Regeling vervallen per 01-01-2022

Verordening betreffende de rekenkamercommissie voor de gemeente Midden-Groningen.

Geldend van 13-01-2018 t/m 31-12-2021 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2018

Intitulé

Verordening betreffende de rekenkamercommissie voor de gemeente Midden-Groningen.

De raad van de gemeente Midden-Groningen;

Gelet op artikel 81oa van de Gemeentewet;

Gelezen het voorstel van de klankbordgroep;

Gehoord de drie colleges van Hoogezand-Sappemeer, Slochteren en Menterwolde,

besluit:

vast te stellen de Verordening betreffende de rekenkamercommissie voor de gemeente Midden-Groningen.

HOOFDSTUK 1 - ALGEMEEN

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Raad: dit betreft de gemeenteraad van de gemeente Midden-Groningen

  • b.

    Rekenkamercommissie: de organisatie die is ingesteld bij besluit van de gemeenteraad en die ten doel heeft om door middel van beleidsevaluaties en doelmatigheidsonderzoeken een bijdrage te leveren aan de doeltreffendheid van het beoogde beleid, evenals de doelmatige voorbereiding en uitvoering ervan in de gemeente Midden-Groningen;

  • c.

    Doeltreffendheid of effectiviteit: de mate waarin een organisatie erin slaagt met de geleverde prestaties de gestelde doelen of de beoogde maatschappelijke effecten te bereiken.

  • d.

    Doelmatigheid of efficiency: het streven om met een zo beperkt mogelijke inzet van de beschikbare middelen het gewenste resultaat te bereiken.

  • e.

    Gemeentelijk bestuursorgaan: de raad van Midden-Groningen, het college van burgemeester en wethouders van Midden-Groningen, de burgemeester van Midden-Groningen (tenzij handelend in zijn hoedanigheid van hoofd van de politie), evenals gemeentelijke commissies waaraan bevoegdheden van de gemeenteraad of van burgemeester en wethouders zijn gedelegeerd;

  • f.

    Onderdeel: een gemeentelijke afdeling, kostenplaats of fonds;

  • g.

    Gesubsidieerde instelling: organisatie met rechtspersoonlijkheid naar burgerlijk recht, die een geldelijke bijdrage van meer dan € 50.000,-- van de gemeente ontvangt. Onder gemeente worden ook de in de artikelen 82 en 83 van de Gemeentewet genoemde commissies begrepen.

  • h.

    Ambtenaar: een ieder die in dienst van een de gemeente Midden-Groningen werkzaam is.

HOOFDSTUK 2 – TAAK, SAMENSTELLING EN BEVOEGDHEDEN VAN DE GEMEENTELIJKE REKENKAMERCOMMISSIE

Artikel 2 Taak van de gemeentelijke rekenkamercommissie

  • a.

    Er is een gemeentelijke rekenkamercommissie.

  • b.

    De gemeentelijke rekenkamercommissie doet onderzoek naar de (maatschappelijke) effecten van het gemeentelijk beleid alsmede naar de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het gemeentelijke beheer en van de gemeentelijke organisatie, alsmede van (gesubsidieerde) instellingen waarvan de activiteiten geheel of in belangrijke mate door de gemeente worden bekostigd.

  • c.

    De gemeentelijke rekenkamercommissie stelt elk jaar voor 1 april een verslag op van haar werkzaamheden over het voorgaande jaar.

  • d.

    De gemeentelijke rekenkamercommissie heeft de griffier als aanspreekpunt en de secretaris van de rekenkamer is werkzaam bij de griffie.

Artikel 3 Benoeming en samenstelling gemeentelijke rekenkamercommissie

De gemeentelijke rekenkamercommissie bestaat uit:

  • a.

    1 onafhankelijk voorzitter en 2 onafhankelijke leden die door de gemeenteraad van Midden-Groningen worden benoemd;

  • b.

    de onder a bedoelde personen vormen samen de rekenkamercommissie van de gemeente

  • c.

    De voorzitter draagt zorg voor het tijdig en periodiek bijeenroepen van de vergaderingen van de rekenkamercommissie, het leiden van de vergaderingen, het bewaken van de uitvoering van de onderzoeksopzet en de werkwijze en het bevorderen van een zorgvuldige besluitvorming. De voorzitter voert hiertoe regelmatig overleg met de onderzoekers en met het secretariaat.

  • d.

    De voorzitter en de onafhankelijke leden worden benoemd voor een periode van twee jaren.

  • e.

    (Oud)-bestuurders van deelnemende gemeenten of ambtenaren in dienst van deelnemende gemeenten kunnen niet worden benoemd als lid of voorzitter.

Artikel 4 Eed

Ten aanzien van de externe leden is artikel 81g van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing.

Artikel 5 Einde van het lidmaatschap

  • 1.

    De gemeenteraad ontslaat de leden of stelt hen op non-activiteit overeenkomstig hetgeen daarover in lid 2 van dit artikel is bepaald.

  • 2.

    Het lidmaatschap van lid / voorzitter eindigt:

    • a.

      Op eigen verzoek;

    • b.

      Bij aanvaarding van een functie die onverenigbaar is met het lidmaatschap / voorzitterschap van de rekenkamercommissie;

    • c.

      Wanneer het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel bij zulk een uitspraak een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;

    • d.

      Indien het bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak onder curatele is gesteld,

    • e.

      Wanneer het lid / de voorzitter in staat van faillissement is verklaard, surseance van betaling heeft verkregen of wegens schulden is gegijzeld;

    • f.

      Door tijdsverloop van twee jaar.

Artikel 6 Vergoeding voor werkzaamheden

  • 1.

    De voorzitter en de externe leden van de rekenkamercommissie genieten een vaste maandelijkse vergoeding voor hun werkzaamheden en een tegemoetkoming in de kosten. Deze kosten komen ten laste van het in artikel 8 genoemde budget.

  • 2.

    Het “Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden” vormt de basis voor de berekening van de in het eerste lid genoemde maandelijkse vergoeding en tegemoetkoming in de kosten.

  • 3.

    Op basis van de vergoeding voor een raadslid van Midden-Groningen op grond van de in lid 2 genoemde regeling ontvangt de voorzitter hiervan maandelijks 50% en de leden hiervan maandelijks 35%.

Artikel 7 Openbaarheid/geheimhouding

  • 1.

    De rekenkamercommissie kan op grond van een belang, genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur, omtrent de inhoud van stukken die aan haar worden overgelegd, geheimhouding opleggen.

  • 2.

    De geheimhouding wordt door allen die van deze stukken kennis dragen in acht genomen totdat de rekenkamercommissie haar opheft.

Artikel 8 Budget rekenkamercommissie

  • 1.

    De gemeenteraad stelt jaarlijks, na overleg met de rekenkamercommissie, de nodige middelen ter beschikking van de commissie voor een goede uitoefening van haar werkzaamheden.

  • 2.

    Ten laste van het in het voorgaande lid bedoelde budget worden de kosten gebracht van:

    • a.

      de vergoedingen aan de externe leden;

    • b.

      de interne onderzoeksmedewerkers;

    • c.

      externe deskundigen die eventueel door de rekenkamercommissie zijn ingeschakeld;

    • d.

      eventuele overige uitgaven die de commissie nodig acht voor de uitoefening van haar taak.

    • e.

      de ambtelijk secretaris

  • 3.

    De rekenkamercommissie is voor de besteding van het budget uitsluitend verantwoording verschuldigd aan de gemeenteraad.

  • 4.

    Indien er een positief saldo is aan het einde van het kalenderjaar van de middelen die beschikbaar zijn gesteld, kan een reserve worden gevormd. De gemeenteraad kan hiervoor ten aanzien van de bijdrage van die gemeente een plafond instellen.

  • 5.

    Bedragen die in een kalenderjaar niet worden gebruikt, worden gereserveerd om in het volgende kalenderjaar alsnog te kunnen worden gebruikt met in achtneming van een eventueel door de raad op grond van het vierde lid vastgesteld plafond.

Artikel 9 Reglement van orde en plaatsvervangend voorzitter

  • 1.

    De commissie stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen en andere werkzaamheden vast.

  • 2.

    Zij zendt het reglement na vaststelling onverwijld ter kennisneming naar de gemeenteraad.

  • 3.

    De commissie benoemt één van de onafhankelijke leden tot plaatsvervangend voorzitter van de commissie.

Artikel 10 Onderzoeksopdracht en bevoegdheden

  • 1.

    De rekenkamercommissie onderzoekt de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het beleid van het gemeentebestuur van Midden-Groningen.

  • 2.

    Het werkprogramma van de rekenkamercommissie wordt jaarlijks ter kennis gebracht van de gemeenteraad en voorziet in een evenwichtige verdeling van te plegen onderzoeken.

  • 3.

    De rekenkamercommissie doet tenminste jaarlijks een voorstel welke onderwerpen voor het komende jaar in aanmerking komen voor een onderzoek. Dat voorstel wordt ter kennis gebracht van de gemeenteraad.

  • 4.

    De rekenkamercommissie beslist welke onderwerpen worden onderzocht.

  • 5.

    De rekenkamercommissie kan zogenaamde quick scans uitvoeren welke betrekking hebben op een beperkter terrein of gepaard gaan met kleinere acties dan de onderzoeken welke normaliter worden uitgevoerd.

  • 6.

    De rekenkamercommissie kan de gemeenteraad mede gebaseerd op de uitkomsten van de in het vorige lid genoemde quick scans, gevraagd en ongevraagd adviseren.

  • 7.

    De rekenkamercommissie is bevoegd bij alle leden van een gemeentelijk bestuursorgaan en bij alle ambtenaren de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig heeft voor de uitvoering van het onderzoek.

  • 8.

    De leden van het gemeentelijke bestuursorgaan en de ambtenaren van de gemeente verstrekken desgevraagd alle inlichtingen die de rekenkamercommissie ter vervulling van haar taak nodig acht.

  • 9.

    De rekenkamercommissie is bevoegd bij de besturen en of directies van de hierna genoemde organisaties de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig heeft voor de uitvoering van het onderzoek, het betreft:

    • a.

      openbare lichamen en gemeenschappelijke organen ingesteld krachtens de Wet Gemeenschappelijke regelingen waaraan de gemeente deelneemt;

    • b.

      instellingen die een subsidie, lening of garantie van de gemeente ontvangen;

    • c.

      naamloze vennootschappen en besloten vennootschappen waarvan de gemeente tenminste 50% van het aandelenkapitaal houdt;

    • d.

      rechtspersonen die een bij of krachtens de wet geregelde taak uitoefenen en daartoe geheel of gedeeltelijk worden bekostigd uit de opbrengst van bij of krachtens de wet ingestelde heffingen;

  • 10.

    De rekenkamercommissie kan zich laten bijstaan door deskundigen.

  • 11.

    Om de onderzoeken van de rekenkamercommissie naar behoren te kunnen uitvoeren zijn de stukken, die onder oplegging van geheimhouding aan de rekenkamercommissie ter beschikking worden gesteld, ook beschikbaar voor de voorzitter van de rekenkamercommissie vanuit de griffie en de door de rekenkamercommissie aangewezen deskundigen.

HOOFDSTUK 3 - WERKWIJZE VAN DE REKENKAMERCOMMISSIE

Artikel 11 Vergaderfrequentie

  • 1.

    De rekenkamercommissie vergadert op de door haar te bepalen dagen en uren.

  • 2.

    In bijzondere gevallen belegt de voorzitter in afwijking van die regel een vergadering. Hij gaat daartoe in elk geval over wanneer ten minste twee leden hem dat onder opgaaf van de redenen hebben gevraagd.

Artikel 12 Agenda

  • 1.

    De voorzitter roept de leden schriftelijk in vergadering bijeen, onder opgaaf van de punten die behandeld zullen worden.

  • 2.

    Hij zorgt dat stukken die op de agenda betrekking hebben tijdig aan de leden worden toegezonden of tijdig voor hen ter inzage worden gelegd.

  • 3.

    De rekenkamercommissie stelt bij aanvang van de vergadering de agenda vast.

  • 4.

    In spoedeisende gevallen kan de voorzitter van het bepaalde in de vorige leden afwijken.

Artikel 13 Vergaderquorum, stemmingsquorum

  • 1.

    De rekenkamercommissie vergadert niet als behalve de voorzitter niet de helft van het aantal zitting hebbende leden aanwezig is.

  • 2.

    Bij onvoltalligheid van de vergadering als bedoeld in het eerste lid op het tijdstip waarvoor deze is uitgeschreven, wordt de aanvang van de vergadering vijf minuten uitgesteld. Wanneer na die vijf minuten het vereiste aantal leden niet is opgekomen, wordt de vergadering gehouden ongeacht het aantal aanwezige leden; daarin worden geen punten behandeld die niet in de oproep voor de vergadering staan vermeld.

  • 3.

    De rekenkamercommissie beslist bij meerderheid van stemmen. Indien de stemmen staken beslist de stem van de voorzitter. Een stemming is slechts geldig als daaraan tenminste de helft van het aantal zitting hebbende leden, de voorzitter daarbij niet inbegrepen, heeft deelgenomen.

Artikel 14 Initiatief met betrekking tot het uitvoeren van onderzoek

  • 1.

    Gemotiveerde verzoeken tot het verrichten van een onderzoek kunnen worden gedaan door:

    • a.

      de gemeenteraad van Midden-Groningen

    • b.

      commissies als bedoeld in artikel 82 van de Gemeentewet;

    • c.

      het college van burgemeester en wethouders van Midden-Groningen;

  • 2.

    Inwoners van en organisaties in de gemeente kunnen de rekenkamercommissie gemotiveerd attenderen op onderzoeksonderwerpen.

  • 3.

    Indieners van een gemotiveerd verzoek tot het verrichten van een onderzoek krijgen schriftelijk bericht over wat er met het verzoek wordt gedaan. Indien de commissie niet aan het verzoek voldoet, zal zij daarvoor goede gronden aanvoeren.

  • 4.

    De rekenkamercommissie doet geen onderzoek dat krachtens lid 2 is aangemeld indien:

    • a.

      het een klacht betreft in de zin van hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht over een gedraging van een bestuursorgaan;

    • b.

      het een bezwaar betreft in de zin van hoofdstuk 7 van de Algemene wet bestuursrecht tegen een besluit van een bestuursorgaan, of

    • c.

      het een vraag betreft over het gemeentelijk beleid en/of de uitvoering daarvan.

Artikel 15 Uitvoering van het onderzoek en rapportage

  • 1.

    De rekenkamercommissie is belast met en verantwoordelijk voor de uitvoering van het onderzoek volgens de door haar vastgestelde onderzoeksopzet.

  • 2.

    De rekenkamercommissie kan de verzoeker tot het verrichten van een onderzoek tussentijds informeren over de voortgang van een onderzoek.

  • 3.

    De vergaderingen van de rekenkamercommissie worden als regel in het openbaar gehouden

  • 4.

    Indien de voorzitter van de rekenkamercommissie of één van de aanwezige leden dat nodig oordeelt, wordt de vergadering voor het publiek gesloten.

  • 5.

    De rekenkamercommissie besluit vervolgens of in besloten vergadering zal worden beraadslaagd.

  • 6.

    Over de punten, in besloten vergadering behandeld, kunnen besluiten worden genomen.

  • 7.

    De rekenkamercommissie stelt betrokkenen in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn die tenminste twee weken bedraagt, hun zienswijze op het conceptonderzoeksrapport aan de rekenkamercommissie kenbaar te maken. Betrokkenen zijn in elk geval degenen wier taakuitvoering (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest. De rekenkamercommissie bepaalt wie verder als betrokkenen worden aangemerkt.

  • 8.

    Na vaststelling door de rekenkamercommissie worden het onderzoeksrapport, de nota met conclusies en aanbevelingen en de zienswijze van betrokkenen op het rapport zo spoedig mogelijk, onder toezending van een afschrift aan het college van burgemeester en wethouders en betrokkenen aan de betrokken gemeenteraden aangeboden.

  • 9.

    De gemeenteraad stelt in openbaarheid de onderzoeksresultaten, de conclusies en aanbevelingen vast. Hieraan gaat vooraf een behandeling in de betreffende raadscommissie.

HOOFDSTUK 4 - SLOTBEPALINGEN

Artikel 17 Voorziening en verdere uitwerking

In alle gevallen, waarin deze verordening niet voorziet, beslist de rekenkamercommissie de gemeenteraad gehoord.

Artikel 18 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking de dag na bekendmaking en treedt terug tot en met 1 januari 2018.

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als Verordening rekenkamercommissie.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 2 januari 2018,

De voorzitter,

De griffier, 

Toelichting

Toelichting op de Verordening betreffende het instellen en instandhouden van een lokale rekenkamercommissie voor de gemeente Midden-Groningen.

Artikel 1

Dit artikel bevat enkele definities om te voorkomen dat bepaalde begrippen telkens in hun geheel moeten worden uitgeschreven.

Artikel 2

De rekenkamercommissie wordt ondersteund door de griffie. Kosten worden voldaan uit het budget dat de rekenkamer ter beschikking staat. De griffier is primair aanspreekpunt maar t.a.v. de verschillende vormen van secretariële ondersteuning kunnen ook andere personen van de griffie belast worden met die taken.

Artikel 3

Uitgegaan wordt van een rekenkamercommissie met uitsluitend externe leden.

Verder worden er voorwaarden gesteld aan de te benoemen leden. Dit om onafhankelijkheid van de leden zoveel mogelijk te garanderen.

Artikel 4

De verplichting deze eed of verklaring en belofte af te leggen vloeit voor de rekenkamer rechtstreeks voort uit artikel 81g van de Gemeentewet. Deze bepaling wordt van overeenkomstige toepassing verklaard op de externe leden van de rekenkamercommissie.

Artikel 5

Dit artikel handelt over het ontslag van de leden en over de mogelijkheid (of soms verplichting) hen op non-activiteit te stellen in bepaalde situaties.

Artikel 6

In dit artikel is vastgelegd dat de externe leden en de voorzitter voor hun werkzaamheden een vergoeding per maand ontvangen.

Artikel 7

De rapporten van de rekenkamercommissie zijn in beginsel openbaar maar op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wob kunnen rapporten of gedeelten daarvan als geheim worden aangemerkt.

Artikel 8

De rekenkamercommissie is zelfstandig verantwoordelijk voor de besteding van het budget dat beschikbaar is voor de uitvoering van haar taak. Ten laste van het budget worden de in het tweede lid genoemde kosten gebracht.

Voor het totaalbudget van de rekenkamercommissie is uitgegaan van €1,00 per inwoner (peildatum 1 januari 2018). Dat is in lijn met een gemiddelde voor gemeenten van de omvang van Midden-Groningen.

Het is mogelijk dat de raad voor de reserve een plafond instelt. NB Die keuze opnemen in de beslispunten bij de RV bij vaststelling verordening door raad MG?

In de gemeente Midden-Groningen wordt geadviseerd van deze mogelijkheid gebruik te maken. Dat houdt in dat de reserve die de rekenkamer aanhoudt gemaximaliseerd wordt tot de jaarbijdrage van het voorafgaande jaar.

Artikel 9

Artikel 81i van de Gemeentewet wordt van overeenkomstige toepassing verklaard op de rekenkamercommissie. In het reglement van orde moeten/kunnen zaken als de procedure die wordt gevolgd bij onderzoeken, hoe wordt omgegaan met verzoeken van derden om onderzoek te verrichten enzovoorts worden geregeld.

Artikel 10

De rekenkamercommissie dient onafhankelijk te zijn en om deze onafhankelijkheid te bevorderen is het van belang dat zij zelfstandig de onderzoeksonderwerpen kan kiezen. Het in handen van de commissie leggen van de uitwerking van de vraagstelling en de vaststelling van de onderzoeksopzet bevordert de onafhankelijkheid. De rekenkamercommissie kan op verzoek van de raad een onderzoek instellen maar is niet verplicht het verzoek van de raad in te willigen. Zie toelichting bij artikel 14.

Om te waarborgen dat de rekenkamercommissie bij de uitvoering van haar onderzoek voor het vormen van objectieve oordelen over voldoende en relevante gegevens kan beschikken, is het van belang over zo ruim mogelijke bevoegdheden tot het inwinnen van informatie te beschikken. Daarom is voorzien in de bevoegdheid om inlichtingen in te winnen van alle leden van de gemeentelijke bestuursorganen en van alle ambtenaren van de gemeente.

De in lid 5 genoemde quick scans kunnen een vervolg krijgen door het geven van commentaar op ontwikkelingsprocessen die binnen een gemeente lopen. Dit commentaar kan dan in de vorm van een brief naar de betreffende gemeenteraad.

Artikel 11, 12 en 13

Deze artikelen behoeven geen toelichting.

Artikel 14

Zie ook toelichting bij artikel 10. Het verzoek van de raad wordt in artikel 182, tweede lid van de Gemeentewet expliciet genoemd. Doordat deze mogelijkheid uitdrukkelijk in de wet is genoemd, wordt er een bepaald gewicht toegekend aan het verzoek van de raad. Indien de rekenkamercommissie niet voldoet aan een goed gemotiveerd verzoek zal zij daarvoor goede gronden moeten aanvoeren.

Artikel 15

Uit oogpunt van zorgvuldigheid is het van groot belang dat de onderzochte partij de kans krijgt om te reageren op het (nog niet gepubliceerde) ontwerp-onderzoeksrapport. Er vindt dan wederhoor plaats waarbij de feitelijke bevindingen die uit het onderzoek voortvloeien aan de betreffende ambtenaren worden voorgelegd met de vraag eventuele onjuistheden uit te halen en te corrigeren. Indien van toepassing wordt de verantwoordelijke wethouder of het college de gelegenheid geboden om te reageren op de conceptaanbevelingen die de rekenkamer verbindt aan de (gecorrigeerde) bevindingen. Tot slot brengt de rekenkamer een definitief rapport naar buiten met bevindingen, conclusies en eventueel aanbevelingen.

Ook kan de rekenkamer variatie aanbrengen in de manier waarop de uitkomsten van onderzoek naar buiten worden gebracht. Naast rapporten kan worden gedacht aan het organiseren van conferenties en workshops of zelfs het publiceren van handreikingen. Vanzelfsprekend zal hieraan een rapportage ten grondslag liggen.

Artikel 16.

De rekenkamercommissie dient zelfstandig te functioneren.

Artikel 17 en 18

Slotbepalingen.