Regeling vervallen per 07-07-2017

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2014

Geldend van 03-03-2017 t/m 06-07-2017

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2014

De raad van de gemeente Midden-Drenthe;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 22 oktober 2013;

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en artikel 1 van de Wet van 13 oktober 2011, houdende regeling van een grondslag voor de heffing van rechten voor de Nederlandse identiteitskaart (Stb. 2011, 440);

besluit

vast te stellen de volgende verordening:

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2014 (Legesverordening 2014).

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    ’dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    ’week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    ’maand’: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1) e dag in de volgende kalendermaand;

  • d.

    ’jaar’: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1) e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    'kalenderjaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2. Belastbaar feit

  • 1. Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

    • a.

      het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

    • b.

      het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;

    een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

  • 2. Hetgeen in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel is bepaald over een Nederlandse identiteitskaart voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is van overeenkomstige toepassing op een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor personen met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon.

    [Dit lid treedt in werking met ingang van het tijdstip waarop het voorstel van Rijkswet tot wijziging van de Paspoortwet in verband met het van rechtswege laten vervallen van reisdocumenten van personen aan wie een uitreisverbod is opgelegd (Kamerstukken I 2015-2016, 34358 (R2065), nr. A) tot wet is of wordt verheven en artikel I van die wet in werking treedt, welk tijdstip tevens de datum van ingang van de heffing is. Red. ]

Artikel 3. Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4. Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • b.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

  • c.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel i. van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover het een activiteit betreft bedoeld in artikel 2.2a van het Besluit omgevingsrecht (omgevingsvergunning beperkte milieutoets);

  • d.

    aanvragen van verklaringen omtrent inkomen en vermogen.

Artikel 5. Tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet  bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

  • 3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6. Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of ander document. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7. Termijnen van betaling

  • 1. De leges moeten worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8. Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9. Teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de bij deze verordening behorende tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10. Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 11. Intrekking / overgangsrecht

De Legesverordening 2010 van 5 november 2009, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 13 december 2012, wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2014, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 11A. Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

  • 1. onderdeel 1.1.6 (akten burgerlijke stand);

  • 2. hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

  • 3. hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

  • 4. onderdeel 1.4.2.2 (papieren verstrekking uit de basisregistratie personen);

  • 5. onderdeel 1.7.1.1 (verklaring omtrent het gedrag);

  • 6. hoofdstuk 10 (kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 12 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2014.

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening 2014.

Ondertekening

Besloten in de openbare vergadering van de raad,
gehouden op 7 november 2013.
de griffier, C.J. Onderwater
de voorzitter, J. Broertjes

Bijlage Tarieventabel leges

Tarieventabel leges

Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening 2014

[N.B. De verordening tot vijfde wijziging van de Legesverordening 2014 wijzigt de Tarieventabel volledig, bepaalt over de ingangsdatum van de heffing het volgende:

"De datum van ingang van de heffing als bedoeld in de bij deze wijzigingsverordening behorende tarieventabel is 1 januari 2016",

en bepaalt voorts dat de gewijzigde bepalingen van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich vóór 1 januari 2016 hebben voorgedaan

(red.)]

Tarieventabel, behorende bij de Zevende wijziging Legesverordening 2014

Indeling tarieventabel

 

Titel 1. Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1. Burgerlijke stand

Hoofdstuk 2. Reisdocumenten

Hoofdstuk 3. Rijbewijzen

Hoofdstuk 4. Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

Hoofdstuk 5. Bestuursstukken

Hoofdstuk 6. Vastgoedinformatie

Hoofdstuk 7. Overige publiekszaken

Hoofdstuk 8. Gemeentearchief

Hoofdstuk 9. Standplaatsen

Hoofdstuk 10. Kansspelen

Hoofdstuk 11. Gereserveerd

Hoofdstuk 12. Verkeer en vervoer

Hoofdstuk 13. Telecommunicatie en overige kabels en leidingen

Hoofdstuk 14. Diversen

Titel 2. Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen

Hoofdstuk 2. Vooroverleg (schetsplan) / principeverzoek

Hoofdstuk 3. Omgevingsvergunning

Hoofdstuk 4. Vermindering

Hoofdstuk 5. Teruggaaf

Hoofdstuk 6. Intrekking omgevingsvergunning

Hoofdstuk 7. Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

Hoofdstuk 8. Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

Hoofdstuk 9. Waarborgsommen

Hoofdstuk 10. Beschikbaarstelling bouwverordening en/of toelichting

Hoofdstuk 11. Informatieverzoeken onroerende zaken

Hoofdstuk 12. Kleinschalig kamperen

Hoofdstuk 13. Niet benoemde beschikking

Titel 3. Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1. Horeca

Hoofdstuk 2. Organiseren evenementen

Hoofdstuk 3. Prostitutiebedrijven

Hoofdstuk 4. Overig

Titel 1. Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1. Burgerlijke stand

1.1.1

Het tarief bedraagt voor het voltrekken van een huwelijk/ het registreren van een partnerschap op:

 

 

1.1.1.1

Maandag t/m vrijdag van 9.00 – 16.00 uur

436,50

1.1.1.2

Maandag t/m donderdag van 9.00 – 16.00 uur met een maximum duur van 15 minuten (verkorte ceremonie)

106,00

1.1.1.3

Op elk ander tijdstip, een en ander voor zover deze dagen of uren niet ingevolge artikel 4 van de Wet rechten burgerlijke stand door de ambtenaar van de burgerlijke stand voor kosteloze huwelijksvoltrekking/ partnerschapsregistratie zijn aangewezen (maandag om 9.00 en 9.30 uur)

820,00

1.1.1.4.

Het tarief genoemd in 1.1.1.1, 1.1.1.2 en 1.1.1.3 wordt, indien het voltrekken van een huwelijk/het bevestigen van een geregistreerd partnerschap plaatsvindt door een buitengewone ambtenaar van de burgerlijke stand met een ééndaagse benoeming, verhoogd met

220,00

 

 

 

 

1.1.2

Het tarief voor de omzetting van een geregistreerd partnerschap bedraagt: het bepaalde in de laatste alinea van 1.1.1.3 is van overeenkomstige toepassing

62,60

1.1.2.1

De kosten van het annuleren van een huwelijk / partnerschaps-registratie binnen veertien dagen voor de huwelijksvoltrekking / partnerschapsregistratie bedraagt

52,15

 

 

 

 

1.1.3

Het tarief bedraagt voor:

 

 

1.1.3.1

het verstrekken van een trouwboekje of partnerschapboekje in een normale uitvoering

12,85

1.1.3.2

het verstrekken van een duplicaattrouwboekje of -partnerschap-boekje

30,60

1.1.3.3

het kalligraferen van een trouwboekje of een partnerschapboekje:

17,00

 

 

 

 

1.1.4

Het tarief bedraagt voor het door de gemeente toewijzen van getuigen, in verband met de voltrekking van een huwelijk dan wel de registratie van een partnerschap, welke in dienst zijn van de gemeente voor iedere getuige

30,25

 

 

 

 

1.1.5

Het tarief bedraagt voor het doen van nasporingen in de registers van de Burgerlijke stand, indien deze betrekking hebben op één persoon, voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan

24,45

 

 

 

 

1.1.6

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand (wettelijk vastgestelde tarieven)

 

 

        

Hoofdstuk 2. Reisdocumenten

1.2.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

1.2.1.

van een nationaal paspoort:

 

1.2.1.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is (geldig voor 10 jaar)

64,40

1.2.1.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt (geldig voor 5 jaar)

51,20

1.2.2

van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zaken-paspoort)

 

 

1.2.2.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is (geldig voor 10 jaar)

64,40

1.2.2.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt (geldig voor 5 jaar)

51,20

1.2.3

van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):

 

 

1.2.3.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is (geldig voor 10 jaar)

64,40

1.2.3.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt (geldig voor 5 jaar)

51,20

1.2.4

van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen (geldig voor 5 jaar)

51,20

1.2.5

van een Nederlandse identiteitskaart:

 

 

1.2.5.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

50,40

1.2.5.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

28,45

1.2.6

voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedrag van

47,30

  

Hoofdstuk 3. Rijbewijzen

 

1.3.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

38,95

 

 

 

 

1.3.2

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van gegevens uit het Centraal Register Rijbewijzen

9,70

 

 

 

 

1.3.3

Indien ter zake van de aanvraag tot het afgeven van een rijbewijs aan de aanvrager reeds eerder een rijbewijs werd verstrekt, welk rijbewijs bij de aanvraag – anders dan door overmacht – niet compleet kan worden overgelegd, wordt de ter zake verschuldigde leges verhoogd met

24,05

 

 

 

 

1.3.4

Voor het in behandeling nemen van een spoedaanvraag tot het afgeven van een rijbewijs worden de leges verhoogd met

34,10

Hoofdstuk 4. Verstrekkingen uit basisregistratie personen

 

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.2 en 1.4.3, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens moet worden geraadpleegd.

 

 

 

 

 

 

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

1.4.2.1

Tot het verstrekken van gegevens:

 

 

1.4.2.1.1

per verstrekking aan de balie van de gemeentewinkel

8,00

1.4.2.1.2

per verstrekking via de gemeentelijke webwinkel

5,70

 

 

 

 

1.4.2.2

Tot schriftelijke gegevensverstrekking aan afnemers en bijzondere derden: per verstrekking (wettelijk vastgesteld tarief)

2,27

 

 

 

 

1.4.3

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de gemeentelijke basisadministratie, voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan

24,85

Hoofdstuk 5. Bestuursstukken

 

1.5.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar op het schriftelijk verstrekken van de verslagen van de raadsvergaderingen alsmede op de stukken behorende bij de raadsvergaderingen

40,30

 

 

 

 

1.5.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag op het schriftelijk verstrekken van de verslagen van de vergaderingen van een raadscommissie alsmede op de stukken behorende bij de vergaderingen van een raadscommissie

40,30

Hoofdstuk 6. Vastgoedinformatie

 

1.6.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een kopie van tekeningen of kaartmateriaal, zoals kadastrale kaarten, tekeningen en kaartmateriaal behorende bij bouwplannen, voorbereidings-besluiten, bestemmingsplannen, structuurplannen, herinrichtingsplannen, en dergelijke per kopie:

16,50

 

 

 

 

1.6.2

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een kopie uit de registers bedoeld in de artikelen 6 en 20 van de Monumentenwet 1988

3,35

 

 

 

 

1.6.3

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift, beeldschermafdruk of fotokopie uit de gemeentelijke kadastrale registratie (object- en/of subjectinformatie), per afschrift, beeldschermafdruk of fotokopie

5,10

  

Hoofdstuk 7. Overige publiekszaken

 

1.7.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

1.7.1.1

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag (max. wettelijk tarief)

41,35

1.7.1.2

tot het verkrijgen van een bewijs van in leven zijn

 

 

1.7.1.2.1

aan de balie van de gemeentewinkel

8,00

1.7.1.2.2

via de gemeentelijke webwinkel

5,70

1.7.1.3

tot het afgeven van een bewijs van Nederlanderschap

8,00

1.7.1.4

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening

10,30

Hoofdstuk 8. Gemeentearchief

 

1.8.1

Het tarief bedraagt ter zake van het op verzoek doen van nasporingen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan

24,85

Hoofdstuk 9. Standplaatsen

 

1.9.1

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een commerciële standplaatsvergunning voor onbepaalde tijd, bedraagt:

97,55

 

 

 

 

1.9.2

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een niet-commerciële standplaatsvergunning voor een dag, bedraagt:

35,20

Hoofdstuk 10. Kansspelen

 

1.10.1

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

1.10.1.1

Tot het verkrijgen van een vergunning voor het mogen vestigen of exploiteren van een speelautomatenhal zoals bedoeld in artikel 2 van de “Verordening speelautomatenhal Midden-Drenthe” bedraagt:

1.379,00

1.10.1.2

Voor de wijziging van een vergunning en een verlenging als bedoeld in artikel 2 van de “Verordening speelautomatenhal Midden-Drenthe” bedraagt

137,50

 

 

 

 

1.10.2

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen voor een periode van twaalf maanden bedraagt (NB: wettelijk vastgestelde tarieven op basis van speelautomatenbesluit):

 

 

1.10.2.1

Voor één kansspelautomaat

58,75

1.10.2.2

Voor twee of meer kansspelautomaten, een basisbedrag van:

35,30

 

en voor elke automaat

23,40

1.10.2.3

Voor een periode van meer dan vier jaren of voor onbepaalde tijd voor één speelautomaat

235,50

1.10.2.4

Voor een periode van meer dan vier jaren of voor onbepaalde tijd, voor twee of meer speelautomaten, een basisbedrag van

141,00

 

en voor elke speelautomaat (NB: wettelijk vastgesteld tarief op basis van speelautomatenbesluit)

94,15

 

1.10.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

24,10

 

 

 

 

1.10.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 28 van de Wet op de kansspelen (prijsvraagvergunning)

24,10

Hoofdstuk 11. Gereserveerd

 

Hoofdstuk 12. Verkeer en vervoer

1.12.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

1.12.1.1

Tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (Stb. 459) voor zover noodzakelijk voor en direct samenhangend met de uitvoering van bijzondere transporten

39,20

1.12.1.2

Tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (Stb 459) anders dan bedoeld in onderdeel 1.12.1.1

35,30

1.12.1.3

Tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 7.1 van het Voertuigenreglement (Stb. 1994,450)

38,55

1.12.1.4

Tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (Stb. 2001, 201)

80,70

1.12.1.5

Tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 5 van de Wet personenvervoer (Stb. 1987, 175)

29,05

1.12.1.6

Tot het verkrijgen van een inrijdontheffing voor het voetgangersgebied in het dorp Orvelte

35,10

1.12.1.7

Tot het verkrijgen van een inrijdontheffing voor het voetgangersgebied Beilen als bedoeld in de “Beleidsregels toegang voetgangersgebied Beilen”

50,55

 

 

 

 

1.12.2

Tot het verkrijgen van een vergunning voor een gehandicaptenparkeerplaats

52,50

1.12.2.1

Voor het aanbrengen van een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken op gemeentelijk terrein bij een bepaalde parkeerplaats wordt het bedrag bepaald in 1.12.2 verhoogd met

293,50

1.12.2.2

Voor het aanbrengen van een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken op gemeentelijk terrein van een nieuwe parkeerplaats wordt het bedrag bepaald in 1.12.2 verhoogd met € 282,50 en een verhoging met de werkelijke kosten die vooraf schriftelijk aan de aanvrager kenbaar wordt gemaakt met een begroting die terzake door of vanwege burgemeester en wethouders is opgesteld

 

 

1.12.2.3

Voor het niet schriftelijk melden aan het college van burgemeester en wethouders van het opheffen van een gehandicaptenparkeerplaats binnen 4 weken na opheffing, geldt een tarief van

52,50

1.12.2.4

Voor het wijzigen van een kenteken op een bord bij een gehandicaptenparkeerplaats bedraagt het tarief

142,00

  

Hoofdstuk 13. Telecommunicatie en overige kabels en leidingen

 

1.13.1

Telecommunicatie

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding tot het verkrijgen van instemming omtrent tijdstip, plaats en werkwijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4 eerste lid van de Telecommunicatiewet bedraagt:

 

 

1.13.1.1

voor tracés tot en met 250 meter

220,00

1.13.1.2

voor tracés vanaf 251 meter

438,50

1.13.1.3

Het op grond van 1.13.1.1, en 1.13.1.2 verschuldigde bedrag wordt verhoogd met een bedrag per strekkende meter van

0,29

1.13.1.4

Het tarief bedoeld in 1.13.1.1, 1.13.1.2 en 1.13.1.3 wordt verminderd met 50% indien:

een melding wordt ingetrokken voordat hierop een beslissing is genomen;

een aanvraag buiten behandeling wordt gesteld.

 

 

1.13.1.5

In afwijking van 1.13.1.1, 1.13.1.2 en 1.13.1.3 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een na aanvang of gereedkomen van de aanleg, instandhouding of verwijdering van kabels ingediende melding in verband met het verkrijgen van toestemming: 150% van de leges, zoals deze op grond van die onderdelen geheven zouden zijn bij een vooraf ingediende melding.

 

 

 

 

 

 

1.13.2

Overige kabels en leidingen

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het aanleggen, onderhouden, verleggen of verwijderen van kabels of leidingen als bedoeld in de “Algemene verordening ondergrondse infrastructuur gemeente Midden-Drenthe” bedraagt:

 

 

1.13.2.1

voor tracés tot en met 10 meter

€ 

76,50

1.13.2.2

voor tracés van meer dan 10 meter tot en met 250 meter

220,00

1.13.2.3

voor tracés van meer dan 250 meter

438,50

1.13.2.4

het bedrag in 1.13.2.1, 1.13.2.2 en 1.13.2.3 wordt verhoogd met een bedrag per strekkende meter van

0,87

1.13.2.5

Het tarief bedoeld in 1.13.2.1, 1.13.2.2 1.13.2.3 en 1.13.2.4 wordt verminderd met 50% indien:

op een aanvraag afwijzend wordt beschikt;een aanvraag wordt ingetrokken voordat hierop een beslissing is genomen;een aanvraag buiten behandeling wordt gesteld.

 

 

1.13.2.6

In afwijking van 1.13.2.1, 1.13.2.2 1.13.2.3 en 1.13.2.4 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een na aanvang of gereedkomen van de aanleg, onderhoud, verlegging of verwijdering van kabels of leidingen ingediende aanvraag om een vergunning: 150% van de leges, zoals deze op grond van die onderdelen geheven zouden zijn bij een vooraf ingediende aanvraag.

 

 

 

Hoofdstuk 14. Diversen

1.14.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

 

1.14.1

Gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

1,00

 

 

 

 

1.14.2

afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

 

 

1.14.2.1

per pagina op papier van A4-formaat

0,25

1.14.2.2

per pagina op papier van A3-formaat

0,40

 

 

 

 

1.14.3

Kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in de onderdelen 1.13.1 en 1.13.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk

7,85

 

 

 

 

1.14.4

Een gunstige beschikking op aanvragen van een vergunning of een ontheffing, dan wel van elk ander stuk in het persoonlijk belang van de aanvrager opgemaakt, voor zover deze stukken niet afzonderlijk en met name in de volgende artikelen van deze tarieventabel zijn genoemd, per beschikking of genoemd stuk

35,20

 

Titel 2. Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving / omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen

 

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

2.1.1.1

Aanlegkosten:

 

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan:

de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft.

2.1.1.2

Opgave bouwkosten:

 

De aanvrager van een bouwvergunning is gehouden bij de aanvraag een opgave van de aannemingssom te overleggen als bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten (exclusief omzetbelasting) als bedoeld in het normblad NEN 2699 (2013), of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd.

Indien de opgave of raming niet deugdelijk wordt geacht, dient een gespecificeerde begroting te worden overgelegd. Blijft de aanvrager in gebreke de totale kosten in de aanvraag te vermelden of de gevraagde begroting te overleggen of kunnen burgemeester en wethouders zich met de opgegeven bouwkosten niet verenigen, dan stellen zij het bedrag van de bouwkosten vast.

De bouwkosten worden bepaald aan de hand van de laatste versie van het Bouwkostenboekje “Basisbedragen Gebouwen” van Multi Consultants’ (een pdf-versie is op de internetsite van de gemeente te raadplegen). Aan de hand van deze opgave stellen burgemeester en wethouders het bedrag van de bouwkosten vast ter zake waarvan de leges als bedoeld in 2.3.1. worden geheven.

2.1.1.3

Sloopkosten:

 

Voor leges sloop wordt een vast tarief geheven

2.1.1.4

Wabo: 

 

Wet algemene bepalingen omgevingsrecht

 

 

2.1.2

Ìn deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

 

 

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

 

Hoofdstuk 2. Vooroverleg (schetsplan) / principeverzoek

2.2

Voordat een bouwplan tot in detail wordt getekend en berekend, is het mogelijk om op basis van eenvoudige/globale tekeningen en gegevens een "beoordeling schetsplan" te vragen. Aan de hand van een schetsplan onderzoekt de afdeling Bouwen en Wonen de haalbaarheid van het bouwplan.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

 

2.2.1.1

 

Om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is:

142,00

 

 

 

 

2.2.1.2

Indien een aanvraag tot het verkrijgen van een omgevingsver-gunning voor een op basis van het schetsplan uitgewerkt bouwplan in behandeling wordt genomen, en dit schetsplan niet is verworpen, worden de daarvoor geheven leges met deze leges verrekend.

 

 

 

 

 

 

2.2.2.1

Voordat een activiteit inhoudende het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan of het uitvoeren van een werk wordt uitgevoerd of hier kosten voor worden gemaakt, is het mogelijk om op basis van een globale omschrijving van het gebruik en een bijbehorende situatieschets een principeverzoek aan te vragen. Het tarief voor het in behandeling nemen van een principeverzoek bedraagt:

286,00

 

 

 

 

2.2.2.2

Indien op een principeverzoek positieve reactie wordt gegeven en dit verzoek wordt gevolgd door een procedure in het kader van de Wro of de Wabo, dan wordt het geheven bedrag in mindering gebracht op het legesbedrag dat volgens de legestabel wordt geheven voor die te volgen procedure in het kader van de Wro of de WABO.

 

 

 

 

 

 

2.2.3

Indien het principeverzoek afgedaan kan worden zonder integraal overleg bedraagt het tarief:

142,00

Hoofdstuk 3. Omgevingsvergunning

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project:

de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

 

 

 

 

 

 

2.3.1

Bouwactiviteiten

 

 

2.3.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor bouwactiviteiten:

een percentage over de bouwkosten van:

 

2,31%

 

met een minimumbedrag van:

153,00

2.3.1.1.1 

In afwijking van 2.3.1.1 wordt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor bouwactiviteiten voor een grond gebonden zonnepanelenpark berekend aan de hand van de volgende formules:

voor de eerste hectares:

1 gedeeld door A vermenigvuldigd met 2,31% van B, en voor de volgende hectares:

A minus 1 gedeeld door A vermenigvuldigd met1,155% van B,

waarbij:

A staat voor het totaal aantal hectares bebouwde oppervlakte;

B staat voor de totale bouwsom van de bouwactiviteit,

met dien verstande dat het totaal bedrag maximaal € 65.000,00 bedraagt.

 

 

   

 

Landschapverordening (reclameobjecten)

 

 

2.3.1.2

Voor advieskosten voor reclameobjecten per aanvraag

312,00

 

 

 

 

2.3.1.3

Achteraf ingediende aanvraag

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit:

van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.

 

120%

 

 

 

 

2.3.2

Aanlegactiviteiten

 

 

2.3.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor aanlegactiviteiten als bedoel in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo:

een percentage over de aanlegkosten van:

 

2,31%

2.3.2.2

met een minimumbedrag van

573,00

2.3.2.3 

In afwijking van 2.3.2.1 wordt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor aanlegactiviteiten als bedoel in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo voor een grond gebonden zonnepanelenpark berekend aan de hand van de volgende formules:

voor de eerste hectare:

1 gedeeld door A vermenigvuldigd met 2,31% van B, en

voor de volgende hectares:

A minus 1 gedeeld door A vermenigvuldigd met 1,155 % van B,

waarbij:

A staat voor het totaal aantal hectares bebouwde oppervlakte;

B staat voor de totale bouwsom van de bouwactiviteit,

met dien verstande dat het totaal bedrag maximaal € 65.000,00 bedraagt.

 

 

2.3.3

Planologisch strijdig gebruik

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en al dan niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1. en 2.3.2:

 

 

2.3.3.1.1

Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): (vergroten bouwblok of intensieve neventak)

895,50

2.3.3.1.2

Voor overige binnenplanse afwijking:

318,00

2.3.3.2

Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

530,00

2.3.3.3

Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking): (WABO vrijstelling)

1.893,00

2.3.3.4

Indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

309,00

2.3.3.5

Indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

309,00

2.3.3.6

Indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

309,00

2.3.3.7

Indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

309,00

 

 

 

 

2.3.4

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit: deze rubriek is geïntegreerd in rubriek 2.3.3

 

 

 

2.3.5

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

297,50

 

Indien de omgevingsvergunning de hierna genoemde bouwwerken of inrichtingen betreft, wordt het onder 2.3.5 genoemde bedrag verhoogd met de bij elk van die bouwwerken of inrichtingen aangegeven bedragen:

 

 

2.3.5.1

Met een bruto vloeroppervlakte:

 

 

2.3.5.1.1

tot 100 m²

145,00

2.3.5.1.2

van 100 tot 500 m² per m²

1,45

2.3.5.1.3

van 500 tot 2.000 m²

440,50

 

vermeerderd per m² met

0,58

2.3.5.1.4

van 2.000 tot 5.000 m²

1.264,50

 

vermeerderd per m² met

0,16

2.3.5.1.5

van 5.000 tot en met 50.000 m²

2.012,00

 

vermeerderd per m² met

0,02

2.3.5.1.6

boven 50.000 m²

2.584,00

 

vermeerderd per m² met

0,01

 

 

 

 

2.3.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten.

Over deze activiteit wordt geen leges geheven.

(NB: Er is geen gemeentelijke erfgoedverordening van kracht)

 

 

 

 

 

 

2.3.7

Sloopactiviteiten als bedoel in artikel 2.1 lid 1g Wabo

(anders dan bij monumenten of in beschermd stads- en dorpsgezicht)

 

 

2.3.7.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk bedraagt het tarief voor:

 

 

2.3.7.1.1

Woningen:

 

 

 

o.a. sloop van één woongebouw en/of bijgebouw(en) of delen hiervan

99,30

 

projectmatig slopen van (complexen) woningen en/of bijgebouwen

398,50

2.3.7.1.2

Agrarische objecten:

o.a. sloop van bedrijfswoning en/of –gebouw(en)

298,00

2.3.7.1.3

Bedrijven:

o.a. sloop van bedrijfsgebouw(en), kantoren, en aanverwante bouwwerken

398,50

2.3.7.1.4

Vervallen (valt nu onder sloopmelding)

 

 

2.3.7.1.5

Overige bouwwerken:

o.a. sloop van bouwwerken, geen gebouw zijnde

198,00

 

 

 

 

2.3.8

Aanleggen of veranderen weg

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:6 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

173,00

 

2.3.9

Kappen

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in de bomenverordening van 20 mei 1999 dan wel op grond van een bepaling in de bomenverordening 2016 vanaf het moment dat die in werking is getreden een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

85,50

 

 

 

 

2.3.10

Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998

[ Onderdeel 2.3.10 van deze tarieventabel wordt vervangen door het in Artikel I onder C van de Verordening tot zevende wijziging van de Legesverordening 2014 opgenomen onderdeel 2.3.10 met ingang van het tijdstip waarop artikel 10.8, onderdeel B, van de Wet natuurbescherming in werking treedt, welk tijdstip tevens de datum van ingang van de heffing op grond van het in werking getreden onderdeel is. Dit vervangende onderdeel is onderaan deze tarieventabel opgenomen. Red. ]

 

 

2.3.10.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:

 

Nvt

2.3.10.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Economische Zaken aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998:

147,50

 

 

 

 

2.3.11

Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet of de Wet natuurbeschermingI

 

 

2.3.11.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet of artikel 3.3, 3.8 respectievelijk 3.10 Wet natuurbescherming ontheffing nodig is, bedraagt het tarief het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

 

2.3.11.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.11.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

 

 

 

 

2.3.12

Andere activiteiten (overige aanhakende toestemmingen)

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

 

 

2.3.12.1

Behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:

123,50

2.3.12.2

Behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

123,50

2.3.12.2.1

Als het een gemeentelijke verordening betreft

123,50

2.3.12.2.2

Als het een provinciale of waterschapsverordening betreft

123,50

 

2.3.13

Omgevingsvergunning in twee fasen

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

 

2.3.13.1

Voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase:

het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

 

 

2.3.13.2

Voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase:

het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

 

 

 

 

 

 

2.3.14

Beoordeling bodemrapport 

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

 

 

2.3.14.1

Voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport

198,50

2.3.14.2

Voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport

398,00

2.3.14.3

Vooronderzoek naar het historisch gebruik en naar de bodemgesteldheid

49,60

2.3.14.4

Voor verkennend onderzoek naar de bodemgesteldheid

99,25

 

 

 

 

2.3.14.5

Akoestisch/bouwfysisch onderzoek

 

 

2.3.14.5.1

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het beoordelen van een akoestisch bouwfysisch onderzoek, uitgevoerd in het kader van het Bouwbesluit en de Wet Geluidhinder bedraagt:

197,50

2.3.14.5.2

Het tarief voor een aanvullend onderzoek bedraagt:

383,00

2.3.14.5.3

Het tarief voor een ontheffing hogere grenswaarde bedraagt:

298,00

 

 

 

 

2.3.15

Advies

 

 

2.3.15.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning:

het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

 

2.3.15.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.15.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij die aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

 

2.3.16

Verklaring van geen bedenkingen

 

 

2.3.16.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

 

 

2.3.16.1.1

Indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven op verzoek van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Midden-Drenthe:

 

Nihil

2.3.16.1.2

Indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven op verzoek van een ander bestuursorgaan dan genoemd in 2.3.16.1.1

180,00

2.3.16.1.3

Indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: bedraagt het tarief het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld:

 

 

2.3.16.1.4

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.16.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

Hoofdstuk 4. Vermindering

 

2.4.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een vooroverleg(schetsplan)/ principeverzoek, als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg(schetsplan)/ principeverzoek geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3.

Hoofdstuk 5. Teruggaaf

 

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag

als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit activiteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.3, 2.3.5, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges.

 

De teruggaaf bedraagt:

 

 

2.5.1.1

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 4 weken na het in behandeling nemen ervan:

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

 

75%

2.5.1.2

indien de aanvraag wordt ingetrokken na 4 weken na het in behandeling nemen, maar vóór het nemen van de beschikking:

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges:

 

50%

 

 

 

 

 

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, of sloopactiviteiten of het uitvoeren van werken:

als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 6 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt.

De teruggaaf bedraagt:

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

25%

2.5.2.1

In afwijking van het bepaalde in onderdeel 2.5.2 geldt voor teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, en/of aanlegactiviteiten als bedoeld in 2.3.1.1.1 en 2.3.2.3 (grond gebonden zonepanelenpark) het volgende:

als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, en/of aanleg activiteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1.1, 2.3.2.3, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 12 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt.

De teruggaaf bedraagt:

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

25%

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten:

 

 

2.5.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges.

De teruggaaf bedraagt:

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

25%

2.5.3.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

 

 

 

 

 

 

2.5.4

Minimumbedrag voor teruggaaf:

een bedrag van minder dan € 50,- wordt niet teruggegeven.

 

 

 

 

 

 

2.5.5

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen:

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.15 en 2.3.16 wordt geen teruggaaf verleend.

 

 

Hoofdstuk 6. Intrekking omgevingsvergunning

 

2.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is:

 

Nvt

Hoofdstuk 7. Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

 

2.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:

197,50

  

Hoofdstuk 8. Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

 

2.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

2.8.1.1

tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening

2.392,00

2.8.1.2

Tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening

1.393,00

 

 

 

 

2.8.2

Bij verplichte publicatie in de Staatscourant worden de bedragen per publicatie verhoogd met:

30,75

Hoofdstuk 9. Waarborgsommen

 

2.9

Verhoging en teruggaaf start bouw en gereed bouw

De bedragen van de artikelen 2.3.1.1., 2.3.7.1 en 2.3.15.2 worden verhoogd met :

100,00

 

Start bouw

Als minimaal twee dagen voor de aanvang van de bouwactiviteiten een melding is ontvangen wordt terugbetaald

50,00

 

Gereed bouw

Als minimaal een dag voor de voltooiing van de bouwactiviteiten een melding is ontvangen wordt terugbetaald:

50,00

Hoofdstuk 10. Beschikbaarstelling bouwverordening en/of toelichting

 

2.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een exemplaar van

 

 

2.10.1

de bouwverordening:

68,85

2.10.2

de toelichting op de bouwverordening:

68,85

Hoofdstuk 11. Informatieverzoeken onroerende zaken

 

2.11

Het tarief voor vragen om informatie:

over status van bestemmingsplannen en de bestemmingen;

over milieuvergunningen:

uit bodemonderzoeken:

overige zaken in verband met aan- en verkoopopdrachten of voor taxaties bedraagt voor de totale beantwoording op basis van het formulier informatieaanvraag:

108,00

 

Het tarief voor vragen om informatie

 

 

2.11.1

onderdeel BOUW / RO:

33,05

2.11.2

onderdeel MILIEU:

33,05

Hoofdstuk 12. Kleinschalig kamperen

 

2.12

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoel in artikel 4.10 van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV), bedraagt

368,00

Hoofdstuk 13. In deze titel niet benoemde beschikking

2.13

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking die betrekking heeft op de fysieke leefomgeving

293,50

Titel 3. Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1. Horeca

 

3.1.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning ingevolge artikel 3, eerste lid, van de Drank- en Horecawet

583,00

 

 

 

 

3.1.2

Ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet bedraagt het tarief

72,10

Hoofdstuk 2. Organiseren evenementen

 

3.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

 

 

3.2.1

Het verkrijgen van een vergunning op grond van de festiviteiten- en evenementenverordening

34,95

3.2.2

Het tarief in 3.2.1 wordt:

bij het nemen van verkeerstechnische en/of brandveiligheidsmaatregelen

bij inzet van andere gemeentelijke diensten

verhoogd met

104,00

Hoofdstuk 3. Prostitutiebedrijven

 

3.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning voor het exploiteren of wijzigen van een prostitutiebedrijf of escortbedrijf als bedoeld in hoofdstuk 3 van de APV

654,50

Hoofdstuk 4. Overig

 

3.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, een ontheffing, een vrijstelling of een andere beschikking voor zover daarvoor niet elders in deze titel een tarief is opgenomen

271,00

 

 

Behorende bij het raadsbesluit van 3 november 2016;

de griffier,

A. Middelkamp

de voorzitter,

T. Baas

 

[ Onderdeel 2.3.10 van bovenstaande tarieventabel wordt vervangen door het in Artikel I onder C van de Verordening tot zevende wijziging van de Legesverordening 2014 opgenomen onderdeel 2.3.10 met ingang van het tijdstip waarop artikel 10.8, onderdeel B, van de Wet natuurbescherming in werking treedt, welk tijdstip tevens de datum van ingang van de heffing op grond van het in werking getreden onderdeel is. Hieronder is het vervangende onderdeel 2.3.10 opgenomen. Red. ]

2.3.10

Projecten of handelingen in het kader van de Wet natuurbescherming (bescherming van een Natura 2000-gebied en bescherming van soorten)

 

 

2.3.10.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een project of het verrichten van handelingen als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder j, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoeld activiteiten: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

 

2.3.10.2

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een handeling als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder k, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoeld activiteiten: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.