Regeling vervallen per 31-10-2010

Verordening toeristenbelasting 2010

Geldend van 01-01-2010 t/m 30-10-2010

Intitulé

Verordening toeristenbelasting 2010

<vet>Verordening toeristenbelasting 2010</vet>De raad van de gemeente Lopik;gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethoudersd.d. 17 november 2009;gelet op artikel 224 van de Gemeentewet;<vet>b e s l u i t :</vet>vast te stellen de:Verordening toeristenbelasting 2010.

Artikel 1

<vet>Artikel 1 Begripsomschrijvingen</vet>Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    <onderstreept>vakantieonderkomens</onderstreept>: woningen en andere verblijven, niet-zijnde mobiele kampeeronderkomens of stacaravans, in hoofdzaak bestemd voor en gebezigd als verblijf voor vakantie- en andere recreatieve doeleinden;

  • b.

    <onderstreept>mobiele kampeeronderkomens</onderstreept>: tenten, vouwwagens, kampeerauto&#x2019;s, toercaravans en soortgelijke onderkomens dan wel soortgelijke voer- en/of vaartuigen welke bestemd zijn dan wel gebezigd worden als verblijf voor vakantie en andere recreatieve doeleinden;

  • c.

    <onderstreept>niet-beroepsmatig verhuurde ruimten</onderstreept>: woningen en andere verblijven, of gedeelten daarvan, niet-zijnde mobiele kampeeronderkomens of stacaravans, welke niet in hoofdzaak bestemd zijn als verblijf voor vakantie en andere recreatieve doeleinden, doch wel in bepaalde perioden van het jaar voor die doeleinden worden verhuurd dan wel te huur aangeboden;

  • d.

    <onderstreept>vaste standplaats</onderstreept>: een terrein of terreingedeelte dat bestemd is voor het gedurende een seizoen of een jaar plaatsen van een zelfde mobiel kampeeronderkomen of stacaravan.

<vet>Artikel 2 Belastbaar feit</vet>Ter zake van het houden van verblijf met overnachten binnen de gemeente in hotels, pensions, vakantieonderkomens, mobiele kampeeronderkomens, niet-beroepsmatig verhuurde ruimten en op vaste standplaatsen tegen vergoeding in welke vorm dan ook door personen die niet als ingezetene in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens van de gemeente zijn opgenomen, wordt onder de naam 'toeristenbelasting' een directe belasting geheven.<vet>Artikel 3 Belastingplicht</vet>

  • 1.

    Belastingplichtig is degene die gelegenheid biedt tot verblijf als bedoeld in artikel 2 in hem ter beschikking staande ruimten dan wel op hem ter beschikking staande terreinen.

  • 2.

    De belastingplichtige is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene, ter zake van wiens verblijf de belasting verschuldigd wordt.

  • 3.

    Indien met toepassing van het eerste lid geen belastingplichtige is aan te wijzen, is belastingplichtig degene die overeenkomstig het bepaalde in artikel 2 verblijf houdt.

<vet>Artikel 4 Vrijstellingen</vet>De belasting wordt niet geheven ter zake van het verblijf:

  • 1.

    door degene, die:a. als verpleegde of verzorgde in een inrichting tot verpleging of verzorging van zieken, van gebrekkigen, van hulpbehoevenden of van ouden van dagen verblijft;b. verblijf houdt in een gemeubileerde woning indien hij ter zake van het verblijf in of het ter beschikking houden van die woning forensenbelasting is verschuldigd;

  • 2.

    van een vreemdeling als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000, die rechtmatig in Nederland verblijft in de zin van artikel 8, letters c, d, f, g, h, van voornoemde wet, en voorzover deze persoon verblijfhoudt in een gelegenheid als bedoeld in artikel 2 van de Verordening, onder verantwoordelijkheid van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers.

<vet>Artikel 5 Maatstaf van heffing</vet>De belasting wordt geheven naar het aantal overnachtingen.<vet>Artikel 6 Forfaitaire berekeningswijze van de maatstaf van heffing</vet>

  • 1.

    Het aantal personen dat heeft overnacht, wordt met betrekking tot:a. vakantieonderkomens en niet-beroepsmatig verhuurde ruimten bepaald op het aantal slaapplaatsen;b. mobiele kampeeronderkomens en stacaravans op vaste standplaatsen bepaald op drie personen.

  • 2.

    Het aantal malen dat door de in het eerste lid bedoelde personen is overnacht, wordt ingeval verblijf wordt gehouden in:a. tenten bepaald op 35 (5 weken)b. overige mobiele onderkomens bepaald op 70 (10 weken).

  • 3.

    Het aantal kampeeronderkomens als bedoeld in het eerste lid wordt vastgesteld aan de hand van de opgaven van degene die gelegenheid biedt tot verblijf als bedoeld in artikel 2.Eens per jaar zal er een controle uitgevoerd worden met betrekking tot het aantal in gebruik zijnde standplaatsen.

<vet>Artikel 7 Opteren voor niet-forfaitaire maatstaf van heffing</vet>In afwijking van het bepaalde in artikel 6 wordt op een door de belastingplichtige bij de aangifte gedane aanvraag de maatstaf van heffing vastgesteld op het werkelijke aantal overnachtingen, indien blijkt dat dit aantal lager is dan het op grond van artikel 6 berekende aantal.<vet>Artikel 8 Belastingtarief</vet>Het tarief bedraagt per overnachting &#x20AC; 0,65<vet>Artikel 9 Belastingjaar</vet>Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.<vet>Artikel 10 Wijze van heffing</vet>De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.<vet>Artikel 11 Aanslaggrens</vet>Belastingaanslagen van minder dan &#x20AC; 10,00 worden niet opgelegd.<vet>Artikel 12 Termijnen van betaling</vet>

  • 1.

    De aanslag moeten worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later.

  • 2.

    Met betrekking tot een ingevolge artikel 2, tweede lid, onderdeel c, van de Invorderingswet 1990, met een belastingaanslag gelijkgestelde beschikking inzake een bestuurlijke boete is het eerste lid van overeenkomstige toepassing, voor zover deze gelijktijdig wordt opgelegd met de vaststelling van de aanslag.

<vet>Artikel 13 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders</vet>Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de toeristenbelasting.<vet>Artikel 14 Aanmeldingsplicht</vet>De belastingplichtige bedoeld in artikel 3, eerste lid, is gehouden, voordat hij voor de eerste maal na het in werking treden van deze verordening gelegenheid tot overnachten verschaft, zulks schriftelijk te melden aan de door het college van burgemeester en wethouders aangewezen gemeenteambtenaren, bedoeld in artikel 231 tweede lid, onderdelen b en d, van de Gemeentewet.<vet>Artikel 15 Inwerkingtreding en citeertitel</vet>

  • 1.

    De &#x201C;Verordening toeristenbelasting 2008&#x201D; van 18 december 2007 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2010.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als &#x201C;Verordening toeristenbelasting 2010&#x201D;.

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Lopik,gehouden op 15 december 2009.de griffier, de voorzitter,

MW. MR. G.M.G. DOLDERS MW. MR. R. G. WESTERLAKEN-LOOS