Regeling vervallen per 10-05-2019

Verordening participatieraad Maasdriel 2010

Geldend van 01-01-2011 t/m 09-05-2019

Intitulé

Verordening Participatieraad Maasdriel 2010

Raadsbesluit

De raad van de gemeente Maasdriel,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 2 november 2010,

gelet op de artikelen 84, 149 juncto 150 van de Gemeentewet en artikel 11 en 12 van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning;

b e s l u i t :

vast te stellen de volgende:

Verordening Participatieraad Maasdriel 2010

Hoofdstuk 1: Algemene Bepalingen

Artikel 1 Begrippen

  • 1.1 In deze verordening wordt verstaan onder:

    • a.

      gemeente: de gemeente Maasdriel

    • b.

      college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maasdriel;

    • c.

      Wmo: Wet Maatschappelijke Ondersteuning;

    • d.

      doelgroep: de personen/groepen, die vallen onder de werkingsfeer van de Wmo;

    • e.

      belangenorganisaties: organisaties die de belangen behartigen van de doelgroepen behorende bij de prestatievelden zoals beschreven in artikel 1 lid 1, onder g, van de Wmo;

    • f.

      participatieraad: adviesorgaan, zoals bedoeld in deze verordening;

    • g.

      contactfunctionaris: de door het college aangewezen ambtenaar die als contactpersoon voor de participatieraad dient.

    • e.

      kerngroep: door het college aangewezen groep van personen die zorgt voor werving en selectie van de leden van de eerste participatieraad.

Artikel 2 Instellen en in stand houden participatieraad

  • 2.1 Burgemeester en wethouders bevorderen het instellen en het in stand houden van de gemeentelijke participatieraad Wmo-beleid.

Hoofdstuk 2 Doelstelling, taken en bevoegdheden

Artikel 3 Doelstelling

  • 3.1 Het doel van de participatieraad is het betrekken van burgers/klantengroepen en vertegenwoordigende (belangen)organisaties bij de totstandkoming, uitvoering en evaluatie van gemeentelijk Wmo-beleid.

  • 3.2 Het bijdragen aan een vergroting van de maatschappelijke participatie en verbetering van het beleid.

  • 3.3 Het bevorderen van overleg en samenwerking met bestaande adviesorganen, organisaties, groeperingen en personen die te maken hebben/krijgen met de Wmo.

Artikel 4 Taken

  • 4.1 De participatieraad heeft tot taak het college gevraagd en ongevraagd te adviseren over onderwerpen die betrekking hebben op de totstandkoming, uitvoering en evaluatie van Wmo-beleid. Alle adviezen van de participatieraad aan het college worden onverkort ter kennisname aan de gemeenteraad verstrekt.

  • 4.2 De participatieraad is alert op ontwikkelingen en knelpunten die betrekking hebben op de Wmo-prestatievelden. De participatieraad geeft deze signalen door aan de gemeente.

  • 4.3 De participatieraad informeert de organisaties, die tot haar achterban behoren, adequaat over de ontwikkeling en praktische uitvoering van beleid en regelingen op het gebied van de Wmo.

Artikel 5 Bevoegdheden

  • 5.1 De participatieraad is bevoegd tot het gevraagd en ongevraagd adviseren van het college op het gebied van de Wmo.

  • 5.2 De participatieraad kan werkgroepen instellen rond bepaalde onderwerpen. De bevindingen van de werkgroepen worden aan de participatieraad voorgelegd.

  • 5.3 Op verzoek van de participatieraad kunnen deskundigen worden uitgenodigd om een vergadering bij te wonen met het oog op de behandeling van een bepaald onderwerp.

  • 5.4 De leden van de participatieraad kunnen altijd derden raadplegen over de aangelegenheden waarmee zij als lid van de participatieraad te maken krijgen e.e.a. met inachtneming van de bepalingen van de Gemeentewet.

Hoofdstuk 3 benoeming, samenstelling en zittingsduur

Artikel 6 Eerste benoeming

  • 6.1 Het college wijst een kerngroep van drie personen aan die de werving van de participatieraad op zich neemt. Leden zijn actief betrokken bij of nemen deel aan organisaties op het terrein van maatschappelijke ontwikkeling.

  • 6.2 De kerngroep stelt, binnen het door de raad geschetste kader, een profiel op. De kerngroep ziet er op toe dat de participatieraad een evenwichtige samenstelling kent, waarbij uitgegaan wordt van de bevolkingssamenstelling van Maasdriel.

  • 6.3 Na installatie van de participatieraad heft de kerngroep zich op. Het is mogelijk de onafhankelijke voorzitter uit de kerngroep te kiezen.

Artikel 7 Samenstelling en omvang

  • 7.1 De participatieraad bestaat uit maximaal 7 leden, inclusief een in functie benoemde onafhankelijk voorzitter, een penningmeester en secretaris.

  • 7.2 De onafhankelijke voorzitter van de participatieraad wordt in functie benoemd. Dit kan een lid van de kerngroep zijn.

  • 7.3 De penningmeester en secretaris worden door de leden van de participatieraad uit hun midden gekozen.

  • 7.4 De samenstelling van de participatieraad is zo breed mogelijk, waarbij spreiding over de negen prestatievelden van de Wmo wordt nagestreefd.

  • 7.5 Leden van de participatieraad zijn inwoner van de gemeente dan wel vertegenwoordigen een belangenorganisatie uit de gemeente.

  • 7.6 Deskundigen of vertegenwoordigers van groepen, zowel gemeentelijk als extern, kunnen per onderwerp worden uitgenodigd in de vergadering van de participatieraad.

  • 7.7 Het lidmaatschap van de participatieraad is niet verenigbaar met:

    • a.

      een politieke functie binnen de gemeente;

    • b.

      het lidmaatschap van een andere door het college ingestelde advies- en /of bestuurscommissie;

    • d.

      een positie waarbij er zakelijke belangen zijn bij het Wmo beleidsveld;

    • e.

      het beroepsmatig werkzaam zijn bij de gemeente.

  • 7.8 Een lid van de participatieraad wordt benoemd op persoonlijke titel.

  • 7.9 Vanuit de gemeente Maasdriel zal geen vertegenwoordiger zitting hebben in de participatieraad. Het college wijst een contactpersoon aan: de contactfunctionaris. Deze is te allen tijde te benaderen voor vragen en vormt de verbindende schakel tussen participatieraad en college.

Artikel 8 Benoeming

  • 8.1 Representatieve organisaties van de kant van vragers op het gebied van maatschappelijke ondersteuning worden geïnformeerd en in de gelegenheid gesteld een kandidaat aan te leveren.

  • 8.2 Ten behoeve van de werving worden diverse communicatiekanalen gebruikt. Het aantrekken van nieuwe leden gebeurt via een open sollicitatie, verzorgd door de participatieraad. De selectiegesprekken worden gehouden door een op advies van de participatieraad samengestelde selectiecommissie.

  • 8.3 Het college accordeert de selectie en benoemt de kandidaten.

Artikel 9 Zittingsduur

  • 9.1 De zittingsduur van de leden van de participatieraad is vier jaar, welke periode maximaal eenmaal verlengd kan worden. In tussentijdse vacatures wordt zo mogelijk binnen 3 maanden voorzien.

  • 9.2 Een lid van de participatieraad kan zijn lidmaatschap tussentijds middels een schriftelijke kennisgeving beëindigen. Het college kan op aanbeveling van de voorzitter van de participatieraad het lidmaatschap van een lid vervallen verklaren, indien een lid zonder geldige redenen zijn of haar taak verzuimt.

  • 9.3 Naast het vermelde in artikel 9.2 eindigt het lidmaatschap door:

    • a.

      ontslag door het college wegens het niet meer voldoen aan de eisen voor het lidmaatschap als genoemd in artikel 7.7;

    • b.

      opheffen van de vertegenwoordigde belangenorganisatie.

Hoofdstuk 4 overleg en advisering

Artikel 10 Overleg

  • 10.1 De participatieraad komt ten minste 4 keer per jaar bijeen en verder zoveel als nodig.

  • 10.2 Deskundigen of vertegenwoordigers van groepen, zowel gemeentelijk als extern, kunnen per onderwerp worden uitgenodigd in de vergadering van de participatieraad.

  • 10.3 De gemeente betrekt de participatieraad in een zo vroeg mogelijk stadium bij de totstandkoming van beleid en regelingen betreffende de uitvoering van de Wmo.

  • 10.4 Eenmaal per jaar vindt een overlegvergadering plaats met de verantwoordelijke wethouder. In dit overleg staat de samenwerking en afstemming tussen gemeente en participatieraad centraal.

  • 10.5 De vergaderingen van de participatieraad zijn in beginsel openbaar. De deuren worden gesloten wanneer de voorzitter dit nodig acht of wanneer tenminste drie leden dit verlangen. Vervolgens beslist de participatieraad of de behandeling van het betreffende onderwerp achter gesloten deuren zal plaatsvinden. Met uitzondering van de leden van de participatieraad, de ambtelijke secretaris en de notulist, verlaten dan alle aanwezigen de vergaderruimte.

Artikel 11 Besluitvorming en advies

  • 11.1 Het college legt onderwerpen als bedoeld in artikel 4.1 middels een schriftelijke adviesaanvraag voor aan de participatieraad. In de aanvraag wordt expliciet vermeld over welke punten advies wordt gevraagd.

  • 11.2 De participatieraad brengt binnen vier weken na ontvangst van de adviesaanvraag schriftelijk advies uit aan het college.

  • 11.3 De participatieraad adviseert en neemt besluiten zonder last of ruggespraak.

  • 11.4 De participatieraad streeft er naar adviezen uit te brengen in consensus. Alle overige besluitvorming vindt plaats bij meerderheid van stemmen. Indien bij een stemming de stemmen staken, beslist de stem van de voorzitter. Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt als de minderheid dat verlangt.

  • 11.5 Voor wat betreft zaken die tot de beslissingsbevoegdheid van de gemeenteraad behoren, adviseert de participatieraad op een dusdanig moment dat het college het advies nog in het voorstel aan de gemeenteraad kan verwerken. Het advies van de participatieraad wordt samen met het raadsvoorstel naar de gemeenteraad gestuurd, zodat de gemeenteraad dit in zijn besluitvorming kan meenemen.

  • 11.6 Het college bericht de participatieraad, binnen 4 weken na het uitbrengen van het advies of het advies geheel of op onderdelen wordt overgenomen. In de berichtgeving worden de argumenten gegeven voor het standpunt van het college.

  • 11.7 Het college verstrekt de participatieraad tijdig alle informatie die nodig is voor een goede uitoefening van zijn taken.

Hoofdstuk 5 Financiën en faciliteiten

Artikel 12 Budget en faciliteiten

  • 12.1 Het college neemt jaarlijks een budget op in de begroting voor de uitoefening van de taak van de participatieraad. Voor het bepalen van de hoogte van het budget zijn de in de 'notitie klantenparticipatie Wmo 2010' opgenomen uitgangspunten leidend.

  • 12.2 De participatieraad heeft toegang tot alle gemeentelijke informatie die relevant is voor haar werkzaamheden en voor zover deze informatie niet vertrouwelijk is.

  • 12.3 Op verzoek van de participatieraad kan het college aanvullende faciliteiten beschikbaar stellen die noodzakelijk zijn voor het goed functioneren van de participatieraad.

Hoofdstuk 6 Overige bepalingen

Artikel 13 Verantwoording

  • 13.1 De participatieraad brengt ieder jaar voor 1 april verslag uit aan college en raad over zijn activiteiten in het voorafgaande kalenderjaar door middel van een activiteitenoverzicht met bijbehorende bedragen.

Artikel 14 Gevolgen lidmaatschap

  • 14.1 De leden van de participatieraad zullen in de contacten met de gemeente voordelen noch nadelen ondervinden als gevolg van het lidmaatschap van de participatieraad.

Artikel 15 Klachtbehandeling

  • 15.1 De participatieraad behandelt geen klachten of situaties die op individuen betrekking hebben.

  • 15.2 Klachten over de wijze waarop door een persoon die werkzaam is onder de verantwoordelijkheid van het college uitvoering wordt gegeven aan deze verordening worden behandeld overeenkomstig hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht en de Klachtenregeling van de gemeente.

Artikel 16 Opheffing

  • 16.1 Opheffing van de participatieraad kan slechts geschieden bij besluit van het college of indien de Wmo van rijkswege wordt ingetrokken.

Artikel 17 Huishoudelijk reglement

  • 17.1 De participatieraad kan voor zijn werkwijze een huishoudelijk reglement opstellen met inachtneming van het bepaalde in dit aanstellingsbesluit.

  • 17.2 Van een dergelijk huishoudelijk reglement en eventuele wijzigingen daarvan, wordt een afschrift gezonden naar het college van burgemeester en wethouders.

Hoofdstuk 7 Slotbepalingen

Artikel 18 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt na publicatie in werking op 1 januari 2011.

Artikel 19 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening participatieraad Maasdriel 2010".

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad 16 december 2010.

De raad van de gemeente Maasdriel,

de griffier

J. van Zutphen

de voorzitter

A. Frankfort