Regeling vervallen per 01-01-2021

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Meppel houdende regels omtrent de heffing en invordering van parkeerbelastingen (Verordening Parkeerbelastingen)

Geldend van 15-10-2020 t/m 31-12-2020

Intitulé

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Meppel houdende regels omtrent de heffing en invordering van parkeerbelastingen (Verordening Parkeerbelastingen)

De R a a d der gemeente Meppel;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 22 augustus 2017, nr 1233522,

gelet op de artikelen 216, 225 en 234, van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

Vast te stellen de volgende wijziging van de

“Verordening Parkeerbelastingen ”

Artikel 1 Belastbaar feit

Onder de naam “Parkeerbelastingen” worden de volgende belastingen geheven:

  • a.

    een belasting ter zake van het parkeren van een motorvoertuig krachtens RVV 1990 op een bij, dan wel krachtens deze verordening in de daarin aangewezen gevallen door het college te bepalen plaats, tijdstip en wijze;

  • b.

    een belasting terzake van een van gemeentewege verleende ontheffing, vergunning en/of tijdelijke ontheffing winkelgebied voor het parkeren van een motorvoertuig op de in die ontheffing of vergunning aangegeven plaats en wijze.

Artikel 2 Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • 1.

    Parkeren

    het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een motorvoertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van zaken, op binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijke voorschrift is verboden;

  • 2.

    Houder

  • degene die naar de omstandigheden als houder van een motorvoertuig moet worden beschouwd, met dien verstande dat voor een motorvoertuig dat is ingeschreven in het krachtens de Wegenverkeerswet 1994 aangehouden register van opgegeven kentekens als houder wordt aangemerkt degene op wiens naam het voor het motorvoertuig opgegeven kenteken ten tijde van het parkeren in het register was ingeschreven of degene die het motorvoertuig op grond van een contract van huurkoop onder zich heeft, in vruchtgebruik heeft of anderszins, anders dan eigenaar of bezitter, tot duurzaam gebruik onder zich heeft;

  • 3.

    Parkeerapparatuur

  • parkeermeters, parkeerautomaten, met inbegrip van verzamelparkeermeters, centrale computer voor het verlenen van diensten op het gebied van telefonische betaling bestemd voor de registratie van parkeerbewegingen, en hetgeen naar maatschappelijke opvatting overigens onder parkeerapparatuur wordt verstaan;

  • 4.

    Parkeerapparatuurplaats:

  • een parkeerplaats ten aanzien waarvan het parkeren geregeld wordt met parkeerapparatuur;

  • 5.

    Belanghebbendenplaats:

  • een parkeerplaats die:

    • 1.

      is aangeduid met bord E9 uit bijlage I van het RVV 1990, of

    • 2.

      gelegen is binnen een zone aangeduid met bord E9 uit bijlage I van het RVV 1990 met het opschrift zone voor zover deze plaats niet is uitgezonderd;

  • 6.

    Vergunning

  • een door het college verleende vergunning, krachtens welke het is toegestaan een motorvoertuig te parkeren op daartoe aangewezen belanghebbendenplaatsen;

  • 7.

    Vergunninghouder

  • de natuurlijke of rechtspersoon aan wie een vergunning is verleend;

  • 8.

    Ontheffing

  • een door het college verleende ontheffing, waarmee het is toegestaan eenmotorvoertuig te parkeren op daartoe aangewezen parkeerapparatuur- en/ of belanghebbendenplaatsen;

  • 9.

    Ontheffinghouder:

  • de natuurlijke of rechtspersoon aan wie een ontheffing is verleend;

  • 10.

    Tijdelijke ontheffing winkelgebied.

  • Een tijdelijke ontheffing voor bedrijven die werkzaamheden uitvoeren bij objecten in het winkelgebied en waar de noodzaak aanwezig is om in de directe omgeving van het betreffende object te parkeren.

  • 11.

    Vervangende ontheffing

  • Een ontheffing ter vervanging van een reeds eerder afgegeven ontheffing, bij wijzigingen en/of verlies of diefstal.

Artikel 3 Belastingplicht

  • 1.

    De belasting bedoeld in artikel 1, onderdeel a, wordt geheven van degene die het voertuig heeft geparkeerd.

  • 2.

    Als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd wordt mede aangemerkt:

    • a.

      degene die de belasting voldoet, dan wel te kennen geeft de belasting te willen voldoen;

    • b.

      zolang geen voldoening van de belasting genoemd in artikel 1, onderdeel a, heeft plaatsgevonden:

      de houder van het voertuig, met dien verstande dat:

      • I.

        indien een voor ten hoogste drie maanden aangegane huurovereenkomst wordt overgelegd waaruit blijkt wie ten tijde van het parkeren ingevolge deze overeenkomst de huurder van het motorvoertuig was, niet de houder maar de huurder wordt aangemerkt als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd;

      • II.

        indien blijkt dat een ander in het kentekenregister had moeten worden ingeschreven, die ander wordt aangemerkt als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd.

  • 3.

    De belasting als bedoeld in artikel 1, onderdeel a, wordt niet geheven van degene die op de voet van het tweede lid, onderdeel b als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd wordt aangemerkt, indien deze aannemelijk maakt dat ten tijde van het parkeren een ander tegen zijn wil van het motorvoertuig heeft gebruik gemaakt en dat hij dit gebruik redelijkerwijs niet heeft kunnen voorkomen.

  • 4.

    De belasting als bedoeld in artikel 1, onderdeel b, wordt geheven van degene die de ontheffing, vergunning/of tijdelijke ontheffing winkelgebied heeft aangevraagd.

Artikel 4 Tijdstip van ontstaan van de belastingschuld

  • 1. De belasting bedoeld in artikel 1, onderdeel a, is verschuldigd bij aanvang van het parkeren.

  • 2. In afwijking van het bepaalde in het vorige lid is de belasting terstond verschuldigd na afloop van het parkeren, indien wordt geheven door middel van het aanmelden bij de centrale computer, van het bedrijf waarmee de gemeente Meppel een overeenkomst heeft gesloten, voor het verlenen van diensten op het gebied van telefonische betaling bestemd voor de registratie van parkeerbewegingen.

  • 3. De belasting bedoeld in artikel 1, onderdeel b, is verschuldigd op het tijdstip waarop de ontheffing, vergunning of tijdelijke ontheffing wordt verleend.

Artikel 5 Belastingtarief, belastingtijdvak en maatstaf van heffing

Het belastingtarief, het belastingtijdvak en de maatstaf van heffing zijn vermeld in de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende tarieventabel.

Artikel 6 Vrijstellingen

  • 1.

    Van het betalen van parkeerbelasting, zoals bedoeld in artikel 1, onderdeel a, zijn vrijgesteld, zij die houder zijn van een door het bevoegd gezag afgegeven gehandicaptenparkeerkaart, mits deze gehandicaptenparkeerkaart achter de voorruit van het motorvoertuig is aangebracht, op zodanige wijze, dat de voorzijde ervan buiten het motorvoertuig duidelijk leesbaar is.

  • 2.

    In afwijking van het bepaalde in het vorige lid is de parkeerbelasting niet vrijgesteld wanneer geparkeerd wordt op een terrein waar achteraf betaald parkeren geldt.

Artikel 7 Wijze van heffing

  • 1. De belasting bedoeld in artikel 1, onderdeel a, wordt geheven bij wege van voldoening op aangifte. Als voldoening op aangifte wordt aangemerkt het bij aanvang van het parkeren in werking stellen van de dichtstbijzijnde parkeerapparatuur op de daartoe bestemde wijze en met inachtneming van de door het college gestelde voorschriften.

  • 2. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid moet de belasting, indien het inwerking stellen van de de parkeerapparatuur geschiedt door middel van het aanmelden bij de centrale computer, van het bedrijf waarmee de gemeente Meppel een overeenkomst heeft gesloten, voor het verlenen van diensten op het gebied van telefonische betaling bestemd voor de registratie van parkeerbewegingen, betaald worden binnen één maand na de dag waarop het belastbare feit heeft plaatsgevonden.

  • 3. De belasting bedoeld in artikel 1, onderdeel a, voor het parkeren anders dan op parkeerapparatuur plaatsen, wordt geheven bij wege van betaling bij een betaalautomaat dan wel bij wege van nota en moet worden betaald na afloop van het parkeren dan wel terstond na aanbieding van de nota.

Artikel 8 Termijnen van betaling

  • 1.

    De belasting bedoeld in artikel 1, onderdeel a, moet overeenkomstig de aangifte worden betaald bij de aanvang van het parkeren.

  • 2.

    De belasting bedoeld in artikel 1, onderdeel b, moet overeenkomstig de aangifte worden betaald op het tijdstip waarop de ontheffing of vergunning wordt verleend.

  • 3.

    Een naheffingsaanslag moet terstond worden betaald.

Artikel 9 Bevoegdheid tot aanwijzing parkeerplaatsen

De aanwijzing van de plaats waar, het tijdstip en de wijze waarop tegen betaling van de belasting bedoeld in artikel 1, onderdeel a, mag worden geparkeerd geschiedt in alle gevallen door het college bij openbaar te maken besluit.

Artikel 10 Bevoegdheid tot gebruik wielklem en wegsleepregeling

  • 1.

    Tot zekerheid van de betaling van een naheffingsaanslag ter zake van de belasting bedoeld in artikel 1, onderdeel a, kan aan het motorvoertuig ook een wielklem worden aangebracht, waardoor wordt verhinderd dat het motorvoertuig wordt weggereden.

  • 2.

    Het college wijst bij openbaar te maken besluit in alle gevallen de terreinen en weggedeelten aan waar de wielklem wordt toegepast.

  • 3.

    Indien na het aanbrengen van de wielklem 24 uren zijn verstreken kan het motorvoertuig naar een door de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar aangewezen plaats worden overgebracht en in bewaring worden gesteld.

Artikel 11 Kosten

  • 1.

    Voor de kosten van de naheffingsaanslag terzake van de belasting bedoeld in artikel 1, onderdeel a, wordt aangesloten bij het maximale bedrag genoemd in de ministeriële regeling.

  • 2.

    De kosten van het aanbrengen en van het verwijderen van de wielklem bedragen € 112,50.

  • 3.

    De kosten van overbrenging en bewaring bedragen € 225,00 alsmede € 45,00 per dag voor het bewaren.

  • 4.

    Het bedrag van de ingevolge het tweede en derde lid in rekening te brengen kosten wordt bij beschikking vastgesteld.

Artikel 12 Kwijtschelding

Bij de invordering van de parkeerbelasting wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 13 Nadere regels door het college

Het college kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van parkeerbelastingen.

Artikel 14 Inwerkingtreding en citeerregel

1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

2. De datum van ingang van heffing is 1 januari 2018.

3. Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening Parkeerbelastingen”.

Bijlage 1 Tarieventabel 2019 behorende bij de verordening parkeerbelastingen.

Locatie

Tarief in euro’s

Per tijdseenheid van

Minimale inworp

Maximale parkeerduur

Binnenstad (zie kaart)

€ 1,70

Per uur

€ 0,10

2 uur

Schil (zie kaart)

Woonwijk

€ 1,35

Per uur

€ 0,10

Onbeperkt

2 uur

Flitsparkeren (zie kaart)

€ 1,00

Per half uur

€ 0,10

0,5 uur

Parkeergarages Keyserstroom en Kromme Elleboog (zie kaart)

€ 1,12 (ex. BTW)

€ 4,46 (ex. BTW)

Per uur

Per kalenderdag

€ 0,10

Onbeperkt

Parkeerterrein Stadhuis

€ 1,12 (ex. BTW)

€ 4,46 (ex. BTW)

Per uur

Per kalenderdag

€ 0,20

Onbeperkt

Parkeerterrein Kraton

€ 0,70

€ 2,50

Per uur

Per kalenderdag

€ 0,10

Onbeperkt

Tabel 1: Tarieven parkeren Binnenstad en schil Meppel 2020

   

Het tarief voor het parkeren bij parkeerapparatuur als bedoeld in artikel 1, onderdeel b bedraagt per ontheffing per kalendermaand of een gedeelte daarvan:

 

Doelgroep

Locatie

Tarief 1e ontheffing

Tarief 2e ontheffing

Tarief 3e ontheffing

Tijds-eenheid

Bewoners Binnenstad en schil

Terreinen Binnenstad en woonstraten schil

(zie tabel 3)

€ 4,71

€ 12,56

n.v.t.

Per maand

 

Terrein Stadhuis

€ 3,90 (ex. BTW)

€ 10,37 (ex. BTW)

n.v.t.

Per maand

Bewoners complex Keyserstroom en bewoners huur - appartementen complex Kromme Elleboog

Parkeer- garages Keyserstroom en Kromme Elleboog

€ 3,90 (ex. BTW)

€ 10,37 (ex. BTW)

n.v.t.

Per maand

Bedrijven Binnenstad en schil

Terreinen Binnenstad en schil (zie tabel 3)

€ 18,85

€ 28,26

€ 37,69

Per maand

 

Alle betaalde parkeerplaatsen (uitgezonderd parkeergarages en parkeerterrein Stadhuis)

€ 41,87

n.v.t.

n.v.t.

Per maand

Woonwerk verkeer

Terrein Stadhuis

€ 15,58 (ex. BTW)

n.v.t.

n.v.t.

Per maand

 

Terrein Kraton

€ 12,56

n.v.t.

n.v.t.

Per maand

 

Garage Keyserstroom

€ 31,14 (ex. BTW)

n.v.t.

n.v.t.

Per maand

Tijdelijke ontheffing (t.b.v. werk)

Binnenstad

€ 8,90

€ 26,17

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

Per dag

Per week

 

Schil

€ 7,32

n.v.t.

n.v.t.

Per week

Vervangend document (pasje)

 

€ 13,61

n.v.t.

n.v.t.

Per document

Tabel 2: Tarieven vergunningen/ontheffingen parkeren binnenstad en schil Meppel 2020

      

Terrein

Uitgifte vergunningen en ontheffingen

 

Bewoners

Bedrijven

Woonwerk verkeer

Bleekerseiland

Ja

Ja

Nee

Koekoekstraat

Ja

Ja

Nee

Stoombootkade

Ja

Ja

Nee

Kromme Elleboog (zuidzijde)

Ja

Nee

Nee

Hoogetin (vergunninghoudersplekken)

Ja

Nee

Nee

Vledderstraat

Ja

Ja

Nee

Swaenenborgh

Ja

Ja

Nee

Looierij (vergunninghouderszone)

Ja

Nee

Nee

Parkeergarage Keyserstroom

Ja

Nee*

Ja

Parkeergarage Kromme Elleboog

Ja

Nee

Nee

Parkeerterrein Kraton

Ja

Nee*

Ja

Parkeerterrein Stadhuis (betaalde deel)

Ja

Nee*

Ja

Het Vledder

Alleen faciliteren bewoners / bedrijven Vledder

Overige woonstraten en terreinen schil

Alleen faciliteren bewoners / bedrijven betreffende buurt/straat

(*) Bedrijven kunnen wel een woonwerk ontheffing aanvragen voor deze terreinen

Tabel 3: Uitgifte vergunningen en ontheffingen

Bijlage 2 Kaart

afbeelding binnen de regeling

___

Behoord bij raadsbesluit van 19 oktober 2017  .