Regeling vervallen per 27-04-2023

Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet gemeente Nederweert 2015

Geldend van 17-07-2015 t/m 26-04-2023

Intitulé

Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet gemeente Nederweert 2015

Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet gemeente Nederweert 2015

De raad van de gemeente Nederweert,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 7 mei 2015;

gelet op artikel 47 van de Participatiewet;

overwegende dat de gemeente bij verordening regels dient te stellen over de wijze waarop de cliënten of hun vertegenwoordigers worden betrokken bij de uitvoering van deze wet;

B E S L U I T vast te stellen de volgende

“Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet gemeente Nederweert 2015”

Artikel 1 Begripsomschrijving

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. wet: de Participatiewet;

b. cliëntenraad; Nederweertse cliëntenraad participatie;

c. uitkeringsgerechtigde: degene, die algemene bijstand ontvangt op grond van de wet;

d. niet-uitkeringsgerechtigde: de persoon, jonger dan de pensioengerechtigde leeftijd, die als werkloze werkzoekende staat geregistreerd bij het UWV en die geen recht heeft op een uitkering of arbeidsondersteuning op grond van de wet, of de Werkloosheidswet, de Wet inkomensvoorziening oudere werklozen, de Wet arbeidsongeschiktheidsvezekering zelfstandigen, de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten, de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen, de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering, de Toeslagenwet, de Tijdelijke wet beperking inkomensgevolgen arbeidsongeschiktheidscriteria, de Algemene nabestaandenwet dan wel op grond van een regeling, die met deze wetten naar aard en strekking overeenstemt (zie artikel 6, eerste lid, sub a van de wet);

e. cliënten: de sub b en c van dit artikel bedoelde personen, alsmede degene die een uitkering ontvangt op grond van de Algemene nabestaandenwet;

f. vertegenwoordiger: afgevaardigde van een maatschappelijke instelling of belangenorganisatie die direct of indirect deel uitmaakt van het dagelijkse leven van de cliënt;

g. college: burgemeester en wethouders van Nederweert;

h. UWV: Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen.

Artikel 2 Doelstelling

Het doel van cliëntenparticipatie is dat cliënten en vertegenwoordigers invloed kunnen uitoefenen op het beleid en de uitvoering en kwaliteit van dienstverlening door de gemeentelijke uitvoerders op het terrein van participatie door gevraagd en ongevraagd te adviseren. Ten behoeve van dit doel wordt een organisatie in het leven geroepen die zal opereren onder de naam Nederweerter cliëntenraad participatie.

Artikel 3 Beleidsterreinen

  • 1. In het kader van de cliëntenparticipatie adviseert de cliëntenraad over beleid in het kader van de wet, alsmede over aangelegenheden die de uitvoering en de kwaliteit van de dienstverlening betreffen.

  • 2. De cliëntenraad houdt zich niet bezig met:

    - individuele klachten, bezwaarschriften en andere zaken die een individueel karakter dragen, dan wel betrekking hebben op individuele cliënten;

    - de Wet maatschappelijke ondersteuning;

    - verplichte uitvoering door de gemeentelijke organen van wettelijke voorschriften voor zover bij de uitvoering geen ruimte voor eigen gemeentelijke beleid aanwezig is.

Artikel 4 Samenstelling

  • 1. De cliëntenraad bestaat uit een combinatie van cliënten en vertegenwoordigers.

  • 2. De cliëntenraad bestaat uit maximaal 8 leden, waarvan minimaal 3 cliënten en minimaal 2 vertegenwoordigers.

  • 3. De leden worden door het college benoemd voor een periode van 4 jaar en zijn herbenoembaar. Herbenoeming kan maximaal 2 keer plaatsvinden.

  • 4. De leden kiezen uit hun midden een voorzitter.

  • 5. Het lidmaatschap van de cliëntenraad is onverenigbaar met het lidmaatschap van de gemeenteraad of het college.

Artikel 5 Beëindiging van het lidmaatschap

  • 1. Het lidmaatschap einidigt indien het lid geen cliënt of vertegenwoordiger meer is.

  • 2. Het lidmaatschap eindigt indien het lid aftreedt.

  • 3. Het lidmaatschap eindigt indien de zittingsduur als bedoeld in artikel 4, derde lid van de verordening is verlopen.

  • 4. In de gevallen, bedoeld in het eerste en tweede lid, blijft het de functie vervullen totdat in de vacature is voorzien, met een maximale termijn van zes maanden.

Artikel 6 Werkwijze

  • 1. In het kader van de cliëntenparticipatie vraagt het college de cliëntenraad om advies inzake vast te stellen verordeningen en andere beleidsvoorstellen en inzake de uitvoering en kwaliteit van dienstverlening zoals bedoeld in artikel 3, eerste lid van de verordening. De cliëntenraad is gerechtigd uit eigen beweging advies uit te brengen aan het college inzaek het gemeentelijk beleid en de uitvoering en kwaliteit van dienstverlening zoals bedoeld in artikel 3, eerste lid van de verordening.

  • 2. Het advies wordt op een zodanig tijdstip gevraagd, dat het toegevoegd kan worden aan de voor besluitvorming van college of raad ter beschikking te stellen stukken.

  • 3. De cliëntenraad krijgt ondersteuning van een ambtelijk secretaris om te waarborgen dat de cliëntenraad in staat is zijn taken naar behoren te vervullen.

  • 4. De ambtelijk secretaris is geen lid van de cliëntenraad.

  • 5. Contacten tussen de cliëntenraad en de gemeentelijke uitvoerders op het terrein van participatie lopen via de voorzitter en de ambtelijk secretaris.

  • 6. Wanneer de cliëntenraad uit eigen beweging advies uitbrengt, gebeurt dit via de voorzitter.

  • 7. Per jaar vinden minimaal vier overleggen plaats tussen de cliëntenraad en een of meer ambtenaren die tijdens dit overleg het college vertegenwoordigen.

  • 8. De ambtelijk secretaris nodigt de leden van de cliëntenraad uit voor het overleg en zorgt dat de agenda en benodigde stukken minimaal een week voor het overleg worden verstuurd.

  • 9. De ambtelijk secretaris woont het overleg bij, biedt ondersteuning, maar de notulen en bewaakt de voortgang en afhandeling van de uitgebrachte adviezen.

Artikel 7 Faciliteiten

  • 1. het college draagt er zorg voor dat de cliëntenraad de nodige informatie wordt verstrekt ten behoeve van het naar behoren kunnen functioneren van de cliëntenraad.

  • 2. Ten behoeve van de cliëntenraad wordt jaarlijks in de begroting een budget opgenomen.

  • 3. Ten laste hiervan kunnen, ter beoordeling van het college, onder meer kosten worden gebracht die verband houden met deskundigheidsbevordering, organisatiekosten, het inhuren van externe deskundigen en voorlichting.

  • 4. De leden van de cliëntenraad ontvangen per bijgewoond overleg, zoals bedoeld in artikel 6, zevende lid, van deze verordening, een algemene onkostenvergoeding ter hoogte van € 20,00.

  • 5. Per jaar is de onkostenvergoeding beperkt tot het maximumbedrag zoals vastgelegd in artikel 31, tweede lid, sub k, van de wet.

  • 6. De gemeente stelt vergaderruimte en andere faciliteiten beschikbaar ten behoeve van het naar behoren kunnen functioneren van de cliëntenraad.

Artikel 8 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet gemeente Nederweert 2015.

Artikel 9 Intrekken oude verordening

De Verordening cliëntenparticipatie WWB 2012, vastgesteld door de raad op 13 juli 2004, laatstelijk gewijzigd op 20 december 2011, wordt ingetrokken op 1 juli 2015.

Artikel 10 Slotbepaling

  • 1. Burgemeester en wethouders kunnen met betrekking tot de uitvoering van deze verordening nadere regels stellen.

  • 2. In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college.

  • 3. Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 juli 2015.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 16 juni 2015.
De raadsgriffier, De voorzitter,
W.A.Ernes H.F.M. Evers

Nota-toelichting Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet gemeente Nederweert 2015

Algemeen

Sinds 2004 schrijft de wet (vanaf 2004 was dit de Wet werk en bijstand; sinds 2015 betreft het de Participatiewet) in artikel 47 voor dat cliëntenparticipatie dient plaats te vinden en dat, in het verlengde van die verplichting, een verordening dient te worden vastgesteld door de raad. Ingevolge deze bepaling is de Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand 2012 tot stand gekomen.

 

Door de komst van de Participatiewet is een aangepaste verordening nodig. De wet bepaalt dat deze verordening uiterlijk op 1 juli 2015 in werking dient te treden. In artikel 47 Participatiewet is opgenomen wat in deze verordening moet worden geregeld, namelijk de wijze waarop de personen, bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de wet, of hun vertegenwoordigers worden betrokken bij de uitvoering van de wet, waarbij in ieder geval wordt geregeld de wijze waarop deze personen of hun vertegenwoordigers:

 

a. vroegtijdig in staat worden gesteld gevraagd en ongevraagd advies uit te brengen bij de besluitvorming over verordeningen en beleidsvoorstellen;

b. worden voorzien van ondersteuning om hun rol effectief te kunnen vervullen;

c. deel kunnen nemen aan periodiek overleg;

d. onderwerpen voor de agenda van dit overleg kunnen aanmelden.

 

De nieuwe verordening heeft de verordening die in 2004 is opgesteld (laatst gewijzigd per 1 januari 2012) als basis. De bovengenoemde eisen die artikel 47 Participatiewet stelt aan de verordening hebben geleid tot enkele wijzigingen in bepalingen. Daarnaast is van de gelegenheid gebruik gemaakt om enkele wijzigingen aan te brengen, onder andere met betrekking tot de samenstelling van de cliëntenraad en de zittingsperiode van de leden van de cliëntenraad. Deze wijzigingen zijn verwerkt in artikel 4 van de verordening en zijn in overleg met de cliëntenraad tot stand gekomen.

Artikelgewijze toelichting

 

Artikel 1

Voor de diverse omschrijvingen is aansluiting gezocht bij de formuleringen in de Participatiewet.

 

Artikel 2

In dit artikel wordt de doelstelling van cliëntenparticipatie beschreven. Belangrijk is dat de cliëntenraad ook ongevraagd kan adviseren.

 

Door de invoering van de Participatiewet behoeft de naam van de cliëntenraad aanpassing. Immers: Cliëntenraad WWB is geen bruikbare naam meer. In samenspraak met de cliëntenraad is gekozen voor de naam Nederweerter cliëntenraad participatie.

 

Artikel 3

In het eerste lid van dit artikel wordt beschreven over welk beleid de cliëntenraad adviseert. Advies wordt gevraagd bij de vaststelling van beleidskaders, verordeningen en beleidsregels op het terrein van de Participatiewet.

 

In lid 2 is opgenomen waarover de cliëntenraad niet adviseert. Bij de uitzonderingen is ook de Wet maatschappelijke ondersteuning genoemd. De wetgever beoogt een organisatie die bestaat uit cliënten zoals bedoeld in artikel 1 van deze verordening. Het is belangrijk dat de samenstelling van de cliëntenraad daadwerkelijk representatief is voor de doelgroep. Ten behoeve van de Wet maatschappelijke ondersteuning opereert een afzonderlijk platform dat bestaat uit personen die over specifieke kennis beschikken op het gebied van beperkingen.

 

Ook is uitdrukkelijk opgenomen dat in de cliëntenraad geen individuele zaken worden besproken.

 

Artikel 4

Er is gekozen voor een mix van cliënten en vertegenwoordigers. Omwille van de werkbaarheid is ervoor gekozen het totale aantal leden en vertegenwoordigers beperkt te houden tot maximaal acht. In de nieuwe verordening is een minimum aantal cliënten (3 personen) en vertegenwoordigers (2 personen) opgenomen. Hiermee wordt beoogd een goede mix te realiseren.

 

Gewijzigd ten opzichte van de vorige verordening is de periode van benoeming. Benoeming geschiedt voor een periode van vier jaar. Voorheen was dat voor één jaar. Gebleken is dat in de praktijk continuïteit belangrijk is. Daarom kiezen we nu voor een langere zittingsperiode. Herbenoeming is vervolgens maximaal twee keer mogelijk. In dit artikel wordt voorts de onverenigbaarheid van functies aangeduid.

 

Artikel 5

Een belangrijk uitgangspunt van de Participatiewet is arbeidsre-integratie. In dit artikel wordt onder meer geregeld dat het lidmaatschap eindigt wanneer het lid geen cliënt of vertegenwoordiger meer is. Hierdoor blijft de binding met de doelgroep optimaal gewaarborgd. Om te voorkomen dat leden plotseling wegvallen, en de cliëntenraad zijn taak niet meer naar behoren kan uitoefenen, is geregeld dat het lid de functie blijft vervullen totdat in de vacature is voorzien, met een maximale termijn van zes maanden. Deze bepaling is mede van belang om nieuwe leden te kunnen voorbereiden op hun taak.

 

Artikel 6

In dit artikel wordt het initiatief- en adviesrecht nader ingevuld. Essentieel is dat een advies op een zodanig tijdstip wordt gevraagd, dat dit kan worden toegevoegd aan de stukken die voor de besluitvorming beschikbaar worden gesteld. Dit is op deze wijze in ieder geval gewaarborgd. Er is gekozen voor een vaste overlegstructuur. Cliëntenparticipatie is een proces dat moet groeien. Om dit te bevorderen is het belangrijk dat de leden en de ambtelijk secretaris elkaar regelmatig ontmoeten. De nieuwe verordening geeft aan dat per jaar minimaal vier keer een overleg plaatsvindt. Voor dit overleg ontvangen de leden minimaal een week van tevoren de vergaderstukken. De ambtelijk secretaris biedt administratieve ondersteuning, maar is geen lid van de cliëntenraad. De taken en verantwoordelijkheden zijn voldoende helder beschreven in dit artikel. De ambtelijk secretaris is binnen de ambtelijke organisatie het centrale aanspreekpunt voor de cliëntenraad.

 

Artikel 7

Namens het college worden de leden van de cliëntenraad, via de voorzitter, geïnformeerd over actuele landelijke ontwikkelingen op het terrein van de Participatiewet. Desgewenst wordt vakliteratuur beschikbaar gesteld. In overleg vindt facilitering van de cliëntenraad plaats, bijvoorbeeld in de vorm van het maken van kopieën. De cliëntenraad kan ook beschikken over een eigen budget voor de eigen activiteiten. Te denken valt aan het organiseren van thema-avonden, het inhuren van externe deskundigen etc. De leden kunnen aanspraak maken op een vaste onkostenvergoeding per bijgewoond overleg. Burgemeester en wethouders stellen het budget en de onkostenvergoeding jaarlijks vast in het benoemingsbesluit. Dit om te voorkomen dat bij indexering van de bedragen de verordening opnieuw moet worden vastgesteld.

 

Artikel 8

Dit artikel behoeft geen toelichting.

 

Artikel 9

Door de inwerkingtreding van de Participatiewet per 1 januari 2015 moet een nieuwe Verordening cliëntenparticipatie worden vastgesteld. Tegelijkertijd met de inwerkingtreding van deze nieuwe verordening (per 1 juli 2015), dient de oude Verordening cliëntenparticipatie WWB 2012 te worden ingetrokken

 

Artikel 10

Dit artikel behoeft geen toelichting.