Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Medemblik houdende regels omtrent parkeerplaatsen voor gehandicapten (Beleidsregel gehandicaptenparkeerplaatsen)

Geldend van 14-04-2014 t/m heden

Intitulé

Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Medemblik houdende regels omtrent parkeerplaatsen voor gehandicapten (Beleidsregel gehandicaptenparkeerplaatsen)

Burgemeester en wethouders van de gemeente Medemblik;

  • Gelezen de notitie beleidsregels gehandicaptenparkeerplaatsen van de afdeling Openbare Ruimte.

  • Gelet op artikel 18 lid 1d van de “Wegenverkeerswet 1994” waarin bepaald is dat ons college de bevoegdheid heeft tot het nemen van verkeersbesluiten.

  • Gelet op het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens (RVV 1990), het Besluit Administratieve Bepalingen Wegverkeer (BABW), de Wegenverkeerswet 1994 en de gemeentewet.

  • Gelet op artikel 4.3 (Beleidsregels) van de Algemene wet bestuursrecht.

  • Gelezen de parkeernormen vastgelegd in het Gemeentelijk Verkeer en Vervoer Plan (GVVP).

  • Gelezen publicatie 162 van de CROW: Kwaliteit straatparkeren: - Leidraad voor beleid – richtlijn voor uitvoering.

  • Gelezen publicatie 177 van de CROW: Richtlijnen integrale toegankelijkheid openbare ruimte.

  • Gelezen publicatie 182 van de CROW: Parkeercijfers – Basis voor parkeernormering.

  • Gelezen publicatie 317 van de CROW: Parkeercijfers – Basis voor parkeernormering.

  • Gelezen ASVV 2004: Aanbevelingen verkeersvoorzieningen binnen de bebouwde kom.

Besluit:

Tot het vaststellen van de “Beleidsregel gehandicaptenparkeerplaatsen 2014”.

Artikel 1

In het geval van een aanvraag voor een individuele gehandicaptenparkeerplaats (op kenteken) dient de aanvrager aan de volgende criteria te voldoen:

  • 1.

    Aanvrager moet in het bezit zijn van een gehandicaptenparkeerkaart, bestuurderskaart;

  • 2.

    Aanvrager beschikt niet over een parkeergelegenheid op eigen erf.

  • 3.

    De aanvrager is woonachtig op het aangevraagde adres conform de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens (GBA);

  • 4.

    De aanvraag wordt gedaan voor het voertuig dat op naam staat van de aanvrager of van de echtgenoot/echtgenote, partner van de aanvrager die op hetzelfde adres woonachtig is;

  • 5.

    De aanvrager in het bezit is van een geldig rijbewijs B;

  • 6.

    Indien men het voertuig niet in eigendom heeft, dient men door een kopie van lease- of gebruiksovereenkomst aan te tonen dat aanvrager de vaste bestuurder van het voertuig is;

  • 7.

    Aanvrager woont niet in een flatgebouw, appartementencomplex of soortgelijke voorziening;

  • 8.

    De parkeerdruk in de omgeving van de woning moet zodanig hoog zijn dat de aanvrager niet altijd een parkeerplaats op redelijke afstand, binnen 100 meter, van de woning kan vinden.

    Onder niet altijd wordt verstaan een tijdelijke parkeerdruk door bijzondere omstandigheden.

    Onder bijzondere omstandigheden worden verstaan de tijden waarop ouders hun kinderen halen en/of brengen naar scholen, bezoekers op bepaalde tijden van openbare voorzieningen en evenementen.

Artikel 2

In het geval van een aanvraag voor een individuele gehandicaptenparkeerplaats wordt de aanvraag niet gehonoreerd wanneer de aanvrager;

  • 1.

    In het bezit is van een passagierskaart;

  • 2.

    In het bezit is van een gehandicaptenparkeerkaart ten behoeve van een instelling;

  • 3.

    Woonachtig is in een flatgebouw, appartementencomplex of soortgelijke voorziening;

  • 4.

    Beschikt over een parkeergelegenheid op eigen erf. De aanwezigheid van een garage wordt ook als parkeerplaats gezien ook al wordt deze voor andere doeleinden gebruikt.

  • 5.

    Beschikt over voldoende ruimte om een inrit op eigen erf te realiseren, conform de beleidsregels voor het maken of veranderen van een uitweg;

Artikel 3

Nabij flatgebouwen, appartementencomplexen of soortgelijke voorzieningen worden uitsluitend algemene gehandicaptenparkeerplaatsen aangewezen. Het aantal gehandicaptenparkeerplaatsen is maximaal gelijk aan het aantal bewoners van het betreffende flatgebouw, appartementencomplex of soortgelijke voorziening die in het bezit is van een gehandicaptenparkeerkaart voor bestuurders. De gehandicaptenparkeerplaatsen worden zo dicht mogelijk bij de hoofdingang van het betreffende flatgebouw, appartementencomplex of soortgelijke voorziening aangewezen. Bij meerdere parkeervakken naast elkaar worden altijd de buitenste vakken als gehandicaptenparkeerplaats aangewezen.

Artikel 4

De bestaande individuele gehandicaptenparkeerplaatsen nabij flatgebouwen, appartementencomplexen en soortgelijke voorzieningen blijven in stand tot het moment dat de huidige gebruiker overlijdt, verhuist of stopt met autorijden.

Artikel 5

In bijzondere gevallen kan ons college afwijken van het in artikel 1 t/m 4 gestelde.

Artikel 6

Bij verhuizing vervalt de individuele gehandicaptenparkeerplaats. De nieuwe locatie wordt beoordeeld conform de beleidsregel.

Artikel 7

Voor het aanbrengen van de verkeersborden met bevestiging zijn eenmalig voor de aanvrager kosten verschuldigd volgens vastgesteld tarief uit de legesverordening. Voor het wijzigen van het kenteken zijn voor de aanvrager kosten verschuldigd volgens vastgesteld tarief uit de legesverordening.

Artikel 8

Uitgegaan wordt van een aanwijzing op een bestaande parkeerplaats. Eventuele aanpassingen, indien uitvoerbaar, door het aanbrengen van markeringen of verbreden van de parkeerplaats komen voor rekening van de aanvrager.

Artikel 9

De eigenaar van een toegewezen gehandicaptenparkeerplaats is verplicht om bij langdurige afwezigheid, door vakantie of ziekenhuisopname, van meer dan vier weken de gehandicaptenparkeerplaats op kenteken tijdelijk buiten dienst te laten stellen.

Artikel 10

De toewijzing van een individuele gehandicaptenparkeerplaats vervalt als de aanvrager overlijdt of niet meer aan de in artikel 1. genoemde criteria voldoet. In deze gevallen wordt de individuele gehandicaptenparkeerplaats verwijderd.

Artikel 11

De beleidsregel gehandicaptenparkeerplaatsen vastgesteld op 7 augustus 2012 wordt ingetrokken.

Artikel 12

Het besluit treedt in werking de dag na publicatie.

Artikel 13

Dit besluit kan worden aangehaald als “Beleidsregel gehandicaptenparkeerplaatsen”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van Medemblik d.d. 11 februari 2014

De secretaris

de burgemeester