Beloningsregeling gemeente Meierijstad

Geldend van 20-12-2018 t/m heden

Intitulé

Beloningsregeling gemeente Meierijstad

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Meierijstad;

• gelet op artikel 125 van de Ambtenarenwet;

• gelet op artikel 160 van de Gemeentewet;

• gelet op hoofdstuk 3 van de CAR-UWO;

• na overeenstemming in de commissie voor georganiseerd overleg;

besluit de volgende regeling vast te stellen:

Beloningsregeling gemeente Meierijstad

Artikel 1 Definities

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

  • CAR-UWO:

    de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst van de gemeente Meierijstad;

  • functie:

    de functie als bedoeld in artikel 1:1, lid 1, onder b van de CAR-UWO;

  • maximumsalaris:

    het hoogste bedrag van de salarisschaal behorend bij een betreffende functie;

  • medewerker:

    de ambtenaar als bedoeld in artikel 1:1, lid 1, onder a van de CAR-UWO;

  • periodiek:

    de periodiek als bedoeld in artikel 1:1, lid 1, onder tt van de CAR-UWO;

  • salaris:

    het salaris als bedoeld in artikel 1:1, lid 1, onder qq van de CAR-UWO;

  • salarisschaal:

    de schaal als bedoeld in artikel 1:1, lid 1, onder uu van de CAR-UWO;

  • salaristoelagen:

    de toelagen als bedoeld in artikel 1:1, lid 1, onder rr van de CAR-UWO.

Artikel 2 Gemeentelijke salarisstructuur

Voor de gemeente Meierijstad zijn de salarisschalen van bijlage IIa van de CAR-UWO van toepassing, met uitzondering van de schalen 10a en 11a.

Artikel 3 Salarisverhoging

Lid 1

Een periodieke salarisverhoging wordt voor de eerste keer met ingang van 1 januari na de datum van indiensttreding toegekend. Het tijdstip waarop een periodieke salarisverhoging wordt toegekend, kan worden vervroegd als daartoe naar het oordeel van het college aanleiding bestaat.

Lid 2

In afwijking van het bepaalde in lid 1 van dit artikel vindt bij indiensttreding of inpassing in een hogere salarisschaal op of na 1 oktober, per 1 januari daaropvolgend geen periodieke salarisverhoging plaats.

Lid 3

Een afwezigheid wegens ziekte als bedoeld in hoofdstuk 7 van de CAR-UWO is niet van invloed op het tijdstip van toekenning van periodieke salarisverhogingen.

Lid 4

Het college kan de medewerker die bovengemiddeld of uitstekend functioneert een extra periodieke salarisverhoging toekennen.

Artikel 4 Inpassing in hogere schaal

Lid 1

Wanneer voor de medewerker een salarisschaal gaat gelden met een hoger maximumsalaris, wordt het salaris in de nieuwe salarisschaal vastgesteld op een bedrag, gelegen onmiddellijk boven het salaris, dat de medewerker in de oude salarisschaal zou hebben genoten. Als deze inpassing in een hogere schaal tegelijkertijd plaatsvindt met een periodieke salarisverhoging vindt eerst de periodieke salarisverhoging plaats en vervolgens de inpassing in de hogere schaal.

Lid 2

Als bij toepassing van lid 1 van dit artikel het verschil tussen het oude salaris en het salaris in de nieuwe salarisschaal minder dan 75% bedraagt van het verschil tussen het bedrag dat de medewerker als laatste genoot en het naast hogere bedrag in de oude salarisschaal dan volgt een extra periodieke salarisverhoging.

Lid 3

Wanneer de in lid 2 van dit artikel bedoelde vergelijkingssystematiek niet mogelijk is omdat de medewerker het maximum van de salarisschaal behorende bij zijn oude functie reeds had bereikt, dient te worden vergeleken met het verschil tussen het bedrag behorende bij periodiek 10 en 11 in de oude salarisschaal.

Artikel 5 Plaatsing in meerdere functies

De medewerker kan binnen zijn aanstelling op meerdere functies worden geplaatst waardoor er sprake is van (verschil in) salariëring per deeltijdfunctie. Hiervoor geldt als voorwaarde dat de taken die aan de medewerker worden opgedragen, zijn te onderscheiden in meerdere functies, blijkend uit de op die taken van toepassing zijnde functiebeschrijvingen.

Artikel 6 Beloning uitstekend functioneren en/of bijzondere prestaties

Lid 1

Het college kan aan een medewerker of een groep medewerkers eenmalig een beloning toekennen voor uitstekend functioneren en/of geleverde bijzondere prestaties.

Lid 2

De hoogte van de beloning dient in verhouding te staan tot het functioneren en/of de geleverde prestatie. De hoogte van de beloning voor individuele medewerkers bedraagt eenmalig maximaal € 1.000,- netto. Bij een groepsbeloning bedraagt de beloning eenmalig maximaal € 100,- netto per persoon.

Artikel 7 Beoordeling

Lid 1

Het toepassen van de volgende beloningsmaatregelen wordt gebaseerd op een beoordeling als bedoeld in artikel 15:1:15 van de CAR-UWO:

  • een periodieke salarisverhoging;

  • een extra periodieke salarisverhoging;

  • een functioneringstoelage;

  • een beloning wegens uitstekend functioneren en/of bijzondere prestaties;

  • een inpassing in een hogere schaal.

Lid 2

Het college stelt voor de beoordeling een beoordelingsregeling vast. Tot het moment dat een beoordelingsregeling is vastgesteld, levert de leidinggevende voor de toepassing van een beloningsmaatregel op andere wijze voldoende onderbouwing aan.

Artikel 8 Toelage beschikbaarheidsdienst

Voor de berekening van de toelage voor beschikbaarheidsdiensten op jaarbasis wordt uitgegaan van in totaal 443 uur per jaar. Dit aantal uren is als volgt gespecificeerd:

  • 3 feestdagen (2e paasdag, 2e pinksterdag, hemelvaart) x 24 uur x 10% = 7,2 uur per jaar;

  • 4 feestdagen (beide kerstdagen, nieuwjaarsdag, koningsdag) x 24 uur x 5/7 x 10% = 6,86 uur per jaar;

  • 365,25 / 7 x 48 uur x 10% = 250,46 uur per jaar (weekenden);

  • 255,03 dagen (365,25 x 5/7 = 260,89 dagen minus 5,86 feestdagen) x 14 uur x 5% = 178,52 uur (maandag t/m vrijdag buiten werktijd).

Artikel 9 Inconveniëntentoelage

Lid 1

De gemeente Meierijstad kent geen inconveniëntentoelage.

Lid 2

Medewerkers die per 1 januari 2017 zijn overgegaan naar de gemeente Meierijstad en op 31 december 2016 een inconveniententoelage hadden, behouden deze in de vorm van een garantietoelage. Deze wordt geïndexeerd aan de hand van de salarisontwikkeling CAR-UWO.

Artikel 10 Garantietoelage

Lid 1

De medewerker die een garantietoelage ontvangt, zoals bedoeld in artikel 3:15 van de CAR-UWO, blijft deze toelage ontvangen, zolang de grond hiervoor aanwezig is.

Lid 2

Toegekende garantietoelagen worden geïndexeerd aan de hand van de salarisontwikkeling CAR-UWO.

Lid 3

Bij inpassing in een hogere schaal of een uitbreiding van de formele arbeidsduur wordt het bedrag van de garantietoelage opgenomen in het nieuwe salaris onder gelijktijdige beëindiging of verlaging van de garantietoelage.

Artikel 11 Ambts-/dienstjubileum

Lid 1

Er is overgangsrecht voor medewerkers van de voormalige gemeenten Schijndel, Sint-Oedenrode en Veghel die op 31 december 2015 een lokale regeling hebben gehad met bepalingen over de ambts-/dienstjubileumgratificatie die positief afwijken artikel 3:19 van de CAR-UWO.

Lid 2

Medewerkers die voor 1 januari 2021 recht zouden hebben op een hogere gratificatie als de lokale regeling niet was vervallen, krijgen de ambts-/dienstjubileumgratificatie op basis van de lokale regeling die op 31 december 2015 is vervallen.

Lid 3

Het overgangsrecht voor ambts-/dienstjubileum is per 1 januari 2016 reeds in de voormalige gemeenten vastgesteld en wordt door de gemeente Meierijstad overgenomen.

Artikel 12 Referte-tijdvak salaristoelage(n) tijdens ziekte

Als referte-tijdvak voor de vaststelling van de gemiddelde hoogte van de toegekende salaristoelage(n) tijdens ziekte, is een periode van 12 maanden voorafgaand aan de eerste ziektedag van toepassing.

Artikel 13 Slotbepalingen

Lid 1

In individuele gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet, beslist het college.

Lid 2

Voor de toepassing van deze regeling ten aanzien van de griffier en de op de griffie werkzame ambtenaren is de raad bevoegd.

Lid 3

Deze regeling kan worden aangehaald als de “Beloningsregeling gemeente Meierijstad” en treedt in werking met ingang van de eerste dag na bekendmaking. Alsdan vervallen alle eerdere regelingen van de voormalige gemeenten Schijndel, Sint-Oedenrode en Veghel met betrekking tot het onderwerp van deze regeling.

Ondertekening

Aldus besloten in de vergadering van 13 november 2018.

Burgemeester en wethouders van de gemeente Meierijstad

De secretaris,

Drs. M.G.C. Wilms –Wils RA

De burgemeester,

ir. C.H.C. van Rooij