Regeling vervallen per 01-01-2013

Verordening op de uitgangspunten voor het financieel beleid, alsmede voor het financieel beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie van de gemeente Neder-Betuwe

Geldend van 01-01-2013 t/m 31-12-2012

Intitulé

Verordening op de uitgangspunten voor het financieel beleid, alsmede voor het financieel beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie van de gemeente Neder-Betuwe

Raadsbesluit

B E S L U I T :

Vast te stellen de volgende:

Verordening op de uitgangspunten voor het financieel beleid, alsmede voor het financieel beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie van de gemeente Neder-Betuwe.

Titeldeel

Artikel 1 Definities

a. Planning- en controlcyclus:

De cyclische processen van de planning- en controlinstrumenten van de gemeente Neder-Betuwe.

b. Financieel beheer:

het uitoefenen van bestuur over en toezicht op het beheer van middelen en het uitoefenen van de rechten van de gemeente Neder-Betuwe.

c. Financiële administratie:

het onderdeel van de administratie dat omvat het systematisch maken en verwerken van aantekeningen betreffende de financiële gegevens van (onderdelen van) de organisatie van de gemeente Neder-Betuwe, teneinde te komen tot een goed inzicht in:

1. de financieel-economische positie;

2. het financiële beheer ;

3. de uitvoering van de begroting;

4. het afwikkelen van vorderingen en schulden;

5. alsmede tot het afleggen van rekening en verantwoording daarover.

Titeldeel 1 Begroting en verantwoording

Titeldeel 2 Financiële positie

Titeldeel 3 Paragrafen

Artikel 8 Reserves, voorzieningen en Weerstandsvermogen

1. Het college biedt eens in de vier jaar een notitie Reserves en voorzieningen en Weerstandsvermogen aan.

2. De notitie behandelt:

a. de vorming en besteding van reserves;

b. de vorming en besteding van voorzieningen;

c. de actuele omvang van het weerstandsvermogen.

3. Het college rapporteert in de paragrafen Reserves en voorzieningen en Weerstandsvermogen over de voortgang van het beleid inzake de omvang van de reserves en voorzieningen en het weerstandsvermogen in relatie tot het beleidskader.

Artikel 9 Onderhoud kapitaalgoederen

1. Het college gaat in de paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen in de programmabegroting, programmarapportage en de jaarrekening/-verslag op de voortgang van de onderhoudsplannen openbare ruimte, zoals ondermeer het Wegenbeheerplan, het Gemeentelijk Riolerings Plan en Groenbeheerplan in.

Artikel 10 Financiering

1. Ten aanzien van de financieringsfunctie is het geldende Treasurystatuut van toepassing.

2. Het college verschaft in de paragraaf Financiering in de programmabegroting, programmarapportage en de jaarrekening/-verslag inzicht in de financieringsfunctie.

Artikel 11 Bedrijfsvoering

Het college doet in de paragraaf Bedrijfsvoering in de programmabegroting, programmarapportage en de jaarrekening in ieder geval verslag over de elementen inzake de bedrijfsvoering aangaande huisvesting, personeel, informatisering en automatisering en financiën

Artikel 12 Grondbeleid

1. Het college informeert in de paragraaf Grondbeleid in de programmabegroting, programmarapportage en de jaarrekening over de voortgang van het grondbeleid.

2. Het college geeft in de paragraaf Grondbeleid in de programmabegroting een visie op het grondbeleid in relatie tot de programmadoelstellingen.

Artikel 13 Lokale heffingen

Het college draagt er zorg voor dat in de paragraaf Lokale heffingen in de programmabegroting het beleid inzake lokale heffingen en mogelijke beleidswijzigingen inzake lokale heffingen minmaal 1 x per 4 jaar geëxpliciteerd worden.

Titeldeel 4 Financiële organisatie en administratie

Artikel 14 Administratie

De administratie is zodanig van opzet en werking, dat zij in ieder geval dienstbaar is voor:

a. het sturen en beheersen van activiteiten en processen in de gemeente;

b. het verstrekken van informatie over ontwikkelingen in de omvang van activa met economisch nut, activa met maatschappelijk nut, voorraden, vorderingen en schulden, enzovoort;

c. het verschaffen van informatie aan de budgethouders en voor het maken van kostencalculaties.

Artikel 15 Financiële administratie

Het college draagt er zorg voor dat:

a. de inrichting en de werking van de financiële administratie voldoet aan het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten en andere relevante wet- en regelgeving;

b. de vereiste informatie verstrekt wordt aan het rijk, de provincie en de Europese Unie, alsmede aan andere instellingen, die specifieke verantwoordingsverplichtingen opleggen aan gemeente.

Artikel 16 Financiële organisatie

Het college draagt de zorg voor:

a. een eenduidige indeling van de gemeentelijke organisatie;

b. een adequate scheiding van taken, functies, bevoegdheden en verantwoordelijkheden, zodat aan de eisen van interne controle wordt voldaan en de betrouwbaarheid van de verstrekte informatie aan beleids- en beheersorganen is gewaarborgd.

Titeldeel 5 Slotbepalingen

Artikel 17 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt met terugwerkende kracht in werking op 1 januari 2005 en hiermede vervalt de “Verordening op de uitgangspunten voor het financieel beleid, alsmede voor het financieel beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie van de gemeente Neder-Betuwe”, vastgesteld bij raadsbesluit d.d. 15 januari 2004.

Artikel 18 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald onder de naam “Financiële verordening gemeente Neder-Betuwe”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 22 december 2005.
de griffier,
A.J.D. Fukkink
de voorzitter
ir. A.P. Heidema

Nota-toelichting Artikelsgewijze toelichting op de Financiële verordening (art. 212 Gemeentewet)

Algemeen

In de verordening wordt alleen aangegeven welke onderwerpen vastgelegd worden en welke procesafspraken hierover te maken zijn. Inhoudelijke zaken worden minimaal geregeld in de verordening. In de verordening wordt bijvoorbeeld aangegeven, dat eens in de vier jaar een betreffende notitie vastgesteld wordt door de raad.

Artikel 1 Definities

Dit artikel bevat definities die terugkomen in de verordening.

Artikel 2 Kaders planning en controlcyclus

Eén van de zaken, die in de financiële verordening terugkomen is de planning en controlcyclus. Het gaat hierbij om de vaste planning- en controldocumenten:

- programmabegroting

- programmarapportage (= bestuurs- of tussentijdse rapportage aan de raad)

- programmaverslag/rekening

In dit verband speelt budgetverantwoordelijkheid ook een rol. De vraag is in hoeverre het college bevoegd is met het heralloceren van financiële middelen.

In artikel 2 is aangegeven, dat het college eens in de vier jaar een notitie Planning- en Controlcyclus opstelt, waarin de raad keuzes inzake de uitgangspunten van de planning- en controlcyclus voorgelegd zullen worden.

Artikel 3 Interne controle

De verordening geeft in artikel 3 aan het college de opdracht voor de inrichting van de financiële organisatie verschillende maatregelen te treffen op het gebied van interne controle, bijvoorbeeld een adequate functiescheiding.

Artikel 4 Waardering en afschrijving vaste activa

De verordening moet volgens artikel 212 van de Gemeentewet in elk geval bevatten de ‘regels voor waardering en afschrijving activa’. De verordening stelt de regels voor de waardering en afschrijving van de vaste activa. Deze worden verplicht ingedeeld in immateriële vaste activa, materiele vaste activa en financiële vaste activa. De immateriële vaste activa worden verdeeld in de kosten voor onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief en de kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en disagio. De materiele vaste activa worden onderverdeeld in materiele vaste activa met economisch nut en materiele vaste activa met alleen maatschappelijk nut.

Aangezien het algemeen uitgangspunt is, dat de financiële verordening vooral bedoeld is om procesafspraken vast te leggen en inhoudelijke zaken in separate beleidsnotities, is het wenselijk een beleidsnotitie Afschrijvingsbeleid op te stellen. In deze notitie kunnen op basis van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) regels voor de waardering en afschrijving van activa en beoogde afschrijvingstermijnen vastgelegd worden. In deze notitie kan worden aangegeven, dat het gewenst is dat investeringen met maatschappelijk nut geactiveerd worden in verband met het egaliseren van kosten.

Een dergelijke notitie werd door de raad vastgesteld op 25 juni 2003.

Artikel 5 Kostprijsberekening

In artikel 5 is de grondslag voor de bepaling van heffingen en tarieven neergelegd, zoals dat door artikel 212, lid 2, letter b Gemeentewet wordt geëist De grondslag voor de hoogte van heffingen en tarieven is namelijk politieke besluitvorming door de raad op basis van de geraamde hoeveelheden en de geraamde kostprijzen. Uitgangspunt is een systeem van integrale kostentoerekening en kostendekkende tarieven.

Artikel 6 Financieringsfunctie

De financieringsfunctie (treasury) is een belangrijk onderdeel van het middelenbeheer. Gezien de operationele kwetsbaarheid van deze functie bevat artikel 212 het expliciete voorschrift, dat de verordening een onderdeel over de financieringsfunctie heeft. Het vigerende beleidskader is het Treasurystatuut, dat op 9 januari 2003 door de raad is vastgesteld.

Artikel 7 Registratie bezittingen, activa en vermogen

Voor een goed beeld van de financiële positie is een volledige registratie eens in de vier jaar van de gemeentelijke bezittingen met economische waarde onontbeerlijk. In het kader van het bepalen van de omvang van de zogeheten stille reserves (zoals de gemeentelijke panden, woningen en groen) is een dergelijke registratie gewenst. De omvang van de stille reserves maakt deel uit van de weerstandscapaciteit van de gemeente, de financiële buffer. In het kader van het eigendomsrecht is het eveneens wenselijk een dergelijke registratie op te starten.

Artikel 8 Reserves, voorzieningen en Weerstandsvermogen

Voor wat betreft de paragrafen Reserves en voorzieningen en Weerstandsvermogen geldt het beleidskader Notitie Reserves en Voorzieningen, laatstelijk vastgesteld door de raad op 25 juni 2003. Een herziening, waarin ook het Weerstandsvermogen zal worden betrokken, wordt voorbereid. In de notitie wordt een aantal normen inzake de omvang van de Algemene Reserve, de direct beschikbare weerstandscapaciteit en de totale weerstandscapaciteit aangegeven.

Deze notitie dient eens in de vier jaar te worden herzien.

Artikel 9 Onderhoud kapitaalgoederen

In de paragraaf Onderhoud Kapitaalgoederen wordt de raad een aantal kaders aangeboden inzake het onderhoud van materiele vaste activa (bijvoorbeeld wegen, groen, riolering, verlichting, speelplaatsen en gebouwen). Basis hiervoor is een aantal onderhoudsplannen, zoals het Wegenbeheerplan, het Groenbeheerplan, het Gemeentelijk Rioleringsplan, het Verlichtingsplan, het Speelplaatsenplan en het Gebouwenbeheerplan. Deze plannen bevatten voldoende beleidskaders, die de raad zoals gebruikelijk onder ogen krijgt.

Artikel 10 Financiering

Zie de toelichting bij artikel 6 Financieringsfunctie.

Artikel 11 Bedrijfsvoering

De paragraaf Bedrijfsvoering zal de stand van zaken en de beleidsvoornemens ten aanzien van de bedrijfsvoering bevatten. Daarbij kan gedacht worden aan de zogeheten middelenfuncties zoals: huisvesting, personeel, informatisering en automatisering en financiën

Als uitgangspunt wordt gehanteerd, dat bedrijfsvoering het domein van het college is.

Artikel 12 Grondbeleid

Volgens het BBV dient de paragraaf Grondbeleid tenminste de volgende informatie te bevatten: een visie op het grondbeleid in relatie tot de realisering van de doelstellingen van de programma’s, die opgenomen zijn in de begroting, een aanduiding van de wijze waarop de gemeente het grondbeleid voert, een actuele prognose van de te verwachten resultaten van de totale grondexploitatie, een onderbouwing van de geraamde winstneming en de beleidsuitgangspunten voor de reserves voor grondzaken in relatie tot de risico’s van de grondzaken.

Een Notitie Grondbeleid Gemeente Neder-Betuwe werd op 4 maart 2004 door de raad vastgesteld.

Via de paragraaf Grondbeleid in de programmabegroting, de bestuursrapportages en de programmarekening/verslag wordt de raad geïnformeerd over het grondbeleid.

Artikel 13 Lokale heffingen

Het BBV en artikel 212 van de Gemeentewet geven aan, dat de paragraaf Lokale heffingen tenminste bevat: de geraamde inkomsten, het beleid t.a.v. lokale heffingen zoals grondslagen van prijzen en van tarieven voor rechten, een overzicht op hoofdlijnen van de diverse heffingen, een aanduiding van de lokale lastendruk, en een beschrijving van het kwijtscheldingsbeleid.

Op dit moment kent de gemeente Neder-Betuwe geen notitie Lokale heffingen waarin een samenhangende visie op de uitgangspunten inzake Lokale heffingen wordt gegeven. Wel zijn in de programmabegroting 2005 onder de paragraaf Lokale heffingen de voornoemde gegevens opgenomen.

Artikel 14 Administratie

In artikel 14 worden de kaders aangegeven voor de inrichting van administraties van de gemeente. In hoofdlijnen wordt opgedragen welke gegevens moeten worden vastgelegd en aan welke eisen de vastgelegde gegevens moeten voldoen. Deze verordening regels niet – inherent aan het dualisme – de regels en activiteiten, die daarvoor in de uitvoering nodig zijn. Dat is een taak van het college, dat deze zaken wel in een besluit zal moeten vastleggen voor de aansturing van de ambtelijke organisatie.

Artikel 15 Financiële administratie

Een belangrijk onderdeel van de administratie is de financiële administratie. Het Rijk stelt eisen aan de verantwoordingsinformatie van gemeente. In het Besluit Begroting en Verantwoording zijn onder andere waarderingsgrondslagen, balansindeling en verplicht op te leveren financiële gegevens vastgelegd. Vanuit de financiële administratie moeten gegevens worden aangeleverd voor de financiële verantwoordingsinformatie aan de raad, maar ook aan Gedeputeerde Staten in hun rul als toezichthouder, het Rijk, de Europese Unie, etc.

Artikel 16 Financiële organisatie

In dit artikel worden uitgangspunten voor de inrichting van de financiële organisatie gegeven, waaraan het college bij het stellen van regels voor de ambtelijke organisatie invulling moet geven. De uitgangspunten vormen de kaders voor het college, waaraan hij zich moet houden.

In de onderdelen a en b worden eisen gesteld aan de toedeling van taken aan organisatieonderdelen van de gemeente en de toewijzing van functies aan functionarissen.

Artikel 17 Inwerkingtreding

De financiële verordening treedt met terugwerkende kracht in werking op 1 januari 2005 en moet binnen twee weken na vaststelling door het college aan Gedeputeerde Staten worden verzonden (artikel 214 Gemeentewet).