Aanwijzings- en mandaatbesluit gemeentelijke belastingambtenaren 2016

Geldend van 01-01-2016 t/m heden

Intitulé

Aanwijzings- en mandaatbesluit gemeentelijke belastingambtenaren 2016

Het college van burgemeester en wethouders van Mook en Middelaar;

Gelet op de artikelen 231 en 232, tweede lid en 246a van de Gemeentewet, de artikelen 1, 30 en 31 van de Wet waardering onroerende zaken, artikel 56 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en artikel 63a van de Invorderingswet 1990;

Besluit:

Vast te stellen het "Aanwijzings- en Mandaatbesluit Gemeentelijke Belastingambtenaren 2016".

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:

  • 1.

    Heffingsambtenaar: de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b van de Gemeentewet bedoelde ambtenaar;

  • 2.

    Invorderingsambtenaar gemeentelijke belastingen: de in artikel 231, tweede lid, onderdeel c van de Gemeentewet bedoelde ambtenaar;

  • 3.

    WOZ-ambtenaar: de in artikel 1, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken bedoelde ambtenaar;

  • 4.

    Belastingmedewerkers: de in artikel 231, tweede lid, onderdeel d van de Gemeentewet bedoelde ambtenaren;

  • 5.

    WOZ-medewerkers: de ambtenaren belast met de uitvoering van de Wet waardering onroerende zaken.

  • 6.

    Belastingdeurwaarder: de in artikel 231, tweede lid onderdeel e van de Gemeentewet bedoelde ambtenaar.

Artikel 2 Aanwijzing van de heffingsambtenaar

  • 1.

    Het college van burgemeester en wethouders wijst aan als heffingsambtenaar: het hoofd Bedrijfsvoering van de gemeente Mook en Middelaar.

Artikel 3 Aanwijzing van de WOZ-ambtenaar

  • 1.

    Het college van burgemeester en wethouders wijst aan als WOZ-ambtenaar: de in artikel 2, lid 1 van dit besluit genoemde functionaris.

Artikel 4 Aanwijzing van de invorderingsambtenaar gemeentelijke belastingen

  • 1.

    Het college van burgemeester en wethouders wijst aan als invorderingsambtenaar gemeentelijke belastingen: het hoofd Bedrijfsvoering van de gemeente Mook en Middelaar.

Artikel 5 Aanwijzing van belastingmedewerkers en WOZ-medewerkers

  • 1.

    Het college van burgemeester en wethouders wijst aan als belastingmedewerkers:

    • a.

      De medewerkers van afdeling Dienstverlening/ Team financiën

    • b.

      De medewerkers van de gemeente Nijmegen afdeling financiën, bureau gemeentebelastingen.

  • 2.

    Jegens de belastingmedewerkers gelden mede de verplichtingen als bedoeld in de artikelen 47, 49, 50, 51en 53a van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en de artikelen 58 en 60 van de Invorderingswet 1990, dan wel bedoeld of van toepassing verklaard in de algemene maatregel van bestuur krachtens artikel 246a van de Gemeentewet.

  • 3.

    Het college van burgemeester en wethouders wijst aan als WOZ-medewerkers:

    • a.

      De medewerkers van afdeling Dienstverlening/ Team financiën

    • b.

      De medewerkers van de gemeente Nijmegen afdeling financiën, bureau gemeentebelastingen.

  • 4.

    Jegens de WOZ-medewerkers gelden mede de verplichtingen als bedoeld in de artikelen 47, 49, 50, 51 en 53a van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en artikel 30 en 31 van de Wet waardering onroerende zaken.

Artikel 6 Aanwijzing van de belastingdeurwaarder

  • 1.

    Het college van burgemeester en wethouders wijst aan als belastingdeurwaarder: de belastingdeurwaarder van de gemeente Nijmegen.

Artikel 7 Mandaatverlening

  • 1.

    Het college van burgemeester en wethouders besluit te mandateren aan het hoofd Bedrijfsvoering van de gemeente Mook en Middelaar om namens hen toe te passen de bevoegdheid:

    • a.

      tot het instellen van cassatie bij de Hoge Raad in belastingprocedures betreffende gemeentelijke belastingen en procedures op grond van de Wet waardering onroerende zaken;

  • 2.

    Het college van burgemeester en wethouders besluit te mandateren aan het hoofd Bedrijfsvoering van de gemeente Mook en Middelaar om namens hen toe te passen de bevoegdheid:

    • a.

      als bedoeld in artikel 63 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (de 'hardheidsclausule');

    • b.

      als bedoeld in artikel 66 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (kwijtschelding);

    • c.

      tot het geheel of gedeeltelijk oninbaar verklaren van de belasting als bedoeld in artikel 255, vijfde lid van de Gemeentewet.

  • 3.

    Onder mandaat van de bovengenoemde bevoegdheden in artikel 7 is slechts toegestaan voor zover het de bevoegdheden in artikel 7.2 betreft.

Artikel 8 Citeertitel en Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze regeling vervangt het eerdere aanwijzings- en mandaatbesluit belastingambtenaren 2013.

  • 2.

    Dit besluit treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van bekendmaking in het in het in artikel 139, tweede lid, van de Gemeentewet bedoelde register.

  • 3.

    De datum van ingang van dit besluit is 1 januari 2016.

  • 4.

    Dit besluit kan worden aangehaald als "Aanwijzings- en mandaatbesluit belastingambtenaren 2016".

Aldus besloten in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van 18 juli 2017.

Ondertekening

Het college voornoemd,

De secretaris,

J.M.G. Smits – De Kinkelder

De burgemeester,

mr. drs. W. Gradisen