Besluit tot wijziging van de Erfgoedverordening Midden-Groningen 2018

Geldend van 01-01-2020 t/m heden

Intitulé

Besluit tot wijziging van de Erfgoedverordening Midden-Groningen 2018

De raad van de gemeente Midden-Groningen;

gelet op de inspraaknota en op artikel 3.16 van de Erfgoedwet;

besluit vast te stellen het:

Besluit tot wijziging van de Erfgoedverordening Midden-Groningen 2018

Artikel I

Artikel 23 wordt in zijn geheel vervangen door:

Artikel 23. Instandhoudingsbepaling

1. Het is verboden om zonder vergunning van het college of in strijd met bij

zodanige vergunning gestelde voorschriften in een archeologisch

verwachtingsgebied de bodem dieper dan 40 cm onder de oppervlakte te

verstoren.

2. Het verbod in het vorige lid is niet van toepassing indien:

a. het een verstoring betreft van een archeologische waarde als aangegeven op

de gemeentelijke archeologische waarden- en verwachtingenkaart en waarbij

die verstoring plaatsvindt:

• in een gebied met lage archeologische verwachtingswaarde, of;

• in een gebied aangeduid als Waarde-Archeologie 4 (WR-A4) , waarbij het

te verstoren oppervlak minder is dan 200 m² of niet dieper dan 40 cm ten

opzichte van het maaiveld;

• in een gebied aangeduid als Waarde-Archeologie 3 (WR-A3) , waarbij het

te verstoren oppervlak minder is dan 100 m² of niet dieper dan 40 cm ten

opzichte van het maaiveld;

• in een gebied aangeduid als Waarde-Archeologie 2 (WR-A2) , waarbij het

te verstoren oppervlak minder is dan 50 m² of niet dieper dan 40 cm ten

opzichte van het maaiveld;

• in een gebied aangeduid als Waarde-Archeologie 1 (WR-A1) , waarbij het

te verstoren oppervlak minder is dan 15 m² of niet dieper dan 40 cm ten

opzichte van het maaiveld;

b. in het geldende bestemmingsplan is voldaan aan artikel 3.1.6, vijfde lid van

het Besluit ruimtelijke ordening;

c. in een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1 lid 1 onder c van de

Wet algemene bepalingen omgevingsrecht voorschriften zijn opgenomen

omtrent archeologische monumentenzorg;

d. in een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1 lid 1 onder h van de

Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (sloopvergunning in beschermd

stads- en dorpsgezicht) voorschriften zijn opgenomen omtrent

archeologische monumentenzorg;

e. het college nadere regels stelt met betrekking tot de uitvoering van

werkzaamheden die leiden tot een verstoring van een archeologisch

monument of archeologisch verwachtingsgebied als aangegeven op de

gemeentelijke archeologische beleidskaart;

f. een rapport is overgelegd waarin de archeologische waarde van het te

verstoren terrein naar het oordeel van het college in voldoende mate is

vastgesteld en waaruit blijkt dat:

• de archeologische waarden door de verstoring niet onevenredig worden

geschaad; of

• er in het geheel geen archeologische waarden aanwezig zijn.

3. Het college kan van de aanvrager aanvullende gegevens verlangen, zoals de

rapportage van een archeologisch onderzoek.

Artikel II

Dit wijzigingsbesluit treedt in werking op de eerste dag na die van de bekendmaking

Artikel III

Dit besluit kan worden aangehaald als: Wijzigingsbesluit Erfgoedverordening Midden-Groningen 2018.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering 23 april 2020.

De voorzitter,

De griffier,