Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maassluis houdende regels omtrent heling (Helingbeleid 2019 gemeente Maassluis)

Geldend van 07-06-2019 t/m heden

Intitulé

Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maassluis houdende regels omtrent heling (Helingbeleid 2019 gemeente Maassluis)

1. Inleiding

De gemeente Maassluis vindt het belangrijk dat iedereen zich veilig voelt in onze stad. Daarom is de aanpak van High Impact Crimes (hierna: HIC) de afgelopen jaren een prioriteit geweest van de gemeente op het gebied van veiligheid. Onder HIC wordt criminaliteit verstaan die diep ingrijpt op de persoonlijke levenssfeer van burgers: straatroof, overvallen, woninginbraken en geweld. Het verhogen van de pakkans van daders en daarmee het terugdringen van deze criminaliteit, is een landelijk en lokaal speerpunt.

Als een criminele activiteit samengaat met heling, heeft dat een negatieve invloed op het veiligheidsgevoel in de omgeving en zorgt het daarmee voor maatschappelijke onrust. Heling is het kopen, bezitten of verkopen van gestolen artikelen en voertuigen; er gaat altijd een misdrijf aan vooraf. Heling is dus een strafbaar feit dat andere strafbare feiten faciliteert. Het is daarom belangrijk dat we heling aanpakken, want op die manier kunnen we ook HIC tegengaan.

De groeiende erkenning van dit belang is zowel op landelijk als lokaal niveau goed te zien. De aandacht voor de aanpak van heling is sinds enkele jaren sterk toegenomen. Dit komt onder andere doordat er meer middelen beschikbaar zijn om heling effectiever te bestrijden. Denk bijvoorbeeld aan het Digitaal Opkopers Register en Stopheling.nl. De strijd tegen heling vraagt een goede samenwerking tussen de gemeente, politie, inwoners, opkopers en handelaren. De gemeente werkt hierin vooral nauw samen met de politie.

Met name opkopers van en handelaren in tweedehands goederen vormen een aantrekkelijke afzetmarkt voor helers. Opkopers en handelaren lopen hiermee zelf risico’s en dragen tegelijkertijd ook een grote verantwoordelijkheid. Daarom heeft de gemeente Maassluis – aanvullend op nationale wetgeving – regels opgenomen over de registratie van gebruikte goederen in de Algemene Plaatselijke Verordening (hierna: APV). Met deze beleidsregel geeft de gemeente verder vorm aan het bestrijden van heling en de bepalingen in de APV (H3). Op basis van bestaande wet- en regelgeving hebben we een passend bestuurlijk handhavingsmodel opgesteld (H5). Met het bestuurlijk handhavingsarrangement wil de gemeente stimuleren dat handelaren de geldende wet- en regelgeving naleven, om zo de afzetmarkt voor gestolen goederen te verkleinen en High Impact Criminaliteit tegen te gaan. Ook ondersteunt deze beleidsregel goedwillende ondernemers die hinder en/of oneerlijke concurrentie ondervinden van handelaren die de wet overtreden door gestolen goederen te werven en te verkopen.

2. Definities

Voordat het wettelijk kader in het volgende hoofdstuk wordt toegelicht, is het belangrijk om duidelijk te maken wat de gemeente verstaat onder een opkoper/handelaar en een verkoopregister.

Opkoper/handelaar 1 : een opkoper/handelaar is iemand die er een gewoonte/beroep van maakt om dingen op te kopen. Hieronder vallen ook alle acties waarmee ze hetzelfde beogen (art. 90bis SR).

Verkoopregister: het vastleggen van het verkopen of op andere wijze overdragen van alle tweedehands goederen door de opkoper/handelaar.

3. Wettelijk kader

De wet- en regelgeving schrijft handelaren bepaalde verplichtingen voor bij de uitvoering van hun beroep: de meldingsplicht en de registratieplicht. De meldingsplicht houdt in dat u de gemeente Maassluis laat weten dat u in onze stad handelt in tweedehands goederen. Met de registratieplicht wordt het bijhouden van de in- en verkoop van deze tweedehands producten bedoelt. Deze regels hebben betrekking op handelaren van o.a. de volgende tweedehands goederen:

  • Fietsen en onderdelen van fietsen

  • Edelmetaal (zoals goud, zilver of platina)

  • Elektrische apparaten (zoals laptops, computers, smartphones, audio- en videoapparatuur)

  • Kunstvoorwerpen en antiek

  • Sieraden, juwelen, uurwerken

  • Vaartuigen en onderdelen daarvan

  • Bromfietsen, motoren, auto’s en onderdelen daarvan

Door deze regelgeving wordt een beroep gedaan op de handelaar om te allen tijde een actieve rol te spelen in het voorkomen van handel in gestolen goederen, de politie te ondersteunen in de opsporing naar deze goederen en een bijdrage te leveren aan het teruggeven van deze goederen aan de rechtmatige eigenaar.

Wetsartikelen

Op de handel in gebruikte goederen zijn de bepalingen van afdeling 12 van de APV, artikel 437, 437 bis en 437 ter WvSr en het bijbehorende Uitvoeringsbesluit ex artikel 437, eerste lid van het Wetboek van Strafrecht van toepassing. Op grond hiervan zijn alle handelaren in gebruikte goederen verplicht om een doorlopend in- en verkoopregister bij te houden van alle gebruikte goederen die zij in- en verkopen of op andere wijze overdragen. Daarnaast is in de artikelen 416, 417 en 417 bis WvSr een aantal strafbare feiten opgenomen dat samenhangt met de handel in goederen. Het betreft hier die gevallen waarin een handelaar zich schuldig maakt aan heling.

Meldingsplicht

Zoals eerder is aangegeven dienen handelaren zich bij de gemeente te melden als handelaar. Om handelaren hierin te ondersteunen, zijn wij als gemeente Maassluis aangesloten op het landelijke Digitaal Opkopers Loket 2 (hierna: DOL). Via het DOL kan een handelaar zich eenvoudig online bij de gemeente aanmelden. Met de aanmelding voor het DOL voldoen handelaren aan hun meldingsplicht zoals beschreven in artikel 2:68 (lid a) van de APV.

Registratieplicht: in- en verkoopregister

De verplichtingen voor een handelaar met betrekking tot het inkoopregister zijn opgenomen in het Wetboek van Strafrecht en het Uitvoeringsbesluit ex artikel 437, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht. De politie, handhaving & toezicht en het Openbaar Ministerie moeten deze strafrechtelijke regels handhaven.

In artikel 2:67, 2:68 en 2:69 van de APV staan de verplichtingen die een handelaar heeft als het gaat om het verkoopregister. Daaronder valt bijvoorbeeld de plicht om een goed gedurende drie dagen in bewaring te houden voordat het verkocht wordt 3 . Dit beleid heeft betrekking op de bestuursrechtelijke handhaving van deze regels. De overtredingen zijn schematisch weergeven en zijn gekoppeld aan handhaven optreden door een waarschuwing of sluiting. Op die manier geven wij invulling aan de handhaving van deze wettelijke verplichtingen. Een sluitingsmaatregel wordt gebaseerd op artikel 2:78 APV 4 .

Registreren in het Digitaal Opkopers Register

Voor de ontwikkeling van het DOR konden handelaren goederen uitsluitend op papier registreren. In 2011 heeft de politie deze digitale variant ontwikkeld. Het DOR ondersteunt handelaren bij het registreren van de goederen die zij opkopen en verkopen. In het DOR registreert de handelaar a) de datum van verkrijgen van het goed; b) een zo specifiek mogelijke omschrijving van het goed; c) de prijs; d) de naam en het adres van de aanbieder van het goed (legitimatieplicht). Het DOR is gekoppeld aan (politie)registers van gestolen goederen. Dit biedt de mogelijkheid om automatisch, bijvoorbeeld aan de hand van een serienummer, te controleren of een goed als gestolen geregistreerd staat. Wanneer dit het geval is, is er sprake van een match en ontvangt de politie hiervan een melding. In Maassluis heeft de burgemeester het DOR als enig register aangewezen (26 september 2017) 5 .

Het tweede lid van artikel 2:67 APV geeft de burgemeester de bevoegdheid vrijstelling te verlenen van (een deel van) de in het eerste lid bedoelde verplichtingen. Deze vrijstellingsmogelijkheid kan onder meer worden ingezet om handelaren tegemoet te komen voor wie het verplichte gebruik van het digitale register onevenredig bezwarend is. Hiervan kan bijvoorbeeld sprake zijn bij een zeer beperkte omvang van de handelsactiviteiten en/of andere bijzondere omstandigheden, waarbij het niet redelijk zou zijn om vast te houden aan het gebruik van internetverbinding en bijbehorend apparatuur, die voor het DOR noodzakelijk zijn. Aan een eventuele vrijstelling kunnen wel voorschriften worden verbonden, zodat de doelstelling van de registratieplicht – heling tegengaan – wel wordt bereikt. De burgemeester kan dan een papieren register waarmerken dat door de betreffende handelaar moet worden gebruikt. Dit zal naar verwachting slechts nodig zijn in uitzonderlijke situaties.

Wat betekent dit voor handelaren?

Kort samengevat betekent de bestaande wetgeving het volgende voor – in Maassluis gevestigde – handelaren in gebruikte goederen:

  • Zij moeten zich bij de gemeente te melden als opkoper via het DOL (artikel 2:68 APV);

  • Zij hebben een registratieplicht waarvoor het Digitaal Opkopers Register is aangewezen als gewaarmerkt in- en verkoopregister (artikel 437 WvSr en artikel 2:67 APV).

4. Bevoegdheden burgemeester

De burgemeester is verantwoordelijk voor de openbare orde en veiligheid in de gemeente Maassluis. Deze verantwoordelijkheid en de daarbij horende bevoegdheden zijn voornamelijk vastgelegd in de Gemeentewet. De burgemeester beschikt over een diverse bestuurlijke instrumenten om de openbare orde en veiligheid te waarborgen. Eén daarvan is de mogelijkheid die artikel 2:78 van de APV biedt, om over te gaan tot gehele of gedeeltelijke sluiting van gebouwen die open zijn voor publiek en overlast geven. Winkelpanden behoren tot deze categorie gebouwen. En ingeval van heling – of een bedrijfsuitoefening die heling kan faciliteren – is aantasting van de openbare orde en veiligheid aan de orde. Dit komt onder andere door de misdrijven die aan heling voorafgaan.

Strafrecht en bestuursrecht

Bepaalde constateringen of overtredingen kunnen zowel op basis van strafrecht als op basis van bestuursrecht tot een sanctie of maatregel leiden. Strafrecht is punitief: op een overtreding van een wetsartikel volgt als straf een sanctie. Een bestuursrechtelijke maatregel die de burgemeester treft is meestal een reparatoire maatregel die als doel heeft de aangetaste openbare orde en veiligheid te herstellen, dan wel te voorkomen dat deze (verder) wordt verstoord. Bestuursrecht en strafrecht kunnen naast elkaar worden toegepast. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren bij de constatering van heling. Wanneer sprake is van heling of wanneer heling aannemelijk is op basis van constateringen van de politie en/of toezichthouder 6 , kan de burgemeester besluiten dat er sprake is van een aantasting van de openbare orde. Hierop kan de burgmeester een maatregel treffen. De overtreding kan daarnaast in een strafrechtelijke procedure leiden tot een strafrechtelijke sanctie.

Zorgvuldigheid

Voordat de burgemeester besluit om maatregelen te treffen, worden de handelaar en zo nodig ook andere belanghebbenden uitgenodigd voor een zienswijzengesprek 7 . Vervolgens worden alle feiten en omstandigheden afgewogen, met inachtneming van de wet- en regelgeving en het bepaalde in deze beleidsregel. Daarna neemt de burgemeester een beslissing. Dit besluit wordt bekend gemaakt aan de handelaar, de handhavingspartners en eventuele andere belanghebbenden, zoals de pandeigenaar. Tegen een dergelijk besluit staat op grond van de Algemene wet bestuursrecht bezwaar en beroep open.

Afwijkingsbevoegdheid

De burgemeester heeft bij zijn besluitvorming over een te treffen maatregel een inherente afwijkingsbevoegdheid. De stappen in het handhavingsarrangement gelden daarbij als uitgangspunt. Als de feiten en omstandigheden hiertoe aanleiding geven, kan de burgemeester – ook ten nadele van belanghebbende(n) – afwijken van deze uitgangspunten. Dit betekent dat hij kan besluiten om een stap van het handhavingsarrangement over te slaan en over te gaan tot sluiting. In aanvulling op het handhavingsarrangement is aangegeven welke feiten en omstandigheden (niet limitatief) aanleiding kunnen zijn om tot verzwaring over te gaan (zie pagina 8).

5. Handhavingsbeleid

Met dit handhavingsbeleid kunnen de afzetmogelijkheden voor goederen die afkomstig zijn van een misdrijf worden verkleind, met als beoogd effect een vermindering van eerder genoemde High Impact Crimes. Het uiteindelijke doel is dan ook om hiermee de openbare orde en het woon- en leefklimaat voor alle inwoners van Maassluis te beschermen.

Het handhavingsarrangement voorziet in:

  • duidelijkheid voor handelaren over de maatregelen die kunnen worden genomen bij het niet naleven van de wet- en regelgeving;

  • maatregelen die aansluiten op de werkingssfeer van de bevoegdheden van de burgemeester om heling te voorkomen en daarmee de veiligheid en het woon- en leefklimaat van onze stad te beschermen;

  • maatregelen die rekening houden met de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit en aansluiting vinden bij ander bestaand handhavingsbeleid in Maassluis.

Handhavingsarrangement 8

Overtreding

1e constatering

2e constatering

3e constatering

Niet voldoen aan de voorschriften van artikel 2:67 en 2:68 van de APV 9

Bestuurlijke waarschuwing

Sluiting 2 weken

Sluiting 4 weken

Het verwerven van een goed van een minderjarige (Art. 437 bis Sr.)

Bestuurlijke waarschuwing

Sluiting 2 weken

Sluiting 4 weken

Heling (Art. 416-417bis Sr.)

Sluiting vier weken

Sluiting 13 weken

Sluiting 26 weken

Toelichting op het Handhavingsbeleid

Wanneer de politie (of anderszins bevoegd toezichthouder) constateert dat de handelaar één of meerdere overtredingen uit het handhavingsarrangement begaat, rapporteren zij binnen twee weken aan de burgemeester. Dit kan leiden tot, afhankelijk van de overtreding en het aantal overtredingen, een sluiting van het pand. Met deze sluiting wordt geprobeerd de aanzuigende werking van het pand op het inleveren van gestolen goederen te doen stoppen, dan wel in de toekomst te voorkomen. Hiermee wordt de keten van het plegen van een misdrijf, het (door)verkopen van de buitgemaakte goederen en daarmee de 'stimulans' tot het plegen van dergelijke misdrijven doorbroken. De ondernemer krijgt tijdens de sluiting ook de gelegenheid zich te beraden op zijn bedrijfsvoering en maatregelen te nemen om herhaling te voorkomen. Het verband tussen de naleving van de wet- en regelgeving en het beschermen van de openbare orde komt daarmee in het handhavingsarrangement tot uiting. Naast overtredingen van de APV is ook een aantal overtredingen van het Wetboek van Strafrecht in het arrangement opgenomen die eenzelfde effect hebben op het faciliteren van dergelijke misdrijven. Deze overtredingen worden hieronder nader toegelicht.

Een belangrijke voorzorgsmaatregel die een handelaar kan nemen om handel in gestolen goederen te voorkomen is het op juiste wijze registeren van goederen die de handelaar opkoopt en verkoopt. Dit begint met de registratie in het inkoopregister bij het verkrijgen van het goed. Het op juiste wijze registreren maakt dat de aangeboden goederen en de personen die deze goederen aanbieden traceerbaar zijn voor de politie. Hiermee draagt de handelaar bij aan het opsporingsonderzoek van de politie, werpt de handelaar een barrière op voor (potentiële) delictplegers en draagt de handelaar in zijn algemeenheid bij aan de aanpak van High Impact Crimes.

Het verwerven van een goed van een minderjarige

Ook minderjarigen (<18 jaar) maken zich schuldig aan misdrijven waarbij goederen worden buitgemaakt en/of verworven. Om voor deze groep barrières op te werpen tegen het plegen van High Impact Crimes is het wettelijk niet toegestaan om een goed in te kopen van een minderjarige. Daarnaast verkleint dit de afzetmarkt voor gestolen goederen en daarmee ook de succesbeleving met het plegen van misdrijven. Dit is ook opgenomen in het handhavingsbeleid.

Heling

De overtredingen van de APV die in het handhavingsarrangement zijn opgenomen, zijn als zodanig niet als heling aan te merken, maar ze kunnen wel een aanwijzing zijn dat er sprake is van heling of het faciliteren hiervan. Wanneer daadwerkelijk sprake is van heling of wanneer het aannemelijk is dat de handelaar zich hieraan schuldig maakt, is sprake van een (vermoedelijk) misdrijf. De ernst hiervan komt in dit Handhavingsarrangement tot uitdrukking door als bestuursrechtelijke sanctie op te nemen dat bij eerste constatering tot sluiting van het pand wordt overgegaan.

Geldigheidstermijn overtreding

Voor het handhavingsarrangement geldt dat een volgende stap wordt gezet in het arrangement wanneer binnen een jaar na een vorige constatering en/of overtreding (hierna: overtreding) opnieuw een overtreding plaatsvindt.

Belangenafweging en verzwarende omstandigheden

De burgemeester weegt in zijn besluitvorming over het treffen van een bestuurlijke maatregel het belang van de ondernemer en overige belanghebbenden af tegen dat van de openbare orde. De openbare orde weegt daarbij zwaar. Naast de naleving van de geldende wet- en regelgeving kijkt de burgemeester dus ook naar de invloed van de onderneming op haar omgeving. Een handelaar heeft in die zin een zogenaamde ‘risicoaansprakelijkheid’. Bijvoorbeeld wanneer de onderneming als (bekende) afzetmarkt dient voor gestolen goederen. Het soort, de hoeveelheid en/of de locatie van de aangetroffen gestolen goederen, net als de frequentie waarmee dit soort goederen wordt aangetroffen spelen hierin voor de mate van aantasting van de openbare orde een belangrijke rol. Daarnaast wordt in de afweging ook meegenomen op welke wijze de inkoper aantoonbaar invulling geeft aan zijn ‘onderzoekplicht’ voorafgaande aan de inkoop van goederen. Oftewel welke voorzorgsmaatregelen neemt een handelaar om te voorkomen dat gestolen goederen worden ingekocht. Van de handelaar mag worden verwacht dat deze de handelsmarkt in de betreffende goederen goed kent. Van een handelaar mag tevens worden verwacht dat deze zich bewust is van het feit dat de handel in gebruikte goederen verantwoordelijkheden met zich meebrengt ten aanzien van het voorkomen van handel in gestolen goederen.

'Recidive' en andere verzwarende factoren

Voor het beantwoorden van de vraag of er sprake is van ‘recidive’, worden alle typen overtredingen uit de Handhavingsmatrix meegenomen. Als een handelaar bijvoorbeeld bij een eerdere controle niet heeft voldaan aan de registratieverplichting en later blijkt dat de handelaar goederen van een minderjarige heeft opgekocht, dan kan de burgemeester de eerdere constatering bij de toepassing van de handhavingsmatrix meetellen als voorgaande overtreding. Bij het bepalen van de hoogte van de sanctie kunnen ook andere factoren een rol spelen. Als ‘verzwarend’ gelden onder andere (niet limitatief):

  • meerdere, al dan niet gelijktijdige, overtredingen uit de Handhavingsmatrix, ook indien daartegen niet eerder bestuurlijk is opgetreden;

  • de constatering van andere strafbare feiten die aan de handelaar of het pand zijn gerelateerd; - het voorhanden hebben van een goed afkomstig van een misdrijf;

  • omvang en eventuele gevolgen van de overtreding;

  • aanwijzingen of vermoedens van verwijtbaar gedrag van de handelaar of degenen die voor hem werken.

6. Communicatie

Communicatie is een heel belangrijk onderdeel van een succesvolle aanpak heling. Om heling tegen te gaan hebben wij de hulp van ondernemers en inwoners van Maassluis nodig. Wij willen hier graag draagvlaak voor creëren en hen uitleggen waarom dit zo belangrijk is. In 2019 zullen we daarom voornamelijk inzetten op het voorlichten van ondernemers (zie tabel). Naast het gebruik van reguliere communicatiekanalen – publicatie beleid, artikel in de Schakel – zullen we ondernemers een informatiepakket toe sturen met praktische informatie over het DOL en DOR. Wanneer zij zich aanmelden in het DOL, zullen zij bezoek krijgen van H&T en politie zodat zij de gelegenheid krijgen om vragen te stellen en nadere uitleg te ontvangen.

Wat?

Wanneer?

Doel

Wie?

Training heling

7 en 14 maart 2019

Leren hoe een handelaar te benaderen (insteek sámen); wat het DOL/DOR precies inhoudt; hoe je werkprocessen m.b.t. heling vormgeeft

H&T, politie

Contact Maassluise Ondernemers Vereniging (MOVe)

Half maart 2019

Hen de kans geven input te leveren voor het beleid; gelegenheid bieden om vragen te stellen; zien hoe zij dit ontvangen.

Tessa de Zoete

Beleid vaststellen

Half mei 2019

Basis van de aanpak heling vaststellen

Tessa de Zoete

Communicatie

  • -

    Algemeen artikel de Schakel

  • -

    Informatiepakket toesturen

  • -

    Voorlichtingsrondes H&T/politie

 

Begin juni 2019

Begin juni 2019

N.a.v. DOL

 

Oproep tot aanmelden in het DOL

Praktische informatie over DOL/DOR

Persoonlijk gesprek; uitleg geven

 

Tessa de Zoete

Tessa de Zoete

H&T/politie

7. Inwerkingtreding

De dag na publicatie treedt dit beleid in werking onder de naam “Helingbeleid 2019 gemeente Maassluis”.

Ondertekening

Bijlage 1. Aanwijzingsbesluit Digitaal Opkopers Register (DOR) Maassluis

De burgemeester van Maassluis,

Overwegende:

  • -

    Dat het gelet op het belang van de aanpak van heling van goederen gewenst is dat handelaren in gebruikte of ongeregelde goederen kunnen worden gecontroleerd;

  • -

    Dat artikel 2:67 eerste lid van de Algemene Plaatselijke Verordening Gemeente Maassluis bepaalt dat een handelaar verplicht is aantekening te houden van alle gebruikte of ongeregelde goederen die hij verkoopt of op andere wijze overdraagt in een doorlopend en een door of namens de burgemeester gewaarmerkt register (verkoopregister);

  • -

    Dat artikel 2 tweede lid van het Uitvoeringsbesluit van artikel 437 eerste lid van het Wetboek van Strafrecht bepaalt dat een handelaar verplicht is aantekening te houden van alle gebruikte of ongeregelde goederen die hij verworven of voorhanden heeft, in een doorlopend en een door of namens de burgemeester gewaarmerkt register (inkoopregister);

  • -

    Dat omwille van een zo efficiënt en effectief mogelijk gebruik van het in- en verkoopregister een digitale versie van dit register is ontwikkeld, zijnde het Digitaal Opkopers Register (DOR);

  • -

    Dat het DOR is gekoppeld aan een landelijk systeem waarin gestolen goederen worden geregistreerd, zodat bij registratie van een gestolen goed door een handelaar het systeem hiervan een melding maakt, waardoor gestolen goederen snel kunnen worden getraceerd en heling op een effectieve wijze kan worden tegengegaan;

  • -

    Dat het daarom wenselijk is dat het DOR middels aanwijzing te waarmerken als register zoals bedoeld in artikel 2:65 eerste lid van de Algemene Plaatselijke Verordening Gemeente Maassluis (verkoopregister) en in artikel 2 tweede lid van het Uitvoeringsbesluit van artikel 437 eerste lid van het Wetboek van Strafrecht (inkoopregister), zodat handelaren daarin aantekening moeten houden van gebruikte of ongeregelde goederen;

  • -

    Dat handelaren door deze aanwijzing verplicht zijn in het DOR aantekening te houden van gebruikte of ongeregelde goederen;

  • -

    Dat het voor handelaren niet langer is toegestaan een papieren registratie bij te houden.

Gelet op:

  • -

    Artikel 2:67 eerste lid van de Algemene Plaatselijke Verordening Gemeente Maassluis; Artikel 437 eerst lid van het Wetboek van Strafrecht;

  • -

    Artikel 2 tweede lid van het Uitvoeringsbesluit van artikel 437 eerste lid van het Wetboek van Strafrecht;

Besluit:

  • -

    Dat het Digitaal Opkopers Register (DOR) wordt aangewezen als doorlopend en gewaarmerkt register voor de in- en verkoop van gebruikte of ongeregelde goederen zoals bedoeld in artikel 2 tweede lid van het Uitvoeringsbesluit van artikel 237 eerste lid van het Wetboek van Strafrecht en artikel 2:67 eerste lid van de Algemene Plaatselijke Verordening Gemeente Maassluis;

  • -

    Dat de registratie in het DOR verplicht wordt gesteld voor handelaren in gebruikte of ongeregelde goederen;

  • -

    Dat het voor handelaren in gebruikte of ongeregeld goederen niet langer is toegestaan een papieren registratie bij te houden;

  • -

    Dat dit besluit in werking treedt op de dag na de bekendmaking.

Aldus vastgesteld op 26 september 2017

De burgemeester van Maassluis,

Dr. T.J. Haan

Bijlage 2. APV Afdeling 12. Bepalingen ter bestrijding van heling van goederen

Artikel 2:66 Begripsbepalingen

In deze afdeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Handelaar: de handelaar als bedoeld in artikel 1 van de algemene maatregel van bestuur op grond van artikel 437, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht.

  • b.

    Verkoopregister: het aantekening houden van het verkopen of op andere wijze overdragen van alle gebruikte en ongeregelde goederen door de handelaar.

Artikel 2:67 Verplichtingen met betrekking tot het verkoopregister

  • 1.

    De handelaar is verplicht aantekening te houden van alle gebruikte of ongeregelde goederen die hij verkoopt of op andere wijze overdraagt, in een doorlopend en een door de burgemeester gewaarmerkt register en daarin onverwijld op te nemen:

    • a.

      het volgnummer van de aantekening met betrekking tot het goed;

    • b.

      de datum van verkoop of overdracht van het goed;

    • c.

      een omschrijving van het goed, daaronder begrepen – voor zover dat mogelijk is – soort, merk en nummer van het goed;

    • d.

      de verkoopprijs of andere voorwaarden voor overdracht van het goed;

    • e.

      de naam en het adres van degene die het goed heeft verkregen.

  • 2.

    De burgemeester is bevoegd vrijstelling te verlenen van deze verplichtingen.

Artikel 2:68 Voorschriften als bedoeld in artikel 437ter, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht

De handelaar of een voor hem handelend persoon is verplicht:

  • a.

    de burgemeester of de door hem aangewezen ambtenaar binnen drie dagen schriftelijk in kennis te stellen:

    • 1.

      dat hij het beroep van handelaar uitoefent met vermelding van zijn woonadres en het adres van de bij zijn onderneming behorende vestiging;

    • 2.

      van een verandering van de onder 1 bedoelde adressen;

    • 3.

      dat hij het beroep van handelaar niet langer uitoefent;

    • 4.

      dat hij enig goed kan verkrijgen dat redelijkerwijs van een misdrijf afkomstig is of voor de rechthebbende verloren is gegaan.

  • b.

    de burgemeester of de door hem aangewezen ambtenaar op eerste aanvraag zijn administratie of register ter inzage te geven;

  • c.

    aan de hoofdingang van elke vestiging een kenteken te hebben waarop zijn naam en de aard van de onderneming duidelijk zichtbaar zijn;

  • d.

    een door opkoop verkregen goed gedurende de eerste drie dagen in bewaring te houden in de staat waarin het goed verkregen is.

Artikel 2:69 Vervreemding van door opkoop verkregen goederen

Het is de handelaar of een voor hem handelend persoon verboden enig door opkoop verkregen goed gedurende de eerste drie dagen dat het onder zijn berusting is, over te dragen of daarin enige wijziging aan te brengen tenzij deze wijziging van geen invloed is op de herkenbaarheid van het goed.

Bijlage 3. Artikel 2:78 APV Sluiting van panden

  • 1.

    De burgemeester kan, indien de openbare orde dit naar zijn oordeel vereist, de gehele of gedeeltelijke sluiting bevelen van voor het publiek openstaande gebouwen en daarbij behorende erven als bedoeld in artikel 174 van de Gemeentewet.

Bijlage 4. Toezicht

Wetboek van Strafvordering

Artikel 552

De in artikel 141 bedoelde ambtenaren en de ambtenaren die krachtens artikel 142 zijn belast met de opsporing van de bij artikel 437, 437bis of 437ter van het Wetboek van Strafrecht strafbaar gestelde feiten, hebben toegang tot elke plaats waarvan redelijkerwijs kan worden vermoed dat zij wordt gebruikt door een handelaar als bedoeld in laatstgenoemde artikelen. Artikel 90bis van het Wetboek van Strafrecht is van toepassing.

APV artikel 6:2 Toezichthouders

  • 1.

    Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de door het college dan wel door de burgemeester aan te wijzen toezichthouders.

  • 2.

    Het college dan wel de burgemeester kan daarnaast andere personen met dit toezicht belasten.


Noot
1

Hierna te noemen handelaar, waarmee wordt gerefereerd aan deze definitie. 

Noot
2

https://www.ikbenhandelaar.nl/

Noot
3

Zie bijlage 2 voor afdeling 12 van de APV; de bepalingen ter bestrijding van heling van goederen

Noot
4

Zie bijlage 3 voor het artikel APV 2:78 Sluiting van panden

Noot
5

Zie bijlage 1 voor het aanwijzingsbesluit

Noot
6

In bijlage 4 is in artikel 552 van het Wetboek van Strafvordering (Sv.) en in artikel 6:2 van de APV weergegeven welke  ambtenaren belast zijn met de opsporing van de bij artikel 437, 437 bis of 437 ter van het Wetboek van Strafrecht strafbaar gestelde feiten en het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de APV.

Noot
7

Met het bieden van gelegenheid om zienswijzen te geven, wordt voldaan aan het bepaalde in artikel 4:8 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Indien de handelaar of derde-belanghebbende zijn zienswijze telefonisch of schriftelijk wil geven, kan dat in beginsel ook (artikel 4:9 Awb).

Noot
8

Dit handhavingsarrangement zal in het Handhavingsarrangement APV worden opgenomen.

Noot
9

Bijlage 2 geeft weer welke voorschriften staan beschreven in artikel 2:67, 2:68, 2:69 APV.