Regeling vervallen per 31-12-2011

Toeslagenverordening WIJ 2010

Geldend van 01-06-2010 t/m 30-12-2011

Intitulé

Toeslagenverordening WIJ 2010

Artikel 1

<vet>HOOFDSTUK I ALGEMENE BEPALINGEN</vet>

<vet>Artikel 1. Begripsomschrijvingen</vet>

  • 1.

    1. Deze verordening verstaat onder:a. de wet: de Wet investeren in jongeren;b. gehuwdennorm: de norm bedoeld in artikel 28, eerste lid onderdeel d, van de wet;c. college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Lopik;d. woning: een woning als bedoeld in artikel 1, onderdeel j, Wet op de huurtoeslag, als mede een woonwagen of woonschip, als bedoeld in artikel 3, zesde lid, Wet werk en bijstand;e. woonkosten:- indien een huurwoning wordt bewoond, de per maand geldende huurprijs, bedoeld in artikel 1, onderdeel d, van de Wet op de huurtoeslag;- indien een eigen woning wordt bewoond, de tot een bedrag per maand omgerekende som van de verschuldigde hypotheekrente en de in verband met het in eigendom hebben van de woning te betalen zakelijke lasten en een naar omstandigheden vast te stellen bedrag voor onderhoud.

  • 2.

    Voor zover niet anders is bepaald worden begrippen in deze verordening gebruikt in dezelfde betekenis als in de wet.

<vet>Artikel 2. Toepassingenbereik</vet>De bepalingen van deze verordening gelden alleen voor jongeren van 21 jaar of ouder doch jonger dan 27 jaar. In geval van gehuwden gelden de bepalingen van deze verordening alleen indien de gehuwden beiden 21 jaar of ouder doch jonger dan 27 jaar zijn.

<vet>HOOFDSTUK II CRITERIA VOOR HET VERHOGEN VAN DE NORM</vet>

<vet>Artikel 3. Toeslagen alleenstaande (ouder)</vet>

  • 1.

    De toeslag bedoeld in artikel 30, eerste lid, van de wet bedraagt 20 procent van de gehuwdennorm voor de jongere in wiens woning geen ander zijn hoofdverblijf heeft;

  • 2.

    De toeslag bedoeld in artikel 30, eerste lid, van de wet bedraagt 10 procent van de gehuwdennorm voor de jongere die met &#xE9;&#xE9;n of meer anderen zijn hoofdverblijf in dezelfde woning heeft;

  • 3.

    De toeslag bedoeld in artikel 30, eerste lid, van de wet bedraagt 10 procent van de gehuwdennorm voor de jongere die voor de tot zijn laste komende kinderen een co-ouderschap heeft. De jongere zien we als een alleenstaande ouder.

  • 4.

    Bij samenloop met een partner met een uitkering levensonderhoud op grond van de Wet werk en bijstand krijgt de jongere geen toeslag bedoeld in artikel 30, eerste lid, van de wet.

<vet>HOOFDSTUK III CRITERIA VOOR HET VERLAGEN VAN DE NORM</vet>

<vet>Artikel 4. Verlaging gehuwden</vet>De verlaging bedoeld in artikel 31 van de wet bedraagt 10 procent van de gehuwdennorm voor gehuwden die met &#xE9;&#xE9;n of meer anderen hun hoofdverblijf in dezelfde woning hebben.

<vet>Artikel 5. Verlaging woonsituatie</vet>De verlaging bedoeld in artikel 32 van de wet bedraagt 20 procent van de gehuwdennorm indien een woning wordt bewoond waaraan voor de jongere geen woonkosten verbonden zijn.

<vet>Artikel 6. Verlaging schoolverlaters</vet>De verlaging bedoeld in artikel 33 van de wet bedraagt 20 procent van de gehuwdennorm.

<vet>Artikel 7. Verlaging toeslag van alleenstaanden van 21 en 22 jaar</vet>

  • 1.

    De verlaging bedoeld in artikel 34 van de wet bedraagt:a) 20 procent van de gehuwdennorm indien het een jongere van 21 jaar betreft;b) 10 procent van de gehuwdennorm indien het een jongere van 22 jaar betreft.

  • 2.

    In afwijking van lid 1 wordt de verlaging vastgesteld op de hoogte van de op grond van artikel 3 toegekende toeslag, indien deze toeslag minder bedraagt dan de verlaging waartoe toepassing van lid 1 zou leiden.

  • 3.

    De vorige leden zijn niet van toepassing ten aanzien van een jongere op wie artikel 6 van toepassing is.

<vet>Artikel 8. Anticumulatiebepaling</vet>De toepassing van de artikelen 3 tot en met 7 geschiedt zodanig, dat de toepasselijke norm voor de jongere tenminste bedraagt:

  • a.

    40 procent van de gehuwdennorm voor een alleenstaande,

  • b.

    60 procent van de gehuwdennorm voor een alleenstaande ouder,

  • c.

    70 procent van de gehuwdennorm voor gehuwden.

<vet>HOOFDSTUK IV SLOTBEPALINGEN</vet>

<vet>Artikel 9. Intrekking oude regeling</vet>

  • 1.

    Artikel 6 van het Raadsbesluit tijdelijke regels wet investeren in jongeren komt per 1 juli 2010 te vervallen.

  • 2.

    Artikel 6 van het Raadsbesluit tijdelijke regels wet investeren in jongeren is per datum van inwerkingtreding van deze verordening niet meer van toepassing op nieuwe aanvragen op grond van de wet.

<vet>Artikel 10. Inwerkingtreding</vet>Deze verordening treedt in werking op 1 juli 2010.

<vet>Artikel 11. Citeertitel</vet>Deze verordening wordt aangehaald als: Toeslagenverordening WIJ 2010

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Lopik, gehouden op 25 mei 2010.

de griffier, de voorzitter,

MW. MR. G.M.G. DOLDERS MW. MR. R.G. WESTERLAKEN-LOOS