Regeling vervallen per 06-11-2018

Verordening op de raadscommissies 2014

Geldend van 24-06-2014 t/m 05-11-2018

Intitulé

Verordening op de raadscommissies 2014

De raad van de gemeente Maasdriel,

gelezen het voorstel van het presidium van 17 april 2014,

gelet op artikel 82, eerste lid, van de Gemeentewet;

besluit vast te stellen de Verordening op de raadscommissies 2014:

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • -

    commissievoorzitter: voorzitter van een raadscommissie of diens plaatsvervanger;

  • -

    griffier: griffier van de raad of diens plaatsvervanger.

  • -

    commissiegriffier: griffier van een raadscommissie of diens plaatsvervanger;

  • -

    commissielid: lid van een raadscommissie of diens plaatsvervanger;

  • -

    ronde tafelgesprek: informeel overleg tussen commissieleden en burgers, bedrijven, organisaties of instellingen ter ondersteuning van de oordeelsvorming van de commissieleden.

Artikel 2. Instelling raadscommissies

Er is een:

  • a.

    raadscommissie Samenleving en Financiën, waarvan de werkzaamheden de volgende programmaonderwerpen betreffen:

    • -

      algemeen bestuurlijke en juridische zaken, waaronder bestuurlijke samenwerking

    • -

      dienstverlening

    • -

      openbare orde en veiligheid

    • -

      onderwijs en jeugd

    • -

      sport, kunst, cultuur en welzijn

    • -

      zorg en volksgezondheid

    • -

      leefbaarheid, burgerparticipatie en accommodaties

    • -

      dorpsraden

    • -

      bedrijfsvoering waaronder: personeel en organisatie, en informatie en automatisering

    • -

      financiën

  • b.

    raadscommissie Ruimte, waarvan de werkzaamheden de volgende programmaonderwerpen betreffen:

    • -

      economische en grondzaken

    • -

      verkeer en vervoer

    • -

      beheer openbare ruimte

    • -

      leefbaarheid

    • -

      bouwen, milieu en monumenten

    • -

      ruimte, volkshuisvesting en waterstaat

    • -

      recreatie en toerisme

    • -

      natuur en landschap

    • -

      toezicht en (integrale) handhaving

Artikel 3. Taken

Een raadscommissie:

  • a.

    brengt advies uit aan de raad over die onderwerpen waarop haar werkzaamheden betrekking hebben;

  • b.

    kan advies uitbrengen aan de raad over andere onderwerpen dan bedoeld onder a;

  • c.

    voert overleg met het college of de burgemeester over in ieder geval de door hen verstrekte inlichtingen en het gevoerde bestuur ten aanzien van de onderwerpen bedoeld onder a.

Artikel 4. Samenstelling; benoeming commissievoorzitter

  • 1. Een raadscommissie bestaat uit ten minste 2 en maximaal 4 commissieleden per fractie

  • 2. De commissieleden worden door de raad op voordracht van de fracties benoemd.

  • 3. Zowel raadsleden als niet-raadsleden kunnen lid zijn. De artikelen 10, 11, 12, 13 en 15 van de Gemeentewet, zijn van overeenkomstige toepassing op commissieleden die geen raadslid zijn.

  • 4. Ieder raadslid kan als plaatsvervangend commissielid een commissielid binnen zijn fractie vervangen. Daarnaast kan de raad kan op voordracht van de fracties voor iedere raadscommissie ten minste één plaatsvervangend lid per fractie benoemen, die bij afwezigheid van een commissielid zitting heeft in de betreffende raadscommissie.

  • 5. De raad benoemt de commissievoorzitters.

Artikel 5. Zittingsduur en vacatures

  • 1. De zittingsperiode van een commissielid en -voorzitter eindigt in ieder geval met het einde van de zittingsperiode van de raad.

  • 2. Een commissielid houdt op lid te zijn als niet meer voldaan wordt aan de in artikel 4, derde lid, gestelde eisen.

  • 3. De raad kan een commissielid ontslaan op voorstel van de fractie die het lid voor benoeming heeft voorgedragen.

  • 4. De raad kan de commissievoorzitter ontslaan.

  • 5. Een commissielid en de commissievoorzitter kunnen te allen tijde ontslag nemen. Zij doen daarvan schriftelijk mededeling aan de raad. Het ontslag gaat een maand na de schriftelijke mededeling in of zoveel eerder als hun opvolger is benoemd.

  • 6. Als door overlijden of ontslag een vacature ontstaat, beslist de raad zo spoedig mogelijk over de vervulling daarvan.

  • 7. Als een fractie niet langer vertegenwoordigd is in de raad, vervalt het lidmaatschap van commissieleden die op voordracht van die fractie zijn benoemd van rechtswege.

Artikel 6. De commissiegriffier

  • 1. De griffier van de raad benoemt ter ondersteuning van iedere raadscommissie zichzelf of een op de griffie werkzame ambtenaar als commissiegriffier.

  • 2. Een commissiegriffier is aanwezig in vergaderingen of wordt vervangen door een daartoe door de griffier van de raad aangewezen op de griffie werkzame ambtenaar of, in samenspraak met de secretaris, een niet op de griffie werkzame ambtenaar.

  • 3. Een commissiegriffier kan op uitnodiging van de commissievoorzitter aan beraadslagingen in vergaderingen deelnemen.

Hoofdstuk 2. Vergaderingen

Paragraaf 1. Voorbereidingen

Artikel 7. Oproep en voorlopige agenda

  • 1. De commissievoorzitter zendt ten minste zeven dagen voor een vergadering de commissieleden een schriftelijke oproep en de voorlopige agenda met de daarbij behorende stukken, met uitzondering van de in artikel 86, eerste en tweede lid, van de Gemeentewet bedoelde stukken.

  • 2. Als een aanvullende agenda als bedoeld in artikel 8, eerste lid, wordt vastgesteld, wordt deze met de daarbij behorende stukken zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk 48 uur voor aanvang van de vergadering aan de leden gezonden.

Artikel 8. Aanvullende agenda; vaststellen agenda

  • 1. In spoedeisende gevallen kan de commissievoorzitter na het verzenden van een schriftelijke oproep een aanvullende voorlopige agenda opstellen. De daarbij behorende stukken worden openbaar gemaakt.

  • 2. Als omtrent de inhoud van stukken op grond van artikel 86, eerste en tweede lid, van de Gemeentewet geheimhouding is opgelegd, blijven deze stukken in afwijking van het eerste lid onder berusting van de griffier en biedt deze de commissieleden gelegenheid tot inzage.

  • 3. Een agenda wordt bij aanvang van een vergadering door de raadscommissie vastgesteld.

Artikel 9. Ter inzage leggen van stukken

  • 1. Stukken die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op een voorlopige agenda dienen, worden gelijktijdig met het verzenden van de schriftelijke oproep op het gemeentehuis ter inzage gelegd. Als na het verzenden van de schriftelijke oproep stukken ter inzage worden gelegd, wordt hiervan mededeling gedaan aan de leden van de raadscommissie en zo mogelijk door middel van openbare kennisgeving.

  • 2. Stukken die digitaal beschikbaar zijn worden op de website van de raad geplaatst..

  • 3. Als omtrent stukken op grond van artikel 86, eerste en tweede lid, van de Gemeentewet geheimhouding is opgelegd, blijven deze stukken in afwijking van het eerste en tweede lid onder berusting van de griffier en biedt deze de commissieleden gelegenheid tot inzage.

Artikel 10. Openbare kennisgeving

Commissievergaderingen worden ter openbare kennis gebracht door aankondiging in het huis-aan-huisblad Het Carillon en publicatie op de website van de gemeente en van de raad.

Paragraaf 2. Ter vergadering

Artikel 11. Presentielijst

  • 1. De commissiegriffier draagt zorg voor het bijhouden van presentielijsten van vergaderingen.

  • 2. Bij binnenkomst in de vergaderzaal tekenen commissieleden de presentielijst. Aan het einde van elke vergadering wordt die lijst door de commissievoorzitter en de commissiegriffier door ondertekening vastgesteld.

Artikel 12. Opening vergadering en quorum

  • 1. Een vergadering wordt niet geopend voordat blijkens de presentielijst meer dan de helft van het aantal zitting hebbende commissieleden tegenwoordig is.

  • 2. Als ingevolge het eerste lid de vergadering niet kan worden geopend, belegt de commissievoorzitter opnieuw een vergadering tegen een tijdstip dat ten minste vierentwintig uur na het bezorgen van de oproeping is gelegen.

  • 3. Op een vergadering als bedoeld in het tweede lid is het eerste lid niet van toepassing. Een raadscommissie kan echter over andere aangelegenheden dan die waarvoor de ingevolge het eerste lid niet geopende vergadering was belegd alleen beraadslagen of besluiten, als blijkens de presentielijst meer dan de helft van het aantal zitting hebbende commissieleden tegenwoordig is.

Artikel 13. Verslag

  • 1. Een commissiegriffier zorgt voor verslagen van vergaderingen.

  • 2. De verslaglegging geschiedt door video-opnamen welke live worden uitgezonden en opgeslagen op de website van de raad en een kort samenvattend schriftelijk verslag.

  • 3. Het schriftelijke verslag bevat in ieder geval:

    • a.

      de namen van de commissievoorzitter, de griffier, de commissiegriffier, de burgemeester, de wethouders en de commissieleden, allen voor zover aanwezig, alsmede van de overige personen die het woord gevoerd hebben;

    • b.

      een aantekening van welke commissieleden afwezig waren;

    • c.

      een vermelding van de zaken die aan de orde zijn geweest;

    • d.

      een zakelijke samenvatting van het gesprokene;

    • e.

      een samenvatting van het advies aan de raad;

  • 4. Een conceptverslag worden gelijktijdig met de verzending aan de commissieleden verzonden aan het college en de ambtelijke organisatie, en op de website van de raad geplaatst.

  • 5. Vastgestelde verslagen worden ondertekend door de commissievoorzitter en commissiegriffier.

  • 6. Vastgestelde verslagen worden in het gemeentearchief opgenomen en op de website van de raad geplaatst.

Artikel 14. Advies; geen stemmingen

  • 1. Als een raadscommissie een advies aan de raad uitbrengt, beslissen de leden op voorstel van de commissievoorzitter over de inhoud van het advies.

  • 2. In het advies worden opgenomen de standpunten van alle fracties en commissieleden die geen raadslid zijn.

  • 3. In een vergadering vinden geen stemmingen plaats, met uitzondering van over geheimhouding en met betrekking tot de orde.

Artikel 15. Aantal spreektermijnen

  • 1. Beraadslaging over onderwerpen of voorstellen geschiedt in ten hoogste twee termijnen, tenzij de raadscommissie anders beslist.

  • 2. Spreektermijnen worden door de commissievoorzitter afgesloten.

  • 3. Commissieleden mogen in een termijn niet meer dan eenmaal het woord voeren over hetzelfde onderwerp of voorstel.

  • 4. Bij de bepaling hoeveel malen een commissielid over hetzelfde onderwerp of voorstel het woord heeft gevoerd, wordt niet meegerekend het spreken over een voorstel van orde.

Artikel 16. Deelname aan de beraadslaging door anderen

Een raadscommissie kan op enig moment besluiten dat anderen mogen deelnemen aan de beraadslaging.

Artikel 17. Spreekrecht burgers en deelname aan de informatieronde.

  • 1. Burgers kunnen in een vergadering het woord voeren (spreekrecht) over onderwerpen die geagendeerd zijn.

  • 2. Degene die van het spreekrecht gebruik wil maken, en/of wil deelnemen aan een informatieronde meldt dit binnen een redelijke termijn voor de aanvang van de vergadering aan de commissiegriffier onder vermelding van zijn naam, (e-mail)adres en telefoonnummer en het onderwerp waarover het woord gevoerd wenst te worden.

  • 3. De commissievoorzitter geeft het woord op volgorde van aanmelding. De commissievoorzitter kan van de volgorde afwijken, als dit in het belang is van de orde van de vergadering.

  • 4. De spreker voert het woord, nadat de commissievoorzitter hem dit heeft verleend. De commissievoorzitter kan de deelnemers aan de vergadering toestaan aan insprekers een korte, verhelderende vraag te stellen. Er vindt geen discussie plaats tussen een inspreker en deelnemers van de vergadering.

  • 5. Indien bij een geagendeerd onderwerp een informatieronde is opgenomen, kan degene die wil deelnemen aan de informatieronde, actief informatie uitwisselen met de deelnemers aan de vergadering.

  • 6. De commissievoorzitter of een commissielid doet een voorstel voor de behandeling van de inbreng van de burger

Artikel 18. Handhaving orde en schorsing

  • 1. De commissievoorzitter zorgt voor de handhaving van de orde in de vergadering.

  • 2. Hij kan de raadscommissie voorstellen aan een commissielid dat door zijn gedragingen de geregelde gang van zaken belemmert, het verdere verblijf in de vergadering te ontzeggen. Over het voorstel wordt niet beraadslaagd. Na aanneming daarvan verlaat het commissielid de vergadering onmiddellijk. Zo nodig doet de commissievoorzitter hem verwijderen. Bij herhaling van zijn gedrag kan het commissielid bovendien voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering worden ontzegd.

  • 3. Hij kan ter handhaving van de orde de vergadering voor een door hem te bepalen tijd schorsen en, als na de heropening de orde opnieuw wordt verstoord, de vergadering sluiten.

  • 4. Hij roept sprekers tot de orde als deze zich in beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen uitlaten, afwijken van het in behandeling zijnde onderwerp, andere sprekers herhaaldelijk interrumperen, dan wel anderszins de orde verstoren. Sprekers die hieraan geen gevolg geven, kunnen door hem het woord ontnomen worden over het aanhangige onderwerp.

Artikel 19. Voorstellen van orde

Commissieleden kunnen tijdens een vergadering mondeling een voorstel van orde betreffende de vergadering doen. De raadscommissie beslist hier terstond over.

Paragraaf 3. Besloten vergaderingen

Artikel 20. Toepassing verordening op besloten vergaderingen

Op besloten vergaderingen is deze verordening van overeenkomstige toepassing voor zover dat niet strijdig is met het besloten karakter van de vergadering.

Artikel 21. Verslag besloten vergadering

  • 1. Conceptverslagen van besloten vergaderingen worden niet verspreid, maar uitsluitend voor de commissieleden en degenen die gerechtigd waren de besloten vergadering bij te wonen ter inzage gelegd bij de commissiegriffier.

  • 2. Deze verslagen worden zo spoedig mogelijk in een besloten vergadering ter vaststelling aangeboden. Tijdens deze vergadering neemt de raadscommissie een besluit over het al dan niet openbaar maken van het verslag.

  • 3. De vastgestelde verslagen worden door de commissievoorzitter en de commissiegriffier ondertekend.

  • 4. De vastgestelde verslagen worden in het gemeentearchief opgenomen.

Artikel 22. Opheffing geheimhouding

Als de raad op grond van artikel 25, derde en vierde lid, van de Gemeentewet voornemens is de geheimhouding op te heffen, wordt, als de raadscommissie die geheimhouding heeft opgelegd daarom verzoekt, daarover in een besloten vergadering met de raadscommissie overleg gevoerd.

Paragraaf 4. Toehoorders en pers

Artikel 23. Toehoorders en pers

  • 1. Toehoorders en vertegenwoordigers van de pers wonen openbare vergaderingen uitsluitend bij op de voor hen bestemde plaatsen.

  • 2. Het blijkgeven van tekenen van goed- of afkeuring of het op andere wijze verstoren van de orde is hen verboden.

  • 3. De commissievoorzitter is bevoegd, wanneer de orde in de vergadering op enigerlei wijze door toehoorders wordt verstoord, deze en zo nodig andere toehoorders te doen vertrekken.

  • 4. Hij is bevoegd toehoorders die bij herhaling de orde in de vergadering verstoren voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering te ontzeggen.

Artikel 24. Geluid- en beeldregistraties

Degenen die van een openbare vergadering geluid- of beeldregistraties willen maken, doen hiervan mededeling aan de commissievoorzitter en gedragen zich naar diens aanwijzingen.

Hoofdstuk 3. Ronde tafelgesprekken

Artikel 25. Presidium belegt ronde tafelgesprek

Ronde tafelgesprekken worden door het presidium belegd in overleg met de betrokken commissievoorzitter.

Artikel 26. Deelname ronde tafelgesprek

  • 1. Aan een ronde tafelgesprek kunnen alle raads- en commissieleden deelnemen.

  • 2. Het ronde tafelgesprek kent geen vast aantal deelnemers.

  • 3. Het presidium kan burgers, bedrijven, organisaties en instellingen voor deelname uitnodigen.

Artikel 27. Voorzitterschap ronde tafelgesprek

  • 1. Het presidium wijst de voorzitter van het ronde tafelgesprek aan. Wanneer het gesprek wordt gehouden ter voorbereiding op een commissievergadering, wordt het voorgezeten door de voorzitter of een lid van de betreffende commissie.

  • 2. De voorzitter wordt ondersteund door de (commissie)griffier.

Artikel 28. Verslaglegging ronde tafelgesprek

Van een ronde tafelgesprek wordt geen schriftelijk verslag gemaakt. Het presidium kan wel besluiten dat er een video of geluidsopname wordt gemaakt en beschikbaar wordt gesteld.

Hoofdstuk 4. Slotbepalingen

Artikel 29. Intrekken oude verordening

De Verordening op de raadscommissies en ronde tafelgesprekken 2012 wordt ingetrokken.

Artikel 30. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na de dag van bekendmaking.

  • 2. Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening op de raadscommissies 2014.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van 5 juni 2014

De gemeenteraad voornoemd,

de griffier

J.F. van Zutphen

de voorzitter

drs. G.E.W. Prick