Regeling vervallen per 01-01-2018

Nadere subsidieregels robuuste riviermaatregelen Maasplassen

Geldend van 05-04-2016 t/m 31-12-2017

Intitulé

Nadere subsidieregels robuuste riviermaatregelen Maasplassen

NADERE SUBSIDIEREGELS ROBUUSTE RIVIERMAATREGELEN MAASPLASSEN

Hoofdstuk 1 Algemene Bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • a.

    BgR: Beleidslijn grote Rivieren (http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/kamerstukken/2006/07/26/beleidslijn-grote-rivieren.html ).

  • b.

    Bouwkosten: de casco bouwkosten van een gewenst initiatief, zoals deze ook worden gebruikt bij de bepaling van de leges voor de omgevingsvergunning.

  • c.

    Gewenst initiatief: een initiatief dat past in de IGSV of waarvan de gemeente aangeeft het planologisch mogelijk te willen maken.

  • d.

    GOML: het Samenwerkingsverband Gebiedsontwikkeling Midden-Limburg, zoals dat tot 1 januari 2015 heeft bestaan.

  • e.

    IGSV: Intergemeentelijke Structuurvisie: het besluit van de GOML gemeenten van februari 2014 waarin het ruimtelijke beleidskader voor onder meer het Maasplassen gebied is vastgesteld. Zie http://www.roermond.nl/4/ruimtelijkeplannen/Overige-Plannen/Structuurvisies/Intergemeentelijke-Structuurvisie-Maasplassen-en-bijbehorend-Plan-MER.html.

  • f.

    Initiatiefnemer: degene die een gewenst initiatief realiseert.

  • g.

    Kosten robuuste maatregel: de kosten voor het realiseren van de robuuste maatregel en de kosten voor het beheer en onderhoud noodzakelijk voor het in stand houden van de robuuste maatregel.

  • h.

    Maasplassen: het grondgebied langs de Maas binnen de 5 direct aan de Maas gelegen gemeenten zoals aangegeven in de IGSV (http://www.ruimtelijkeplannen.nl/documents /NL.IMRO.0957.IGSVMAASPLASSEN-VG01/i_NL.IMRO.0957.IGSVMAASPLASSEN-VG01.pdf).

  • i.

    Robuuste maatregel: een rivierkundige maatregel die duurzaam bijdraagt aan de hoogwaterveiligheid op de lange termijn.

  • j.

    SML: het Samenwerkingsverband Midden-Limburg, zoals dat sinds 1 januari 2015 is ingesteld, als opvolger van de Gebiedsontwikkeling Midden Limburg (GOML).

  • k.

    Vergunbaar: in staat tot verkrijging van de ingevolge de Waterwet/BgR vereiste vergunningen.

  • l.

    Verruimingplichtig: verplicht tot het realiseren van rivierverruiming ingevolge artikel 1, eerste lid, sub a, jo artikel 6, sub d van de BgR.

Artikel 2 Doelstelling/doel van de regeling

Doel van deze regeling is om gewenste initiatieven te ondersteunen bij het realiseren van rivierverruiming in de vorm van een robuuste maatregel.

Artikel 3 Doelgroep/aanvrager

Initiatiefnemers van gewenste initiatieven in het Maasplassengebied, die verruimingplichtig zijn, kunnen voor subsidie in aanmerking komen. De subsidieaanvraag kan door één initiatiefnemer namens de (eventuele) overige initiatiefnemers worden ingediend.

Hoofdstuk 2 Criteria

Artikel 4 Subsidiecriteria

Om voor een subsidie in aanmerking te komen, gelden de volgende criteria voor ieder gewenst initiatief waarvoor de subsidieaanvraag wordt ingediend:

  • 1.

    Het gewenst initiatief ligt in het gebied Maasplassen, zoals aangegeven op de kaart bij de IGSV van februari 2014( http://www.ruimtelijkeplannen.nl/documents/NL.IMRO.0957.IGSVMAASPLASSEN-VG01/i_NL.IMRO.0957.IGSVMAASPLASSEN-VG01.pdf ) en is verruimingplichtig.

  • 2.

    Het gewenst initiatief past in de IGSV, dan wel dient er aannemelijk te worden gemaakt - door overlegging van de gegevens als bedoeld in artikel 8, tweede lid, sub b - dat de betreffende gemeente planologische medewerking zal verlenen.

  • 3.

    Het gewenst initiatief is vergunbaar, hetgeen aannemelijk dient te worden gemaakt door overlegging van de gegevens als bedoeld in artikel 8, tweede lid, sub c.

  • 4.

    De haalbaarheid en financiering van zowel het gewenst initiatief als de beschikbaarheid en haalbaarheid van een daarvoor vereiste robuuste maatregel dient met een transparante onderbouwing aangetoond te zijn.

Artikel 5 Afwijzingsgronden

In aanvulling op artikel 15 van de Algemene Subsidieverordening 2012 Provincie Limburg, wordt de subsidieaanvraag afgewezen indien:

  • a

    het project niet aansluit bij de doelstelling van deze nadere subsidieregels zoals gesteld in artikel 2;

  • b

    de aanvraag niet is ingediend door een aanvrager zoals gesteld in artikel 3;

  • c

    niet wordt voldaan aan (één van) de criteria in artikel 4; en/of

  • d

    de subsidieaanvraag is ontvangen buiten de periode (en specifieke termijnen) zoals vermeld in artikel 9.

Hoofdstuk 3 Financiële aspecten

Artikel 6 Subsidieplafond

  • 1 Gedeputeerde Staten stellen het subsidieplafond voor de looptijd van deze nadere subsidieregels vast.

  • 2 De wijze van verdeling van het subsidieplafond kunt u raadplegen op www.limburg.nl/subsidies /subsidieplafonds.

Artikel 7 Subsidiebedrag

  • 1 Het te verstrekken subsidiebedrag bedraagt het verschil tussen de kosten van de robuuste maatregel (inclusief beheer en onderhoud) en 20% van de bouwkosten per initiatief, maar bedraagt nooit meer dan de kosten van de robuuste maatregel.

  • 2 Indien de subsidieaanvraag door één initiatiefnemer namens overige initiatiefnemers wordt ingediend, wordt het te verstrekken subsidiebedrag evenredig over de initiatiefnemers verdeeld.

Hoofdstuk 4 Aanvraagprocedure

Artikel 8 Indienen aanvraag

  • 1 Een subsidieaanvraag kan uitsluitend worden ingediend bij Gedeputeerde Staten met gebruikmaking van het standaard aanvraagformulier, dat geplaatst is op de website van de Provincie Limburg: www.limburg.nl/subsidies > actuele subsidieregelingen.

  • 2 De aanvraag dient een volledig ingevuld en rechtsgeldig ondertekend standaard aanvraagformulier te bevatten en te zijn voorzien van alle bijlagen zoals aangegeven in het formulier en dient te worden verzonden naar het op het formulier aangegeven adres (Gedeputeerde Staten van Limburg, Cluster Subsidies, Postbus 5700, 6202 MA Maastricht).

    De volgende bijlagen dienen in ieder geval aan het aanvraagformulier te worden toegevoegd per gewenst initiatief:

    • a.

      Projectplan (van het gewenst initiatief) met een beschrijving van de te realiseren bouwwerken en een situatie- en/of inrichtingsschets met een schaal van ten minste 1:1000 en eventuele dwarsprofielen;

    • b.

      Voor zover het initiatief niet direct past in de IGSV, een schriftelijke verklaring van de betrokken gemeente waaruit blijkt dat deze bereid is planologische medewerking te verlenen, zoals bedoeld in artikel 4, tweede lid;

    • c.

      Omschrijving van de robuuste maatregel met situatieschets en verklaring van Rijkswaterstaat, waarin is aangegeven dat met de maatregel de volgens de Waterwet/BgR vereiste rivierverruiming kan worden gerealiseerd;

    • d.

      Sluitende en gespecificeerde begroting conform format van de gespecificeerde bouwkosten van het (deel van het) initiatief dat verruimingplichtig is en van de robuuste maatregel.

Artikel 9 Termijn voor indienen aanvraag

Een subsidieaanvraag kan worden ingediend vanaf inwerkingtreding van deze regeling en dient uiterlijk op 31 december 2017 door Gedeputeerde Staten te zijn ontvangen. De ontvangststempel van de Provincie Limburg is hierbij bepalend.

Hoofdstuk 5 Slotbepalingen

Artikel 10 Hardheidsclausule

  • 1 In alle gevallen waarin deze regeling niet voorziet beslissen Gedeputeerde Staten.

  • 2 Indien toepassing van het bepaalde in deze regeling, naar het oordeel van Gedeputeerde Staten, tot kennelijke onbillijkheden leidt, dan kunnen Gedeputeerde Staten van enige bepaling afwijken.

Artikel 11 Inwerkingtreding, beëindiging en citeertitel

  • 1 Deze Nadere subsidieregels treden de dag na publicatie in het Provinciaal Blad in werking.

  • 2 Deze Nadere subsidieregels vervallen met ingang van 1 januari 2018, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op subsidieaanvragen die vóór die datum zijn ontvangen door Gedeputeerde Staten en subsidiebesluiten die vóór die datum zijn genomen, ook voor de volgende stappen in het subsidietraject.

  • 3 Deze regeling kan worden aangehaald als “Nadere subsidieregels robuuste riviermaatregelen Maasplassen”.

Ondertekening

Aldus besloten in de vergadering van Gedeputeerde Staten, gehouden op 23 februari 2016 Gedeputeerde Staten voornoemd
de voorzitter, dhr. drs. Th.J.F.M. Bovens
secretaris dhr. mr. A.C.J.M. de Kroon
 

Toelichting Deze Nadere subsidieregels robuuste riviermaatregelen Maasplassen vloeien voort uit de ambities en afspraken zoals neergelegd in het Masterplan Maasplassen en de Intergemeentelijke Structuurvisie Maasplassen (Zie: http://www.roermond.nl/4/ruimtelijkeplannen/Overige-Plannen/Structuurvisies/Intergemeentelijke-Structuurvisie-Maasplassen-en-bijbehorend-Plan-MER.html). Het oprichten van niet riviergebonden bebouwing in het stroomvoerend winterbed van de Maas verplicht zowel tot compensatie van het opstuwend effect als ook tot het realiseren van duurzame en robuuste extra verruiming in dezelfde rivierkundige eenheid (conform Beleidsregels grote Rivieren). In de praktijk blijkt dat de extra verruiming, in de vorm van een robuuste maatregel, in veel gevallen de financiële draagkracht van individuele initiatiefnemers overstijgt. Dit zou in voorkomende gevallen er toe kunnen leiden dat de ambities en gewenste initiatieven zoals neergelegd in het Masterplan en de Intergemeentelijke Structuurvisie Maasplassen geen werkelijkheid worden. De regeling geldt alleen voor het grondgebied binnen de Maasplassen, waarop de Beleidsregels grote Rivieren van toepassing zijn, zoals dat op de kaart http://www.ruimtelijkeplannen.nl/documents NL.IMRO.0957.IGSVMAASPLASSEN-VG01/i_NL.IMRO.0957.IGSVMAASPLASSEN-VG01.pdf is aangegeven.

Via een zgn. initiatievenloket van de betrokken overheidspartijen worden initiatiefnemers ondersteund bij het uitwerken van de robuuste maatregel. Uitgangspunt is dat initiatieven gekoppeld worden om zoveel mogelijk draagkracht te genereren. Eén van de initiatiefnemers wordt verantwoordelijk voor (het verkrijgen en naleven van) de Waterwetvergunning en (het indienen en naleven van) de subsidieaanvraag op basis van deze regeling en maakt daarover afspraken met de andere initiatiefnemers.

De regeling past in de doelstelling om de beoogde economische en recreatieve ontwikkeling van het Maasplassengebied te ondersteunen. De gewenste ontwikkelingen zijn in het Masterplan en in de Intergemeentelijke Structuurvisie aangegeven. Desondanks is het mogelijk dat er initiatieven zijn die hier niet rechtstreeks in passen. In dergelijke gevallen bepaalt de betreffende gemeente of een initiatief zodanig gewenst is dat de planologische regeling hiervoor wordt aangepast. Pas wanneer dat het geval is, is een subsidiebijdrage aan de orde. Artikelsgewijze toelichting artikel 7, eerste lid en tweede lid Voorbeeld van de bepaling van het subsidiebedrag bij een robuuste maatregel die 600.000 euro kost en een initiatief dat 1.500.000 euro aan casco bouwkosten behelst en nog een andere initiatiefnemer die 400.000 euro aan casco bouwkosten heeft. Initiatiefnemers dragen elk 20% van de eigen casco bouwkosten ofwel 300.000 euro respectievelijk 80.000 euro bij. De totale subsidie is dan het verschil tussen de bijdragen van de initiatiefnemers en de kosten van de robuuste maatregelen, namelijk 220.000 euro (600.000 – 380.000 euro). Beide initiatiefnemers ontvangen een bedrag van 110.000,00 euro (220.000 euro/2 initiatiefnemers).