het publiek beschikbare en tijdig geleegde afvalbak of soortgelijk middel voor het houden van afval.

  • 2. Degene die de inrichting drijft verwijdert zo vaak als nodig etenswaren, verpakkingen, afval of andere materialen die kennelijk uit de inrichting afkomstig zijn of voor de inrichting zijn bestemd binnen een straal van ten minste 25 meter van de inrichting.

  • 3. De vorige leden gelden niet voor situaties waarin wordt voorzien door het Activiteitenbesluit milieubeheer.

Artikel 15. Afval en verontreiniging op de weg

  • 1. Het is verboden een weg, bedoeld in artikel 1 van de Wegenverkeerswet 1994, te verontreinigen of het milieu nadelig te beïnvloeden door afvalstoffen, stoffen of voorwerpen te laden, te lossen of te vervoeren of andere werkzaamheden te verrichten.

  • 2. Degene die in strijd met het eerste lid de weg verontreinigt of het milieu nadelig beïnvloedt of diens opdrachtgever zorgt terstond na de beëindiging van de werkzaamheden van die dag voor het reinigen van de weg, of zoveel eerder als nodig is om de veiligheid van het verkeer of de bescherming van het wegdek te verzekeren.

Artikel 16. Geen opslag van afval in de open lucht

  • 1. Het is verboden afvalstoffen op een voor het publiek waarneembare plaats in de open lucht en buiten een inrichting als bedoeld in artikel 1.1 van de Wet milieubeheer op te slaan of opgeslagen te hebben, anders dan door het in overeenstemming met paragraaf 2 van deze verordening aanbieden of overdragen van huishoudelijke afvalstoffen.

  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen voor het verbod in het eerste lid en kunnen aanvullende voorwaarden stellen waaronder de ontheffing wordt verleend.

Artikel 17. Ontdoen van autowrakken

Het is verboden zich te ontdoen van een autowrak dat afkomstig is van een perceel, anders dan door afgifte aan een inrichting als bedoeld in artikel 6 van het Besluit beheer autowrakken.

§ 5. Handhaving en toezicht

Artikel 18. Strafbare feiten

Overtreding van artikel 4, artikel 6 of van artikel 8 tot en met artikel 10 en artikel 12 tot en met artikel 19, is een strafbaar feit als bedoeld in artikel 1a, onderdeel 3, van de Wet op de economische delicten.

Artikel 19. Toezichthouders

  • 1. Met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens deze verordening bepaalde zijn belast: buitengewoon opsporingsambtenaren van de gemeente Leusden.

  • 2. Het college dan wel de burgemeester kan daarnaast andere personen belasten met dit toezicht.

§ 6. Slotbepalingen

Artikel 20. Intrekking oude verordening

De Afvalstoffenverordening Leusden 2014 wordt ingetrokken.

Artikel 21. Overgangsbepaling

  • 1. Tot het moment dat in een deel van de gemeente Leusden de voorzieningen voor het Nieuwe inzamelen van fijn huishoudelijk restafval in gebruik zijn genomen, blijft in dat betreffende deel van de gemeente de wijze van inzameling van fijn huishoudelijk restafval op grond van de verordening bedoeld in artikel 20 ongewijzigd.

  • 2. Voorschriften en beperkingen opgelegd krachtens de verordening bedoeld in artikel 20 blijven – indien en voor zover de bepalingen ingevolge welke deze voorschriften en beperkingen zijn opgelegd, ook zijn vervat in deze verordening en voor zover zij niet eerder zijn vervallen of ingetrokken – nog gedurende 2 jaar na de inwerkingtreding van deze verordening van kracht.

  • 3. De intrekking van de verordening bedoeld in artikel 20 heeft geen gevolgen voor de geldigheid van op basis van die verordening genomen nadere regels en aanwijzingsbesluiten, indien en voor zover de rechtsgrond waarop de aanwijzingsbesluiten zijn gebaseerd ook vervat is in deze verordening en voor zover zij niet eerder zijn vervallen of ingetrokken.

Artikel 22. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Afvalstoffenverordening gemeente Leusden 2017.

Artikel 23. Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2017.

Ondertekening

Aldus besloten door de raad van de gemeente Leusden in zijn openbare vergadering van 15 december 2016,

E. Boers

Griffier a.i.

drs. A. Vermeulen

Voorzitter