Regeling vervallen per 01-01-2019

Verordening Toeristenbelasting 2014

Geldend van 01-01-2014 t/m 31-12-2018 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2014

Intitulé

Verordening Toeristenbelasting 2014

Verordening Toeristenbelasting 2014

Artikel 1 Belastbaar feit

Onder de naam “toeristenbelasting” wordt een directe belasting geheven voor het houden van verblijf met overnachting binnen de gemeente tegen een vergoeding in welke vorm dan ook door personen die niet als ingezetene zijn opgenomen in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens van de gemeente.

Artikel 2 Belastingplicht

  • 1 Belastingplichtig is degene die gelegenheid biedt tot verblijf als bedoeld in artikel 1.

  • 2 De belastingplichtige is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene die verblijf houdt als bedoeld in artikel 1.

  • 3 Als er geen persoon is aan te wijzen die gelegenheid biedt tot verblijf, is degene belastingplichtig die verblijf houdt als bedoeld in artikel 1.

Artikel 3 Vrijstellingen

  • 1 De belasting wordt niet geheven voor het verblijf van degene die verblijft in een toegelaten instelling als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet Toelating Zorginstellingen.

  • 2 De belasting wordt niet geheven voor het verblijf van een vreemdeling als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000, die rechtmatig in Nederland verblijft in de zin van artikel 8, letters c, d, f, g, h van voornoemde wet, en voor zover deze persoon verblijf houdt als bedoeld in artikel 1 van de Verordening, onder verantwoordelijkheid van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers.

  • 3 De belasting wordt niet geheven voor het verblijf van degene die tijdelijk als minderjarige in de gemeente verblijft als deelnemer aan een door een school georganiseerde groepsreis, onder leiding van een of meer meerderjarige begeleiders.

  • 3 De belasting wordt niet geheven voor het verblijf van degene die tijdelijk als minderjarige in de gemeente verblijft als deelnemer aan een door een school georganiseerde groepsreis, onder leiding van een of meer meerderjarige begeleiders.

Artikel 4 Maatstaf van heffing

De belasting wordt niet geheven voor het verblijf van degene die tijdelijk in de gemeente verblijft als begeleider van minderjarigen als bedoeld in lid 4.

Artikel 5 Forfaitaire berekeningswijze van de maatstaf van heffing

  • 1 Voor de toepassing van dit artikel wordt verstaan onder:

    a. kampeermiddel: tent, tentwagen, kampeerauto, caravan dan wel enig ander onderkomen of ander voertuig of gewezen voertuig of een gedeelte daarvan, voor zover geen bouwwerk zijnde waarvoor een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel a, Wet algemene bepalingen omgevingsrecht is vereist; een en ander voor zover deze onderkomens of voertuigen geheel of ten dele blijvend zijn bestemd of opgericht dan wel worden of kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf.

    b. kampeerterrein: terrein of plaats, geheel of gedeeltelijk ingericht, en volgens die inrichting bestemd, om daarop gelegenheid te geven tot het plaatsen of geplaatst houden van kampeermiddelen ten behoeve van recreatief nachtverblijf.

    c. vaste standplaats: een terrein of terreingedeelte dat deel uitmaakt van een kampeerterrein en dat ter beschikking wordt gesteld voor de plaatsing van eenzelfde kampeermiddel gedurende een seizoen of een jaar of een gedeelte van een seizoen zoals beschreven in lid 2 van dit artikel.

    d. volgtijdige standplaats: een terrein of terreingedeelte dat deel uitmaakt van een kampeerterrein en dat ter beschikking wordt gesteld voor de volgtijdige plaatsing van verschillende kampeermiddelen.

    e. woning: een huis, een naar aard en inrichting vergelijkbare ander onderkomen of een deel van een huis of een vergelijkbaar onderkomen.

  • 2 Voor de toepassing van dit artikel wordt verstaan onder:

    a. kampeermiddel: tent, tentwagen, kampeerauto, caravan dan wel enig ander onderkomen of ander voertuig of gewezen voertuig of een gedeelte daarvan, voor zover geen bouwwerk zijnde waarvoor een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel a, Wet algemene bepalingen omgevingsrecht is vereist; een en ander voor zover deze onderkomens of voertuigen geheel of ten dele blijvend zijn bestemd of opgericht dan wel worden of kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf.

    b. kampeerterrein: terrein of plaats, geheel of gedeeltelijk ingericht, en volgens die inrichting bestemd, om daarop gelegenheid te geven tot het plaatsen of geplaatst houden van kampeermiddelen ten behoeve van recreatief nachtverblijf.

    c. vaste standplaats: een terrein of terreingedeelte dat deel uitmaakt van een kampeerterrein en dat ter beschikking wordt gesteld voor de plaatsing van eenzelfde kampeermiddel gedurende een seizoen of een jaar of een gedeelte van een seizoen zoals beschreven in lid 2 van dit artikel.

    d. volgtijdige standplaats: een terrein of terreingedeelte dat deel uitmaakt van een kampeerterrein en dat ter beschikking wordt gesteld voor de volgtijdige plaatsing van verschillende kampeermiddelen.

    e. woning: een huis, een naar aard en inrichting vergelijkbare ander onderkomen of een deel van een huis of een vergelijkbaar onderkomen.

  • 3 Met betrekking tot kampeermiddelen op vaste standplaatsen en woningen in hoofdzaak bestemd voor het verblijf houden door één of meer leden van eenzelfde huishouden wordt per standplaats of woning.

    gedurende de periode 1 januari t/m 31 december (jaarplaats)

    2

    58

    gedurende de periode 1 april t/m 1 oktober (seizoenplaats)

    2

    42

     

Artikel 6 Belastingtarief

a. In afwijking van het bepaalde in lid twee wordt op een door de belastingplichtige bij de aangifte gedane aanvraag, de maatstaf van heffing vastgesteld op het werkelijke aantal overnachtingen, indien blijkt dat dit aantal lager is dan het op de voet van lid twee van dit artikel berekende aantal.

b. De in lid a. bedoelde aanvraag wordt niet voor een afzonderlijke categorie toegepast.

Artikel 7 Belastingjaar

Het tarief bedraagt per overnachting € 1,50.

Artikel 8 Wijze van heffing

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 9 Aanslaggrens

De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 10 Termijnen van betaling

  • 1 In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald uiterlijk op de laatste dag van de tweede maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld.

  • 2 In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald uiterlijk op de laatste dag van de tweede maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in het voorgaande lid gestelde termijn.

Artikel 12 Overgangsrecht

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven voor de heffing en de invordering van de toeristenbelasting.

Artikel 13 Aanmeldingsplicht

De Verordening op de heffing en invordering van de toeristenbelasting 2011 van 2 december 2010, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 15, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 14 Kwijtschelding

De belastingplichtige, bedoeld in artikel 2, eerste lid, is gehouden, voordat hij voor de eerste maal na het inwerking treden van de verordening gelegenheid tot overnachten verschaft, zulks schriftelijk te melden aan de door het college van burgemeester en wethouders aangewezen gemeenteambtenaren, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdelen b. en d. van de Gemeentewet.

Artikel 15 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1 Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

  • 2 Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

  • 3 De datum van ingang van de heffing is …………………

Ondertekening

De verordening wordt aangehaald als Verordening toeristenbelasting 2014.