Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen Montferland 2018

Geldend van 01-01-2018 t/m heden

Intitulé

Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen Montferland 2018

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop deze verordening is gebaseerd

Hoofdstuk I: Inleidende bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    begraafplaatsen: de volgende begraafplaatsen die de gemeente Montferland ten tijde van deze verordening in beheer heeft1:

    • algemene begraafplaats aan de Oude Doetinchemseweg in 's-Heerenberg;

    • algemene begraafplaats aan de Kerkwijkweg in Didam;

    • algemene begraafplaats Martinus aan de Deken Reuvekamplaan in Didam.

  • b.

    particulier graf: een graf(kelder), in beheer en eigendom van de gemeente waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

    • 1.

      het doen begraven en begraven houden van lijken;

    • 2.

      het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen.

  • c.

    algemeen graf: een graf in beheer en eigendom van de gemeente waarin aan eenieder gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken.

  • d.

    particulier urnengraf: een urnengraf, in beheer en eigendom van de gemeente waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen,

  • e.

    particuliere urnennis: een nis in een urnenmuur in beheer en eigendom van de gemeente waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen.

  • f.

    kindergraf: een graf in beheer en eigendom van de gemeente waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

    • 1.

      het doen begraven en begraven houden van een onvoldragen vrucht of kinderen tot 12 jaar;

    • 2.

      het doen plaatsen en geplaatst houden van asbussen met of zonder urn van een onvoldragen vrucht of kinderen tot 12 jaar.

  • g.

    huurgraf: een graf in beheer en eigendom van de gemeente uitgegeven op de Martinus begraafplaats in Didam waarin geen begraving mag plaatsvinden.

  • h.

    verzamelgraf: een verzamelplaats op een begraafplaats waar stoffelijke resten van geruimde graven worden herbegraven.

  • i.

    verstrooiingsplaats: een daartoe aangewezen plaats op een begraafplaats waarop as wordt verstrooid.

  • j.

    asbus: een bus ter berging van as van een overledene.

  • k.

    urn: een voorwerp ter berging van een of meer asbussen.

  • l.

    grafbedekking: gedenkteken en/of grafbeplanting op een graf of sluitplaat op een urnengraf.

  • m.

    gedenkteken: voorwerp op het graf voor het aanbrengen van opschriften of figuren, daaronder begrepen kettingen en/of hekwerken.

  • n.

    grafbeplanting: beplanting welke door de rechthebbende op een graf wordt aangebracht.

  • o.

    beheerder: de ambtenaar die namens het college belast is met de dagelijkse leiding en beheer over de begraafplaatsen of degene die hem vervangt.

  • p.

    college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Montferland.

  • q.

    gemeenteraad: de gekozen volksvertegenwoordiging van de gemeente Montferland.

  • r.

    rechthebbende: natuurlijk of rechtspersoon aan wie het gebruik is verleend van een particulier (urnen)graf, particuliere urnennis of kindergraf.

  • s.

    belanghebbende: contactpersoon voor een algemeen graf.

  • t.

    grafrecht: het recht om tegen betaling te begraven en begraven te houden in een particulier (urnen)graf, particuliere urnennis of kindergraf.

  • u.

    grafakte: de beschikking waarin overeenkomstig de bepalingen in deze verordening door of namens het college een grafrecht of het gebruik aan een rechthebbende wordt verleend.

  • v.

    gedenkplaatje: een naamplaatje op een herdenkingszuil bij een verstrooiingsplaats.

  • w.

    herdenkingszuil: zuil bij een verstrooiingsplaats waarop een gedenkplaatje kan worden aangebracht met de naam van de overledene waarvan de as aldaar is uitgestrooid.

Artikel 2 Begrip particulier graf

Voor de toepassing van het bij of krachtens deze verordening bepaalde wordt, voorzover van belang onder 'particulier graf' mede verstaan: particulier urnengraf en een particuliere urnennis.

Hoofdstuk II: Openstelling, orde en rust op de begraafplaatsen

Artikel 3 Openstelling begraafplaatsen

  • 1. De begraafplaatsen zijn voor eenieder toegankelijk op de door het college nader te bepalen dagen en tijdstippen.

  • 2. Ter handhaving van de orde en rust op de begraafplaatsen kunnen de toegangen tijdelijk worden gesloten.

  • 3. Het is verboden gedurende de tijd dat de begraafplaatsen niet voor het publiek geopend zijn, zich daarop te bevinden, anders dan voor het bijwonen van een begrafenis of de bezorging van as.

Artikel 4 Ordemaatregelen

  • 1. Steenhouwers en daarmede gelijk te stellen personen mogen alleen met toestemming van de beheerder werkzaamheden verrichten aan gedenktekens.

  • 2. Bezoekers, personeel van uitvaartondernemingen en personen die werkzaamheden op de begraafplaatsen moeten verrichten, zijn verplicht zich in het belang van de orde, rust, netheid en ethisch gedrag, te houden aan de aanwijzingen van de beheerder.

Hoofdstuk III Voorschriften voor lijkbezorging

Artikel 5 Over te leggen stukken

  • 1. Begraving of bezorging van as mag slechts geschieden indien van tevoren het verlof tot begraven of de crematieverklaring is overgelegd aan de beheerder.

  • 2. Indien de begraving of bezorging van as in een particulier graf plaatsvindt, dient een machtiging daartoe aan de beheerder te worden overgelegd, ondertekend door de rechthebbende of, indien deze is overleden, door degene die in de uitvaart voorziet.

  • 3. Begraving of bijzetting in een particulier graf waarvan de uitgiftetermijn binnen de wettelijke minimum grafrusttermijn afloopt, kan alleen plaatsvinden onder gelijktijdige verlenging van de uitgiftetermijn met 10 jaar.

  • 4. De beheerder onderzoekt de juistheid en volledigheid van de overlegde stukken en kan de begraving of bezorging van as weigeren, wanneer de overlegde stukken ontbreken of onvolledig zijn.

Artikel 6 Tijden van begraven en asbezorging

  • 1. De tijd waarop begraven en het bezorgen van as is toegestaan: van maandag tot en met donderdag van 9.00 uur tot 16.00 uur en op vrijdag van 9,00 uur tot 12.00 uur.

  • 2. Buitengewone tijden waarop begraven en het bezorgen van as in overleg met de beheerder is toegestaan: vrijdag van 12,00 uur tot 16.00 uur en zaterdag van 9.00 uur tot 16.00 uur.

  • 3. Het college kan in bijzondere gevallen van deze tijden afwijken.

Hoofdstuk IV Indeling en uitgifte van de graven

Artikel 7 Uitvoeringsbesluit graven en asbezorging

  • 1. Het college bepaalt in uitvoeringsbesluiten hoeveel lijken en asbussen met of zonder urnen er mogen worden bijgezet in de graven en nissen, de afmetingen en de uitgifteduur van de graven. De uitgifteduur kan niet korter zijn dan de minimumtermijn vastgesteld in de Wet op de lijkbezorging. Verder kan het college nadere regels stellen in uitvoeringsbesluiten omtrent de bestemming van de begraafplaatsen, waarbij de regels en mogelijkheden kunnen verschillen per begraafplaats en voor de te onderscheiden vakken en rijen.

Hoofdstuk V Vereisten voor begraving of bijzetting

Artikel 8 Overschrijving van verleende rechten

  • 1. Het recht op een particulier graf kan op aanvraag van de rechthebbende worden overgeschreven op naam van een ander natuurlijk of rechtspersoon.

  • 2. Na het overlijden van de rechthebbende kan het particuliere graf worden overgeschreven op naam van een natuurlijk of rechtspersoon, indien de aanvraag hiertoe wordt gedaan binnen zes maanden na het overlijden van de rechthebbende.

  • 3. Indien na het overlijden van de rechthebbende de aanvraag tot overschrijving aan het college niet wordt gedaan binnen de in het tweede lid van dit artikel gestelde termijn, is het college bevoegd het recht op het particuliere graf te doen vervallen.

  • 4. Na het verstrijken van de in het tweede lid genoemde termijn kan het college het particuliere graf alsnog op naam stellen van een nieuwe rechthebbende, tenzij dit recht betrekking heeft op een particulier graf dat inmiddels is geruimd.

Artikel 9 Afstand doen van graven

Zonder aanspraak te kunnen maken op enige vergoeding kan de rechthebbende schriftelijk afstand doen ten behoeve van de gemeente van het recht op het particulier graf. Van de ontvangst van een zodanige verklaring doet het college schriftelijk mededeling aan de rechthebbende.

Hoofdstuk VI Grafbedekkingen

Artikel 10 Vergunning gedenkteken

  • 1. Het college heeft in een uitvoeringsbesluit over de wijze van aanvragen van een vergunning, de aard en de afmetingen van de grafbedekking en de wijze van aanbrengen, nadere regels uitgewerkt.

Artikel 11 Onderhoud rechthebbende

  • 1. De rechthebbende is verplicht de grafbedekking behoorlijk te onderhouden en/of te herstellen.

  • 2. Indien rechthebbende nalaat het onder lid 1 genoemde onderhoud of herstel te plegen, kan na 2 onbeantwoorde of niet opgevolgde schriftelijke verzoeken door de beheerder tot onderhoud of herstel, het college besluiten om de gehele grafbedekking te doen verwijderen. Het tweede verzoek is een laatste verzoek, bij niet nakoming gevolgd door verwijdering.

  • 3. Wanneer de rechthebbende als genoemd onder lid 1 onbekend is, zal via het mededelingenbord op de begraafplaats een verzoek aan de rechthebbende van het betreffende graf worden gericht om contact op te nemen met de beheerder over het onderhoud of herstel. Bij het graf zal een verwijzing naar het mededelingenbord worden aangebracht.

  • 4. De gemeente is niet gehouden tot enige schadevergoeding, wanneer verwijdering volgens dit artikel heeft plaatsgevonden.

Artikel 12 Verwijderen grafbedekking na verstrijken graftermijn

  • 1. De grafbedekking kan na het verstrijken van de in het uitvoeringsbesluit genoemde graftermijn door het college worden verwijderd.

  • 2. Alvorens tot verwijdering wordt overgegaan, wordt bij het verstrijken van de graftermijn de rechthebbende aangeschreven over verlenging of beëindiging van de graftermijn. In geval er geen rechthebbende bekend is, een reactie van de rechthebbende uitblijft of afziet van verlenging, wordt gedurende tenminste een jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop de grafbedekking zal worden verwijderd een bordje bij het graf geplaatst met verwijzing naar een aankondiging in het mededelingenbord door het college over de eventuele verwijdering. Na afloop van het jaar dat het bordje is geplaatst en zich geen rechthebbende heeft gemeld die de grafrechten wil overnemen, zal tot verwijdering worden overgegaan.

  • 3. De grafbedekking vervalt aan de gemeente wanneer deze niet is verwijderd door een steenhouwer op verzoek van de rechthebbende. De grafbedekking wordt na de in lid 2 genoemde termijn afgevoerd zonder voorafgaande kennisgeving en zonder dat de gemeente tot enige vergoeding is gehouden.

Artikel 13 Onderhoud van de begraafplaats

  • 1. Het college voorziet in het onderhoud en schoonhouden van de begraafplaatsen. Voor het onderhoud, herstel en schoonhouden van het graf draagt de rechthebbende zorg.

Hoofdstuk VII Ruimen van graven, urnengraven en urnennissen

Artikel 14 Ruiming, bezorging van overblijfselen en as

  • 1. In lijn met het gestelde onder artikel 12, kan het college op een door haar nader te bepalen moment overgaan tot ruiming van het graf.

  • 2. De bij de ruiming van het graf nog aanwezige stoffelijke of asresten worden respectievelijk:

    • a.

      stoffelijke resten: begraven in een verzamelgraf;

    • b.

      asresten: verstrooid op een verstrooiingsplaats.

  • 3. Met inachtneming van de bepalingen in artikel 29 van de Wet op de Lijkbezorging is het mogelijk de stoffelijke resten op te graven en in hetzelfde graf opnieuw te begraven of elders her te begraven. In geval van asresten bestaat de mogelijkheid om via een schriftelijk verzoek en tegen vergoeding als vermeld in de tarieventabel, tot teruggave aan de rechthebbende.

Hoofdstuk VIII Instandhouding historische graven en waardevolle grafbedekking

Artikel 15 Lijst historische en monumentale graven

  • 1. Het college is bevoegd om graven van overledenen die van historische betekenis zijn of waarvan de grafbedekking een opvallende en/of waardevolle kwaliteit vertoont, buiten de bepalingen in deze verordening te behouden en een uitzonderlijke status te geven.

  • 2. Het college beheert een lijst van de graven van overledenen die van historische betekenis zijn of waarvan de grafbedekking een opvallende en/of waardevolle kwaliteit vertoont.

  • 3. Alvorens tot ruiming van graven wordt overgegaan, onderzoekt het college of er graven zijn die onder de in lid 1 genoemde bepalingen vallen.

  • 4. De gemeenteraad beslist over het ruimen van graven en het verwijderen van grafbedekkingen die op de in lid 2 genoemde lijst staan.

Hoofdstuk IX Inrichting register

Artikel 16 Voorschriften

  • 1. Het college stelt voorschriften vast voor het register van de begraven lijken en de bezorgde as.

  • 2. Het register wordt bijgehouden door de beheerder.

Hoofdstuk X Tarieven voor diensten op begraafplaatsen

Artikel 17 Begraafplaatstarieven

Hoofdstuk XI Slotbepalingen

Artikel 18 Intrekken oude regeling

De 'beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen gemeente Montferland 2006' vastgesteld op 15 december 2006, wordt na vaststelling van deze verordening ingetrokken.

Artikel 19 Strafbepaling

Een rechthebbende die handelt in strijd met de in deze verordening genoemde bepalingen of daarmee samenhangende uitvoeringsbesluiten kan worden gestraft met een geldboete van de eerste categorie. Tevens kan indien mogelijk een rechterlijke beoordeling openbaar worden gemaakt.

Artikel 20 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2018.

Artikel 21 Beslissingsbevoegdheid

In geval waarin deze verordening niet voorziet of een verschil van mening bestaat over de uitleg van de daarin opgenomen bepalingen, beslist het college.

Artikel 22 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen gemeente Montferland 2018.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 29 december 2017,

De griffier,

De heer D. Berends

De voorzitter,

De heer Mr P. de Baat MPM


Noot
1

Begraafplaats de Goede Herder in 's-Heerenberg is niet in deze verordening opgenomen, omdat deze als zodanig niet meer voor begraven wordt gebruikt. De bijdrage vanuit de gemeente bestaat uit het plegen van periodiek onderhoud.