Regeling vervallen per 01-01-2016

Verordening op de heffing en de invordering van precariobelasting Maastricht 2015

Geldend van 14-10-2015 t/m 31-12-2015 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2015

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van precariobelasting Maastricht 2015

Verordening op de heffing en de invordering van precariobelasting Maastricht 2015

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • 1. Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder: a. jaar: een kalenderjaar; b. kwartaal: een kalenderkwartaal; c. maand: een kalendermaand; d. week: een kalenderweek; e. dag: een periode van 24 uur, aanvangende te 00.00 uur, of een gedeelte daarvan.

  • 2. Voor de toepassing van de verordening worden gedeelten van eenheden voor een geheel gerekend, met dien verstande dat indien het heffingstijdvak gelijk is aan het kalenderjaar en het hebben van voorwerpen aanvangt in de loop van het tijdvak, de belasting zoveel twaalfden van het over een jaar te betalen bedrag beloopt als er na het aanvangstijdstip nog volle maanden in het belastingtijdvak resteren.

  • 3. Indien op grond van de verordening meer dan één tarief toegepast zou kunnen worden, wordt de aanslag berekend naar het hoogste tarief, in die zin dat een gedeelte van een week wordt gelijkgesteld met een week en een gedeelte van een maand gelijkgesteld wordt met een maand.

Artikel 2 Aard van de belasting en belastbaar feit

Onder de naam precariobelasting wordt ter zake van het hebben van voorwerpen onder, op of boven de voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, belasting geheven overeenkomstig de navolgende bepalingen en de bij de verordening behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

  • 1.

    De belasting wordt geheven van wie, dan wel ten behoeve van wie, één of meer voorwerpen onder, op of boven gemeentegrond, voor de openbare dienst bestemd, worden aangetroffen.

  • 2.

    In afwijking in zoverre van het eerste lid wordt, indien de gemeente een vergunning heeft verleend voor het hebben van het voorwerp of de voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, degene aan wie de vergunning is verleend of diens rechtsopvolger aangemerkt als degene bedoeld in het eerste lid, tenzij blijkt dat hij niet het voorwerp of de voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond heeft.

Artikel 4 Vrijstellingen

  • 1. De belasting wordt niet geheven:

    • a.

      voor voorwerpen ten dienste van de gemeente of uitsluitend gebezigd in het algemeen belang of voor een weldadig doel;

    • b.

      voor voorwerpen indien de gemeente ter zake van het gebruik van de voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, waarop het voorwerp of de voorwerpen zich bevinden, een recht heft op grond van artikel 229, eerste lid onderdeel a van de Gemeentewet, dan wel een privaatrechtelijke vergoeding is overeengekomen;

    • c.

      voor het hebben van naamborden, waarvan de grootste afmeting niet meer bedraagt dan 60 cm en welke uitsluitend vermelden: de naam van de persoon of de onderneming en van het beroep of bedrijf dat in het perceel wordt uitgeoefend;

    • d.

      voor het hebben van wegwijzers en verkeersaanwijzingen van de A.N.W.B. en van andere overeenkomstige instellingen;

    • e.

      voor het hebben van brievenbussen, postzegelautomaten en niet tot reclame dienende aanwijzingen voor het publiek;

    • f.

      voor het hebben van voorwerpen waarvan de verwijdering, verplaatsing of verandering wegens plaatsing op de Monumentenlijst verboden is;

    • g.

      voor borden, aangebracht in verband met de verkiezingen van publiekrechtelijke lichamen;

    • h.

      voor het hebben van afvoerbuizen van hemelwater of van fecale stoffen, welke aan een gebouw zijn aangebracht en niet meer dan zestig centimeter buiten de gevel uitsteken;

    • i.

      op aanvraag  -uiterlijk drie maandenna aanvangsdatum evenement- voor het hebben van voorwerpen op, aan of boven de weg ten behoeve van evenementen van sociale, pedagogische, sportieve, charitatieve, educatieve en/of culturele aard georganiseerd door stichtingen en verenigingen (tevens Buurtkaders) waarvan de opbrengsten aangewend worden om de continuïteit van de eigen activiteiten te waarborgen. Enkel verenigingen en stichtingen waarvan uit de statuten de sociale, pedagogische, sportieve, charitatieve, educatieve en/of culturele doelstelling blijkt, komen in aanmerking voor deze vrijstelling. Verenigingen en stichtingen (Buurtkaders) met een commercieel doel in de statuten worden uitgesloten van de vrijstelling. De aanvrager van het evenement dient op het aanvraagformulier aan te geven dat de organisatie en het evenement voldoen aan bovengestelde voorwaarden;

    • j.

      op aanvraag  -uiterlijk drie maanden na aanvangsdatum evenement- over het aantal ingenomen m2 gemeentegrond door voorwerpen op, aan of boven de weg ten behoeve van evenementen van een andere aard dan benoemd onder artikel 4.1.i ,georganiseerd door stichtingen en verenigingen (tevens Buurtkaders) voor activiteiten waarvan de gehele opbrengst aangewend wordt om de continuïteit van de eigen activiteiten te waarborgen. Enkel verenigingen en stichtingen waarvan uit de statuten de sociale, pedagogische, sportieve, charitatieve, educatieve en/of culturele doelstelling blijkt, komen in aanmerking voor deze vrijstelling. Verenigingen en stichtingen (Buurtkaders) met een commercieel doel in de statuten worden uitgesloten van de vrijstelling. De aanvrager van de het evenement dient op het aanvraagformulier het aantal m2 aan opstallen aan te geven dat ingezet wordt voor activiteiten waarvan de opbrengsten in het geheel ten goede komen aan de vereniging.

  • 2. Op aanvraag  -uiterlijk drie maanden na aanvangsdatum evenement- voor het hebben van voorwerpen op, aan en boven de weg ten behoeve van evenementen georganiseerd door verenigingen en stichtingen (tevens buurtkaders) wordt geen belasting geheven naar rato van dat deel van de opbrengst van het evenement dat naar een goed doel gaat. Hiertoe dient een beschrijving van én een verklaring door de organisatie van het evenement overlegd te worden waaruit blijkt dat de gehele of gedeeltelijke opbrengst naar de goede doelen zullen worden overgemaakt. Enkel verenigingen en stichtingen waarvan uit de statuten de sociale, pedagogische, sportieve, charitatieve, educatieve en/of culturele doelstelling blijkt, komen in aanmerking voor deze vrijstelling. Verenigingen en stichtingen (Buurtkaders) met een commercieel doel in de statuten worden uitgesloten van de vrijstelling

Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1. De belasting wordt geheven naar het aantal eenheden, bepaald en berekend aan de hand van de bij deze verordening behorende tarieven tabel, met inachtneming van het bepaalde in deze verordening en van de in de tabel gegeven aanwijzingen.

  • 2. Onder degene ten behoeve van wie de voorwerpen, vermeld onder 13 van de tarieven tabel, aanwezig zijn wordt verstaan de genot hebbende krachtens zakelijk recht van het gebouwde perceel ten dienste waarvan het voorwerp strekt.

Artikel 6 Aanwijzingen voor de berekening van de belasting

  • 1. Bij het hebben van voorwerpen op, aan of boven gemeentegrond wordt de oppervlakte bepaald op die, welke door de voorwerpen wordt gedekt; in m2 en m1

  • 2. Bij het hebben van voorwerpen onder gemeentegrond wordt de oppervlakte bepaald op die, uitgaande van een horizontale projectie van de voorwerpen.

Artikel 7 Heffingstijdvak

Indien de belasting wordt geheven naar een jaar, maand of dagtarief, is het heffingstijdvak het jaar respectievelijk de maand of de dag waarin of waarop de voorwerpen aanwezig zijn, met dien verstande dat ook heffing voor elk belastbaar feit afzonderlijk kan plaatsvinden.

Artikel 8 Wijze van heffing

  • 1. De belasting, voor zover geheven naar een tijdvak van een maand of een jaar, wordt geheven bij wege van aanslag.

  • 2. In alle andere gevallen wordt de belasting geheven door middel van een gedagtekende nota waarop het gevorderde bedrag is vermeld.

Artikel 9 Tijdstip van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede termijn op de laatste dag van de maand daarna.

  • 2. In afwijking van het eerst lid geldt, zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische belastingincasso van de betaalrekening van de belastingschuldige kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in 10 gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elke van de volgende termijnen telkens een maand later.

  • 3. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.

Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de precariobelasting.

Artikel 11 Kwijtschelding

Bij de invordering van de precariobelasting wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 12 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De “Verordening precariobelastingen Maastricht 2014” van 17 december 2013 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2015.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening precariobelasting Maastricht 2015”.

Tarieventabel Verordening precariobelasting 2015

behorende bij de ‘Verordening precariobelasting Maastricht 2015’.

Belastbaar feit

Eenheid

Tijd

Bedrag 2014 in €

Bedrag 2015 in €

1.

Het tijdelijk in gebruik geven openbare weg ten behoeve van een bouw-, onderhouds- en/of sloopwerk door bouwmaterialen, werktuigen, keten , loodsen en

steigers ingenomen en/of door een schutting of andere afrastering afgesloten grond

a.

Bij het gebruik van locaties voetgangersgebied in de binnenstad incl. Wyck, Vrijthof, Markt, Maasboulevard en OLV-plein

per m²

per maand

1,88

1,91

b.

Bij het gebruik van locaties binnen singels en spoorlijn m.u.v. in lid 1 genoemde locaties

per m²

per maand

1,40

1,42

c.

Overige locaties

per m²

per maand

0,97

0,98

Doch tenminste

a.

Bij het gebruik van locaties binnenstad inc. Voetgangersgebied, incl. Wyck, Vrijthof, Markt, Plein 1992, Maasboulevard en OLV-plein

58,45

59,33

b.

Bij het gebruik van locaties binnen singels en spoorlijn m.u.v. in lid a genoemde locaties

46,93

47,63

c.

Overige locaties

35,19

35,72

2.

Voor stutten, schoren of palen ten behoeve van een bouw-, onderhouds- of sloopwerk, niet vallende

Onder 1

per stuk

per maand

0,98

0,99

Doch tenminste

35,19

35,72

3.

Voor buizen, kokers, riolen, kabels en ;leidingen per m¹

per maand

0,31

0,31

Doch tenminste

24,63

25,00

4.

Voor een tank ten behoeve van centrale verwarming van een gebouw

per maand

1,98

2,01

5.1

Voor het uitstallen van waren anders dan gespecificeerd elders in deze tabel:

a.

gedurende een periode van ten hoogste zes maanden

per m²

per maand

1,70

1,73

doch tenminste

80,36

81,57

b.

gedurende een periode van langer dan zes maanden doch voor ten hoogste twaalf maanden

per m²

per maand

2,89

2,93

doch tenminste

141,49

143,61

c.

gedurende een periode van ten hoogste zes maanden

per 0,5 m²

per maand

0,85

0,86

doch tenminste

40,18

40,78

d.

Gedurende een periode van langer dan zes maanden ten hoogste twaalf maanden

per 0,5 m²

per maand

1,44

1,46

doch tenminste

70,75

71,81

5.2

Voor het uitstallen van waren binnen het gebied dat westelijk wordt begrensd door de singels, oostelijk door de spoorlijn en Heugemerweg, noordelijk door het Noorderbrug-tracé en zuidelijk door het Kennedybrugtracé:

a.

gedurende een periode van ten hoogste zes maanden

per m²

per maand

2,44

2,48

doch tenminste

116,89

118,64

b.

gedurende een periode van langer dan zes maanden, doch voor ten hoogste twaalf maanden

per m²

per maand

4,27

4,33

doch tenminste

204,83

207,90

c.

gedurende een periode van ten hoogste zes maanden

per 0,5 m²

per maand

1,22

1,23

doch tenminste

73,71

74,82

d.

gedurende een periode van langer dan zes maanden ten hoogste twaalf maanden

per 0,5 m²

per maand

2,14

2,17

doch tenminste

102,42

103,96

6.

In gebruikgeving openbare weg door banken, tafels, stoelen, tocht-schermen, bloemen-of plantenbakken en andere voorwerpen ingenomen of afgesloten grond dienende tot terras:

a.

Voor iedere maand (of deel van een maand) van het jaar dat het terras in gebruik is

Voor de terrassen gelegen aan het Vrijthof, O.L. Vrouwe plein, het St. Amorsplein en de Maaspromenade tussen de St. Servaasbrug en de Wilhelminabrug, Maastrichter Brugstraat, Kesselskade, Mosae Forum maaszijde, Platielstraat, Dominicanerplein, Dominicanerkerkstraat, Markt Noord-tussen kop Boschstraat en Gubbelstraat, Markt-Zuid van Muntstraat tot Spilstraat, Markt Zuid/West – van Spilstraat tot Grote Gracht, Kersenmarkt, Mariastraat (klasse 1)

per m²

per maand

11,65

11,83

Voor de overige terrassen gelegen binnen het gebied dat westelijk wordt begrenst door de singels, oostelijk door de spoorlijn en Heugemerweg, noordelijk door het Noorderbrug – tracé en zuidelijk door het Kennedybrugtracé (klasse2)

per m²

per maand

7,16

7,21

Voor de terrassen gelegen buiten bovenomschreven locaties en gebieden (klasse 3)

per m²

per maand

3,10

3,15

b.

Voor een of meerdere dagen bij bijzondere gelegenheden , doch ten hoogste voor 14 dagen

eenmalig

80,88

82,10

7.

Voor het innemen van gemeentegrond ten behoeve van het organiseren van evenementen, festiviteiten door verenigingen, comités e.d.:

1.

bij gebruik van het Vrijthof

per m²

per dag

0,75

0,77

2.

bij gebruik van de Markt en OLV-plein

per m²

per dag

0,59

0,60

3.

bij gebruik van locaties binnen spoorlijn en singels

per m²

per dag

0,46

0,47

4.

bij gebruik van de Geusselt

per m²

per dag

0,40

0,41

5.

bij gebruik van locaties buiten spoorlijn en singels

per m²

per dag

0,23

0,24

8.

Voor het innemen van een standplaats ten behoeve van de verkoop van waren met behulp van een kraam, verkoopwagen, of enig ander middel, als bedoeld in artikel 5.2.3. APV (anders dan voor markthandel in de zin van de Marktgeldverordening 2015) in:

-

Bij gebruik van locaties binnen de spoorlijn en singels (met uitzondering van de Parallelweg) (klasse 1),

zonder stroomvoorziening

per m²

per dag

1,66

1,68

-

Bij gebruik van locaties binnen de spoorlijn en singels (met uitzondering van de Parallelweg) (klasse 1),

met stroomvoorziening

per m²

per dag

1,89

-

Buitenwijken met uitzondering van Borgharen en Itteren (klasse 2)

zonder stroomvoorziening

per m²

per dag

1,08

1,10

-

Buitenwijken met uitzondering van Borgharen en Itteren (klasse 2)

met stroomvoorziening

per m²

per dag

1,23

-

Borgharen en Itteren (klasse 3)

zonder stroomvoorziening

per m²

per dag

0,54

0,55

-

Borgharen en Itteren (klasse 3)

met stroomvoorziening

per m²

per dag

0,62

9.

Voor het innemen van een standplaats ten behoeve van de verkoop van kerstbomen, anders dan voor markthandel in de zin van de Marktverordening Maastricht 2009, van 1 tot en met maximaal 75m²,

per locatie

per dag

34,26

34,77

Elk 10 m² of deel daarvan meer ingenomen dan toegestane 75m²

per locatie

per dag

3,43

3,48

10.

Voor het innemen van gemeentegrond ten behoeve van een circus:

a.

Voor een kleinschalig wijkcircus

per speeldag

84,14

85,40

b.

Voor een circus met een standplaats op het daarvoor aangewezen circusterrein (Geusselt)

per speeldag

630,85

350,00

11.

Voor een automatisch verkooptoestel weegtoestel of dergelijk toestel:

per 0,25m² van de frontoppervlakte

per maand

2,90

2,94

doch tenminste

per jaar

71,70

72,78

12.1

Voor de navolgende voorwerpen binnen het werkingsgebied van de Verordening Reclamebelasting Maastricht 2009 of zoals deze later is gewijzigd of vervangen en voor zover de op deze voorwerpen voorkomende openbare aankondigingen reeds in de heffing van reclamebelasting zijn betrokken:

a.

bord, doek e.d. tegen een gevel of vlak van enig bouwsel, indien deze voorwerpen meer dan 10 cm buiten het gevelvlak uitsteken

per maand

0,71

0,72

doch tenminste

per jaar

25,95

26,34

b.

uithangbord of dergelijk uithangteken voor elk voor reclame gebezigd vlak

per 0,5 m²

per maand

0,71

0,72

doch tenminste

per jaar

24,95

25,32

c.

lichtbak of enig ander van kunstverlichting voorzien reclamevoorwerp als bedoend onder a en b, voor elk voor reclame gebezigd vlak

per 0,5 m²

per maand

1,09

1,11

doch tenminste

per jaar

18,18

18,45

d.

letterreclame:

zonder kunstverlichting, uitgaande van de grootste kleur

per 0,5 m²

per maand

0,74

0,75

doch tenminste

per jaar

16,85

17,10

met kunstverlichting, uitgaande van de grootste kleur

per maand

1,09

1,11

doch tenminste

per jaar

18,18

18,45

e.

neoncontourlijnen

per m1

per maand

0,46

0,47

doch tenminste

per jaar

17,31

17,57

f.

een lamp of lantaarn

per stuk

per maand

2,15

2,18

g.1.

een vlag, wimpel of bannier voorzien van reclame, behoudens vlaggen/wimpels van winkeliersverenigingen korter dan 30 dagen

per stuk

per maand

2,15

2,18

g.2.

een vlag, wimpel of bannier voorzien van reclame, behoudens vlaggen/wimpels van winkeliersverenigingen structureel

per stuk

per maand

2,15

2,18

h.

spandoek over de weg voor commerc. doeleinden

per stuk

per dag

24,27

24,63

j.

een zonnescherm of markies, voorzien van reclame, gementen naar het overdekt oppervlak

per m²

per maand

0,50

0,50

doch tenminste

per jaar

54,55

55,37

k.1.

een korter dan 30 dagen vrijstaand bord, dienen voor reclames, anders dan door middel van aanplakbiljetten, voor elkvoor reclame gebezigd vlak:

zonder kunstverlichting

per 0,5 m²

per maand

3,65

3,70

met kunstverlichting

per 0,5 m²

per maand

4,25

4,31

k.2.

een structureel vrijstaand bord dienende voor reclames, anders dan door middel van aanplakbiljetten, voor lek voor reclame gebezigd vlak:

zonder kunstverlichting

per 0,5 m²

per maand

3,65

3,70

l.

Een uitstalkast, vitrine e.d.: per 0,25 m³ van de oppervlakte van het grootste vlak

per stuk

per maand

1,55

1,57

doch tenminste

per jaar

44,00

44,66

m.

overspanning feestverlichting

per stuk

per jaar

101,62

103,14

n.

andere voorwerpen, waarvoor geen van de in deze rubriek vermelde eenheden kan worden toegepast

per maand

2,15

2,18

o.

voor het gebruik van de openbare weg t.b.v. het plaatsen van driehoeksborden rondom lichtmasten

per bord

per dag

1,76

1,79

p.

Voor alle andere objecten waar reclame op gevoerd wordt dan genoemd in a. tot en o. van dit artikel

per dag

8,32

8,45

12.2

Voor de navolgende voorwerpen niet zijnde de voorwerpen binnen de gebieden als bedoeld in 12.1 en 12.3

a.

Bord, doek en spandoek niet commerciële doeleinden e.d. tegen een gevel of vlak van enig bouwsel, indien deze voorwerpen meer dan 10 cm buiten het gevelvlak uitsteken

per 0,5 m²

per maand

0,98

0,99

doch tenminste

per jaar

34,20

34,71

b.

Uithangbord of dergelijk uithangteken, voor elk voor reclame gebezigd vlak

per 0,5 m²

per maand

0,98

0,99

doch tenminste

per jaar

34,20

34,71

c.

Lichtbak of enig ander van kunstverlichting voorzien reclamevoorwerp als bedoeld onder a en b, voor elk voor reclame gebezigd vlak

per 0,5 m²

per maand

1,49

1,51

doch tenminste

per jaar

26,47

26,87

d.

letterreclame:

zonder kunstverlichting, uitgaande van de grootste letter

per 0,5 m²

per maand

1,00

1,01

doch tenminste

per jaar

23,66

24,01

met kunstverlichting, uitgaande van de grootste letter

per 0,5 m²

per maand

1,49

1,51

doch tenminste

per jaar

26,47

26,87

e.

neoncontourlijnen

per m¹

per maand

0,62

0,63

doch tenminste

per jaar

23,66

24,01

f.

een lamp of lantaarn

per stuk

per maand

2,89

2,93

g.1.

een vlag, winpel of bannier, voorzien van reclame, behoudens vlaggen/wimpels van winkeliersverenigingen korter dan 30 dagen

per stuk

per maand

2,89

2,93

g.2.

een vlag, wimpel of bannier, voorzien van reclame, behoudens vlaggen/wimpels van winkeliersverenigingen structureel

per stuk

per maand

2,89

2,93

h.

spandoek over de weg voor commerc. doeleinden

per stuk

per dag

18,20

18,47

j.

een zonnescherm of markies, voorzien van reclame, gemeten naar het overdekt oppervlak

per m²

per maand

0,69

0,70

doch tenminste

per jaar

75,35

76,48

k.1.

k.2.

resp. k.2een korter dan 30 dagen vrijstaand/resp. structureel bord, dienende voor reclames, anders dan door middel van aanplakbiljetten, voor elk voor reclame gebezigd vlak:

zonder kunstverlichting

per 0,5 m²

per maand

7,20

7,30

l.

een uitstalkast, vitrine e.d. : per 0,25m² van de oppervlakte van het grootste vlak

per maand

2,14

2,17

doch tenminste

per jaar

60,46

61,37

m.

overspanning feestverlichting

per stuk

per jaar

70,55

71,61

n.

andere voorwerpen, waarvoor geen van de in deze rubriek vermelde eenheden kan worden toegepast

per stuk

per maand

4,20

4,26

o.

Voor het gebruik van de openbare weg ten behoeve van het plaatsen van driehoeksborden rondom lichtmasten

per bord

per dag

1,76

1,79

p.

Voor alle andere objecten waar reclame op gevoerd wordt dan genoemd in a. tot en met o. van dit artikel

per dag

11,55

11,72

12.3

Voor de navolgende voorwerpen binnen het gebied dat westelijk wordt begrensd door de singels, oostelijk door de spoorlijn en Heugemerweg, noordelijk door het Noorderbrug-tracé en zuidelijk door het

Kennedybrugtracé, maar niet binnen het gebied als bedoeld in 12.1

a.

Bord, doek en spandoek met niet commerciële doeleinden e.d. tegen een gevel of vlak van enig bouwsel, indien deze voorwerpen meer dan 10 cm buiten het gevelvlak uitsteken

per 0,5 m²

per maand

1,41

1,43

doch tenminste

per jaar

49,88

50,63

b.

Uithangbord of dergelijk uithangteken, voor elk voor reclame gebezigd vlak

per 0,5 m²

per maand

1,41

1,43

doch tenminste

per jaar

49,88

50,63

c.

Lichtbak of enig ander van kunstverlichting voorzien reclamevoorwerp als bedoeld onder a en b, voor elk voor reclame gebezigd vlak

per 0,5 m²

per maand

2,19

2,22

doch tenminste

per jaar

36,33

36,87

d.

letterreclame:

zonder kunstverlichting, uitgaande van de grootste letter

per 0,5 m²

per maand

1,49

1,51

doch tenminste

per jaar

33,72

34,23

met kunstverlichting, uitgaande van de grootste letter

per 0,5 m²

per maand

2,19

2,22

doch tenminste

per jaar

36,33

36,87

e.

neoncontourlijnen

per m¹

per maand

0,91

0,92

doch tenminste

per jaar

34,62

35,14

f.

een lamp of lantaarn

per stuk

per maand

4,27

4,33

g.1.

een vlag, wimpel of bannier, voorzien van reclame, behoudens vlaggen/wimpels van winkeliersverenigingen korter dan 30 dagen

per stuk

per maand

4,27

4,33

g.2.

een vlag, wimpel of bannier, voorzien van reclame, behoudens vlaggen/wimpels van winkeliersverenigingen structureel

per stuk

per maand

4,27

4,33

h.

spandoek over de weg voor commerciële. doeleinden

per stuk

per dag

24,26

24,56

j.

een zonnescherm of markies, voorzien van reclame, gemeten naar het overdekt oppervlak

per m²

per maand

1,00

1,01

doch tenminste

per jaar

109,09

110,73

k.1.

een korter dan 30 dagen vrijstaand/resp. structureel bord, dienende voor reclames, anders dan door middel van aanplakbiljetten, voor elk voor reclame gebezigd vlak:

zonder kunstverlichting

per 0,5 m²

per maand

7,31

7,42

k.2.

als in k1. Maar dan structureel aanwezig bord

zie k.1.

zie k.1.

zie k.1.

zie k.1.

l.

een uitstalkast, vitrine e.d. : per 0,25m² van de oppervlakte van het grootste vlak

per maand

3,08

3,13

doch tenminste

per jaar

87,99

89,31

m.

overspanning feestverlichting

per stuk

per jaar

101,62

103,14

n.

andere voorwerpen, waarvoor geen van de in deze rubriek vermelde eenheden kan worden toegepast

per stuk

per maand

4,27

4,33

o.

Voor het gebruik van de openbare weg ten behoeve van het plaatsen van driehoeksborden rondom lichtmasten

per bord

per dag

1,76

1,79

p.

Voor alle andere objecten waar reclame op gevoerd wordt dan genoemd in a. tot en met o. van dit artikel

per dag

16,63

16,88

13.

Voor de navolgende voorwerpen ten dienste van gebouwde percelen , indien deze voorwerpen meer dan 10 c buiten het gevelvlak uitsteken:

a.

een kelderingang

per maand

5,90

5,99

b.

een kelderluik of lichtrooster in het trottoir

per maand

2,14

2,17

c.

een staketsel; of balustrade, gemeten langs de gevel

per m¹

per maand

0,78

0,79

doch tenminste

per jaar

42,68

43,32

d.

stoeptreden

per trede

per maand

0,80

0,81

doch tenminste

per jaar

25,37

25,75

14.

1.voor het gebruik van de openbare weg, waar vrij parkeren is toegestaan en uitsluiten ten behoeve van het plaatsen van een puin/afval container

dus niet zijnde een weggedeelte waarop parkeren is toegestaan tegen betaling van parkeergeld en/of verguninghoudersparkeren en niet gelegen in het voetgangersgebied

per jaar

260,10

264,00

2.voor het gebruik van de openbare weg, ten behoeve van het plaatsen van een container-

in navolgende gebieden

a.

bij het gebruik van locaties Centrum binnenstad en voetgangersgebied incl. Wyck Vrijthof, Markt, Maasboulevard en OLV-plein

per dag

12,59

12,78

b.

voor het gebied bij gebruik van locaties binnen de singels en de spoorlijnen , m.u.v. de bij a) genoemde locaties

per dag

9,43

9,57

c.

overige locaties

per dag

6,29

6,38

15.

Voor het gebruik van parkeerplaatsen gelegen op de openbare weg anders dat overeenkomstig de parkeerbestemming wordt voor tarifering verwezen naar artikel 5.4 van de tarieventabel, behorend bij de Verordening Parkeerregulering en Parkeerbelastingen 2012 en de wijzigingen die nadien plaats vinden in deze tarieventabel

Tijdelijke Parkeerontheffing

a.

A-zone, (betaald- en vergunninghoudersparkeren) cf. Verordening Parkeerregulering en Parkeerbelastingen 2012 en zoals nadien gewijzigd, te weten het gebied omsloten door:

JF Kennedybrug – Prins Bisschopsingel (noord) – Hertogsingel (oost) – Statensingel (Zuid) – Frontensingel - Noorderbrug Spoor – spoorwegovergang Sphinxlunet) – Heugemerweg (vanaf Sphinxlunet richting Renier Nafzgerstraat valt niet in A-zone) -JF Kennedybrug.

15,00

15,00

b.

overige locaties= B zone (betaald – en vergunninghoudersparkeren) cf. Verordening Parkeerregulering en Parkeerbelastingen 2012 en zoals nadien gewijzigd

7,50

7,50

c.

op vrije parkeerplaatsen (niet zijnde Verordening Parkeerregulering en Parkeerbelastingen 2012)

5,80

5,89

16.

voor het parkeren van een voertuig met het kennelijke doel het te verkoop aan te bieden of te verhandelen (art.5.1.2 a APV)

per voertuig

per 3 dagen

48,82

49,55