Regeling vervallen per 17-10-2014

Nadere Subsidieregels Sloop en Onttrekkingen Transitiefonds Limburgse Woningmarkt

Geldend van 11-04-2014 t/m 16-10-2014

Intitulé

Nadere Subsidieregels Sloop en Onttrekkingen Transitiefonds Limburgse Woningmarkt

NADERE SUBSIDIEREGELS SLOOP EN ONTTREKKINGEN TRANSITIEFONDS LIMBURGSE WONINGMARKT

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Gestapelde woning: woning in een woongebouw dat twee of meer geheel of gedeeltelijk boven elkaar gelegen woningen bevat waarbij per woning een zelfstandige toegang is gewaarborgd, bestemd voor permanente bewoning door een particulier huishouden, opgenomen in de gemeentelijke WOZ-registratie voor 1 januari 2013;

  • b.

    Grondgebonden woning: woning bestaande uit één of meerdere lagen inclusief kap, met een voordeur die rechtstreeks uitkomt op de buitenruimte, bestemd voor permanente bewoning door een particulier huishouden, opgenomen in de gemeentelijke WOZ-registratie voor 1 januari 2013;

  • c.

    Huurwoning: voor verhuur bestemde woning met uitzondering van een woning die wordt verhuurd in het kader van het hotel-, pension-, kamp- en vakantiebestedingsbedrijf aan personen die in die woning voor een korte periode verblijf houden;

  • d.

    Onderneming: onderneming als bedoeld in Verordening (EU) nr. 1407/2013 (De-minimisverordening) en Verordening (EU) nr. 360/2012 (De-minimisverordening diensten van algemeen economisch belang);

  • e.

    Onttrekking van een woning aan de woningvoorraad: woonruimte veranderen zodat deze woning niet meer geschikt is voor bewoning, met andere woonruimte wordt samengevoegd waardoor deze woonruimten niet meer apart bewoonbaar zijn, waarbij het adres/huisnummer is komen te vervallen in de gemeentelijke WOZ-registratie.

  • f.

    Regio: In Limburg zijn 3 (woon)regio’s:

    • -

      regio Noord-Limburg, bestaande uit de gemeenten Peel en Maas, Mook en Middelaar, Gennep, Beesel, Bergen, Horst aan de Maas, Venray en Venlo;

    • -

      regio Midden-Limburg, bestaande uit de gemeenten Echt-Susteren, Leudal, Maasgouw, Nederweert, Roerdalen, Roermond en Weert;

    • -

      regio Zuid-Limburg, bestaande uit de sub-regio’s Parkstad, Westelijke Mijnstreek en Maastricht-Mergelland.

  • g.

    Regionale structuurvisie: bindende structuurvisie op het vlak van wonen, vastgesteld door alle in de regio, of sub-regio, als bedoeld in artikel 1, sub f, respectievelijk j, vertegenwoordigde gemeenteraden dan wel het algemeen bestuur van de stadsregio, waarin regionale programmatische afspraken zijn vastgelegd over de kwantitatieve en kwalitatieve doelstellingen, zoals die in de regio’s samen met de Provincie worden uitgewerkt en afgestemd.

  • h.

    RUM-protocol: Re-Use Materials-protocol. Deze is te vinden op de website van de Provincie Limburg www.limburg.nl/transitiefonds.

  • i.

    Sloop: het volledig (doen) afbreken en verwijderen van grondgebonden woning(en)/gestapelde woningen(en) en alle daarbij behorende bouwwerken, (erf)verharding, putten, funderingen en overige ondergrondse voorzieningen ten dienste van de woning, inclusief het afvoeren van puin en afval en het egaliseren van het perceel ter plekke van gesloopte ondergrondse voorzieningen;

  • j.

    Sub-regio: in de regio Zuid-Limburg zijn 3 drie sub-regio’s:

    • -

      sub-regio Parkstad, bestaande uit de gemeenten Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, Brunssum, Nuth, Voerendaal, Simpelveld en Onderbanken;

    • -

      sub-regio Westelijke Mijnstreek, bestaande uit de gemeenten Beek, Schinnen, Stein en Sittard-Geleen;

    • -

      sub-regio Maastricht-Mergelland, bestaande uit de gemeenten Maastricht, Meerssen, Eijsden-Margraten, Valkenburg a/d Geul, Gulpen-Wittem en Vaals.

Artikel 2 Doelstelling/doel van de regeling

Doelstelling van deze nadere subsidieregels is het stimuleren en het versnellen van de sloop van woningen, of onttrekking van woningen aan de woningvoorraad, in Limburg ten behoeve van een versnelde kwantitatieve voorraadbeheersing.

HOOFDSTUK 2 SUBSIDIES TEN BEHOEVE VAN SLOOP EN ONTTREKKING

Artikel 3 Doelgroep/aanvrager

Voor subsidie kunnen in aanmerking komen natuurlijke personen of rechtspersonen die na inwerkingtreding van deze Nadere subsidieregels een woning slopen of onttrekken aan de woningvoorraad waarvan zij op het moment van de sloop, dan wel onttrekking, eigenaar zijn.

Artikel 4 Subsidiecriteria

Om voor een subsidie in aanmerking te komen, gelden de volgende algemene criteria:

  • 1.

    De te slopen of te onttrekken woning(en) moet(en) op het grondgebied van de Nederlandse provincie Limburg staan.

  • 2.

    De sloop of onttrekking moet daadwerkelijk bijdragen aan de vermindering van de woningvoorraad.

  • 3.

    De aanvrager dient schriftelijk te verklaren medewerking te verlenen aan de wijziging van de bestemming van het perceel door het bevoegd gezag overeenkomstig het ingediende plan bedoeld in artikel 9, tweede lid, sub c.

  • 4.

    De subsidieaanvraag dient voor de start van de sloop te worden ingediend.

  • 5.

    De te slopen of te onttrekken woning moet binnen een gemeente staan waarvoor de gemeenteraad ten tijde van de aanvraag:

    • a.

      Een regionale structuurvisie als bedoeld in artikel 2.1 van de Wet ruimtelijke ordening heeft vastgesteld met betrekking tot het aspect wonen een en ander zoals beschreven in artikel 1 sub g, en

    • b.

      In deze structuurvisie een regeling is opgenomen die de gemeente de bevoegdheid geeft om bij een bestemmingsplanwijziging of vergunning als bedoeld in artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3o van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, bij woningbouw een financiële compensatiebijdrage van tenminste € 10.000,00 te vragen ten behoeve van sloop en herstructurering van woningbouw elders.

Artikel 5 Verplichtingen subsidieontvanger

  • 1 De woning moet binnen 6 maanden na de verzenddatum van de subsidieverstrekkingsbeschikking zijn gesloopt doch uiterlijk vóór 1 januari 2016.

  • 2 De subsidieontvanger mag in de 5 jaar volgend op de verzenddatum van de subsidieverstrekkingsbeschikking niet meer woningen op het perceel (laten) bouwen dan opgenomen in het plan bedoeld in artikel 9, tweede lid, sub c, op basis waarvan de subsidie is verstrekt.

Artikel 6 Afwijzingsgronden

In aanvulling op artikel 15 van de Algemene Subsidieverordening 2012 Provincie Limburg, wordt de subsidieaanvraag afgewezen indien:

  • a.

    Niet wordt voldaan aan (één van) de criteria in artikel 4.

  • b.

    De Provincie Limburg dezelfde sloopactiviteit al op een andere wijze financiert of subsidieert.

  • c.

    De subsidieaanvraag is ontvangen buiten de indieningstermijn zoals genoemd in artikel 11.

Artikel 7 Subsidiebedrag

  • 1 Per te slopen of te onttrekken grondgebonden woning wordt een subsidie van € 10.000,00 verstrekt indien de woning op duurzame wijze wordt gesloopt, conform het RUM-protocol, dan wel wordt een subsidie van € 5.000,00 verstrekt indien de woning niet conform het RUM-protocol wordt gesloopt.

  • 2 Per te slopen of te onttrekken gestapelde woning wordt een subsidiebedrag van € 7.500,00 verstrekt indien de woning duurzame wijze wordt gesloopt, conform het RUM-protocol, of wordt een subsidie van € 3.500,00 verstrekt indien de woning niet conform het RUM-protocol wordt gesloopt.

  • 3 Indien de subsidieontvanger een onderneming is bedraagt de subsidie per onderneming maximaal € 500.000,00.

  • 4 Indien de subsidieontvanger voor de sloop van de woning(en) waarop zijn aanvraag betrekking heeft, in aanmerking komt voor de heffingsvermindering als bedoeld in artikel 1.11, eerste lid, onder d. van de Wet maatregelen woningmarkt 2014 II, bedraagt in afwijking van het bepaalde in het derde lid, de totale subsidie verminderd met de heffingsvermindering, maximaal € 200.000,00.

Artikel 8 Subsidiabele kosten

Subsidie wordt verstrekt voor het aantal gesloopte of onttrokken woningen die niet op hetzelfde perceel zullen worden teruggebouwd dan zoals opgenomen in het plan bedoeld in artikel 9, tweede lid, sub c.

Artikel 9 Indienen aanvraag

  • 1 Een subsidieaanvraag kan uitsluitend worden ingediend bij Gedeputeerde Staten met gebruikmaking van het standaard aanvraagformulier dat geplaatst is op de website van de Provincie Limburg: www.limburg.nl/subsidies > actuele subsidieregelingen.

  • 2 De aanvraag dient een volledig ingevuld en rechtsgeldig ondertekend standaard aanvraagformulier te bevatten en te zijn voorzien van bijlagen zoals aangegeven in het formulier en dient te worden verzonden naar het op het formulier aangegeven adres (Gedeputeerde Staten van Limburg, Cluster Subsidies, Postbus 5700, 6202 MA Maastricht).

  • 3 De verklaring bedoeld in het tweede lid, onder e, hoeft niet te worden toegevoegd indien de subsidie wordt aangevraagd door een particuliere eigenaar, niet zijnde een onderneming.

HOOFDSTUK 3 SLOTBEPALINGEN

Artikel 10 Subsidieplafond

  • 1 Gedeputeerde Staten stellen het subsidieplafond van deze nadere subsidieregels voor de looptijd van de regeling vast.

  • 2 Gedeputeerde Staten kunnen aparte subsidieplafonds per regio of sub-regio vaststellen.

  • 3 De wijze van verdeling van het subsidieplafond kunt u raadplegen op www.limburg.nl/subsidies > subsidieplafonds.

Artikel 11 Termijn voor indienen aanvraag

De subsidieaanvraag kan worden ingediend vanaf de inwerkingtreding van deze regeling tot en met 31 december 2015.

Artikel 12 Dienst van algemeen economisch belang

  • 1 De sloop van woningen gelegen in de provincie Limburg is als dienst van algemeen economisch belang opgedragen aan natuurlijke personen en rechtspersonen die eigenaar zijn van die (huur)woningen.

  • 2 De subsidie op grond van deze nadere subsidieregels wordt aangemerkt als compensatie voor de uitvoering van de in het eerste lid bedoelde dienst van algemeen economisch belang.

Artikel 13 Hardheidsclausule

  • 1 In alle gevallen waarin deze regeling niet voorziet beslissen Gedeputeerde Staten.

  • 2 Indien toepassing van het bepaalde in deze regeling, naar het oordeel van Gedeputeerde Staten, tot kennelijke onbillijkheden leidt, dan kunnen Gedeputeerde Staten van enige bepaling afwijken.

Artikel 14 Inwerkingtreding, beëindiging en citeertitel

  • 1 Deze Nadere subsidieregels treden in werking met ingang van de dag na publicatie in het Provinciaal Blad.

  • 2 Deze Nadere subsidieregels vervallen met ingang van 1 januari 2016, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op subsidieaanvragen die voor die datum zijn ingediend en subsidiebesluiten die vóór die datum zijn genomen, ook voor de volgende stappen in het subsidietraject.

  • 3 Deze regeling kan worden aangehaald als “Nadere Subsidieregels Sloop en Onttrekkingen Transitiefonds Limburgse Woningmarkt”.

Ondertekening

Gedeputeerde Staten voornoemd, drs. Th.J.F.M. Bovens, voorzitter mr. A.C.J.M. de Kroon Uitgegeven, 10 april 2014 de secretaris, mr. A.C.J.M. de Kroon
 

ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING

Artikel 4, 5 en 8 Het is toegestaan om op de plaats van de gesloopte woningen(en) nieuwe woningen(en) terug te bouwen, maar de subsidie wordt slechts toegekend voor het aantal te slopen of te onttrekken woningen die niet op hetzelfde perceel zullen worden teruggebouwd. Om deze netto vermindering van de woningvoorraad te bepalen wordt van de aanvrager gevraagd een plan als bedoeld in artikel 9 tweede lid sub c. te overleggen. Hiermee wordt gewaarborgd dat daadwerkelijk een bijdrage wordt geleverd aan de vermindering van de woningvoorraad.

Artikel 4, vijfde lid, sub b In de betreffende regio dient een statiegeldregeling van kracht te zijn gebaseerd op de Regionale structuurvisie wonen. Deze regeling houdt in dat voor elke nieuwbouwwoning, in de zachte plancapaciteit (dat wil zeggen dat in het ter plaatse geldende bestemmingsplan nog geen woonbestemming voor dit perceel is opgenomen), waar geen sloopwoning tegenover staat, een financiële compensatiebijdrage van tenminste € 10.000,00 ten behoeve van sloop elders wordt geleverd.

Hierbij wordt benadrukt dat het aan de gemeente is om deze nieuwbouw al dan niet toe te staan. De gemeente zal dit onder andere beoordelen aan de hand van de regionale afspraken in de structuurvisie wonen zoals bedoeld in artikel 4, zesde lid, onder a. Met de statiegeldregeling wordt dan ook nadrukkelijk geen mogelijkheid gecreëerd om hiervan af te wijken.

Artikel 8 en 9, tweede lid, sub c Subsidie wordt ontvangen over de netto vermindering van het aantal woningen, dat wil zeggen over het aantal gesloopte minus het aantal nieuw te bouwen woningen op het betreffende perceel. Een uitgewerkt plan voor de herinrichting van het perceel (‘herbestemmingsplan’) moet dan ook als bijlage bij de subsidieaanvraag worden bijgevoegd. Uitvoering conform dit ‘herbestemmingsplan’ wordt als verplichting vastgelegd in de subsidiebeschikking. Steekproefsgewijs zal gecontroleerd worden of uitvoering is gebeurd conform het herbestemmingsplan. Een subsidie kan bij afwijking worden teruggevorderd tot 5 jaar na de dag waarop aan de verplichting had moeten zijn voldaan, conform artikel 4:49, derde lid, van de Awb. Met gemeenten wordt overlegd of het mogelijk is dat bij toekomstige aanpassingen van bestemmingsplannen deze herbestemmingsplannen worden meegenomen waardoor de woningbouwtitel daadwerkelijk wordt wegbestemd, dan wel een maximum wordt gesteld aan het aantal toegestane woningen op het betreffende perceel.