Regeling vervallen per 01-01-2016

Deelsubsidieverordening Leefomgeving Mook en Middelaar 2014

Geldend van 01-06-2014 t/m 31-12-2015

Intitulé

Deelsubsidieverordening Leefomgeving Mook en Middelaar 2014

Intitulé

Onderwerp: DEELSUBSIDIEVERORDENING LEEFOMGEVING MOOK EN MIDDELAAR 2014

De raad van de gemeente Mook en Middelaar

Overwegende dat het wenselijk is ter zake van het verstrekken van subsidie voor activiteiten ten behoeve van of betrekking hebbende op de lokale leefomgeving regels te stellen;

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 15 april 2014

Gelet op de titels 4.1 en 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 149 van de Gemeentewet

Gelet op het advies van de commissie Samenleving van 6 mei 2014

Besluit vast te stellen de

Deelsubsidieverordening Leefomgeving Mook en Middelaar 2014

HOOFDSTUK I Algemeen gedeelte

Artikel 1 Definities

  • a.

    gemeente : de gemeente Mook en Middelaar;

  • b.

    de raad : de gemeenteraad van de gemeente Mook enMiddelaar;

  • c.

    college : het college van burgemeester en wethoudersvan de gemeente Mook en Middelaar;

  • d.

    ASV : de Algemene Subsidieverordening Mook en

    Middelaar 2014;

  • e.

    Inwoners : inwoners van de gemeente Mook en Middelaar

Artikel 2 Reikwijdte

  • 1. Ter verbijzondering van artikel 2, lid 1 van de Algemene subsidieverordening wordt deze deelverordening van toepassing verklaard op organisaties die activiteiten ontplooien op het gebied van:

    • a.

      Ontwikkeling en ontspanning

    • Deze activiteiten hebben een onbelemmerde en zo optimaal mogelijke sociale en persoonlijke ontwikkeling van de inwoners tot doel.

    • b.

      Versterking van de gemeenschap

      Deze activiteiten hebben tot doel:

      · de versterking van de sociale netwerken binnen de gemeente

      · het bevorderen van maatschappelijk verantwoord gedrag

      · het voorkomen van eenzaamheid en uitsluiting

      · het bijdragen aan de lokale identiteit en bekendheid

    • c.

      Gezondheid

      Deze activiteiten hebben tot doel:

      · het bevorderen van de fysieke en geestelijke conditie van de inwoners;

      · het bevorderen van een gezonde leefwijze van de inwoners;

      · het bevorderen van een gezond leefmilieu binnen de gemeente Mook en Middelaar.

    • d.

      Maatschappelijke ondersteuning

      Deze activiteiten hebben tot doel de zelfredzaamheid van de inwoners te bevorderen en zo lang mogelijk in stand te houden.

  • 2. Tenzij in deze verordening anders is bepaald is de Algemene subsidieverordening Mook en Middelaar 2014 van toepassing

Artikel 3 Activiteiten

Tot de activiteiten die binnen de reikwijdte van deze verordening vallen kunnen in ieder geval gerekend worden:

  • a.

    Op het gebied van ontwikkeling en ontspanning

    • ·

      activiteiten gericht op de ontwikkeling van sociale vaardigheden;

    • ·

      activiteiten gericht op het beoefenen van muziek, dans, tekenen en schilderen, beeldende expressie;

    • ·

      sportactiviteiten;

    • ·

      educatieve activiteiten;

    • ·

      exposities en uitvoeringen die binnen de gemeente worden georganiseerd en voor de inwoners toegankelijk zijn.

  • b.

    Op het gebied van versterking van de gemeenschap

    • .

      activiteiten/voorzieningen gericht op sociale contacten tussen inwoners en groepen van inwoners;

    • .

      activiteiten die deelname aan het maatschappelijk leven bevorderen;

    • .

      activiteiten ter ondersteuning van het vrijwilligerswerk;

    • .

      activiteiten ter ondersteuning van de mantelzorg;

    • .

      activiteiten ter verspreiding en bevordering van de kennis van de gemeente onder de inwoners, zowel op het gebied van de actualiteit als ook op het gebied van cultuurhistorische waarden

    • .

      activiteiten die de aantrekkingskracht van de gemeente voor dagactiviteiten en vakanties vergroten.

  • c.

    Op het gebied van maatschappelijke ondersteuning

    • .

      activiteiten die van positieve invloed zijn op de gezondheid van inwoners;

    • .

      activiteiten die bijdragen aan het bewustzijn van inwoners op het gebied van gezond leefgedrag;

    • .

      activiteiten die bijdragen aan het milieubewust handelen van inwoners;

    • .

      activiteiten die bijdragen aan een verantwoorde deelname aan het verkeer van inwoners;

    • .

      activiteiten die gericht zijn op het voldoende bewegen van inwoners;

    • .

      activiteiten die bijdragen aan het gezond en veilig opgroeien van kinderen en jeugd.

  • d.

    Op het gebied van maatschappelijke ondersteuning

    • .

      activiteiten die een bijdrage leveren aan het zelfstandig voeren van een huishouden van inwoners, die door fysieke, psychische of verstandelijke beperkingen hierin ondersteuning behoeven;

    • .

      activiteiten die een bijdrage leveren aan het zelfstandig voeren van een huishouden van inwoners die vanwege hun herkomst hierin ondersteuning behoeven tot dat zij hebben kunnen inburgeren;

    • .

      activiteiten die een bijdrage leveren aan het zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel van inwoners, die door fysieke, psychische of verstandelijke beperkingen hierin ondersteuning behoeven;

    • .

      activiteiten die een bijdrage leveren aan het kunnen ontmoeten van medemensen en daar sociale verbanden mee aan te gaan door inwoners, die door fysieke, psychische of verstandelijke beperkingen hierin ondersteuning behoeven.

Artikel 4 Subsidievrager

  • 1. Subsidie kan slechts worden verstrekt aan rechtspersonen met een volledige rechtsbevoegdheid.

  • 2. Bij eenmalige subsidies beneden de € 1.000 kan het college, in afwijking van het gestelde in het 1e lid, subsidie verlenen aan subsidieaanvragers zonder volledige rechtsbevoegdheid of een groep van dan wel individuele natuurlijke personen.

  • 3. De subsidieaanvrager dient geen winst te beogen door middel van de activiteiten waarvoor subsidie wordt verstrekt.

Artikel 5 Weigeringgronden

In aanvulling op de artikelen 4:25 en 4:35 van de Awb en artikel 8 van de Algemene subsidieverordening Mook en Middelaar 2014 worden de navolgende weigeringgronden gehanteerd:

  • 1.

    Er wordt geen subsidie verleend indien reeds in de activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd, is voorzien;

  • 2.

    Er wordt geen subsidie verleend voor activiteiten indien de behoefte daaraan niet kan worden aangetoond;

  • 3.

    Er wordt geen subsidie verleend indien de gemeente de activiteiten op een goedkopere en/of efficiëntere wijze kan realiseren.

HOOFDSTUK II Subsidies voor eenmalige activiteiten

Artikel 6 Investeringen

  • 1. Ten behoeve van activiteiten als bedoeld in de artikelen 2 en 3 kan een subsidie verleend worden in de kosten van bouwkundige voorzieningen en/of materialen en attributen.

  • 2. De aanvraag voor een dergelijke aanvraag dient in afwijking van artikel 6 van de ASV tenminste 6 maanden voor aanvang van de bouwwerkzaamheden resp. aanschaf van materialen en attributen ingediend te worden.

  • 3. In afwijking van artikel 7, lid 3 van de ASV beslist het college op een aanvraag als bedoeld in het voorgaande lid binnen 5 maanden nadat de aanvraag is ingekomen.

  • 4. De aanvraag voor een dergelijke subsidie bevat tenminste de volgende gegevens:

    • a.

      voor bouwkundige voorzieningen:

      • .

        een tekening op schaal van het gebouw, een situatietekening, het bestek en overige bij het plan behorende bescheiden;

      • .

        een begroting van de kosten voor de investering;

      • .

        een opgave van financiering van de investering, alsmede een opgave van de werkzaamheden die door de instelling zelf worden verricht;

      • .

        het bezettingsschema van de accommodatie waarop de bouwkundige activiteiten betrekking hebben;

      • .

        de exploitatieopzet van de betreffende accommodatie in het jaar voorafgaande alsmede een prognose voor de exploitatie in het jaar van realisatie en het daaropvolgende jaar.

    • b.

      voor materialen en attributen:

      • .

        prijsopgaven van tenminste twee leveranciers voor de aan te schaffen materialen en/of attributen;

      • .

        motivering van gemaakte keuze voor aanschaf van materiaal of attribuut;

      • .

        opgave van de verwachte levensduur;

      • .

        afschrijvingsschema.

  • 5. De subsidie voor materialen en attributen bedraagt maximaal 50% van de totale kosten.

  • 6. Lid 5 is niet van toepassing bij activiteiten op het gebied van maatschappelijke ondersteuning en gezondheidsvoorlichting. De hoogte van een dergelijke subsidie is maximaal € 5.000.

  • 7. Een subsidie wordt niet verleend indien het vervangingsinvesteringen betreft, behoudens wanneer aannemelijk kan worden gemaakt, dat de organisatie niet in de gelegenheid is geweest, om zelf voldoende reserveringen te treffen.

  • 8. Een subsidie wordt eveneens niet verleend indien het nieuwe materialen/attributen betreft, waarvan de noodzaak tot de aanschaf ervan ruimschoots vooraf voorzien had kunnen worden en derhalve reserveringen getroffen hadden kunnen worden.

  • 9. Het college is bevoegd ook andere dan, of slechts enkele van, de in het tweede en vijfde lid genoemde gegevens te verlangen, indien die voor het nemen van een beslissing op de aanvraag noodzakelijk, respectievelijk voldoende, zijn.

Artikel 7 Evenementen

  • 1. Onder evenementen worden activiteiten verstaan die maximaal ééns in de vier jaar plaatsvinden.

  • 2. Om voor een subsidie in aanmerking te komen dient het programma van het evenement betrekking te hebben op de doelen genoemd in de artikelen 2 en 3.

  • 3. Organisaties als bedoeld onder artikel 2 kunnen in aanmerking komen voor een subsidie bij de viering van een 25-jarig jubileum, en daaropvolgend elke 25 jaar. Subsidie wordt uitsluitend verleend indien de viering openbaar toegankelijk is.

  • 4. De maximale subsidie per evenement is € 300.

  • 5. De subsidie kan verdubbeld worden indien naar redelijkheid kan worden aangenomen dat het evenement tenminste 500 bezoekers/deelnemers zal trekken.

  • 6. De maximale subsidie bij een jubileum bedraagt het aantal jaren van bestaan maal 10.

  • 7. Aanvragen voor een evenementensubsidie worden behandeld in volgorde van binnenkomst. Hiervoor is het tijdstip doorslaggevend waarop de aanvraag volledig is. Evenementensubsidies kunnen alleen worden verleend zolang er binnen de gemeentebegroting nog financiële ruimte hiervoor is.

Artikel 8 Aanloopkosten nieuwe organisatie

  • 1. Een nieuw op te richten organisatie die tot doel heeft het om activiteiten zoals genoemd in de artikelen 2 en 3 te organiseren kan in aanmerking komen voor een subsidie in de aanloopkosten.

  • 2. De aanvraag voor een dergelijke subsidie moet tenminste 13 weken vóór het verkrijgen van rechtspersoonlijkheid van de aanvrager;

  • 3. Deze subsidie bestaat uit een vast bedrag ad € 750.

  • 4. De subsidie kan uitsluitend worden verleend indien hiervoor een budget in de gemeentebegroting is gereserveerd.

  • 5. Bij de aanvraag dient te worden overgelegd een omschrijving van het doel en de beoogde activiteiten van de organisatie.

  • 6. De subsidie wordt direct vastgesteld en uitbetaald na ontvangst van het gewaarmerkte afschrift van de oprichtingsakte van de rechtspersoon dan wel de statuten aan het college zijn overgelegd. Dit dient binnen drie maanden na verzending van de subsidiebeschikking aan het college te worden verstrekt.

HOOFDSTUK III Jaarlijkse subsidies

Artikel 9 Prestatie-eenheden

Een subsidie boven de € 5.000 wordt verleend op basis van meetbare prestatiegegevens of kengetallen. Het college stelt deze per organisatie of groep organisaties vast.

Artikel 10 Prioritering

  • 1. Bij de subsidieverlening wordt voorrang verleend aan activiteiten die meer dan één doel dienen;

  • 2. Bij de subsidieverlening wordt voorrang verleend aan activiteiten die van de inwoners actieve deelname vereisen of ander leefgedrag bevorderen;

  • 3. Bij de subsidieverlening voor activiteiten genoemd onder artikel 3 wordt voorrang verleend aan organisaties die zich inspannen voor inwoners die op grond van sociaal-economische achterstanden, leeftijd en/of fysieke belemmeringen ondersteuning bij het bijwonen en/of uitoefenen nodig hebben.

HOOFDSTUK IV Slotbepalingen

Artikel 11

  • 1.

    De Deelsubsidieverordening Mook en Middelaar 2012 wordt ingetrokken.

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als: Deelsubsidieverordening Leefomgeving 2014.

  • 3.

    Deze verordening treedt in werking op 1 juni 2014. Aanvragen die vóór die datum zijn ingediend, doch betrekking hebben op een tijdvak vanaf 1 juni 2014 vallen onder de werking van deze verordening, tenzij dit ten nadele is van de aanvrager.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 28 mei 2014
De Raad voornoemd,
De griffier (plv.), Mr. L.W.A.M. Berben
De voorzitter, Mr. drs. W. Gradisen