SUBSIDIEVERORDENING CULTURELE BELEIDSEVENEMENTEN.

Geldend van 15-02-2008 t/m heden

Intitulé

SUBSIDIEVERORDENING CULTURELE BELEIDSEVENEMENTEN.

DE RAAD VAN DE GEMEENTE MAASTRICHT,

gelet op artikel 2 eerste en tweede lid van Algemene subsidieverordening van de gemeente Maastricht en

gelet op artikel 4:23 van de Algemene wet bestuursrecht;

gelet op het belang en de noodzaak om, met het gelimiteerde budget voor culturele evenementen binnen de gemeentebegroting, een beperkt aantal culturele beleidsevenementen van voldoende financiële middelen te voorzien,

waarbij deze geselecteerde evenementen niet alleen moeten bijdragen aan de doelstellingen van het gemeentelijk kunst- en cultuurbeleid maar ook aan citymarketing, werkgelegenheid en economie;

gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 18 december 2007, domein SCZ, no. 2007-44477;

gehoord de commissie Breed Welzijn;

BESLUIT:

tot het vaststellen van de navolgende Subsidieverordening Culturele Beleidsevenementen.

Artikel 1: begripsbepalingen.

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    professionele kunsten:

    podiumkunsten, audiovisuele kunst en literatuur, beeldende kunst en vormgeving – en combinaties daarvan – uitgevoerd en beoefend door personen die over vaardigheden beschikken op basis van een afgeronde studie aan een in de Europese Unie erkende kunstvakopleiding, dan wel door personen die volgens Burgemeester en Wethouders deze vaardigheden aantoonbaar anderszins hebben verworven.

  • b.

    commerciële instelling:

    een instelling die zakelijke handelingen verricht met het doel daaruit winst te genereren.

  • c.

    cultureel beleidsevenement:

    een in tijd begrensde activiteit op het gebied van professionele kunst, die beantwoordt aan de voorwaarden en de criteria, zoals opgenomen onder de artikelen 3 en 4;

    die naar verwachting een groot aantal bezoekers zal aantrekken én die voor Maastricht, als kunst- en cultuurstad, een belangrijk promotioneel effect heeft.

Artikel 2: doel van de subsidieverordening.

Burgemeester en wethouders kunnen aan de organisatoren van een, op basis van de hierna volgende voorwaarden en criteria, geselecteerd cultureel beleidsevenement subsidie verstrekken in het ongedekt tekort van dat evenement. Het subsidie heeft betrekking op de periode 2009 – 2012 en kan daarna voor een periode van 4 jaren worden verlengd.

Artikel 3: voorwaarden waaraan een organiserende instelling moet voldoen.

  • 1.

    Een instelling - die een cultureel evenement organiseert - komt slechts in aanmerking voor subsidiëring indien wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

    a. de instelling voert activiteiten uit in een of meer disciplines in het veld der professionele kunsten;

    b. de instelling is een rechtspersoon;

    c. de instelling is geen commerciële instelling;

    d. de instelling toont op basis van een vierjarig beleids- of ondernemingsplan aan, dat zij over artistieke kwaliteit, professionele organisatiekracht én continuïteit beschikt.

  • 2.

    Indien wordt voldaan aan de voorwaarden a tot en met c en d, voor wat betreft de professionele organisatiekracht en de continuïteit, winnen burgemeester en wethouders advies in bij een adviescommissie van externe deskundigen over de vraag, in hoeverre de instelling voldoet aan de artistieke kwaliteit, zoals gesteld in voorwaarde d.

Artikel 4: criteria waaraan een evenement moet voldoen.

  • 1.

    Aan een instelling, die voldoet aan de voorwaarden zoals genoemd in artikel 3, kan op grond van deze verordening een subsidie worden verleend voor een cultureel beleidsevenement, wanneer dat voldoet aan de volgende voorwaarden:

    a. het evenement is van hoge artistieke kwaliteit;

    b. het evenement vult een niche binnen de eigen kunstdiscipline;

    c. het evenement is noodzakelijkerwijs aan de stad verbonden;

    d. het beleidsplan onder het evenement en de competenties en de praktijk van het management getuigen van goed cultureel ondernemerschap;

    e. het evenement heeft een stedelijk en euregionaal publieksbereik en draagt in die zin bij aan de bekendheid en de attractiviteit van de stad en de regio.

  • 2.

    Indien wordt voldaan aan de criteria c tot en met e, winnen burgemeester en wethouders advies in bij een adviescommissie van externe deskundigen over de vraag, in hoeverre het evenement voldoet aan criterium a en b.

Artikel 5: subsidieplafonds.

Burgemeester en wethouders stellen een subsidieplafond vast voor culturele beleidsevenementen.

Artikel 6: de procedure voor de verdeling van het totale subsidiebudget en de hoogte van de subsidiebedragen.

  • 1.

    De aanvraag.

    a. Subsidie kan eenmaal per vier jaren worden aangevraagd.

    b. Aanvragen worden ingediend door middel van een door de gemeente opgesteld aanvraagformulier. Instellingen die voor de cultuurplanperiode 2005-2008 een rijkssubsidie hebben ontvangen en die voor de periode 2009-2012 opnieuw subsidie bij de rijksoverheid aanvragen, kunnen voor de indiening van de aanvraag voor een gemeentelijk subsidie het formulier gebruiken zoals voorgeschreven door de minister van OC&W.

    c. Aanvragen dienen voor 1 april van het jaar, voorafgaand aan het betreffende subsidietijdvak, te zijn ingediend.

  • 2.

    Toetsing en beoordeling.

    a. De in artikel 3 en 4 genoemde adviescommissie legt per subsidie-aanvraag haar oordeel schriftelijk vast en voorziet dit van een van de volgende kwalificaties: ‘onvoldoende mate’ dan wel ‘voldoende mate’ dan wel ‘hoge mate’.

    b. Aan de toetsing van de criteria onder artikel 4.c. tot en met e wordt per criterium de kwalificatie ‘onvoldoende mate’ dan wel ‘voldoende mate’ dan wel ‘hoge mate’ toegekend.

    c. Op een aanvraag wordt beslist na een integrale afweging op basis van alle aan de aanvragen toegekende kwalificaties en rekening houdend met de gevraagde subsidiebedragen, de hoogte van het gemeentelijk budget voor culturele beleidsevenementen en met het oog op een zo groot mogelijke diversiteit van kunstdisciplines binnen het stedelijke culturele evenementenprogramma.

Artikel 7: Inwerkingtreding.

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking.

Aldus besloten door de raad der gemeente Maastricht in zijn openbare vergadering van 22 januari 2008.

De Griffier,

Drs. E.H.A. Willems.

De Voorzitter,

Drs. G. Leers.