Regeling vervallen per 26-11-2016

Reglement Gemeenschappelijk Budget "Limburg & Limburg Cultuurproductie

Geldend van 30-07-2004 t/m 25-11-2016

Intitulé

Reglement Gemeenschappelijk Budget "Limburg & Limburg Cultuurproductie

REGLEMENT GEMEENSCHAPPELIJK BUDGET “LIMBURG & LIMBURG CULTUURPRODUCTIE"

Artikel 1

Gedeputeerde Staten kunnen een erkenning verlenen aan organisaties ter bevordering van interlimburgse cultuurspreiding en -productie.

Artikel 2

Onder de term organisaties in het kader van dit reglement wordt verstaan ofwel een individuele organisatie ofwel een verband van organisaties waarbinnen één organisatie steeds als verantwoordelijke optreedt.

Erkenning

Artikel 3

Om erkend te worden moet een organisatie uit Nederlands-Limburg:

  • 1.

     een structureel partnership aangaan met een Belgisch-Limburgse organisatie 

  • 2.

    zich structureel engageren voor de bevordering van interlimburgse cultuurspreiding en –productie. Bijzondere aandacht gaat hierin uit naar de volgende speerpunten: interlimburgse cultuurproductie, het ontsluiten van het interlimburgs cultuuraanbod, de bestendiging van interlimburgse samenwerking. Dit engagement voor de bevordering van interlimburgse cultuurspreiding en –productie omschrijven in een beleidsplan. Dit plan bevat een structureel inhoudelijk en financieel interlimburgs beleidsplan voor de subsidieperiode van drie jaar, startende in 2005 op basis van de in artikel 4 vermelde criteria. Het beleidsplan wordt ingediend volgens het in artikel 5 vermelde format.

  • 3.

    een structurele werking ontplooien en bewijzen op het vlak van interlimburgse cultuurspreiding en/of productie met interlimburgse reikwijdte op basis van de in artikel 4 vermelde criteria

  • 4.

    beschikken over rechtspersoonlijkheid -privaatrechtelijk of publiekrechtelijk- met een niet-commercieel karakter en zijn gevestigd op Nederlands-Limburgs grondgebied.

Artikel 4

Bij de beoordeling van de beleidsplannen worden de volgende criteria gehanteerd:

  • 1.

    de ontwikkeling van een kwalitatieve, structurele en haalbare samenwerking op het vlak van interlimburgse cultuurspreiding en/of productie in partnership met (een) Belgisch-Limburgse organisatie(s)

  • 2.

      structurele inbedding van interlimburgse samenwerking in de werking van de individuele organisaties

  • 3.

    het ontwikkelen van concreet geplande acties met betrekking tot interlimburgse spreiding of productie die getuigt van affiniteit met het hedendaags kunstenaanbod en de ontwikkelingen hierin

  • 4.

      het aan bod laten komen van moeilijkere disciplines, originaliteit van het aanbod en jong talent en experiment

  • 5.

    de reikwijdte of uitstraling bij een breed publiek waarbij rekening wordt gehouden met: profilering d.m.v. een gespecialiseerd aanbod, interlimburgse profilering van de structurele samenwerking en de promotiewijze in beide Limburgen

Artikel 5

§1 Organisaties kunnen een erkenning verkrijgen voor een erkenningperiode zoals die door Gedeputeerde Staten is vastgesteld. De eerste erkenningperiode wordt vastgesteld op 2005-2007. De erkenningaanvraag gebeurt eens in de drie jaar.

§2 De erkenningaanvragen worden ingediend ten laatste op 1 november van het jaar dat voorafgaat aan de periode waarop de erkenning betrekking heeft. Belgisch-Limburgse organisaties dienen het dossier in bij de provincie Belgisch-Limburg en de Nederlands-Limburgse organisaties bij de provincie Nederlands-Limburg. De erkenningaanvragen worden bij de beide provincies ingediend, voorzien van de handtekening van zowel de Belgisch-als de Nederlands-Limburgse partner. De dossiers worden ingediend op de volgende adressen:

Provincie Nederlands-Limburg Afdeling Cultuur en Sociale Ontwikkeling Postbus 5700 6202 MA  MAASTRICHT

Provincie Belgisch-Limburg Directie Cultuur, Afdeling cultuur en bibliotheekwezen Universiteitslaan 1 3500 Hasselt

§3 De beoordeling van de erkenningaanvragen gebeurt gezamenlijk door deskundige ambtenaren van de beide provincies en op basis van de in artikel 4 vermelde criteria. Zij onderzoeken het groeipotentieel van de structurele samenwerking, buigen zich over elk dossier afzonderlijk, vergelijken de dossiers onderling rekening houdend met alle parameters en voeren een objectiverende analyse uit.

§4 Gedeputeerde Staten bepalen na onderzoek van de ingestuurde erkenningaanvraag en de beoordeling de erkenning en dit uiterlijk 2 maanden na de in artikel 5 § 2 bepaalde inzendingdatum. Deze erkenning wordt toegekend onder de opschortende voorwaarde van de erkenning van de Belgisch-Limburgse partnerorganisatie door de bevoegde overheid.

§5 De erkenning wordt toegekend en/of gecontinueerd binnen de vastgestelde periode op voorwaarde dat de interlimburgse werking voorgesteld in het ingediende beleidsplan voortgezet wordt conform de criteria van het reglement.

§6 De erkende organisaties krijgen een kwaliteitslabel toegekend dat moet opgenomen worden in alle pers en promotiemiddelen met betrekking tot de interlimburgse samenwerking.

§7 Na afloop van de erkenningperiode dient de organisatie een gedetailleerd verslag in over de tijdens de erkenningperiode gerealiseerde interlimburgse samenwerking, een boekhoudkundig overzicht van de volledige periode en dit ten laatste op 1 maart van het jaar volgend op het laatste jaar van de erkenning.

Algemene bepalingen

Artikel 6

De erkenning blijft behouden in de vastgestelde erkenningperiode op voorwaarde dat de interlimburgse samenwerking zoals ze werd vooropgesteld in het ingediende beleidsplan en de jaarlijks in te dienen actualisering van dit beleidsplan evenals in de verslaggeving over de gerealiseerde werking voortgezet wordt.

Het reglement “Interlimburgse cultuurspreiding en productie 2001” wordt opgeheven vanaf 31 december 2004.

Dit reglement treedt in werking op de dag na bekendmaking in het provinciaal blad. Aanvragen voor erkenning voor de periode 2005-2007 en subsidie voor 2005 kunnen worden ingediend van 01 augustus 2004 t/m 01 november 2004.

FORMAT ERKENNINGSAANVRAAG EN SUBSIDIES LIMBURG EN LIMBURG CULTUURPRODUCTIE

I. Dit document biedt een leidraad aan voor de erkenningsaanvraag en het aanvraagdossier subsidies in het kader van het reglement betreffende de erkenning en subsidiering van organisaties ten behoeve van Limburg en Limburg Cultuurproductie. Door middel van bondig en concreet antwoord op de volgende vragen willen de provincies Limburg een inzicht krijgen in de structurele interlimburgse samenwerking op het vlak van cultuurspreiding en/of productie tussen Nederlands en Belgisch Limburgse organisaties. Wij vragen u om de vragen apart en in deze volgorde te beantwoorden.

II. Erkenningaanvraag Het beleidsplan omvat een globaal plan voor de periode 2005-2007 evenals een raming van begroting voor de werkjaren 2005, 2006 en 2007. In de opmaak van de erkenningaanvraag wordt er rekening gehouden met de in punt IV gevraagde gegevens.

III. Subsidieaanvraag De subsidieaanvraag gebeurt jaarlijks en bevat een gedetailleerd verslag van de gerealiseerde interlimburgse samenwerking, een gedetailleerd plan voor het jaar waarin subsidie wordt aangevraagd, een gedetailleerde begroting en afrekening evenals een geactualiseerd beleidsplan. In de opmaak van de subsidieaanvraag wordt er rekening gehouden met de in punt IV gevraagde gegevens.

IV

  • 1.

    Naam initiatief

  • 2.

    Initiatiefnemers

  • 3.

    Omschrijving structurele interlimburgse samenwerking en te realiseren initiatieven

  • 4.

    Doelstelling(en)

  • 5.

    De provincies Limburg willen via het reglement “Limburg en Limburg Cultuurproductie” een structureel engagement van organisaties ter bevordering van interlimburgse cultuurspreiding en/of productie bevorderen. Op welke manier wordt dit structureel gerealiseerd?

  • 6.

    Motivering van de structurele interlimburgse samenwerking aan de hand van de in artikel 4 van het reglement “Limburg en Limburg Cultuurproductie” vermelde criteria.

  • 7.

    Motivering van de meerwaarde

  • 8.

    Omschrijving van de interlimburgse samenwerking op langere termijn

  • 9.

    Op welke manier wordt de interlimbugrse aandacht structureel ingebed in de werking van de individuele organisaties?

  • 10.

    Doelgroep(en)

  • 11.

    Bezoekersaantallen

     Interlimburgs publieksbereik

  • 12.

    Promotiewijze

     Aard promotiemiddelen

  • 13.

    Planning en realisatie (voorbereiding, uitvoering e.d.)

  • 14.

    Eventuele samenwerkingsverbanden

  • 15.

    Financiële gegevens

 Volledige begroting van de organisatie voor het lopende werkjaar en de afrekening van het vorige werkjaar  De ondertekende en gedateerde begroting en afrekening van het interlimburgse samenwerkingsluik (verwerken in een apart document), met aandacht voor: Uitgaven totaal Uitgaven personeel Artistiek/ inhoudelijke uitgaven Uitgaven promotie Inkomsten totaal Inbreng stad/ gemeente Inbreng andere overheden Ticketverkoop Andere inkomsten

Ondertekening

Gedeputeerde Staten voornoemd,  
mr. B.J.M. baron van Voorst tot Voorst, voorzitter
mw. mr. E.H.M. Brans, secretaris
 
Uitgegeven, 29 juli 2004  
De Secretaris,
mw. mr. E.H.M. Brans