Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Medemblik houdende regels omtrent subsidie energiebesparing Nadere regels subsidie energiebesparing sport- en welzijnsaccommodaties

Geldend van 02-06-2018 t/m heden

Intitulé

Nadere regels subsidie energiebesparing sport- en welzijnsaccommodaties

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Medemblik;

gelet op het bepaalde in artikel 3 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Medemblik;

overwegende dat de gemeente een actief duurzaamheidsbeleid voert en sport- en welzijnsaccommodaties wil stimuleren om te investeren in een duurzame exploitatie en energiebesparing;

besluit vast te stellen de volgende nadere regels:

Artikel 1 Begripsomschrijving

In deze nadere regels wordt verstaan onder:

  • aanvraag: schriftelijk verzoek aan het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Medemblik om verlening van subsidie ingevolge de nadere regels subsidiëring energiebesparing sport- en welzijnsaccommodaties;

  • aanvrager: rechtspersoon die als eigenaar van een als sport- of welzijnsaccommodatie gebruikte onroerende zaak een aanvraag heeft ingediend;

  • sportaccommodatie: accommodatie die in gebruik is voor het uitoefenen van sport, waaronder ook zwembaden, in het bezit en beheer van een non-profit organisatie;

  • voorziening: een voorziening zoals omschreven in de Maatregelenlijst van bijlage 1;

  • welzijnsaccommodatie: verenigingsgebouwen, dorpshuizen en sociaal-culturele centra, in bezit en beheer van een non-profit organisatie.

Artikel 2 Uitgangspunten subsidie

Een subsidie vanuit deze nadere regels kan worden verleend voor:

  • a.

    voorzieningen die worden getroffen voor het beperken van de energievraag en/of het opwekken van duurzame energie en het besparen van water, opgenomen in de Maatregelenlijst Energiebesparing en –opwekking in bijlage 1 van deze nadere regels;

  • b.

    energieadviezen die zijn afgegeven na 1 januari 2011, zijn vastgelegd in een adviesrapport en in ieder geval de volgende onderdelen bevatten:

    • een beschrijving van de sport- of welzijnsaccommodatie;

    • een overzicht van de totale energiehuishouding van de accommodatie;

    • een energiebalans van de relevante onderdelen van de accommodatie;

    • een overzicht van de mogelijkheden en kwantificering van energiebesparing;

    • een overzicht van de noodzakelijke organisatorische en administratieve aanpassingen;

    • een raming van de te verwachten investeringskosten en de te verwachten opbrengsten.

Artikel 3 Toetsingscriteria

Om voor een subsidie vanuit deze nadere regels in aanmerking te komen, moet aan de volgende criteria worden voldaan:

  • a.

    de voorziening wordt geplaatst na het in werking treden van deze regeling;

  • b.

    de voorziening wordt aangebracht bij een sport- of welzijnsaccommodatie op het grondgebied van de gemeente Medemblik;

  • c.

    de voorziening wordt geïnstalleerd of aangebracht door een hierin gespecialiseerd bedrijf;

  • d.

    de sport- of welzijnsaccommodatie waar de voorziening wordt aangebracht, draagt naar het oordeel van het college bij aan de doelstellingen vanuit het Programma Leefbaarheid, het accommodatiebeleid, het (top)sportbeleid of andere relevante beleidskaders;

  • e.

    de energierekening van de sport- of welzijnsaccommodatie waarop de aanvraag betrekking heeft, wordt afgeschreven van een bankrekening die op naam staat van de aanvrager;

  • f.

    de kosten van de investering van de voorziening waarop de aanvraag betrekking heeft, worden afgeschreven van een bankrekening die op naam staat van de aanvrager;

  • g.

    de aanvrager is in het bezit van alle noodzakelijke vergunningen met betrekking tot de plaatsing van de voorziening.

Artikel 4 Grondslagen subsidie

  • 1. De subsidiabele kosten bestaan uit de werkelijk gemaakte kosten voor een energieadvies en het aanschaffen, installeren en in bedrijf stellen van de voorziening.

  • 2. Het subsidiebedrag bedraagt maximaal 50 % van de in lid 1 genoemde kosten tot een maximum van € 7.500,-- per kalenderjaar per aanvrager.

Artikel 5 Subsidieaanvraag

  • 1. Een aanvraag voor een subsidie wordt ingediend uiterlijk 6 weken voorafgaand aan het plaatsen, installeren c.q. aanbrengen van de voorziening.

  • 2. Een aanvraag voor een subsidie wordt ingediend met behulp van een bij deze nadere regels behorend, volledig ingevuld en ondertekend aanvraagformulier.

  • 3. Bij een aanvraag voor een subsidie overlegt de aanvrager de volgende gegevens:

    • een offerte of koopovereenkomst van de voorziening of het energieadvies waarvoor subsidie wordt aangevraagd;

    • de meest recente energierekening van de sport- of welzijnsaccommodatie waarop de aanvraag betrekking heeft.

Artikel 6 Weigeringsgronden

De aangevraagde subsidie wordt in ieder geval geweigerd indien:

  • a.

    de werkzaamheden naar het oordeel van het college zijn te kwalificeren als regulier onderhoud;

  • b.

    de sport- of welzijnsaccommodatie als gevolg van achterstallig onderhoud wordt verwaarloosd door de aanvrager;

  • c.

    de investering van de voorziening naar het oordeel van het college niet noodzakelijk is voor de exploitatie van de sport- of welzijnsaccommodatie;

  • d.

    de in de aanvraag beschreven voorziening naar het oordeel van het college niet het met deze nadere regels beoogde doel, zoals omschreven in artikel 2 van deze nadere regels, realiseert.

Artikel 7 Subsidieverlening en -vaststelling

  • 1. Het nemen van een besluit tot verlening van subsidie vindt plaats in volgorde van ontvangst van de aanvragen, met dien verstande dat wanneer de aanvrager in de gelegenheid is gesteld de aanvraag om subsidie aan te vullen, de dag waarop de aanvraag is aangevuld - zodat sprake is van een volledig ingevulde en ondertekende aanvraag - als datum van ontvangst van die aanvraag geldt.

  • 2. Na toekenning van de subsidie kan het college een voorschot van 80% van de subsidie verlenen. Op grond van de verantwoording wordt de subsidie vervolgens definitief vastgesteld en vindt de betaling van het resterende subsidiebedrag plaats.

  • 3. Vaststelling van de subsidie vindt plaats na indiening van de factuur c.q. facturen en betaalbewijs c.q. betaalbewijzen (rekeningafschrift) van de voorziening waarvoor subsidie is aangevraagd.

  • 4. De in lid 3 bedoelde stukken dienen uiterlijk 8 weken na afronding van de werkzaamheden in het bezit te zijn van de subsidieverstrekker.

Artikel 8 Hardheidsclausule

Het college kan van een of meer bepaalde artikelen of artikelleden van deze regeling afwijken, als daaraan vasthouden voor een subsidieaanvrager of –ontvanger gevolgen zou hebben die onevenredig zouden zijn tot de daarmee te dienen belangen.

Artikel 9 Intrekking huidige nadere regels

De nadere regels subsidiëring energiebesparing sport- en welzijnsaccommodaties, vastgesteld op 14 november 2017, worden ingetrokken.

Artikel 10 Inwerkingtreding

Deze nadere regels treden in werking op de dag volgende op de dag van bekendmaking.

Artikel 11 Citeertitel

Deze nadere regels kunnen worden aangehaald als: Nadere regels subsidie energiebesparing sport- en welzijnsaccommodaties.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders van de gemeente Medemblik, gehouden op 15 mei 2018.
De secretaris,
De burgemeester,

Bijlage 1. Maatregelenlijst Energiebesparing en -opwekking

1. Verlichting

1.1 Sportveldverlichting

Bestemd voor sportveldverlichting en bestaande uit:

  • LED armaturen, met een specifieke lichtstroom van ten minste 90 lm/W, gemeten conform LM-79-08, met een voorziening voor dynamische lichtschakeling (per armatuur of mast te schakelen, en een regelbare lichtopbrengst),

  • (eventueel) mast en

  • (eventueel) schakelmateriaal.

 

1.2 Buitenverlichting

Bestemd voor buitenverlichting, niet zijnde reclameverlichting of sportveldverlichting en bestaande uit:

  • T5-armaturen voorzien van een optiek, (eventueel) mast en (eventueel) schakelmateriaal, of;

  • LED-armaturen, met een specifieke lichtstroom van ten minste 90 lm/W, gemeten conform LM-79-08, (eventueel) mast en (eventueel) schakelmateriaal.

 

1.3 Binnenverlichting

Bestemd voor vervangen van bestaande binnenverlichting en bestaande uit:

  • T5-armaturen voorzien van een optiek, of;

  • LED-armaturen, met een specifieke lichtstroom van ten minste 90 lm/W, gemeten conform LM-79-08.

 

1.4 Besparingssysteem voor verlichting

Bestemd voor het verminderen van het energiegebruik van verlichting in of bij bestaande bedrijfsgebouwen door het toepassen van:

  • een regelinstallatie voor het schakelen;

  • verlichting afhankelijk van de daglichtintensiteit mbv lichtsensoren;

  • automatische aan- of afwezigheidsdetectie mbv bewegingssensoren;

  • veegpulsregeling;

  • dimregeling.

 

2. Ventilatie en verwarming

 

2.1 Warmteterugwinning

Bestemd voor het koelen of verwarmen van bestaande sportaccommodaties door het benutten van koude of warmte in de afzuiglucht en bestaande uit:

  • warmtewisselaar,

  • (eventueel) luchtbehandelingskast en

  • (eventueel) kanalen.

 

2.2 Warmtepomp

Bestemd voor het verwarmen van bestaande sportaccommodaties en bestaande uit:

  • een warmtepomp

  • (eventueel) bronsysteem.

Toelichting:

Als de installatie altijd geregeld wordt op basis van koelvraag is het geen warmtepomp en komt de installatie niet in aanmerking.

 

3. Water

 

3.1 Elektrische boiler

Bestemd voor de productie van warm tapwater en douchewater.

 

3.2 Warmtepompboiler

Bestemd voor het nuttig aanwenden van warmte voor de verwarming van tapwater en bestaande uit:

  • een elektrisch gedreven warmtepompboiler.

 

3.3 Warmteterugwinning uit douchewater

Bestemd voor het terugwinnen van warmte uit (douche)water en bestaande uit:

  • warmtewisselaar die is aangesloten op de douchewaterafvoer of douchebak met geïntegreerde douchewaterwarmtewisselaar.

 

3.4 Waterbesparende maatregelen

  • Maatregelen die er voor kunnen zorgen dat het waterverbruik met 20% wordt verminderd bij normaal gebruik. Denk hierbij bijvoorbeeld aan waterbesparende douchekoppen en kranen.

  • Maatregelen met een terugverdientijd van minder dan 5 jaar.

 

4. Bouwkundig

 

4.1 Vervangen glas (incl. aanpassen kozijn)

Bestemd voor vervanging van beglazing in buitengevel- of dakconstructies van bestaande sportaccommodaties en bestaande uit:

  • meervoudig glas met een warmtewerende coating en/of gasgevulde spouw met een warmtedoorlatingscoëfficiënt van maximaal 1,1 W/m2.K gemeten conform NEN-EN 673:2011,

  • (eventueel) kozijn.

 

4.2 Isolatie wand, vloer en/of dak

Bestemd voor de verbetering van de isolatie van bestaande vloeren, daken, plafonds of wanden van ruimten van de sportaccommodatie en bestaande uit:

  • isolatiemateriaal waarbij de warmteweerstand R = Σ(Rm) = Σ(d/λ) ten minste 3,0 m2.K/W bedraagt.

 

4.3 Isolatie andere elementen

Bestemd voor de verbetering van de isolatie van bestaande elementen van de sportaccommodatie niet zijnde wand, vloer en/of dak

  • Isolatiemateriaal waarbij de warmteweerstand minimaal meer dan 2 maal zo hoog wordt als huidige toestand. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het aanbrengen van naad- en kierdichtingen en de isolatie van leidingen en appendages.

 

5. Duurzame energieopwekking

 

5.1 Zonnecollectorsysteem

Bestemd voor: het verwarmen van water of lucht en bestaande uit:

  • een zonnecollector,

  • (eventueel) restwarmteopslagvat.

 

5.2 Zonnepanelen voor elektriciteitsopwekking

Bestemd voor het opwekken van elektrische energie uit zonlicht met behulp van zonnecellen en bestaande uit:

  • panelen met fotovoltaïsche zonnecellen,

  • (eventueel) stroom/spanningsomvormer,

  • (eventueel) aansluiting het elektriciteitsnet.

 

6. Zwembaden

 

6.1 Zwembaden

Specifiek voor zwembaden zijn de volgende maatregelen subsidiabel:

  • Zonnecollectoren voor verwarming van het buitenbad

  • Afdekking van alle baden met doeken om verdamping en warmteverlies tegen te gaan

  • Frequentieregelaar op de pompen

  • Pompen voorzien van HR-motoren

 

7. Algemeen

 

7.1 Energieadvies

Zie artikel 2 onder b van de nadere regels.

 

7.2 Monitoring en Beheer

Systeem waarmee energiegebruik en -verbruik in kaart wordt gebracht en waarmee installaties beheerd kunnen worden, met het doel energieverliezen te reduceren en energieverbruik te verlagen.

 

7.3 Niet genoemde maatregelen

De gemeente Medemblik geeft de subsidieaanvrager de mogelijkheid om ook subsidie aan te vragen voor voorzieningen die nog niet gemeengoed zijn. De aanvrager dient dan wel te zorgen voor een verklaring van de werking van het product en een bewijs waaruit blijkt wat de energiebesparingspotentie van het product is.