Regeling Buitengewoon verlof jeugd- en jongerenwerk 2002

Geldend van 01-01-2002 t/m heden

Intitulé

Regeling Buitengewoon verlof jeugd- en jongerenwerk 2002

Artikel 1

Aan werknemers kan, tenzij de belangen van de dienst zich daartegen verzetten, met toepassing van artikel 6:4 van de Arbeidsvoorwaardenregeling van de gemeente Loon op Zand buitengewoon verlof van korte duur met behoud van bezoldiging worden verleend voor:

  • 1.

    Het leiden of volgen van een cursus, gericht op vrijwilligers die zich met jeugd- en jongerenwerk bezighouden.

  • 2.

    Het leiden van een jeugdkamp of kindervakantie-activiteit als hoofdleider (leidercoördinator).

  • 3.

    Het assisteren van de hoofdleider van een jeugdkamp/kindervakantie-activiteit op basis van één vrijwillig medewerkende op elke 7 deelnemers, en één vrijwillig medewerkende op elke deelnemer wanneer het een kampactiviteit betreft voor lichamelijk of geestelijk gehandicapte jeugd.

Voor de onder 3 bedoelde gevallen kan alleen buitengewoon verlof worden verleend indien de aanwezigheid voor het welslagen van een jeugdkamp/kindervakantie-activiteit dringend gewenst is en geen andere persoon beschikbaar is.

Artikel 2

Een cursus als bedoeld onder artikel 1 lid 1 moet uitgaan van een landelijke of een provinciale organisatie voor jeugd- en jongerenwerk of van een landelijke of provinciale jeugdafdeling van een sportorganisatie, dan wel door een van deze organisaties worden aanbevolen als belangrijk voor de vorming van de vrijwilliger. De cursus moet ten minste drie achtereenvolgende dagen duren.

Artikel 3

Een jeugdkamp of kindervakantie-activiteit bedoeld onder artikel 1 lid 2 of artikel 1 lid 3 moet uitgaan van een landelijk werkende jeugd- of sportorganisatie dan wel van een plaatselijk, regionaal of provinciaal werkende jeugd- of sportorganisatie, of worden georganiseerd door een instelling die geheel of gedeeltelijk ten behoeve van de jeugd werkzaam is. Een jeugdkamp of kindervakantie-activiteiten met minder dan tien deelnemers valt niet onder deze regeling.

Artikel 4

Onder een jeugdkamp wordt verstaan het kamperen (hetzij in tenten, hetzij in een ander daarvoor geschikt verblijf) van jongeren in groepsverband. De leiding van een jeugdkamp moet geheel of voornamelijk bestaan uit vrijwillig medewerkenden. Gezinskampen vallen niet onder deze regeling. Onder een jeugdkamp wordt mede verstaan een jeugd-sportkamp voor zover de leiding geheel of voornamelijk berust bij vrijwillig medewerkenden. Uitgesloten zijn wedstrijdkampen, sporttoernooien en sportwervings- of selectiekampen. Kampen kunnen zowel in Nederland als in het buitenland worden gehouden. Een kamp moet ten minste vier achtereenvolgende dagen duren.

Artikel 5

Onder een kindervakantie-activiteit wordt verstaan een door een plaatselijk of regionaal werkende jeugdorganisatie of gemeentelijke instantie georganiseerde vakantie-activiteit voor jeugd en jongeren. Een kindervakantie-activiteit moet ten minste drie achtereenvolgende dagen duren.

Artikel 6

Onder vrijwillig medewerkende wordt in deze regeling verstaan iemand die gedurende het hele jaar zonder vaste vergoeding (onkostenvergoeding uitgezonderd) in zijn of haar vrije tijd in enig organisatorisch verband (mede) leiding geeft aan een groep of aan groepen jongeren.

Artikel 7

Het buitengewoon verlof bedraagt voor de onder artikel 1 lid 1 tot en met artikel 1 lid 3 bedoelde gevallen telkens ten hoogste 20 uur, met dien verstande dat per kalenderjaar in totaal niet meer dan 40 uren kunnen worden toegekend.

Artikel 8

Deze regeling is niet van toepassing op onderwijsgevenden.

Artikel 9

  • 1. Deze regeling wordt aangehaald als: "Regeling Buitengewoon verlof jeugd- en jongerenwerk 2002” en treedt in werking op 1 januari 2002.

  • 2. Met ingang van 1 januari 2002 vervalt de laatstelijk vastgestelde regeling.