Regeling vervallen per 01-01-2013

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2012

Geldend van 09-05-2012 t/m 31-12-2012

Intitulé

"VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN LEGES 2012".

De raad van de gemeente Loppersum;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 18 oktober 2011;

gelet op de artikelen 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b. van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de:

"VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN LEGES 2012".

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    dag : de periode van 0.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    week : een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    maand : het tijdvak dat loopt van n e dag in een kalendermaand tot en met de (n-1) e dag in de volgende kalendermaand;

  • d.

    jaar : het tijdvak dat loopt van de n e dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1) e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    kalenderjaar : de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

  • a.

    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

  • b.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de Paspoortwet;

één en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst of van de Nederlandse identiteitskaart, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • b.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

  • c.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel i, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover het een activiteit betreft bedoeld in artikel 2.2a van het Besluit omgevingsrecht (omgevingsvergunning beperkte milieutoets);

  • d.

    het raadplegen van de bij de gemeente berustende registers en plankaarten van de Dienst van het kadaster en de openbare registers door ambtenaren, in de uitoefening van hun functie;

  • e.

    het in behandeling nemen van aanvragen van verklaringen omtrent inkomen en vermogen.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1. 1.De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

  • 3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven bij wege van een mondelinge dan wel een gedagtekend schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Wijze van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan: op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan: op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen veertien dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

  • 1. Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

  • 2. Ingeval op de voet van artikel 25 van de Invorderingswet 1990 uitstel van betaling is verleend wordt geen invorderingsrente in rekening gebracht indien deze voor alle op één kennisgeving vermelde gevorderde bedragen gerekend over de volledige looptijd van het genoten uitstel in totaal een bedrag van € 46,40 niet te boven gaat.

Artikel 9 Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de tabel omschreven dienst wordt verleend op een aanvraag als bedoeld in artikel 242 van de Gemeentewet (Stb 1994, 762) en overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de bij deze verordening behorende tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

  • 1. 1.Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

    • a.

      van zuiver redactionele aard zijn;

    • b.

      een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

      • 1.

        Onderdeel 1.1.9 (akten burgerlijke stand);

      • 2.

        hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

      • 3.

        hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

      • 4.

        onderdeel 1.4.5 (papieren verstrekking uit gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens);

      • 5.

        Hoofdstuk 6 (verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens);

      • 6.

        onderdeel 1.9.1 (verklaring omtrent het gedrag);

      • 7.

        hoofdstuk 16 (kansspelen);

        één en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12 Overgangsrecht

  • 1. De legesverordening 2011 van 15 november 2010 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten:

    • a.

      die zich voor die datum hebben voorgedaan;

    • b.

      waarop de Wet ruimtelijke ordening of de Woningwet zoals deze luidden voor inwerkingtreding van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht nog moeten worden toegepast, met dien verstande dat de van toepassing zijnde tarieven worden verhoogd met 2,5% waarbij de uitkomst rekenkundig wordt afgerond op twee decimalen.

  • 2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid opgenomen datum van ingang van de heffing blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 12a Overgangsrecht

  • 1. De verordening tot wijziging van de legesverordening 2010 van 27 september 2010 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid opgenomen datum van ingang van de heffing blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als "LEGESVERORDENING 2012".

Ondertekening

Vastgesteld in de openbare vergadering ,
van de raad van de gemeente Loppersum,
gehouden op 7 november 2011, nr. 5.
De raad voornoemd,
R.S. Bosma, griffier. A. Rodenboog, voorzitter.

Tarieventabel

behorende bij de Legesverordening 2012.

TITEL 1 ALGEMENE DIENSTVERLENING

Hoofdstuk 1.1 Burgerlijke stand

1.1.1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een

huwelijk of registratie van een partnerschap in het

gemeentehuis op:

­

1.1.1.1

Maandag en dinsdag van 11.00 – 16.00 uur en

woensdag en donderdag en vrijdag.

Telkens van 9.00 – 16.30 uur

€ 274,20

1.1.1.2

Op zaterdag van 10.00 – 16.00 uur

€ 764,40

1.1.2

Als dag en uren voor kosteloze

huwelijksvoltrekking en partnerregistratie zijn

aangewezen de maandag en dinsdag van 10.00 – 11.00 uur.

De kosteloze huwelijksvoltrekking en partnerregistratie kan

alleen in het gemeentehuis.

­

1.1.3

Het voltrekken van een huwelijk of registratie

van een partnerschap in de Doopsgezinde kerk te

Middelstum, de kerk te Eenum, de kerk te Westeremden

en de kerk te Wirdum, de Doopsgezinde kerk te Zijldijk en

de kerk te Westerwijtwerd op:

1.1.3.1

Maandag tot en met vrijdag van 10.00 – 16.00 uur

€ 577,65

1.1.3.2

Zaterdag van 10.00 – 16.00 uur

€ 1.024,45

1.1.3.3

Het voltrekken van een huwelijk of registratie

van een partnerschap in de borg Ewsum te Middelstum en Boerderij De Diek'n te Zeerijp op:

­

1.1.3.4

Maandag tot en met vrijdag van 10.00 – 16.00 uur

€ 762,60

1.1.3.5

Zaterdag van 10.00 – 16.00 uur

€ 1.209,00

1.1.4

Het voltrekken van een huwelijk of registratie

van een partnerschap in een gebouw dat eenmalig

aangewezen wordt als ‘huis der gemeente’:

­

1.1.4.1

Maandag tot en met vrijdag van 10.00 – 16.00 uur

€ 527,90*

1.1.4.2

Zaterdag van 10.00 – 16.00 uur

€ 974,70*

1.1.5

Benoeming van een ambtenaar van de burgerlijke stand,

niet zijnde een ambtenaar van de burgerlijke stand in

dienst van de gemeente Loppersum, voor de periode

van 1 dag.

€ 50,00

*Dit bedrag wordt vermeerderd met de vergoeding die de gemeente aan de eigenaar/beheerder van het gebouw, dat eenmalig aangewezen wordt als ‘huis der gemeente’ aan huur moet betalen.

1.1.5

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

­

1.1.5.1

Een trouwboekje of partnerboekje

€ 11,80

1.1.5.2

Een duplicaat-trouwboekje of duplicaat-partnerschapsboekje

€ 21,20

1.1.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen

van een aanvraag tot het verstrekken van schriftelijke

inlichtingen of opgaven, geen authentiek uittreksel,

afschrift of ander bewijs van inschrijving zijnde, per persoon

€ 5,60

1.1.7

Gereserveerd

­

1.1.8

Het tarief bedraagt voor het doen van naspeuringen

in de registers van de burgerlijke stand,

voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 7,00

1.1.9

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag

tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2

van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

Alinea­

Voor schriftelijke inlichtingen of opgaven, geen

authentiek uittreksel, afschrift of ander bewijs van

inschrijving zijnde, per persoon

€ 5,60

Hoofdstuk 1.2 Reisdocumenten

1.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen

van een aanvraag:

­

1.2.1.1

Tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een

reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument

voor vreemdelingen

€ 48,70

1.2.1.2

Tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een groter

aantal bladzijden bevattende dan een nationaal

paspoort als bedoeld in 1.2.1.1. (zakenpaspoort)

€ 48,70

1.2.1.3

Tot het verstrekken van een reisdocument ten behoeve

van een persoon die op grond van de Wet betreffende de

positie van Molukkers als Nederlander wordt

behandeld (faciliteitenpaspoort)

€ 48,70

1.2.1.4

vervalt

1.2.1.5

vervalt

1.2.1.6

Tot het aanbrengen van een wijziging anders dan

bedoeld in 1.2.1.5 in een reisdocument als bedoeld in

1.2.1.1, 1.2.1.2 en 1.2.1.3

€ 8,70

1.2.2

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse

identiteitskaart als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de Paspoortwet:

­

1.2.2.1

Voor een persoon die op het moment van de aanvraag de

leeftijd van veertien jaar nog niet heeft bereikt

€ 30,00

Alinea­

In andere gevallen dan bedoeld in onderdeel 1.2.2.1

€ 40,05

1.2.3

De tarieven genoemd in de onderdelen 1.2.1.1 tot en met 1.2.1.3 en 1.2.2 worden bij een spoedlevering vermeerderd met met een bedrag van

€ 45,90

1.2.4

Het tarief genoemd in 1.2.3 wordt bij een

gecombineerde spoedlevering van een nieuw

reisdocument als bedoeld in 1.2.1.1, 1.2.1.2 en 1.2.1.3

en het bijschrijven van één of meer kinderen als

bedoeld in 1.2.1.4, slechts één keer per reisdocument

berekend.

­

1.2.5

Het tarief genoemd in onderdeel 1.2.1.5 wordt bij een

spoedlevering vermeerderd met een bedrag

per bijschrijvingssticker van

€ 21,80

1.2.6

Het tarief genoemd in de onderdelen 1.2.1. tot en met

1.2.4 wordt, indien aan de aanvrager reeds eerder

een reisdocument werd verstrekt, welk document bij de

aanvraag niet compleet kan worden overlegd, de

terzake verschuldigde leges, verhoogd met

€ 25,60

Hoofdstuk 1.3 Rijbewijzen

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen

van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of

omwisselen van een rijbewijs

€ 37,00

1.3.2

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een

spoedlevering vermeerderd met

€ 39,50

1.3.3

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1. wordt, indien aan

de aanvrager reeds eerder een rijbewijs werd verstrekt,

welk document bij de aanvraag niet compleet kan worden

overlegd, de terzake verschuldigde leges, verhoogd met

€ 25,60

Hoofdstuk 1.4 Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering

van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één

verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent

één persoon waarvoor de gemeentelijke

basisadministratie persoonsgegevens moet

worden geraadpleegd.

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen

van een aanvraag:

1.4.2.1

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 3,90

1.4.2.2

tot het afsluiten van een abonnement op het

verstrekken van gegevens gedurende de periode van één

jaar

€ 484,50

1.4.2.3

Tot het verstrekken van een, desgevraagd gewaarmerkt,

afschrift van hem/haar betreffende gegevens in de

basisadministratie

€ 5,60

1.4.3

Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4 wordt onder

één verstrekking verstaan één of meer gegevens

omtrent één persoon die niet zijn opgenomen

in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens.

­

1.4.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen

van een aanvraag:

1.4.4.1

tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking

€ 3,90

1.4.4.2

tot het afsluiten van een abonnement op het

verstrekken van gegevens gedurende de periode van

één jaar:

€ 484,50

1.4.5

Tot het verstrekken van gegevens op papier aan

afnemers en bijzondere derden, per verstrekking

€ 2,60

1.4.6

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen

van de gemeentelijke basisadministratie, voor ieder

daaraan besteed kwartier

€ 7,00

Hoofdstuk 1.5 Gereserveerd

Hoofdstuk 1.6 Gereserveerd

Hoofdstuk 1.7 Bestuursstukken

1.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen

van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.7.1.1

Een afschrift van de gemeentebegroting

€ 97,00

1.7.1.2

Een afschrift van de gemeenterekening

€ 97,00

1.7.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen

van een aanvraag:

­

1.7.2.1

Tot het verstrekken van:

­

1.7.2.1.1

vervalt

1.7.2.1.2

Een afschrift van de stukken behorende bij een

raadsvergadering, per pagina

€ 0,20

1.7.2.2

Tot het afsluiten van een abonnement voor een kalender-

jaar:

1.7.2.2.1

1.7.2.2.2

Op de stukken behorende bij de raadsvergaderingen

€ 95,70

1.7.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen

van een aanvraag:

­

1.7.3.1

Tot het verstrekken van:

­

1.7.3.1.1

vervalt

1.7.3.1.2

vervalt

1.7.3.2

Tot het afsluiten van een abonnement voor een

kalenderjaar:

­

1.7.3.2.1

Op de verslagen van de vergaderingen van een

raadscommissie

€ 95,70

1.7.3.2.2

Op de stukken behorende bij de vergaderingen van een

raadscommissie

€ 95,70

Hoofdstuk 1.8 Vastgoedinformatie

1.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

­

1.8.1.1

Van makelaars/taxateurs tot het verstrekken van informatie ten behoeve van taxatieopdrachten, per aanvraag

€ 89,60

1.8.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit: de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistratie adressen en gebouwen

€ 4,70

1.8.2.2

Gereserveerd

­

1.8.2.3

Gereserveerd

­

1.8.2.4

Gereserveerd

­

1.8.2.5

Het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 5, eerste lid van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen

€ 6,90

Hoofdstuk 1.9 Overige publiekszaken

1.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen

van een aanvraag:

1.9.1

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag

€ 30,05

1.9.2

tot het verkrijgen van een bewijs van in leven zijn

€ 5,60

1.9.3

Tot het verkrijgen van een verklaring van Nederlanderschap

€ 5,60

1.9.4

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening

of foto per verstrekking

€ 5,60

1.9.5

Voor het ter legalisatie opzenden van een stuk

€ 5,60

Hoofdstuk 1.10 Gemeentearchief

1.10.1

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan

€ 7,00

1.10.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

­

1.10.2.1

Een afschrift of fotokopie van een in het gemeentearchief berustend stuk per pagina

€ 4,60

1.10.2.2

Een uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk

€ 4,60

Hoofdstuk 1.11 Huisvesting

1.11

Het tarief bedraagt voor het regelmatig verstrekken van

opgaven van verleende vergunningen tot het in gebruik

nemen van woongelegenheid, wanneer deze wordt verstrekt:

­

1.11.1

Eenmaal per week, per jaar

€ 55,50

1.11.2

Eenmaal per maand, per jaar

€ 34,50

1.11.3

Eenmaal per kwartaal, per jaar

€ 20,50

Hoofdstuk 1.12 Gereserveerd

Hoofdstuk 1.13 Gereserveerd

Hoofdstuk 1.14 Gereserveerd

Hoofdstuk 1.15 Gereserveerd

Hoofdstuk 1.16 Kansspelen

1.16.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen

van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezig-

heidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van

de Wet op de kansspelen:

­

1.16.1.1

Voor een periode van twaalf maanden voor

één kansspelautomaat

€ 58,00

1.16.1.2

Voor een periode van twaalf maanden voor twee of

meer kansspelautomaten

€ 23,05

1.16.1.2.1

Vermeerderd met een bedrag per speelautomaat van

€ 34,85

Hoofdstuk 1.17 Gereserveerd

Hoofdstuk 1.18 Gereserveerd

Hoofdstuk 1.19 Verkeer en vervoer

1.19

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van

een aanvraag:

­

1.19.1

Tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel

87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens

1990

€ 36,80

1.19.2

Tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen

€ 36,80

1.19.3

Tot het verkrijgen van een gehandicapten-

parkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het

Besluit administratieve bepalingen inzake het

wegverkeer (BABW)

€ 17,00

Hoofdstuk 1.20 Diversen

1.20.1

Gereserveerd

­

1.20.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen

van een aanvraag tot het verstrekken van:

­

1.20.2.1

Gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover

daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere

wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 0,20

1.20.2.2

Afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor

zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een

andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

­

1.20.2.2.1

Per pagina op papier van A4-formaat

€ 2,40

1.20.2.2.2

Per pagina op papier van een ander formaat

€ 5,00

1.20.2.3

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

­

1.20.2.3.1

Kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in de onderdelen 1.20.2.1 en 1.20.2.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk:

­

1.20.2.3.1.1

In formaat A5

€ 1,70

1.20.2.3.1.2

In formaat A4

€ 2,40

1.20.2.3.1.3

In formaat A3

€ 5,00

1.20.2.3.1.4

In formaat A2

€ 5,00

1.20.2.3.1.5

In groter formaat dan A2

€ 14,50

1.20.2.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 14,10

1.20.2.5

Het tarief bedraagt voor het afgeven van stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 0,20

1.20.2.6

Voor het raadplegen van het kadaster:

­

1.20.2.6.1

Indien daarbij van gemeentewege hulp wordt verleend, voor ieder kwartier of gedeelte daarvan

€ 9,20

1.20.2.6.2

Indien daarbij van gemeentewege geen hulp wordt verleend

€ 1,80

1.20.2.6.3

Bij jaarabonnement, zonder dat van gemeentewege hulp wordt verleend

€ 52,60

TITEL 2 DIENSTVERLENING VALLEND ONDER FYSIEKE LEEFOMGEVING/OMGEVING

1. VERGUNNING

Hoofdstuk 2.1 Begripsomschrijvingen

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

­

2.1.1.1

Aanlegkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.2

Bouwkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV 1989), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

­

2.1.1.3

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

­

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

­

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

­

Hoofdstuk 2.2 Gereserveerd

Hoofdstuk 2.3 Omgevingsvergunning

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een

omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

­

2.3.1

Bouwactiviteiten

­

2.3.1.1.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a van de Wabo, bedraagt het tarief

2,8%

­

Van de bouwkosten, met een minimum van

€ 76,00

2.3.1.1.2

In afwijking van het bepaalde in artikel 2.3.1.1 bedraagt het

tarief voor een aanvraag tot het verkrijgen

van een omgevingsvergunning die betrekking heeft

op de activiteit bouwen voor een civiel-technisch werk,

zoals een brug, tunnel, viaduct, sluis en dergelijke

1%

­

van de bouwkosten.

­

2.3.1.2

Welstandstoets

­

­

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 wordt het tarief, indien een welstandstoets noodzakelijk is, verhoogd met een bedrag dat door de welstandscommissie bij de gemeente in rekening wordt gebracht, met dien verstande dat dit bedrag verhoogd wordt met 10%.

­

2.3.1.2.1

Wanneer een omgevingsvergunning wordt geweigerd,

worden de gemaakte kosten met betrekking tot het

welstandsadvies in zijn geheel geheven.

­

2.3.1.3

Verplicht advies agrarische commissie:

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 bedraagt

het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in

dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de

agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld:

€ 65,15

2.3.1.4

Achteraf ingediende aanvraag

­

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit:

150%

­

van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.

­

2.3.2

Aanlegactiviteiten

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning

betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in

artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het

tarief:

€ 407,15

2.3.3

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van

een bouwactiviteit.

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning

betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1,

eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van

een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid,

onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd

het bepaalde in onderdeel 2.3.1:

2.3.3.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de

Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 399,30

2.3.3.1.1

Indien er nadere onderzoeken dienen te worden uitgevoerd, wordt het tarief verhoogd met de kosten die daarvoor bij de gemeente in rekening worden gebracht, met dien verstande

dat dit bedrag verhoogd wordt met 10%.

­

2.3.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de

Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€ 680,20

2.3.3.2.1

Indien er nadere onderzoeken dienen te worden uitgevoerd, wordt het tarief verhoogd met de kosten die daarvoor bij de gemeente in rekening worden gebracht, met dien verstande dat dit bedrag verhoogd wordt met 10%.

­

2.3.3.3

Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de

Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€ 3.224,00

­

Het tarief heeft betrekking op de te voeren procedure, de vereiste ruimtelijke onderbouwing en de oplevering conform digitale vereisten, waaronder een plankaart.

Indien er nadere onderzoeken dienen te worden uitgevoerd welke redelijkerwijs niet als standaard binnen een ruimtelijke onderbouwing gebracht kunnen worden, zoals veldonderzoeken, wordt het tarief verhoogd met de kosten die daarvoor bij de gemeente in rekening worden gebracht, met dien verstande dat dit bedrag verhoogd wordt met 10%.

­

2.3.3.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toege-

past (tijdelijke afwijking):

€ 399,30

2.3.3.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt

toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 399,30

2.3.3.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang

betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld

krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke

ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo

wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 989,00

2.3.3.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang

betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld

krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke

ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo

wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 989,00

2.3.3.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt

toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 680,20

2.3.4

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

­

2.3.4.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de

Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 399,30

2.3.4.1.1

Indien er nadere onderzoeken dienen te worden uitgevoerd, wordt het tarief verhoogd met de kosten die daarvoor bij de gemeente in rekening worden gebracht, met dien verstande dat dit bedrag verhoogd wordt met 10%.

­

2.3.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de

Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€ 680,20

2.3.4.2.1

Indien er nadere onderzoeken dienen te worden uitgevoerd, wordt het tarief verhoogd met de kosten die daarvoor bij de gemeente in rekening worden gebracht, met dien verstande

dat dit bedrag verhoogd wordt met 10%.

­

2.3.4.3

Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€ 3.224,00

Het tarief heeft betrekking op de te voeren procedure, de vereiste ruimtelijke onderbouwing en de oplevering conform digitale vereisten, waaronder een plankaart.

Indien er nadere onderzoeken dienen te worden uitgevoerd welke redelijkerwijs niet als standaard binnen een ruimtelijke onderbouwing gebracht kunnen worden, zoals veldonderzoeken, wordt het tarief verhoogd met de kosten die daarvoor bij de gemeente in rekening worden gebracht, met dien verstande dat dit bedrag verhoogd wordt met 10%.

­

2.3.4.4

Indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toege-

past (tijdelijke afwijking)

€ 372,60

2.3.4.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt

toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 372,60

2.3.4.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang

betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn

gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet

ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c,

van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale

regelgeving):

€ 989,00

2.3.4.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang

betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld

krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke

ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo

wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 989,00

2.3.4.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt

toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 652,40

2.3.5

in gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot

brandveiligheid

­

2.3.5.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning

betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1,

eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 420,25

2.3.5.2

Als er reeds met de werkzaamheden is begonnen voordat

de vergunning is verleend, wordt het tarief verhoogd met

50%.

2.3.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

2.3.6.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning

betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een

beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid,

onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in

artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking

tot een krachtens provinciale verordening of de

Erfgoedverordening van de gemeente Loppersum

aangewezen monument, waarvoor op grond van die

provinciale verordening of van die gemeentelijke

verordening een vergunning of ontheffing is vereist,

bedraagt het tarief:

­

2.3.6.1.1

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:

€ 112,45

2.3.6.1.2

voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 112,45

2.3.6.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning

betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een

beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1,

eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een

bouwwerk in een krachtens provinciale verordening of de gemeentelijke verordening aangewezen stads- of

dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c,

van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale verordening of van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

€ 112,45

2.3.6.3

Als er reeds met de werkzaamheden is begonnen voordat

de vergunning is verleend, wordt het tarief verhoogd met

100%

2.3.7

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in

beschermd stads- of dorpsgezicht.

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 372,60

­

2.3.7.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning

betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk bedraagt

het tarief:

­

2.3.7.1.1

in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, of

waarvoor op grond van een provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedoeld in artikel 2.2,

eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo:

€ 372,60

2.3.7.1.2

in gevallen waarvoor op grond van de

Bouwverordening een vergunning of ontheffing is

vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder

a, van de Wabo,

€ 372,60

2.3.8

Gereserveerd

2.3.9

Uitweg/inrit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning

betrekking heeft op het maken, hebben,

veranderen of veranderen van het gebruik van een

uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een

provinciale verordening of van de Algemene

plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is

vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en

onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 14,15

2.3.10

Kappen

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning

betrekking heeft op het vellen of doen vellen van hout-

opstand, waarvoor op grond van een bepaling in een

provinciale verordening of op grond van artikel 4:10 of 4:11

van afdeling 3, hoofdstuk 4 van de Algemene

Plaatselijke Verordening een vergunning of ontheffing is

vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en

onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief met

betrekking tot monumentale bomen

€ 46,10

2.3.11

Gereserveerd

2.3.12

Gereserveerd

­

2.3.13

Gereserveerd

2.3.14

Andere activiteiten

­

2.3.14.1

De legesbedragen voor het afgeven van een gunstige

beschikking op aanvragen voor een vergunning of een

ontheffing, dan wel van elk ander stuk in het persoonlijk

belang van de aanvrager opgemaakt, voor zover deze

stukken niet afzonderlijk en met name in deze

verordening of in een andere belastingverordening

van deze gemeente, dan wel in andere rechts-

regels, zijn genoemd: per beschikking

€ 14,15

2.3.14.2

Het onder lid 1 genoemde bedrag wordt verhoogd met

een vast bedrag van

€ 53,55

wegens kosten verbonden aan het publiceren in één of

meer dagbladen van een ontheffing of vrijstelling

van een bepaling in de Algemene Plaatselijke Verordening.

­

2.3.15

Omgevingsvergunning in twee fasen

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op

verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in

artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

­

2.3.15.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag

dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit

hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

­

2.3.15.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag

dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit

hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

­

2.3.16

Beoordeling bodemrapport

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen

van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens

wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde

aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

­

2.3.16.1

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport

€ 77,10

2.3.16.2

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport

€ 112,25

2.3.17

Advies

2.3.17.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen

van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe

bij algemene maatregel van bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen bestuursorgaan

of andere instantie advies moet uitbrengen over de

aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de

aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in

artikel 2.26, derde lid, van de Wabo: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de

aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door

het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

­

2.3.17.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager

ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

­

2.3.18

Verklaring van geen bedenkingen

­

2.3.18.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen

van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij

wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen

moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan

worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

2.3.18.1.1

indien de gemeenteraad een verklaring van geen

bedenkingen moet afgeven:

€ 294,20

2.3.18.1.2

indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de

voorafgaand aan het in behandeling nemen van de

aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door

het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloop-

Activiteiten

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevings-

vergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk

bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld

in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.4 en 2.3.5, intrekt terwijl

deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente,

bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges.

De teruggaaf bedraagt:

2.5.1.1

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 8 weken na het in behandeling nemen ervan

50%

­

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

Geen teruggaaf wordt verleend voor de kosten voor reeds gemaakte advertentiekosten en kosten van Welstands- en Monumentenzorg Groningen;

­

2.5.1.2

Indien de aanvraag wordt ingetrokken na 8 weken en binnen 26 weken na het in behandeling nemen ervan

50%

­

op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

­

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 12 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt

50%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges, met dien verstande, dat de

kosten met betrekking tot welstandszorg geheel wordt

geheven.

­

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloop-

activiteiten

­

2.5.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een

project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg-

of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1,

2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op

teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf

bedraagt:

50%

­

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

­

2.5.3.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt

mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij

de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

­

2.5.4

Minimumbedrag voor teruggaaf

Een bedrag minder dan

€ 31,00

wordt niet teruggegeven.

­

Hoofdstuk 2.6 Gereserveerd

Hoofdstuk 2.7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

2.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:

€ 54,75

Hoofdstuk 2.8 Herzieningen/wijzigingen van bestemmingsplannen zonder activiteiten

2.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen

van een aanvraag tot het vaststellen van een

bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid,

van de Wet ruimtelijke ordening

€ 5.652,05

2.8.1.1

Het tarief heeft betrekking op de te voeren procedure, de vereiste ruimtelijke onderbouwing middels een bestemmingsplan en de oplevering conform digitale vereisten.

Indien er nadere onderzoeken dienen te worden uitgevoerd welke redelijkerwijs niet als standaard binnen een bestemmingsplan gebracht kunnen worden, zoals veldonderzoeken, wordt het tarief verhoogd met de kosten die daarvoor bij de gemeente in rekening worden gebracht, met dien verstande dat dit bedrag verhoogd wordt met 10%.

­

2.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van

een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmings-

plan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de

Wet ruimtelijke ordening

€ 3.224,00

2.8.2.1

Het tarief heeft betrekking op de te voeren procedure, de vereiste ruimtelijke onderbouwing middels een

wijzigingsplan en de oplevering conform digitale vereisten.

Indien er nadere onderzoeken dienen te worden uitgevoerd welke redelijkerwijs niet als standaard binnen een wijzigingsplan gebracht kunnen worden, zoals veldonderzoeken, wordt het tarief verhoogd met de kosten die daarvoor bij de gemeente in rekening worden gebracht, met dien verstande dat dit bedrag verhoogd wordt met 10%.

­

Hoofdstuk 2.9 Sloopmelding

vervallen

Hoofdstuk 2.10 In deze titel niet benoemde beschikking

2.10.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:

€ 14,15

2.10.2

Het onder artikel 2.10.1 genoemde bedrag wordt verhoogd met een vast bedrag van

€ 53,55

wegens kosten verbond aan het publiceren in één of meer dagbladen van een ontheffing of vrijstelling van een bepaling in de Algemene Plaatselijke Verordening.

­

TITEL 3 DIENSTVERLENING VALLEND ONDER EUROPESE DIENSTENRICHTLIJN

Hoofdstuk 3.1 Horeca

3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het

­

3.1.1

Verkrijgen van een vergunning voor het in behandeling nemen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet, als sprake is van vestiging van een nieuwe onderneming of overname van een bestaande onderneming:

€ 224,00

3.1.2

Verkrijgen van een vergunning voor het in behandeling nemen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet, als sprake is van wijziging van een bestaande vergunning:

€ 56,00

3.1.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet

€ 33,60

3.1.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet of artikel 3 van de Drank- en Horecaverordening

€ 16,80

3.1.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een gemeentelijk verlof voor het verstrekken van alcoholvrije drank voor het gebruik ter plaatse, als er sprake is van vestiging van een nieuwe onderneming of overname van een bestaande onderneming:

€ 112,00

3.1.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een gemeentelijk verlof voor het verstrekken van alcoholvrije drank voor het gebruik ter plaatse, als sprake is van wijziging van een bestaande vergunning of verlenging van een bestaande vergunning

€ 33,60

3.1.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een vergunning tot het na het algemeen sluitingsuur geopend houden van horeca-inrichtingen:

€ 16,80

Hoofdstuk 3.2 Organiseren evenementen of markten

3.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van

­

3.2.1

Een vergunning op ontheffing op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening, voor zover

niet elders in deze legesverordening of in andere verordeningen daarvoor een tarief wordt

genoemd, geldend voor ten hoogste: een dag

€ 10,10

3.2.2

Een vergunning op ontheffing op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening, voor zover

niet elders in deze legesverordening of in andere verordeningen daarvoor een tarief wordt

genoemd: een week

€ 25,40

3.2.3

Een vergunning op ontheffing op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening, voor zover

niet elders in deze legesverordening of in andere verordeningen daarvoor een tarief wordt

genoemd, geldend voor ten hoogste: een maand

€ 48,55

3.2.3

Een vergunning op ontheffing op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening, voor

zover niet elders in deze legesverordening of in andere verordeningen daarvoor een tarief

wordt genoemd, geldend voor ten hoogste: een periode van zes maanden

€ 129,15

3.2.4

Een vergunning op ontheffing op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening, voor

zover niet elders in deze legesverordening of in andere verordeningen daarvoor een tarief

wordt genoemd, geldend voor ten hoogste: een jaar

€ 200,30

Hoofdstuk 3.3 Prostitutiebedrijven

3.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

­

3.3.1

Een exploitatievergunning of wijziging van een exploitatievergunning als bedoeld in hoofdstuk 3 van de Algemene Plaatselijke Verordening:

€ 171,00

Hoofdstuk 3.4 Kinderopvang

3.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning tot het exploiteren van

3.4.1

Een kinderdagverblijf

€ 562,80

3.4.2

Een gastouderbureau

€ 562,80

3.4.3

Een gastouderopvang

€ 476,50

3.4.4

Een commerciële peuterspeelzaal

€ 562,80

Hoofdstuk 3.5 Gereserveerd

Hoofdstuk 3.6 Brandbeveiligingsverordening

3.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning met betrekking tot het brandveilig gebruik van een inrichting, als bedoeld in de brandbeveiligingsverordening:

­

3.6.1

Voor een periode van maximaal 7 dagen

€ 171,00

3.6.2

Voor een periode van meer dan 7 dagen

€ 256,35

Hoofdstuk 3.7 in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

3.7.1

Het tarief bedraagt ter zake van het verlenen van ontheffing tot het verbranden van slootmaaisel ter bestrijding van bruinrot, zoals bedoeld in artikel 10.2 Wm juncto artikel 5.34 Algemene Plaatselijke Verordening

€ 38,55

3.7.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

€ 14,15

Behorende bij raadsbesluit van 7 november 2011, nr. 5.

De griffier van Loppersum,

R.S. Bosma.