Beleidsregels voor het plaatsen van oplaadpunten voor elektrische voertuigen gemeente Molenwaard

Geldend van 31-05-2013 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels voor het plaatsen van oplaadpunten voor elektrische voertuigen

Burgemeester en wethouders van de gemeente Molenwaard besluiten vast te stellen de:

Beleidsregels voor het p laatsen van oplaadpunten voor elektrische voertuigen

Ongestructureerd artikel

Juridisch kader

Artikel 4:81 Algemene wet bestuursrecht (Awb) jo. Artikel 160, eerste lid onder, Gemeentewet.

Begripsbepalingen

Elektrische voertuigen: een motorvoertuig als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel c van de Wegenverkeerswet 1994 dat bij de RDW staat geregistreerd als een auto en geheel of gedeeltelijk door een elektromotor wordt aangedreven waarvoor elektrische energie geleverd wordt door een batterij en waarvan de batterij (mede) kan worden opgeladen door middel van een voorziening buiten het voertuig.

Aanvrager: stichting E-laad of een andere private partij, welke op verzoek van de beoogde gebruiker van het oplaadpunt de aanvraag bij gemeente Molenwaard indient.

De aanvraag: een door de aanvrager ingediend verzoek, welke dient te voldoen aan door het college te bepalen voorwaarden, tot plaatsing van een laadpaal.

Gebruiker: een natuurlijke persoon of rechtspersoon in het bezit van een elektrische auto en een laadpas die op een oplaadlocatie zijn of haar elektrische auto wil opladen.

Laadpaal: openbare voorziening, inclusief alle daarbij behorende en achterliggende installaties, waar een elektrische auto kan worden opgeladen; een laadpaal kan één of meer oplaadpunten bevatten; de benodigde laadkabel maakt geen deel uit van de laadpaal.

Oplaadlocatie: locatie in de openbare ruimte waar een laadpaal en één of meer parkeerplaatsen uitsluitend ten behoeve van het opladen van elektrische auto's aanwezig zijn.

Oplaadpunt: een op de laadpaal aanwezige voorziening waarmee de gebruiker zijn voertuig van stroom kan voorzien.

Openbare ruimte: onder openbare ruimte wordt de ruimte verstaan die voor iedereen toegankelijk is.

1. Doel

De samenwerkende gemeenten in de regio Alblasserwaard - Vijfheerenlanden willen elektrisch rijden stimuleren. Om die reden werkt de gemeente Molenwaard, onder een aantal voorwaarden, mee aan verzoeken van bedrijven, particulieren of aanbieders van oplaadpalen voor het plaatsen of realiseren van oplaadvoorzieningen in de openbare ruimte.

2. Aanvrager

Een aanvraag voor het plaatsen van een oplaadpaal kan ingediend worden door een aanvrager, te weten;

  • 1.

    een bedrijf, particulier of andere organisatie (gebruiker) die beschikt over een elektrische auto. Dit kan zijn door middel van eigendom of een (meerjarige) leaseconstructie. De aanvrager dient woonachtig of gevestigd te zijn in de gemeente Molenwaard.

  • 2.

    een aanbieder van oplaadpalen, welke op verzoek of in opdracht van onder punt 1 genoemde partijen een oplaadpaal wil plaatsen.

Het voertuig waarvoor de oplaadlocatie wordt aangevraagd dient aantoonbaar eigendom te zijn van de gebruiker of aantoonbaar geleased worden door de gebruiker.

Per gebruiker kan maximaal één oplaadlocatie in de openbare ruimte worden aangevraagd.

3. Oplaadpunt

Een oplaadpunt is een installatie waarmee een elektrische auto opgeladen kan worden. Een oplaadpaal is een installatie met één of twee oplaadpunten. De gemeente heeft de voorkeur voor het plaatsen van oplaadpalen, welke zijn voorzien van twee oplaadpunten.

De gemeente honoreert alleen aanvragen voor openbare laadpalen die voor een ieder toegankelijk zijn en worden gehouden.

4. Eigendom oplaadpunt openbare ruimte

Het, in de openbare ruimte gelegen en voor iedereen toegankelijke, oplaadpunt is in eigendom van een particulier, bedrijf, organisatie of aanbieder van oplaadpalen. De gemeente plaatst zelf geen oplaadvoorzieningen en heeft ook nadrukkelijk niet de intentie eigenaar te worden van te plaatsen oplaadpunten. Alle kosten die samenhangen met realisatie, beheer, onderhoud en exploitatie van de oplaadvoorziening zijn voor rekening van de eigenaar.

Hiertoe wordt een recht van opstal, private overeenkomst of huurovereenkomst voor gebruik van de grond opgesteld tussen gemeente en eigenaar van het oplaadpunt.

5. Eisen oplaadpunt/afspraken eigendom

In het recht van opstal, private overeenkomst of huurovereenkomst worden de eisen opgenomen waaraan de oplaadvoorziening dient te voldoen en worden afspraken gemaakt tussen gemeente en eigenaar.

Op te nemen eisen en afspraken hebben o.a. betrekking op: het voldoen aan de geldende wet- en regelgeving t.a.v. veiligheidseisen, interoperabiliteit van betaalsysteem en stekker, vormgeving, robuustheid, respons- en hersteltijden, termijnen, exploitatie, beheer en onderhoud etc.

6. Aanvraag locatie oplaadpunt

Een aanvraag voor een locatie voor het plaatsen van een oplaadpunt bevat minimaal: naam en adresgegevens van de gebruiker, naam en adresgegevens van de (toekomstig) eigenaar van de oplaadvoorziening, een eigendomsbewijs elektrische auto, een duidelijke omschrijving van de gewenste locatie en verklaring van de netbeheerder dat deze locatie door de netbeheerder te realiseren is. Hiertoe dient de toekomstig eigenaar van het oplaadpunt contact op te nemen met de netbeheerder.

7. Beschikking over eigen terrein of oprit

Indien gebruiker beschikt over een eigen terrein, parkeerplaats in een parkeergarage onder of nabij de woning of over oprit dient de oplaadvoorziening op eigen terrein of oprit gerealiseerd te worden.

De gemeente geeft dan geen toestemming voor het plaatsen van een oplaadpunt in de openbare ruimte.

8. Locatievoorwaarden

Indien gebruiker niet beschikt over een eigen terrein of oprit, wil de gemeente naast bovenstaande criteria, onder bepaalde locatievoorwaarden toestemming verlenen voor het plaatsen een oplaadpunt in de openbare ruimte.

Uitgangspunt hierbij is de meest geschikte locatie binnen een straal/loopafstand van 350 meter van het woon- of werkadres van de gebruiker. Hierbij wordt door de gemeente o.a. getoetst aan de volgende aspecten;

  • 1.

    of de betreffende ondergrond in eigendom is van de gemeente;

  • 2.

    of er een reeds bestaand oplaadpunt aanwezig is binnen de genoemde straal van 350 meter;

  • 3.

    of aannemelijk is dat de locatie door meerdere gebruikers gedeeld kan worden (om te voorkomen dat privé-parkeerplaatsen gecreëerd worden) en een aanzienlijk deel van de kern ervan kan profiteren;

  • 4.

    of de oplaadpaal twee oplaadpunten bevat en, op termijn, twee parkeervakken bediend kunnen worden;

  • 5.

    of de parkeerdruk dit toelaat;

  • 6.

    of het een bestaand parkeervak betreft;

  • 7.

    of de doorgang voor ander verkeer (auto, fiets, voetganger, rolstoel etc) geborgd blijft;

  • 8.

    of er geen belemmering zijn t.a.v. ander straatmeubilair of (openbaar) groen;

  • 9.

    of het past in het straatbeeld;

  • 10.

    geplande reconstructies of andere infrastructurele ontwikkelingen.

Aanvrager dient in zijn aanvraag rekening te houden met genoemde locatievoorwaarden.

Indien de aangevraagde locatie niet voldoet aan bovenstaande aspecten, streeft de gemeente ernaar om binnen de genoemde straal een alternatieve locatie voor te stellen.

9. Parkeervak

De gemeente zal het betreffende parkeervak voorzien van een verkeersbord, waardoor het parkeervak enkel is bedoeld voor het opladen van een elektrische auto.

Indien een oplaadpaal twee oplaadpunten bevat, wordt in beginsel één parkeervak gereserveerd. Indien het gebruik dit toelaat, kan de gemeenten besluiten ook het tweede parkeervak middels een verkeersbord te bestemmen voor het opladen van elektrische auto’s.

De gemeente kan handhaven op het juist gebruik van het parkeervak.

10. Voorbehoud procedure verkeersbesluit

Het verlenen van toestemming voor het plaatsen van een oplaadpunt is onder voorbehoud van een positief verkeersbesluit.

11. Procedure

Aanvraag

De aanvrager of de gebruiker dient een aanvraag in bij de gemeente voor het realiseren van de gewenste laadpaal.

Op basis van deze beleidsregels neemt de gemeente een definitief verkeersbesluit over het oplaadpunt. Voor dit besluit worden de normaal geldende procedurevoorschriften gehanteerd.

Artikel 12 Technische realisatie

Nadat het verkeersbesluit is genomen vind er een technisch afstemmingsoverleg plaats tussen de gemeente en de aanvrager. De aanvrager dient voor de werkzaamheden een KLIC-melding te doen.

13. Betaald parkeren/vergunninghouders/blauwe zones

In gebieden waar betaald parkeren, de verplichting van een parkeervergunning, maximale parkeerduur of enige andere restrictie geldt, blijft deze restrictie onverminderd van kracht.

14. Termijn

De Beleidsregels/toetsingskader voor “Het plaatsen van oplaadpunten t.b.v. het opladen van elektrische auto’s voor bedrijven en particulieren” gelden voor de periode 2013 tot en met 2015 en worden halfjaarlijks geëvalueerd en indien nodig bijgesteld.

15. Bijzondere omstandigheden

De gemeente beseft dat ontwikkelingen op het gebied van elektrisch rijden en laadinfrastructuur nieuw en volop in ontwikkeling zijn. Met dit Toetsingskader/beleidsregels wil de gemeente duidelijkheid verschaffen over de voorwaarden, criteria en condities die van toepassing zijn op het realiseren van oplaadpunten in de gemeente.

In specifieke, bijzondere of onvoorziene omstandigheden kan de gemeente besluiten van deze Beleidsregels/toetsingskader af te wijken. Aan deze Beleidsregels/toetsingskader kunnen dan ook geen rechten ontleend worden.

16. Slotbepalingen

Aantal oplaadpalen in de gemeente Molenwaard

Er wordt vooralsnog medewerking verleend voor de plaatsing van maximaal 15 oplaadpalen in de openbare ruimte van de gemeente Molenwaard. In verband met de gewenste spreiding over de verschillende kernen is de plaatsing van maximaal 1 openbaar laadpunt per kleine kern uitgangspunt.

Na het bereiken van het maximum aantal oplaadpalen zal aan de hand van een evaluatie beoordeeld worden of het voortzetten van het beleid wenselijk is.

Samenwerkingsovereenkomst

Alvorens laadpalen geplaatst kunnen worden dient er een samenwerkingsovereenkomst te zijn tussen de gemeente en de betreffende aanvrager. In deze overeenkomst worden afspraken vastgelegd ten aanzien van onder andere aansprakelijkheid en het beheer van de palen.

Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen afwijken van de beschreven beleidsregels, indien toepassing hiervan leidt tot onredelijkheid en onbillijkheid van overwegende aard.

Inwerkingtreding

Deze beleidregels treden in werking de dag na de bekendmaking.

Bijlage I: Technische randvoorwaarden oplaadpalen

  • -

    Bij het parkeervak wordt het verkeersbord E4 of E8, met onderbord "opladen elektrische voertuigen" geplaatst;

  • -

    de parkeerplaats ligt op maximaal 25 meter van een hoofdkabel;

  • -

    in eerste instantie wordt een enkel parkeervak per laadpaal gereserveerd voor elektrisch laden

tenzij er andere afspraken zijn gemaakt met een betreffende exploitant;

-bij parkeervakken die gelijk oplopen met de omliggende grond dient overwogen te worden of een

stootbeugel of een extra stoeprand moet worden geplaatst;

  • -

    de laadpaal staat minimaal 50 cm uit de band;

  • -

    de te plaatsen laadpaal dient geschikt te zijn voor het gebruik in de openbare ruimte, de

constructie dient voldoende degelijk te zijn ("hufterproof") en te voldoen aan de geldende

nationale en internationale richtlijnen en standaarden;

-bij voorkeur wordt de oplaadpaal op minstens 1,5 meter van een boom geplaatst en bij voorkeur

niet onder een kruin van een boom;

  • -

    de laadpaal staat bij voorkeur niet in een blauwe zone;

  • -

    bij plaatsing van de laadpaal in een trottoirs dient bij voorkeur 1,20 meter en minimaal 90 cm aan

breedte overblijven van het trottoirs voor voetgangers.