Regeling vervallen per 01-01-2015

Verordening op de heffing en de invordering van leges fysieke diensten Maastricht 2014

Geldend van 06-03-2014 t/m 31-12-2014 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2014

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges fysieke diensten Maastricht 2014 (Legesverordening fysieke diensten Maastricht 2014)

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    'dag': de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    'week': een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    'maand': het tijdvak dat loopt van de n-de dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)-de dag in de volgende kalendermaand;

  • d.

    'jaar': het tijdvak dat loopt van de n-de dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)-de dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    'kalenderjaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december;

  • f.

    Wabo: Wet algemene bepaling omgevingsrecht.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam 'leges' worden rechten geheven ter zake van het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten, genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieven tabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend.

Artikel 4 Vrijstellingen

  • 1.

    Leges worden niet geheven voor diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald.

  • 2.

    Leges worden niet geheven voor de raadpleging van kadastrale stukken als bedoeld in hoofdstuk 2 van de tarieventabel ten behoeve van de rijks-, provinciale- of gemeentedienst of van een waterschap.

Op aanvraag  -uiterlijk 3 maanden na aanvangsdatum evenement-  worden leges vrijgesteld voor een vergunning betreffende APV 5.9.2, artikel 35 DHW, ontheffing geluidshinderverordening, Kamperen buiten kampeercentrum (4.5.2. APV), verklaring van geen bezwaar (ingevolge 2.1.4.1 APV / art. 148 Wegenverkeerswet), vergunning loopwedstrijd / wielerwedstrijd (2.1.4.1. APV) en kennisgeving evenement,

  • 3.

    Voor evenementen georganiseerd door stichtingen en verenigingen (tevens Buurtkaders) waarvan de opbrengsten aangewend worden om de continuïteit van de eigen activiteiten te waarborgen. Enkel verenigingen en stichtingen waarvan uit de statuten de sociale, pedagogische, sportieve, charitatieve, educatieve en/of culturele doelstelling blijkt, komen in aanmerking voor deze vrijstelling. Verenigingen en stichtingen (Buurtkaders) met een commercieel doel in de statuten worden uitgesloten van de vrijstelling. De aanvrager van het evenement dient op het aanvraagformulier aan te geven dat de organisatie en het evenement voldoen aan bovengestelde voorwaarden.

  • 4.

    Op aanvraag  -uiterlijk drie maanden na aanvangsdatum evenement-  worden leges naar rato van dat deel van de opbrengst van het evenement dat naar een goed doel gaat, vrijgesteld voor een vergunning betreffende APV 5.9.2, artikel 35 DHW en ontheffing Geluidshinderverordening voor evenementen, georganiseerd door verenigingen en stichtingen (tevens Buurtkaders). Hiertoe dient voorafgaand aan het evenement een lijst van commerciële deelnemers te worden overlegd; een beschrijving van en een verklaring door de organisatie van het evenement waaruit blijkt dat de gehele of gedeeltelijke opbrengst naar de goede doelen zullen worden overgemaakt. De doelstelling van de statuten van de vereniging of stichting (buurtkader)  moeten van  sociaal, pedagogisch, sportief, charitatief en educatief culturele aard zijn. Verenigingen en stichtingen (Buurtkaders) met een commercieel doel in de statuten worden uitgesloten van de vrijstelling.

Artikel 5 Tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

  • 3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt, met uitzondering van hoofdstuk 2, punt 2.1.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven bij wege van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 14 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke teruggaaf van leges ter zake van een in de tarieventabel omschreven dienst kan worden verleend op een aanvraag als bedoeld in artikel 242 van de Gemeentewet en overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de bij deze verordening behorende tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 11 Inwerkingtreding, overgangsbepaling en citeertitel

  • 1. De ”Legesverordening fysieke diensten Maastricht 2013” van 18 december 2012 wordt ingetrokken met ingang van de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

  • 3. In afwijking in zoverre van het in de voorgaande leden bepaalde, blijft, indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, de ingetrokken verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover ter zake daarvan de heffing van de leges in die periode plaatsvindt.

  • 4. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2014.