Regeling vervallen per 10-02-2022

REGLEMENT VAN ORDE VOOR DE POLITIEKE AVOND VAN DE GEMEENTE LOCHEM 2018

Geldend van 13-09-2018 t/m 09-02-2022

Intitulé

REGLEMENT VAN ORDE VOOR DE POLITIEKE AVOND VAN DE GEMEENTE LOCHEM 2018

De raad van de gemeente Lochem;

gezien het advies van het presidium;

gelet op de artikelen 16 en 82 van de Gemeentewet;

besluit de volgende verordening vast te stellen:

Reglement van orde voor de Politieke Avond van de gemeente Lochem 2018

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 De Politieke Avond

  • 1.

    De Politieke Avond is een openbare bijeenkomst van de gemeenteraad van Lochem.

  • 2.

    De Politieke Avond kan bestaan uit: een informerende tafel, een adviserende tafel, een beeldvormende tafel, een meningvormende tafel, een open ronde tafelgesprek en de raadsvergadering.

  • 3.

    Een informerende tafel is een bijeenkomst met als doel informeren.

  • 4.

    Een adviserende tafel is een bijeenkomst met als doel het adviseren van het college door de gemeenteraad over een onderwerp.

  • 5.

    Een beeldvormende tafel is een bijeenkomst met als doel beeldvorming.

  • 6.

    Een meningvormende tafel is een bijeenkomst met als doel meningvorming.

  • 7.

    Een open ronde tafel gesprek is een bijeenkomst die ruimte biedt aan inwoners om in gesprek te gaan met raadsleden en fractievertegenwoordigers over een eigen gekozen onderwerp.

  • 8.

    In de raadsvergadering vindt debat naar aanleiding van ingediende moties en amendementen, en besluitvorming plaats.

Artikel 2 Raadscommissies

Beeldvormende en meningvormende tafelgesprekken zijn (vergaderingen van) raadscommissies zoals bedoeld in artikel 82 van de Gemeentewet.

Artikel 3 Begripsbepalingen

In dit reglement wordt verstaan onder:

  • a.

    amendement: voorstel van een raadslid tot wijziging van een ontwerpverordening of ontwerpbeslissing;

  • b.

    subamendement: voorstel van een raadslid tot wijziging van een aanhangig amendement;

  • c.

    initiatiefvoorstel: voorstel van een raadslid voor een verordening of ander voorstel;

  • d.

    motie: verklaring waarmee een oordeel, wens of verzoek wordt uitgesproken;

  • e.

    voorstel van orde: voorstel betreffende de orde van de vergadering;

  • f.

    griffier: griffier van de raad of diens plaatsvervanger;

  • g.

    raadsvoorzitter: voorzitter van de raad of diens plaatsvervanger;

  • h.

    voorzitter: voorzitter van een tafel of van het vragenhalfuur;

  • i.

    fractievertegenwoordiger: een niet-raadslid dat namens één van de verkozen fracties deelneemt aan een tafelgesprek;

  • j.

    het college: het college van burgemeester en wethouders;

  • k.

    website: de website van de gemeente Lochem www.lochem.nl.

Artikel 4 Het voorzitterschap

  • 1.

    De raad wijst de voorzitters aan.

  • 2.

    De raadsvoorzitter en de voorzitters zijn belast met:

    • a.

      het leiden van de raadsvergadering respectievelijk de tafelgesprekken of het vragenhalfuur;

    • b.

      het handhaven van de orde;

    • c.

      het doen naleven van dit reglement;

    • d.

      hetgeen de Gemeentewet hen verder opdraagt.

  • 3.

    Het voorzitterschap van een voorzitter eindigt door:

    • a.

      beëindiging van het lidmaatschap van de raad;

    • b.

      ontslag op eigen verzoek;

    • c.

      ontslag door de raad wanneer hij naar het oordeel van de raad door handelen of nalaten ernstig nadeel toebrengt aan het in hem gestelde vertrouwen.

Artikel 5 De griffier

  • 1.

    De griffier is in elke vergadering van de raad, het presidium en de agendacommissie aanwezig.

  • 2.

    Bij verhindering of afwezigheid wordt de griffier vervangen door een plaatsvervanger die door de raad is aangewezen.

  • 3.

    In elk tafelgesprek is de griffier of een medewerker van de griffie aanwezig.

  • 4.

    De griffier of medewerker van de griffie kan op uitnodiging van de raadsvoorzitter of voorzitter deelnemen aan beraadslagingen zoals bedoeld in dit reglement.

Artikel 6 Het presidium

  • 1.

    Er is een presidium dat bestaat uit de raadsvoorzitter en de fractievoorzitters.

  • 2.

    Fractievoorzitters wijzen elk een raadslid aan dat hen bij afwezigheid in het presidium vervangt.

  • 3.

    Het presidium kan anderen uitnodigen deel te nemen aan zijn vergaderingen.

  • 4.

    Elke fractievoorzitter of diens vervanger heeft één stem in het presidium.

  • 5.

    Het presidium doet aanbevelingen aan de raad inzake de organisatie en het functioneren van de raad in het algemeen en de Politieke Avond in het bijzonder.

  • 6.

    Het presidium heeft taken en bevoegdheden die zijn opgenomen in de artikelen 12, 21, 22, 23 en 24.

Artikel 7 De agendacommissie en het vaststellen van vergaderingen

  • 1.

    Er is een agendacommissie die bestaat uit de raadsvoorzitter en de fractievoorzitters.

  • 2.

    Fractievoorzitters wijzen elk een raadslid aan die hen bij afwezigheid in de agendacommissie vervangt.

  • 3.

    De taak van de agendacommissie is om de agenda van de reguliere Politieke Avond voor te bereiden en vast te stellen, alsmede vergaderingen op grond van artikel 17 lid 2 van de Gemeentewet.

  • 4.

    De agendacommissie doet tevens een voorstel tot afhandeling van de ingekomen stukken.

Hoofdstuk 2 Toelating van nieuwe leden, benoeming wethouders en fracties

Artikel 8 Onderzoek geloofsbrieven en beëdiging raadsleden

  • 1.

    Bij elke benoeming van nieuwe raadsleden stelt de raad een commissie in bestaande uit drie raadsleden.

  • 2.

    Deze onderzoekt de geloofsbrieven en de daarop betrekking hebbende stukken van de nieuw benoemde raadsleden en brengt vervolgens advies uit aan de raad over de toelating van de nieuw benoemde raadsleden tot de raad. Indien van toepassing, wordt van een minderheidsstandpunt melding gemaakt in dit advies.

  • 3.

    Het onderzoek van het proces-verbaal van het centraal stembureau gebeurt in de laatste raadsvergadering in oude samenstelling na de raadsverkiezingen.

  • 4.

    Na een raadsverkiezing roept de raadsvoorzitter de toegelaten raadsleden op om in de eerste raadsvergadering in nieuwe samenstelling de voorgeschreven eed of verklaring en belofte af te leggen.

  • 5.

    In geval van een tussentijdse vacaturevervulling roept de raadsvoorzitter een nieuw benoemd raadslid op voor de raadsvergadering waarin over diens toelating wordt beslist om de voorgeschreven eed of verklaring en belofte af te leggen.

Artikel 9 Benoeming wethouders

  • 1.

    Bij de benoeming van een wethouder stelt de raad een commissie in bestaande uit drie raadsleden.

  • 2.

    Deze onderzoekt of de benoeming van de kandidaat-wethouder voldoet aan de vereisten van de artikelen 36a, 36b, 41b, eerste, derde en vierde lid, en 41c, eerste lid, van de Gemeentewet en kan van de kandidaat-wethouder een verklaring omtrent het gedrag vragen als bedoeld in artikel 28 van de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens.

  • 3.

    De commissie brengt vervolgens advies uit aan de raad over de benoeming tot wethouder.

  • 4.

    De burgemeester kan voor de aanvang van iedere ambtstermijn opdracht geven om de kandidaat-wethouders aan een risicoanalyse integriteit te onderwerpen. De burgemeester brengt over het eindresultaat daarvan verslag uit aan de raad. De risicoanalyse en de eindconclusie zijn niet openbaar.

Artikel 10 Fracties

  • 1.

    Raadsleden die door het centraal stembureau op dezelfde kandidatenlijst verkozen zijn verklaard worden bij de aanvang van de zittingsperiode als één fractie beschouwd.

  • 2.

    Als boven de kandidatenlijst een aanduiding was geplaatst, voert de fractie in de raad deze aanduiding als naam. Als daar geen aanduiding was geplaatst, deelt de fractie in de eerste raadsvergadering aan de raadsvoorzitter mee welke naam deze fractie in de raad zal voeren.

  • 3.

    De namen van de fractievoorzitter en diens plaatsvervanger worden zo spoedig mogelijk doorgegeven aan de raadsvoorzitter.

  • 4.

    Als één of meer raadsleden van één of meer fracties als zelfstandige fractie gaan optreden of zich aansluiten bij een andere fractie, wordt hiervan zo spoedig mogelijk schriftelijk mededeling gedaan aan de raadsvoorzitter.

  • 5.

    Een nieuwe naam van een fractie voldoet aan de eisen uit artikel G 3, vierde lid, van de Kieswet en wordt gebruikt met ingang van de eerstvolgende raadsvergadering na naamswijziging.

Artikel 11 Fractievertegenwoordigers

  • 1.

    Fractievertegenwoordigers dienen te behoren tot een fractie die in de raad vertegenwoordigd is.

  • 2.

    Fractievertegenwoordigers worden op voordracht van een fractie door de raad aangewezen.

  • 3.

    De raad wijst per fractie maximaal drie fractievertegenwoordigers aan.

  • 4.

    Fractievertegenwoordigers ondertekenen een integriteits- en geheimhoudingsverklaring.

  • 5.

    De artikelen 10, 11, 12 en 13 van de Gemeentewet zijn op hen van toepassing.

  • 6.

    De benoeming tot fractievertegenwoordigers eindigt:

    • a.

      indien de raadsperiode afloopt;

    • b.

      op eigen verzoek;

    • c.

      op verzoek van de betreffende fractievoorzitter of diens vervanger. 

Hoofdstuk 3 Vergaderingen

Paragraaf 1 Tijdstip van vergaderen, voorbereidingen, regels en verslaglegging

Artikel 12 Vergaderfrequentie

  • 1.

    De Politieke Avonden vinden plaats conform het door het presidium vastgestelde schema. Zij vangen niet eerder aan dan 19.00 uur en worden gehouden in het gemeentehuis.

  • 2.

    De raadsvoorzitter kan in bijzondere gevallen een andere dag en aanvangsuur bepalen of een andere vergaderplaats aanwijzen dan het presidium heeft besloten. Hij voert hierover, tenzij er sprake is van een spoedeisende situatie, overleg met het presidium.

Artikel 13 Oproep en agenda

  • 1.

    De raadsvoorzitter plaatst ten minste zeven dagen voor de Politieke Avond een schriftelijke oproep op de website, onder vermelding van dag, tijdstip en plaats van de vergadering.

  • 2.

    In spoedeisende gevallen kan de raadsvoorzitter na het plaatsen van een schriftelijke oproep en schriftelijke mededeling aan de raadsleden en fractievertegenwoordigers tot uiterlijk 48 uur voor aanvang van de Politieke Avond een aanvullende agenda opstellen. Ook deze wordt met de daarbij behorende stukken op de website geplaatst.

  • 3.

    Van het plaatsen van de aanvulling wordt mededeling gedaan aan raadsleden en fractievertegenwoordigers.

  • 4.

    Op de stukken, bedoeld in het eerste en tweede lid, is artikel 15 tweede lid van toepassing.

  • 5.

    De agenda wordt bij aanvang van een raadsvergadering door de raad vastgesteld. Op voorstel van een raadslid of de raadsvoorzitter kan de raad bij de vaststelling van de agenda onderwerpen aan de agenda toevoegen of van de agenda afvoeren.

  • 6.

    Op voorstel van een raadslid of de raadsvoorzitter kan de raad de volgorde van behandeling van de agendapunten wijzigen.

  • 7.

    Wanneer de raad een onderwerp onvoldoende voor de raadsvergadering voorbereid acht kan hij het onderwerp verwijzen naar een tafelgesprek of aan het college nadere inlichtingen of advies vragen.

Artikel 14 Deelname aan de beraadslaging door anderen

Onverminderd artikel 21 van de Gemeentewet kan de raad besluiten anderen uit te nodigen en / of te laten deelnemen aan de Politieke Avond.

Artikel 15 Ter inzage leggen van stukken

  • 1.

    Stukken die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op een agenda dienen, worden geplaatst op de website van de gemeente.

  • 2.

    Stukken waaromtrent op grond van artikel 25, eerste of tweede lid, van de Gemeentewet geheimhouding is opgelegd, blijven in afwijking van het eerste lid onder berusting van de griffier. De griffier verleent de raadsleden en fractievertegenwoordigers op verzoek inzage.

Artikel 16 Openbare kennisgeving

  • 1.

    De Politieke Avond wordt op de voor afkondigingen in de gemeente gebruikelijke wijze ter openbare kennis gebracht.

  • 2.

    In spoedeisende gevallen kan de openbare kennisgeving uitsluitend langs elektronische weg plaatsvinden.

Artikel 17 Voorstellen van orde

  • 1.

    De (raads)voorzitter en ieder raadslid of fractievertegenwoordiger kan tijdens de raadsvergadering of een tafelgesprek mondeling een voorstel van orde doen betreffende de vergadering of het tafelgesprek.

  • 2.

    Over een voorstel van orde beslist de raad of beslissen de deelnemers terstond.

Artikel 18 Handhaving orde en schorsing

Voor zowel de tafelgesprekken als de raadsvergadering gelden de volgende regels:

  • 1.

    Een spreker mag in zijn betoog niet worden gestoord, tenzij:

    • a.

      de (raads)voorzitter het nodig oordeelt hem aan het opvolgen van dit reglement te herinneren;

    • b.

      een ander hem interrumpeert. De (raads)voorzitter kan bepalen dat de spreker zonder verdere interrupties zijn betoog zal afronden.

  • 2.

    Indien een spreker zich beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen veroorlooft, afwijkt van het in behandeling zijnde onderwerp, een andere spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort, wordt hij door de (raads)voorzitter tot de orde geroepen. Indien de desbetreffende spreker hieraan geen gevolg geeft, kan de (raads)voorzitter hem gedurende het de vergadering of het gesprek waarin zulks plaats heeft, over het aanhangige onderwerp het woord ontzeggen.

  • 3.

    De (raads)voorzitter kan ter handhaving van de orde de vergadering of het gesprek voor een door hem te bepalen tijd schorsen en - indien na de heropening de orde opnieuw wordt verstoord – de vergadering sluiten of het gesprek beëindigen.

Artikel 19 Verslaglegging van de beeldvormende en meningvormende tafelgesprekken

  • 1.

    De griffier draagt zorg voor de verslaglegging van de beeldvormende en meningvormende tafelgesprekken.

  • 2.

    De griffier draagt na afloop van de gesprekken zorg voor het plaatsen van de verslaglegging op de website.

Artikel 20 Verslaglegging van de raadsvergadering

  • 1.

    De griffier draagt zorg voor het bijhouden van een presentie- en besluitenlijst.

  • 2.

    Voor zover de aard en de inhoud van de besluitvorming zich daartegen niet verzet, wordt de besluitenlijst zo spoedig mogelijk na de vergadering op de website geplaatst.

  • 3.

    De griffier draagt na afloop van de vergadering zorg voor het plaatsen van de verslaglegging op de website.

Paragraaf 2 Orde van de beeldvormende en meningvormende tafelgesprekken

Artikel 21 Deelnemers aan de tafelgesprekken en nadere regels

  • 1.

    Per beeldvormende of meningvormende tafel wijzen de fracties in principe één lid als woordvoerder aan.

  • 2.

    Het college heeft een permanente uitnodiging voor de tafels. Wanneer het onderwerp daarom vraagt kan het college zich laten bijstaan door de ambtelijke organisatie.

  • 3.

    Geïnteresseerden kunnen meespreken over een onderwerp bij een beeldvormende of een meningvormende tafel.

  • 4.

    Meesprekers kunnen zowel op uitnodiging van de raad als op eigen initiatief bij een tafel aanwezig zijn.

  • 5.

    Bij een beeldvormende of meningvormende tafel nodigt de voorzitter de meesprekers uit aan tafel. Bij de bespreking van een onderwerp komen eerst de meesprekers aan het woord. In de verdere bespreking kunnen raadsleden of de voorzitter aanvullende informatie vragen aan de meesprekers.

  • 6.

    Wanneer meesprekers hebben deelgenomen aan een beeldvormende tafel kunnen zij in een volgende tafel over hetzelfde onderwerp niet nogmaals meespreken.

  • 7.

    Het presidium en de agendacommissie kunnen nadere regels stellen over de beeldvormende en meningvormende tafelgesprekken.

Paragraaf 3 Orde van informerende tafels, adviserende tafels en open ronde tafelgesprekken

Artikel 22 Informerende tafel

  • 1.

    Aan een informerende tafel geeft het college de raad informatie over een onderwerp.

  • 2.

    Het college kan zich daarin laten bijstaan door één of meerdere ambtenaren of externen.

  • 3.

    Het presidium en de agendacommissie kunnen nadere regels stellen over de informerende tafels.

Artikel 23 Adviserende tafel

Aan een adviserende tafel vraagt het college de raad om advies in aanloop naar een raadsvoorstel of met betrekking tot een onderwerp waar het college bevoegd is en de mening van de raad wil meenemen.

Het presidium en de agendacommissie kunnen nadere regels stellen over de adviserende tafels.

Artikel 24 Open ronde tafelgesprekken

  • 1.

    Aan een open ronde tafel kunnen inwoners in gesprek gaan over onderwerpen die niet op de agenda staan of raadsleden en fractievertegenwoordigers op de hoogte stellen van initiatieven.

  • 2.

    Inwoners kunnen spreken namens zichzelf, een belangengroep, een organisatie of bedrijf.

  • 3.

    Het presidium en de agendacommissie kunnen nadere regels stellen over open ronde tafelgesprekken.

Paragraaf 4 Orde van de raadsvergadering

Artikel 25 Presentielijst

Bij binnenkomst in de vergaderzaal tekenen raadsleden de presentielijst, die aan het einde van elke raadsvergadering door de raadsvoorzitter en de griffier door ondertekening wordt vastgesteld.

Artikel 26 Ingekomen stukken

  • 1.

    Bij de raad ingekomen stukken worden op een lijst geplaatst die aan de raadsleden wordt toegezonden en ter inzage wordt gelegd.

  • 2.

    Na de vaststelling van het verslag stelt de raad op voorstel van de agendacommissie, of in geval van onverwijlde spoed de griffier, de wijze van afdoening van de ingekomen stukken vast.

Artikel 27 Aantal spreektermijnen

  • 1.

    Beraadslaging over onderwerpen of voorstellen geschiedt in ten hoogste twee termijnen, tenzij de raad anders beslist.

  • 2.

    Spreektermijnen worden door de raadsvoorzitter afgesloten.

  • 3.

    Raadsleden voeren in een termijn niet meer dan eenmaal het woord over hetzelfde onderwerp of voorstel.

  • 4.

    Het derde lid is niet van toepassing op een raadslid dat een amendement, een subamendement, een motie of een initiatiefvoorstel heeft ingediend ten aanzien van de beraadslaging daarover.

  • 5.

    Bij de bepaling hoeveel keer een raadslid over hetzelfde onderwerp of voorstel het woord heeft gevoerd, wordt niet meegerekend het spreken over een voorstel van orde.

Artikel 28 Stemverklaring

Na het sluiten van de beraadslaging en voordat de raad tot stemming overgaat, kunnen raadsleden hun voorgenomen stemgedrag kort toelichten.

Artikel 29 Beslissing

  • 1.

    De raadsvoorzitter sluit de beraadslaging als hij vaststelt dat een onderwerp of voorstel voldoende is toegelicht, tenzij de raad anders beslist.

  • 2.

    Voordat de stemming over het voorstel in zijn geheel plaatsvindt, formuleert de raadsvoorzitter het voorstel voor de te nemen beslissing.

Paragraaf 5 Stemmingen

Artikel 30 Algemene bepalingen over stemming

  • 1.

    De raadsvoorzitter vraagt de raadsleden of zij stemming verlangen. Is dit niet het geval dan stelt de raadsvoorzitter vast dat het voorstel zonder stemming is aangenomen.

  • 2.

    Als een voorstel zonder stemming wordt aangenomen, kunnen de in de raadsvergadering aanwezige raadsleden aantekening in het verslag vragen, dat zij geacht willen worden te hebben tegengestemd of zich overeenkomstig artikel 28 van de Gemeentewet van deelneming aan de stemming te hebben onthouden.

  • 3.

    Als een raadslid om stemming of hoofdelijke stemming vraagt, doet de raadsvoorzitter daarvan mededeling aan de raad.

  • 4.

    Bij hoofdelijke stemming roept de griffier de raadsleden bij naam op hun stem uit te brengen. De stemming begint bij het daarvoor bij loting aangewezen raadslid en verloopt verder volgens de volgorde van de presentielijst.

  • 5.

    Bij hoofdelijke stemming brengen ter vergadering aanwezige raadsleden die zich niet ingevolge artikel 28 van de Gemeentewet van deelneming aan de stemming moeten onthouden, hun stem uit door zich 'voor' of 'tegen' te verklaren, zonder enige toevoeging.

  • 6.

    Een raadslid dat zich bij het uitbrengen van zijn stem vergist, kan deze vergissing herstellen tot het volgende raadslid heeft gestemd. Bemerkt het raadslid zijn vergissing pas later, dan kan deze nadat de raadsvoorzitter de uitslag van de stemming bekend heeft gemaakt aantekening vragen van zijn vergissing. Dit brengt geen verandering in de uitslag van de stemming.

  • 7.

    De raadsvoorzitter deelt de uitslag na afloop van de stemming mee en doet daarbij mededeling van het genomen besluit.

Artikel 31 Stemming over amendementen en moties

  • 1.

    Als op een aanhangig voorstel amendementen zijn ingediend, wordt eerst over die amendementen gestemd en vervolgens over het voorstel zoals het dan luidt in zijn geheel.

  • 2.

    Als een subamendement is ingediend, wordt eerst over het subamendement gestemd en vervolgens over het amendement waarop dat betrekking heeft.

  • 3.

    Als meerdere amendementen of subamendementen op eenzelfde gedeelte van een aanhangig voorstel zijn ingediend, wordt, onverminderd het eerste en tweede lid, eerst over het meest verstrekkende amendement of subamendement gestemd.

  • 4.

    Als aangaande een aanhangig voorstel een motie is ingediend, wordt eerst over het voorstel gestemd en vervolgens over de motie. De raad kan besluiten van deze volgorde af te wijken.

Artikel 32 Stemming over personen

  • 1.

    Bij stemming over personen voor benoemingen of het opstellen van voordrachten of aanbevelingen, benoemt de raadsvoorzitter drie raadsleden tot stembureau.

  • 2.

    Aanwezige raadsleden die zich niet ingevolge artikel 28 van de Gemeentewet van deelneming aan de stemming moeten onthouden, zijn verplicht een door het stembureau verstrekt stembriefje in te leveren.

  • 3.

    Er hebben zoveel stemmingen plaats als er personen zijn te benoemen, voor te dragen of aan te bevelen. De raad kan op voorstel van het stembureau beslissen dat bepaalde stemmingen worden samengevat op één briefje.

  • 4.

    In geval van twijfel over de inhoud van een stembriefje beslist de raad op voorstel van het stembureau.

Artikel 33 Herstemming over personen

  • 1.

    Wanneer bij de eerste stemming niemand de volstrekte meerderheid heeft verkregen, wordt tot een tweede stemming overgegaan.

  • 2.

    Wanneer ook bij deze tweede stemming door niemand de volstrekte meerderheid is verkregen, heeft een derde stemming plaats tussen twee personen, die bij de tweede stemming de meeste stemmen op zich hebben verenigd. Zijn bij de tweede stemming de meeste stemmen over meer dan twee personen verdeeld, dan wordt bij een tussenstemming uitgemaakt tussen welke twee personen de derde stemming zal plaatshebben.

  • 3.

    Indien bij tussenstemming of bij de derde stemming de stemmen staken, beslist terstond het lot.

Artikel 34 Beslissing door het lot

  • 1.

    Wanneer het lot moet beslissen, worden de namen van hen tussen wie de beslissing moet plaatshebben, door de raadsvoorzitter op afzonderlijke, geheel gelijke, briefjes geschreven.

  • 2.

    Deze briefjes worden, nadat zij door het stembureau zijn gecontroleerd, op gelijke wijze gevouwen, in een stembokaal gedeponeerd en omgeschud.

  • 3.

    Vervolgens neemt de raadsvoorzitter een van de briefjes uit de stembokaal. Degene wiens naam op dit briefje voorkomt, is gekozen.

Hoofdstuk 4 Bevoegdheden en instrumenten raadsleden

Artikel 35 Amendementen en subamendementen

  • 1.

    Raadsleden dienen amendementen en subamendementen voor het sluiten van de beraadslaging van het voorstel waarop deze betrekking hebben schriftelijk in bij de raadsvoorzitter, tenzij de raadsvoorzitter oordeelt dat mondelinge indiening volstaat.

  • 2.

    Er wordt alleen beraadslaagd over amendementen en subamendementen die ingediend zijn door raadsleden die de presentielijst getekend hebben.

  • 3.

    Intrekking door de indiener van een amendement of subamendement is mogelijk totdat de besluitvorming daarover door de raad is afgerond.

Artikel 36 Moties

  • 1.

    Raadsleden dienen moties schriftelijk in bij de raadsvoorzitter, tenzij de raadsvoorzitter oordeelt dat mondelinge indiening volstaat.

  • 2.

    De behandeling van een motie vindt gelijktijdig plaats met de beraadslaging over het onderwerp of voorstel waarop het betrekking heeft.

  • 3.

    De behandeling van een motie over een niet op de agenda opgenomen onderwerp (vreemd aan de orde van de dag) vindt plaats nadat alle op de agenda opgenomen onderwerpen zijn behandeld.

  • 4.

    Intrekking door de indiener van een motie is mogelijk totdat de besluitvorming daarover door de raad is afgerond.

Artikel 37 Initiatiefvoorstel

  • 1.

    Raadsleden dienen initiatiefvoorstellen schriftelijk in bij de raadsvoorzitter. Deze brengt een ingediend voorstel zo spoedig mogelijk ter kennis van het college en de raad.

  • 2.

    Het college kan binnen twee weken nadat het ter kennis is gesteld van een voorstel schriftelijk wensen en bedenkingen met betrekking tot het voorstel ter kennis van de raad brengen.

  • 3.

    Nadat het college schriftelijk wensen of bedenkingen ter kennis van de raad heeft gebracht of kenbaar heeft gemaakt hiertoe niet te zullen overgaan, dan wel nadat de in het tweede lid gestelde termijn is verlopen, wordt het voorstel op de agenda van de eerstvolgende raadsvergadering geplaatst. Als de schriftelijke oproep hiervoor reeds verzonden is wordt het voorstel op de agenda van de daaropvolgende raadsvergadering geplaatst.

  • 4.

    De behandeling van het voorstel vindt plaats nadat alle op de agenda voorkomende voorstellen en onderwerpen zijn behandeld, tenzij de raad oordeelt dat het voorstel samen met een ander geagendeerd voorstel of onderwerp gecombineerd kan worden óf het voorstel eerst dient te worden behandeld in tafelgesprek.

Artikel 38 Raadsvoorstel

  • 1.

    Een raadsvoorstel van het college aan de raad dat vermeld staat op de voorlopige agenda van de raadsvergadering, wordt niet ingetrokken zonder toestemming van de raad.

  • 2.

    Als de raad van oordeel is dat het nodig is een voorstel als bedoeld in het eerste lid voor advies terug te zenden aan het college, bepaalt de raad binnen welke termijn het voorstel opnieuw geagendeerd wordt.

Artikel 39 Interpellatie

  • 1.

    Raadsleden dienen verzoeken tot het houden van een interpellatie schriftelijk in bij de raadsvoorzitter. Het verzoek bevat in ieder geval de te stellen vragen.

  • 2.

    De raadsvoorzitter brengt de inhoud van het verzoek zo spoedig mogelijk ter kennis van de overige raadsleden en de wethouders.

  • 3.

    Over verzoeken die ten minste 48 uur voor aanvang van een raadsvergadering zijn ingediend of in naar het oordeel van de raadsvoorzitter spoedeisende gevallen, wordt tijdens de eerstvolgende raadsvergadering gestemd. In andere gevallen tijdens de daaropvolgende raadsvergadering.

  • 4.

    De interpellant voert niet vaker dan tweemaal het woord. De overige raadsleden, de burgemeester en de wethouders niet vaker dan eenmaal, tenzij de raad hen hiertoe verlof geeft.

Artikel 40 Schriftelijke vragen

  • 1.

    Raadsleden dienen schriftelijke vragen aan het college of de burgemeester in bij de griffier, waarbij wordt aangegeven of er een voorkeur voor schriftelijke of mondelinge beantwoording bestaat.

  • 2.

    De griffier brengt de vragen zo spoedig mogelijk ter kennis van de overige raadsleden en het college of de burgemeester.

  • 3.

    Schriftelijke beantwoording gebeurt zo spoedig mogelijk, in ieder geval binnen 30 dagen nadat de vragen zijn ingediend. Mondelinge beantwoording vindt plaats in de eerstvolgende raadsvergadering. Indien beantwoording niet binnen deze termijnen kan plaatsvinden, stelt het verantwoordelijk lid van het college of de burgemeester de vragensteller hiervan gemotiveerd in kennis, waarbij de termijn aangegeven wordt, waarbinnen beantwoording zal plaatsvinden. Dit bericht wordt behandeld als een antwoord.

  • 4.

    Schriftelijke antwoorden van het college of de burgemeester worden door de griffier aan de raadsleden toegezonden.

  • 5.

    De vragensteller kan bij schriftelijke beantwoording in de eerstvolgende raadsvergadering en bij mondelinge beantwoording in dezelfde raadsvergadering nadere inlichtingen vragen over het door het college of de burgemeester gegeven antwoord, tenzij de raad anders beslist.

Artikel 41 Inlichtingen

  • 1.

    Indien een lid van de raad over een onderwerp inlichtingen als bedoeld in de artikelen 169 lid 3 en 180 lid 3 van de Gemeentewet verlangt, wordt een verzoek daartoe, door tussenkomst van de griffier schriftelijk ingediend bij het college of de burgemeester.

  • 2.

    De griffier draagt er zorg voor dat de overige raadsleden een afschrift van dit verzoek krijgen.

  • 3.

    De verlangde inlichtingen worden mondeling of schriftelijk in de eerstvolgende of in de daarop volgende vergadering gegeven.

  • 4.

    De gestelde vragen en het antwoord vormen een agendapunt voor de vergadering, waarin de antwoorden zullen worden gegeven.

Artikel 42 Vragenhalfuur

  • 1.

    Op de Politiek Avond om 19.00 uur is er een vragenhalfuur, tenzij bij de raadsvoorzitter geen vragen zijn ingediend. In bijzondere gevallen kan de agendacommissie bepalen dat het vragenhalfuur op een ander tijdstip wordt gehouden. De voorzitter bepaalt op welk tijdstip het vragenhalfuur eindigt.

  • 2.

    Raadsleden of fractievertegenwoordigers die tijdens het vragenhalfuur vragen willen stellen, melden dit onder aanduiding van het onderwerp uiterlijk op de dag van de Politieke Avond om 11.00 uur bij de griffier.

  • 3.

    De voorzitter bepaalt de volgorde waarin aangemelde onderwerpen tijdens het vragenuur aan de orde worden gesteld alsmede de spreektijd voor de vragensteller, de overige raadsleden dan wel fractievertegenwoordigers, het college en de burgemeester.

  • 4.

    Per onderwerp wordt aan de vragensteller het woord verleend om één of meer vragen aan het college of de burgemeester te stellen en een toelichting daarop te geven. Na de beantwoording daarvan krijgt de vragensteller desgewenst het woord om aanvullende vragen te stellen.

  • 5.

    De voorzitter kan aan andere raadsleden of fractievertegenwoordigers het woord verlenen om hetzij aan de vragensteller, hetzij aan het college of de burgemeester vragen te stellen over hetzelfde onderwerp.

  • 6.

    Tijdens het vragenhalfuur worden geen moties ingediend en geen interrupties toegelaten.

Hoofdstuk 5 Besloten raadsvergaderingen

Artikel 43 Algemeen

Op besloten raadsvergaderingen is dit reglement van overeenkomstige toepassing voor zover dat niet strijdig is met het besloten karakter van de vergadering.

Artikel 44 Verslag besloten vergadering

  • 1.

    Conceptverslagen en -besluitenlijsten van besloten raadsvergaderingen worden niet verspreid, maar uitsluitend voor de aanwezige raadsleden en fractievertegenwoordigers ter inzage gelegd bij de griffier.

  • 2.

    Deze verslagen en besluitenlijsten worden zo spoedig mogelijk in een besloten raadsvergadering ter vaststelling aangeboden. Tijdens deze vergadering neemt de raad een besluit over het al dan niet openbaar maken van het vastgestelde verslag en de besluitenlijst.

Artikel 45 Geheimhouding

  • 1.

    Voor de afloop van de besloten vergadering beslist de raad overeenkomstig de artikelen 25, 55 en 86 van de Gemeentewet of omtrent de inhoud van de stukken en het verhandelde geheimhouding zal (blijven) gelden.

  • 2.

    De geheimhouding dient in acht te worden genomen door een ieder die bij de vergadering aanwezig is en door een ieder die op een andere wijze kennis heeft van de stukken.

  • 3.

    De raad kan besluiten de geheimhouding op te leggen, te bekrachtigen of op te heffen.

Artikel 46 Opheffing geheimhouding

Als de raad op grond van de artikelen 25, derde en vierde lid, 55, tweede en derde lid, of 86, tweede en derde lid, van de Gemeentewet voornemens is de geheimhouding op te heffen dan wel niet te bekrachtigen, wordt, als het orgaan dat geheimhouding heeft opgelegd daarom verzoekt, daarover in een besloten raadsvergadering met het desbetreffende orgaan overleg gevoerd.

Hoofdstuk 6 Toehoorders en pers

Artikel 47 Toehoorders en pers

  • 1.

    Toehoorders en vertegenwoordigers van de pers wonen openbare raadsvergaderingen uitsluitend bij op de voor hen bestemde plaatsen.

  • 2.

    Het blijkgeven van tekenen van goed- of afkeuring of het op andere wijze verstoren van de orde is hen verboden.

Artikel 48 Geluid- en beeldregistraties

  • 1.

    Tijdens de Politieke Avond maakt de gemeente Lochem (livestream) geluid- en beeldregistratie. Deze worden op de website geplaatst.

  • 2.

    Anderen die van een openbare raadsvergadering geluid- of beeldregistraties willen maken, doen hiervan mededeling aan de (raads)voorzitter en gedragen zich naar diens aanwijzingen.

Hoofdstuk 7 Slotbepalingen

Artikel 49 Uitleg reglement

In gevallen waarin dit reglement niet voorziet of bij twijfel omtrent de toepassing van het reglement, beslissen deelnemers aan het gesprek respectievelijk de raad op voorstel van de voorzitter dan wel raadsvoorzitter.

Artikel 50 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Dit reglement treedt een dag na bekendmaking in werking. Het reglement kan vanaf dat moment worden aangehaald als Reglement van Orde voor de Politieke Avond van de gemeente Lochem 2018.

  • 2.

    Op dat tijdstip vervalt het Reglement van Orde voor de vergadering van de gemeenteraad 2009, vastgesteld bij raadsbesluit van 1 december 2008. Alsook de Verordening op de voorbereiding van de raadsvergadering 2010, vastgesteld bij raadsbesluit van 15 februari 2010.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 3 september 2018,

Griffier, Voorzitter,

M. Veenbergen S.W. van ‘t Erve

Toelichting en verantwoording Reglement van orde voor de Politieke Avond van de gemeente Lochem 2018

Sinds november 2017 werkt de gemeenteraad van Lochem met een nieuw vergadermodel. In plaats van het organiseren van Ronde Tafel Gesprekken is overgestapt op een werkwijze waarin de voorbereiding op de besluitvorming door de raad plaatsvindt tijdens beeldvormende- en meningvormende tafelgesprekken. Samen met de raadsvergadering, informerende en adviserende tafels vormen zij de Politieke Avond in Lochem.

Het bestaande “Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de gemeenteraad” en de “Verordening op de voorbereiding van raadsvergaderingen” zijn vervangen door een compleet nieuw reglement voor de hele avond. Daartoe is rijkelijk geput uit het meest recente modelreglement van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) inclusief toelichting en updates. Het oude reglement van orde (2010) en de verordening op de commissies (2008) werd ingezien en zo nodig nog als input gebruikt. De uitgangspunten voor de Politieke Avond zijn een belangrijke informatiebron, zowel in theorie (relevante stukken) als in praktijk (feitelijke gang van zaken). De reglementen van de gemeenten Wageningen en Overbetuwe zorgden voor aanvullende inspiratie. Op de conceptversie werd door meerdere inhoudelijk betrokkenen meegelezen en feedback geleverd.

Hieronder vindt u de artikelsgewijze toelichting.

Artikel 1: in dit artikel vindt u de opbouw van de Politieke Avond. Het model met tafelgesprekken en de raadsvergadering werd op 20 november 2017 geïntroduceerd. Ieder onderdeel heeft zijn eigen doelstelling en alle onderdelen zijn (in principe) openbaar.

Artikel 2: door dit artikel krijgen (vergaderingen van) de beeldvormende en meningvormende tafelgesprekken dezelfde status als de raadscommissies zoals bedoeld in artikel 82 van de Gemeentewet. Raadscommissies bereiden besluitvorming in de raad voor èn bieden gelegenheid met het college of de burgemeester te overleggen.

Artikel 82 van de Gemeentewet geeft aan dat burgemeester en wethouders geen lid van deze commissies zijn en dat de samenstelling ervan een evenwichtige moet zijn (in relatie tot de in de raad vertegenwoordigende groeperingen). Via het laatste lid van artikel 82 wordt verwezen naar andere artikelen in de Gemeentewet. Daarmee worden twee belangrijke items geregeld: het vergaderen in beslotenheid en de niet vervolgbaarheid van de deelnemers aan de gesprekken (met betrekking tot hetgeen zij hebben gezegd of hetgeen zij schriftelijk hebben overgelegd). Ook is door de verwijzing de aanwezigheid en deelname van burgemeester en wethouders aan de commissies geregeld.

Informerende tafels, adviserende tafels en open ronde tafelgesprekken zijn vanwege hun andersoortige karakter niet opgenomen in dit artikel.

Artikel 3: gekozen is voor twee benamingen in het voorzitterschap. Om verwarring te voorkomen. De raadsvoorzitter is voorzitter van de raad (tevens burgemeester, op basis van artikel 9 van de Gemeentewet). De voorzitter zit de beeldvormende en meningvormende tafel voor en het Vragenhalfuur.

Voor wat betreft de begrippen amendement, subamendement, motie, initiatiefvoorstel en griffier is aangesloten bij de tekst uit het modelreglement VNG.

Toegevoegd is de definitie van fractievertegenwoordiger, het college en website.

Artikel 4: zie ook onder de toelichting onder artikel 3.

Artikel 5: is overgenomen uit het modelreglement VNG.

Artikel 6: naast haar algemene taken en verwijzingen naar artikelen in dit reglement waar het presidium met naam wordt genoemd regelt zij onder andere de procedures rondom begroting en jaarrekening. Door dit hier te benoemen kon het voormalige hoofdstuk 5 (begroting en jaarrekening) vervallen. En wordt aangesloten bij het modelreglement.

Artikel 7: de agendacommissie bereidt voor en stelt vast alle reguliere vergaderingen van de Politieke Avond (zoals bedoeld in artikel 17 lid 1 van de Gemeentewet). Daarnaast geldt dit voor alle vergaderingen die de burgemeester als nodig beoordeelt, of een vergadering waartoe door ten minste een vijfde van het aantal raadsleden een schriftelijk verzoek is ingediend, met opgave van redenen (zoals aangegeven in artikel 17 lid 2 van de Gemeentewet). De agendacommissie doet tevens voorstel tot afhandeling van de ingekomen stukken.

Artikel 8: in dit artikel vond geen inhoudelijke wijziging plaats. De procedure is overeenkomstig het modelreglement VNG.

Artikel 9: de tekst in dit artikel is overgenomen uit het modelreglement VNG, alwaar het werd teruggebracht tot de kern: de raad stelt een commissie in, deze onderzoekt de benoeming van de wethouder(s) op basis van artikelen in de Gemeentewet en adviseert vervolgens weer de raad.

Artikel 9 geeft invulling aan een leemte in de Gemeentewet. Uit de Kieswet vloeit het geloofsbrievenonderzoek van raadsleden voort. Aangezien de wethouder geen gekozen volksvertegenwoordiger is, is hierover niets in de Kieswet geregeld. De wet geeft wel aan welke formele eisen gesteld worden aan een wethouder maar niet op welk moment deze getoetst worden.

Het ligt voor de hand om voor het benoemen van wethouders ook een commissie voor het onderzoek naar de geloofsbrieven in te stellen (eerste lid). De formele eisen voor het wethouderschap zijn grotendeels vergelijkbaar met de vereisten voor het raadlidmaatschap (artikelen 36a, 36b, 41b en 41c van de wet). Bij de benoeming van een wethouder zal er een integriteitstoets plaatsvinden. Daarnaast kan een verklaring omtrent het gedrag (hierna: VOG) worden gevraagd (tweede lid). De raad kan aangeven dat zij deze procedure wil volgen bij de benoeming van wethouders. De VOG kent een screeningsprofiel voor politieke ambtsdragers. Bij dit profiel staat de integriteit van de aspirant bestuurder centraal. Het is mogelijk om deze VOG via een spoedprocedure uit te laten voeren. Na het onderzoek, bedoeld in het tweede lid, brengt de commissie advies uit aan de raad over de benoeming tot wethouder (derde lid). De kandidaat-wethouders kunnen in opdracht van de burgemeester voor aanvang van iedere ambtstermijn aan een integriteitstoets worden onderworpen. De burgemeester brengt over de uitkomsten daarvan verslag uit aan de raad. De uitkomsten van het onderzoek en het verslag zijn niet openbaar (vierde lid).

Artikel 9 is ook van toepassing als er geen wethouder van buiten maar uit de raad wordt benoemd. De incompatibiliteiten en nevenfuncties dienen dan immers opnieuw beoordeeld te worden.

Een raadslid dat benoemd wordt tot wethouder mag raadslid blijven totdat de geloofsbrieven van zijn opvolger zijn goedgekeurd (artikel 36b, tweede lid, van de Gemeentewet)

Artikel 10: spreekt voor zichzelf. In lid 5 is toegevoegd een verwijzing naar artikel G 3 van de Kieswet. Dit artikel beschrijft de vereisten voor (nieuwe) politieke groeperingen.

Artikel 11: is nieuw in het reglement. Een vergelijkbare bepaling stond in de Verordening op de voorbereiding van raadsvergaderingen. In dit artikel zijn opgenomen alle rechten en plichten van de fractievertegenwoordigers. De punten spreken voor zichzelf. Een laatste update vanuit de VNG (wijzigingsbrief juni 2016) betreft de artikelen vanuit de Gemeentewet die van toepassing zijn op niet-raadsleden; het zijn de artikelen 10 tot en met 13.

H3 / Paragraaf 1: in deze paragraaf zijn vijf artikelen over het tijdstip van vergaderen en de voorbereidingen beland: de artikelen 12 tot en met 16. Twee artikelen gaan over algemene regels tijdens de tafelgesprekken en de raadsvergadering: de artikelen 17 en 18. Twee artikelen over verslaglegging zijn aan deze paragraaf toegevoegd: de artikelen 19 en 20. De paragraaf als geheel kreeg een titel die de lading dekt.

De artikelen 12, 13, 15 en 16 regelen de oproep voor de Politieke Avond (mede op grond van artikel 19 van de Gemeentewet), het vaststellen van de agenda, het plaatsen van stukken (inclusief die waarover geheimhouding is opgelegd) en de communicatie daarover. Artikel 14 biedt de mogelijkheid 'anderen' uit te nodigen voor de raadsvergadering en de tafelgesprekken. Waaronder de gemeentesecretaris (het oude artikel 4 van het reglement kon daarmee vervallen) en van belang zijnde derden. Op grond van artikel 21 van de Gemeentewet en artikel 21 van dit reglement zijn reeds uitgenodigd voor alle onderdelen van de Politieke Avond de burgemeester en de wethouders. Ook hun deelname aan de beraadslagingen is op grond van deze verwijzingen toegestaan.

De artikelen 25, 55 en 86 van de Gemeentewet behandelen de geheimhouding van stukken voor (leden van) de raad, voor het college en voor de raadscommissies (in casu de beeldvormende en meningvormende tafelgesprekken) (inclusief fractievertegenwoordigers).

Artikel 17: werd toegevoegd in deze paragraaf. Het verdween uit het oude hoofdstuk 4 (Rechten van leden) om zich hier op een logischer plek terug te vinden. Het modelreglement VNG gaf daarvoor enerzijds de voorzet (in het nieuwe hoofdstuk 4 zijn opgenomen uitsluitend alle bevoegdheden en instrumenten van raadsleden), anderzijds kunnen raadsleden (en fractievertegenwoordigers) door opname van dit artikel op deze plek ook in tafelgesprekken hun voorstellen van orde (blijven) doen.

Artikel 18: voor het opnemen van dit artikel gold dezelfde redenering als voor artikel 16. De regels voor het handhaven van de orde en schorsing betreffen door opname in deze paragraaf zowel de tafelgesprekken als de raadsvergadering. Artikel 26 van de Gemeentewet gaat al over het handhaven van de orde, maar betreft alleen de raadsvergadering. Het was nodig een eensluidend artikel op te nemen voor de tafelgesprekken. Besloten is het artikel over handhaven hier op te nemen als (algemene) regel, als noodzaak maar ook als aanvulling op wat reeds geregeld is. Samen met artikel 4 (het voorzitterschap) en artikel 40 lid 2 (het verstoren van de orde door toehoorders) zijn er voldoende mogelijkheden om zowel de vergaderingen als de tafelgesprekken goed te leiden en daar - indien nodig - handhavend op te treden.

De artikelen over verslaglegging (19 en 20) zijn ook in deze paragraaf terecht gekomen. Ze betreffen de verslaglegging van de hele Politieke Avond.

Hoofdstuk 3, paragraaf 2: in deze paragraaf bevinden zich twee artikelen over de beeldvormende en meningvormende tafelgesprekken. Wat algemeen (voor de hele Politieke Avond) geregeld kon worden staat in paragraaf 1. Hier bevindt zich de specifieke informatie voor de beeldvormende en meningvormende tafelgesprekken.

Artikel 21: benoemt de (mogelijke) deelnemers aan de gesprekken: de wethouder(s) en burgemeester als bestuursorgaan, meesprekers uit de samenleving, raadsleden en fractievertegenwoordigers. Met lid 7 over de nadere regels wordt een flexibele doorontwikkeling van de gesprekken beoogd.

Hoofdstuk 3, paragraaf 3: in deze paragraaf worden de informerende, adviserende en open ronde tafelgesprekken benoemd. Net als voor de beeldvormende en meningvormende tafelgesprekken is er voor gekozen de nadere regels voor deze onderdelen te laten bepalen door het presidium en de agendacommissie. Evaluaties en verbeteringen zijn zo permanent mogelijk en sneller realiseerbaar.

Bij de informerende tafel is de mogelijkheid opgenomen zowel ambtenaren als externen informatie te laten geven.

Hoofdstuk 3, paragraaf 4: in deze paragraaf verdwenen een paar artikelen. Om niet meer terug te komen of zich op een andere plek weer aan te treffen. Op basis van maatwerk of de aanbiedingsbrief bij het modelreglement van de VNG:

Artikel 15 Zitplaatsen verdween. Dit zal in de gemeente ook geregeld worden zonder dat er een bepaling in het reglement staat.

Artikel 16 Opening vergadering; quorum kon vervallen; artikel 20 van de Gemeentewet gaat erover.

Artikel 17 Primus bij hoofdelijke stemming kon achterwege blijven; hij dubbelde met de paragraaf over Procedures bij stemmingen (artikel 30).

Artikel 18 Notulen schoof op naar paragraaf 1 en vindt zich terug in artikel 19.

Artikel 23 Spreektijd kon ook vervallen. Een structurele spreektijdenregeling is te regelen via het presidium (via de artikelen 6 en 21). Ter vergadering kan een beroep worden gedaan op het doen van een voorstel van orde (via artikel 16).

Artikel 24 Handhaving orde en schorsing is al geregeld in artikel 26 van de Gemeentewet en kon in principe achterwege blijven. In artikel 17 van dit reglement is op het gebied van het handhaven van de orde toch een verdiepingsslag geregeld voor zowel de raadsvergadering als de beeldvormende en meningvormende tafelgesprekken.

Samen met artikel 4 (het voorzitterschap) en artikel 39 lid 2 (het verstoren van de orde door toehoorders) zijn er voldoende mogelijkheden om de raadsvergadering goed te leiden en daar - indien nodig - handhavend op te treden.

Artikel 25 Beraadslaging is ook geschrapt wegens overbodig. Het doen van een voorstel van orde (via artikel 16) is de aangewezen weg voor afzonderlijke beraadslaging of schorsing.

Artikel 26 Deelname aan de beraadslagingen door anderen is verwijderd en vervangen door artikel 13 betreffende de hele Politieke Avond.

De overgebleven (en nieuwe) artikelen 25 tot en met 30, aangaande de Presentielijst, Ingekomen stukken, Aantal spreektermijnen, Stemverklaring en Beslissing werden nagelopen op actualiteit.

Hoofdstuk 3, paragraaf 5: de artikelen 30 tot en met 32 volgen de algemene lijn van het modelreglement VNG. In Lochem is er voor gekozen om op digitale wijze te stemmen. Zie verder ook artikelen 27 tot en met 32 Gemeentewet.

In artikel 31 lid 4 werd de zin 'De raad kan besluiten van deze volgorde af te wijken' toegevoegd: soms kan een motie voor een fractie dermate zwaar wegen dat de steun voor het gehele voorstel hiervan afhangt .. dan is het nuttig als de raad - in de praktijk op voorstel van de betreffende fractie - kan besluiten om van de voorgeschreven stemvolgorde af te wijken (wijzigingsbrief VNG juni 2016).

In artikel 32 is conform het modelreglement VNG opgenomen dat de raadsvoorzitter drie raadsleden benoemt tot stembureau (in plaats van twee, zoals opgenomen in het oude reglement). De artikelen 33 (herstemming over personen) en 34 (beslissing door het lot) zijn blijven staan. Weglating onder verwijzing naar artikel 31 van de Gemeentewet zou te beperkend zijn: in het Lochemse reglement staan drie in plaats van twee stemrondes. De 'beslissing door het lot' is specifieker omschreven dan in de Gemeentewet.

Hoofdstuk 4: de titel van dit hoofdstuk werd veranderd van 'Rechten van leden' in 'Bevoegdheden en instrumenten van raadsleden', overeenkomstig het modelreglement VNG. In totaal zijn er acht artikelen (dus acht bevoegdheden en instrumenten) opgenomen. De Voorstellen van orde verhuisden naar de meer logische paragraaf 1 van hoofdstuk 3, waardoor het geldig werd voor zowel raadsvergadering als beeldvormende en meningvormende tafelgesprekken, raadsleden en fractievertegenwoordigers.

Artikelen 35 en 36 ondervonden geen wijziging behoudens tekstuele aanpassing conform het modelreglement VNG. Artikel 37 over het initiatiefvoorstel werd geactualiseerd. Nieuw is de gang langs het college voor wensen en bedenkingen, conform het modelreglement VNG. Aanvullend werd toegevoegd het zo spoedig mogelijk ter kennis van de raad brengen van een nieuw voorstel. Voor het college werd twee weken een redelijke termijn geacht voor het formuleren van wensen en bedenkingen.

Artikel 38 is een vreemde eend in de bijt omdat het niet gaat om bevoegdheden en instrumenten van individuele raadsleden. Maar ook in het modelreglement is het opgenomen in dit hoofdstuk.

Artikel 39 is ongewijzigd gebleven.

Artikel 40 bleef het artikel voor de schriftelijke vragen; er zijn geen inhoudelijke wijzigingen aangebracht, enkel tekstuele aanpassingen. Artikel 41 is ongewijzigd gebleven. De inrichting van het Vragenhalfuur tijdens de Politieke Avond is vertaald in artikel 42.

Hoofdstuk 5: geen verdere toelichting; is met extra aandacht bezien op juridische juistheid.

Hoofdstuk 6: in dit hoofdstuk verdween het artikel over het verbod op het gebruik van mobiele telefoons: het sluit niet meer aan bij de huidige tijd (aanbiedingsbrief Modelreglement VNG). Artikel 47 bleef ongewijzigd. Artikel 48 werd doorgetrokken naar de hele Politieke Avond. Aan de reeds genoemde geluid- en beeldregistraties werd in lid 1 de live stream registratie en haar gevolgen toegevoegd, voor andere registraties werden in lid 2 geen verdere aanpassingen doorgevoerd.

Hoofdstuk 7: in gevallen waarin dit reglement niet voorziet of bij twijfel omtrent de toepassing ervan, beslissen de deelnemers aan het gesprek respectievelijk de raad op voorstel van hun (raads)voorzitter (artikel 49).