Verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning 2012

Geldend van 22-03-2012 t/m heden

Intitulé

Verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning 2012

De raad van de gemeente Maasdriel;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 24 januari 2012;

gelet op artikel 33, derde lid van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de volgende:

Verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning 2012.

Hoofdstuk 1 Ambtelijke bijstand

Artikel 1 Recht op ambtelijke bijstand

Elk raadslid heeft recht op ambtelijke bijstand overeenkomstig het bepaalde in deze verordening.

Artikel 2 Verzoek om informatie

  • 1. Een raadslid wendt zich tot de griffier met een verzoek om:

    • a.

      feitelijke informatie van geringe omvang;

    • b.

      inzage in of afschrift van documenten die openbaar zijn;

    • c.

      bijstand bij het opstellen van voorstellen, amendementen en moties of andere bijstand.

  • 2. De informatie, bedoeld in het eerste lid, onderdeel a of b, wordt door de griffier, een medewerker van de griffie of op verzoek van de griffier door een ambtenaar gegeven.

  • 3. Indien een ambtenaar twijfelt of het verzoek betrekking heeft op informatie bedoeld in het eerste lid, onderdeel a of b, stelt hij de secretaris daarvan in kennis. De secretaris beslist.

  • 4. De bijstand, bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, wordt verleend door de griffier of een medewerker van de griffie. Indien de gevraagde bijstand niet door de griffier of een medewerker van de griffie kan worden verleend kan de griffier de secretaris verzoeken één of meer ambtenaren aan te wijzen die de gevraagde bijstand zo spoedig mogelijk verlenen.

Artikel 3 Verlenen van ambtelijke bijstand

  • 1. Ambtelijke bijstand wordt verleend, tenzij:

    • a.

      het raadslid niet aannemelijk heeft gemaakt dat de bijstand betrekking heeft op de werkzaamheden van de raad;

    • b.

      dit het belang van de gemeente kan schaden;

    • c.

      de verlening ervan een onevenredig beslag zou leggen op de beschikbare ambtelijke capaciteit.

  • 2. De secretaris beoordeelt of ambtelijke bijstand op grond van het eerste lid geweigerd wordt.

  • 3. Indien de bijstand op grond van het eerste lid wordt geweigerd deelt de secretaris dit met redenen omkleed mee aan de griffier en aan het raadslid dat het verzoek heeft ingediend.

  • 4. De secretaris stelt de betreffende portefeuillehouder in het college desgewenst in kennis van het verzoek.

  • 5. Indien het college of een lid van het college informatie wenst over een verzoek om ambtelijke bijstand of de inhoud van het gegeven advies, wenden zij zich daartoe rechtstreeks tot het betrokken raadslid.

Artikel 4 Weigering verzoek ambtelijke bijstand

Indien het verzoek om bijstand van een ambtenaar door de secretaris wordt geweigerd kan de griffier of het betrokken raadslid het verzoek voorleggen aan de burgemeester. De burgemeester beslist zo spoedig mogelijk op het verzoek.

Artikel 5 Geschil over ambtelijke bijstand

  • 1. Indien een raadslid niet tevreden is over de door een ambtenaar verleende ambtelijke bijstand doet hij of de griffier hiervan mededeling aan de secretaris.

  • 2. Indien overleg met de secretaris niet leidt tot een voor beide partijen bevredigende oplossing leggen zij de zaak voor aan de burgemeester. De burgemeester voorziet zo spoedig mogelijk in de kwestie.

Hoofdstuk 2 Fractieondersteuning

Artikel 6 Financiële bijdrage

  • 1. Aan de fracties als bedoeld in artikel 5 van het Reglement van orde voor de vergaderingen van de raad wordt jaarlijks een financiële bijdrage als tegemoetkoming in de kosten voor het functioneren van de fractie verleend indien en voor zover daarvoor door de raad middelen beschikbaar zijn gesteld.

  • 2. Deze bijdrage bestaat uit een vast deel voor elke fractie en een bedrag per raadszetel. Het bedrag per fractie en het bedrag per raadszetel worden jaarlijks door de raad vastgesteld.

Artikel 7 Besteding financiële bijdrage

  • 1. De fracties besteden de bijdrage om hun volksvertegenwoordigende, kaderstellende en controlerende rol te versterken.

  • 2. De bijdrage mag niet gebruikt worden ter bekostiging van:

    • a.

      uitgaven die in strijd zijn met wettelijke bepalingen en overige regelingen;

    • b.

      betalingen aan politieke partijen, met politieke partijen verbonden instellingen of natuurlijke personen anders dan ter vergoeding van prestaties (diensten of goederen) geleverd ten behoeve van de fractie op basis van een gespecificeerde, reële declaratie;

    • c.

      giften;

    • d.

      uitgaven welke dienen bestreden te worden uit vergoedingen die de leden ingevolge het rechtspositiebesluit raads- en commissieleden toekomen;

    • e.

      opleidingen voor raads- en commissieleden voor zover deze inhoudelijk gerelateerd zijn aan de politieke uitgangspunten van de deelnemers.

Artikel 8 Voorschot financiële bijdrage

  • 1. De bijdrage wordt vóór 31 januari van het betreffende kalenderjaar in de vorm van een voorschot op dat kalenderjaar verstrekt.

  • 2. Het voorschot wordt verrekend met teveel ontvangen voorschotten in jaren waarvoor de raad de bijdrage heeft vastgesteld.

Artikel 9 Tijdstip verstrekken voorschot in verkiezingsjaar

In afwijking van het bepaalde in artikel 8 wordt in een jaar waarin verkiezingen plaatsvinden het voorschot vóór 31 januari verstrekt voor de maanden tot en met de maand waarin de verkiezingen plaatsvinden. In de eerste maand na de maand waarin de eerste vergadering van de nieuw gekozen raad plaatsvindt, wordt het voorschot verstrekt voor de overige maanden van dat jaar.

Artikel 10 Gevolgen splitsen fractie

  • 1. Bij afsplitsing van een fractie wordt de op grond van artikel 6 verleende bijdrage voor de oorspronkelijke fractie verdeeld over de betrokken fracties naar evenredigheid van het aantal bij de splitsing betrokken leden.

  • 2. Bij afsplitsing van een fractie wordt het aan de oorspronkelijke fractie verstrekte voorschot verrekend overeenkomstig de verdeling die volgt uit artikel 6, tweede lid.

Artikel 11 Verantwoording, controle, terugbetaling

  • 1. Elke fractie legt, binnen drie maanden na het einde van een kalenderjaar, verantwoording af over de besteding van de bijdrage door middel van een verslag.

  • 2. Controle van het verslag vindt plaats door de accountant, belast met de controle van de jaarrekening. De accountant breng advies uit aan de raad.

  • 3. De raad stelt na ontvangst van het advies van de accountant de bijdrage vast.

  • 4. Indien de bijdrage op een lager bedrag wordt vastgesteld dan het bedrag van het verstrekte voorschot, is de fractie gehouden tot terugbetaling van het verschil.

Artikel 12 Reserve

  • 1. De raad reserveert het in enig jaar niet gebruikte gedeelte van de bijdrage aan een fractie ter besteding door die fractie in volgende jaren.

  • 2. De reserve is niet groter dan 30% van de bijdrage die in het voorgaande kalenderjaar op grond van artikel 6 aan de fractie is verleend.

  • 3. Het beroep in enig jaar op de reserve komt tot uitdrukking in de jaarrekening over dat jaar. Bevoorschotting vindt desgevraagd plaats.

  • 4. De reserve blijft na verkiezingen beschikbaar voor de fractie die onder dezelfde naam terugkeert, dan wel voor de fractie die naar het oordeel van de raad als rechtsopvolger daarvan kan worden beschouwd.

  • 5. Als bij zetelverlies de reserve voor een fractie hoger zou worden dan aangegeven in het tweede lid, vervalt het recht op dat meerdere.

  • 6. Bij splitsing van een fractie, wordt de reserve verdeeld over de betrokken fracties naar evenredigheid van het aantal bij de splitsing betrokken leden, voor zover deze reserve niet meer bedraagt dan 30% van de bijdrage die de oorspronkelijke fractie in het voorgaande kalenderjaar ontving.

Artikel 13 Toepassing Awb

Titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht is van toepassing op de verstrekking van bijdragen als bedoeld in deze paragraaf.

Artikel 14 Overige ondersteuning

Aan de fracties wordt voorts ondersteuning verleend door beschikbaarstelling van:

  • -

    vergaderaccommodatie ten behoeve van bijeenkomsten van de fracties;

  • -

    beschikbaarstelling van een fractiekamer voor de gezamenlijke fracties;

  • -

    beschikbaarstelling van een kopieerfaciliteit ten behoeve van het werk van de fracties.

Hoofdstuk 3 Slotbepalingen

Artikel 15 Intrekking oude verordening

De verordening ambtelijke bijstand en fractieondersteuning 2002 wordt ingetrokken.

Artikel 16 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na haar bekendmaking.

Artikel 17 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening ambtelijke bijstand en fractieondersteuning 2012.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 1 maart 2012.

De raad voornoemd,

de griffier

J.F. van Zutphen

de voorzitter

D.W. de Cloe