Regeling vervallen per 20-03-2014

Besluit houdende regels over de aanduiding van subsidieplafonds, gereserveerde begrotingsbudgetten ten behoeve van subsidies, de verdeling van subsidies, de wijze van bevoorschotting en indexering van productsubsidies

Geldend van 07-10-2011 t/m 19-03-2014

Intitulé

Besluit verdeelregels productsubsidies

Het college van burgemeester en wethouders van Nieuwegein;

gelet op artikel 3 van de Algemene Subsidie Verordening Nieuwegein;

besluit:

vast te stellen

Besluit houdende regels over de aanduiding van subsidieplafonds, gereserveerde begrotingsbudgetten ten behoeve van subsidies, de verdeling van subsidies, de wijze van bevoorschotting en indexering van productsubsidies (Besluit verdeelregels productsubsidies)

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Paragraaf 1.1

Artikel 1 Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a.

    exploitatiekosten: de financiële middelen die nodig zijn om de te subsidiëren producten uit te voeren, daaronder in ieder geval begrepen huurkosten en personele kosten van de aanvrager;

  • b.

    mantelzorger: een persoon die mantelzorg verleent als bedoeld in artikel 1, lid 1 onderdeel b,van de Wet maatschappelijke ondersteuning;

  • c.

    maximering: het stellen van een financiële grens voor de verlening van subsidie ten aanzien van een of meer specifieke te subsidiëren producten;

  • d.

    respijtzorg: het door vrijwilligers verlenen van zorg aan een gezin ter ontlasting van de specifieke zorg van een partner, ouder of kind;

  • e.

    prioriteitstelling: de rangorde tussen de verschillende producten waarbij de hoogte van de subsidie voor een product bepalend is of de rangorde wordt bepaald door de mate waarin een behoefte bestaat voor een bepaald product dan wel dat een procentuele verdeling tussen producten wordt gemaakt;

  • f.

    schoolbegeleidingsactiviteiten: activiteiten die gericht zijn op opvang, ontwikkeling, advisering, informatieverstrekking en evaluatie alsmede andere activiteiten die dienen tot bevordering van een optimale schoolloopbaan van leerlingen in het primair onderwijs;

  • g.

    product: product als bedoeld in artikel 1, onderdeel c, van de verordening;

  • h.

    verordening: Algemene Subsidie Verordening Nieuwegein;

  • i.

    vrijwilligersvergoeding: het bedrag dat wordt verdeeld aan vrijwilligersorganisaties op basis van vrijwillige inzetten in de zorg, met dien verstande dat een bedrag per verrichte activiteit aan een vrijwilliger in de zorg wordt vergoed.

Artikel 2 Reikwijdte

Dit besluit is van toepassing op producten die de beleidsterreinen betreffen, bedoeld in artikel 2, lid 2, van de verordening.

Artikel 3 Verdeelregels

  • 1. Indien meer subsidie wordt aangevraagd dan beschikbaar is conform een subsidieplafond of gereserveerde middelen op de begroting zijn de verdeelregels, in hoofdstuk 2 tot en met hoofdstuk 10 van toepassing.

  • 2. Bij de verdeelregels, bedoeld in het eerste lid, worden als uitgangspunt de volgende criteria in de onderstaande volgorde van belangrijkheid gehanteerd:

    • a.

      de aanvrager die in het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie  heeft aangevraagd en subsidie heeft ontvangen voor de desbetreffende producten, voorrang heeft boven nieuwe aanvragers;

    • b.

      prioriteitstelling ;

    • c.

      maximering;

    • d.

      wie het eerst komt wie het eerst maalt;

    • e.

      loting.

  • 3. Bij het toepassen van de criteria, bedoeld in het tweede lid, geldt voorts dat de criteria van de verdeelregels bedoeld in de onderdelen a, b en c gecombineerd kunnen worden toegepast.

Artikel 5 Minimale subsidie

Subsidies lager dan € 200,= worden niet toegekend.

Artikel 6 Bevoorschotting

  • 1. Een jaarlijkse productsubsidie wordt tot maximaal 100% van het totale subsidiebedrag bevoorschot. Een incidentele productsubsidie wordt tot 90% van het totale subsidiebedrag bevoorschot, tenzij de incidentele productsubsidie betrekking heeft op het beleidsveld Podiumkunsten, pop wordt tot 60% van het totale subsidiebedrag bevoorschot.

  • 2. Een voorschot wordt betaald in termijnen, waarbij de hoogte van het subsidiebedrag bepalend is voor het aantal termijnen, met dien verstande dat

    • a.

      tot € 10.000,= het gehele subsidiebedrag in 1 termijn wordt bevoorschot;

    • b.

      tot € 50.000,= het subsidiebedrag wordt bevoorschot in 2 termijnen;

    • c.

      vanaf € 50.000,= of meer het subsidiebedrag wordt bevoorschot in 4 termijnen.

  • 3. Indien de omvang van een subsidie of de aard van de gesubsidieerde activiteit daartoe aanleiding geeft, kan worden afgeweken van het aantal termijnen, bedoelde in het tweede lid.

  • 4. In de beschikking tot subsidieverlening wordt het bevoorschottingsregime aangeduid, alsmede het tijdstip waarop de voorschotbetalingen zullen plaatsvinden.

Artikel 7 Accountantsverklaring

Een accountantsverklaring als bedoeld in artikel 21 van de verordening is ook vereist indien de aanvrager:

  • a.

    hiertoe ook verplicht is door de belastingdienst;

  • b.

    door de gemeente is aangewezen in het kader van een vijfjaarlijkse steekproefsgewijze controle;

  • c.

    niet meeloopt met de accountantscontrole van de gemeente.

Artikel 8 Indexering

  • 1. Een verleende subsidie voor een jaarlijkse productsubsidie wordt geïndexeerd met het prijsindexcijfer dat wordt gehanteerd in de gemeentebegroting.

  • 2. Bij een subsidieontvanger, waarvan diens begroting tenminste bestaat uit 30% van de loongerelateerde kosten wordt bij indexering een prijscomponent en looncomponent gehanteerd.

  • 3. Voor looncompensatie wordt het cijfer uit de gemeentebegroting gehanteerd.

  • 4. Indien zowel een prijscomponent als een looncomponent wordt gehanteerd bij het indexeren van het subsidiebedrag, wordt een verdeelsleutel van 50/50 gehanteerd, met dien verstande dat 50% van het subsidiebedrag wordt vermeerderd met het cijfer voor de prijsindex en 50% van het subsidiebedrag wordt vermeerderd met het cijfer voor de looncompensatie.

  • 5. Op subsidies waar de loon- en prijscompensatie in regionaal verband worden bepaald is het vierde lid niet van toepassing.

Artikel 9 Vermogensontwikkeling

  • 1. Het college kan in de beschikking tot subsidieverlening aan een subsidieontvanger een maximumbedrag vaststellen met betrekking tot de reserves, de voorzieningen en het vermogen.

  • 2. Het college kan op schriftelijk verzoek van de subsidieontvanger instemming verlenen voor het vormen en aanhouden van een of meer reserves en voorzieningen.

  • 3. Het college kan in de beschikking tot subsidieverlening aan een subsidieontvanger verplichtingen verbinden ten aanzien van de vorming van reserves en voorzieningen.

Artikel 10 Egalisatiereserve en eigen vermogen

  • 1. Een subsidieontvanger die structureel een jaarlijkse productsubsidie ontvangt van tenminste € 100.000,= per jaar, is verplicht om een algemene of egalisatiereserve aan te houden van tenminste 10% van het balanstotaal.

  • 2. Voor de bepaling van de beschikbare eigen middelen, als bedoeld in artikel 12, onderdeel a, van de verordening, wordt een egalisatiereserve, die niet meer dan 10% van het balanstotaal, buiten beschouwing gelaten.

  • 3. Een subsidieontvanger, die minder dan € 100.000,= per jaar structureel subsidie ontvangt, is verplicht om een egalisatiereserve aan te houden van tenminste 5% van het balanstotaal. Het college kan bij de beoordeling van de subsidieaanvraag inzicht vragen in de omvang van de egalisatiereserve.

  • 4. Het verschil tussen de vaststelling en de werkelijke kosten kan ten laste worden gebracht van de egalisatiereserve dan wel leiden tot een toevoeging aan de egalisatiereserve.

  • 5. De jaarlijkse toevoeging aan de egalisatiereserve bedraagt in beginsel niet meer dan 10% van de in dat jaar aan de subsidieontvanger verleende subsidie.

Artikel 11 Bestemmingsreserves

  • 1. Het college kan op schriftelijk verzoek van een subsidieontvanger toestemming verlenen aan de subsidieontvanger om een bestemmingsreserve te vormen, indien naar het oordeel van het college de noodzaak hiertoe door de subsidieontvanger is aangetoond.

  • 2. Voor de bepaling van de beschikbare eigen middelen, als bedoeld in artikel 12, onderdeel a, van de verordening, wordt een bestemmingsreserve, waarvoor het college toestemming heeft verleend, buiten beschouwing gelaten.

Artikel 12 Voorzieningen

  • 1. Het college kan op schriftelijk verzoek van een subsidieontvanger toestemming aan de subsidieontvanger verlenen om een voorziening te vormen, indien naar het oordeel van het college de noodzaak hiertoe door de subsidieontvanger is aangetoond.

  • 2. Een subsidieontvanger is verplicht om het jaarlijkse afschrijvingsbedrag op de begroting op te nemen indien sprake is van eigendommen waarop wordt afgeschreven.

  • 3. Indien een subsidieontvanger eigenaar is van onroerend goed wordt een meerjaren onderhoudsplan daarvoor opgesteld en ingediend.

  • 4. Een voorziening die met instemming van het college is gevormd wordt slechts gebruikt voor het doel waarvoor de bestemming is gevormd.

  • 5. Voor de bepaling van de beschikbare eigen middelen, als bedoeld in artikel 12, onderdeel a, van de verordening, wordt een voorziening, waarvoor het college toestemming heeft verleend, buiten beschouwing gelaten.

Artikel 12a Begrotingsvoorbehoud, gereserveerd budget en subsidieplafond

  • 1. Voor een subsidie waarvoor een subsidieplafond dan wel een budget daarvoor op de begroting is gereserveerd, geldt dat het subsidiebedrag als bedoeld in dit besluit onder de voorwaarde wordt verleend dat er voldoende middelen beschikbaar zijn op de vastgestelde en goedgekeurde begroting.

  • 2. De hoogte van de subsidie wordt bepaald door het door de raad bepaalde budget in de begroting zoals weergegeven in de tabel dat als bijlage bij dit besluit is gevoegd, met dien verstande dat in de hoofdstukken en voor zo ver van toepassing per paragraaf van dit besluit een nadere specificatie van het gereserveerd budget of subsidieplafond kan worden opgenomen.

Paragraaf 1.2 Commissies

Artikel 13

  • 1.

    Het college kan zich bij een aanvraag voor een jaarlijkse of incidentele productsubsidie, die betrekking heeft op het beleidsveld als bedoeld in artikel 2, lid 1, onderdeel b, van de verordening, laten adviseren door een externe commissie.

  • 2.

    Indien een commissie als bedoeld in het eerste lid is ingesteld beslist het college op een aanvraag voor een jaarlijkse of een incidentele productiesubsidie binnen 16 weken na de datum waarop de aanvraag is gediend.

Artikel 14

(gereserveerd)

Artikel 15

(gereserveerd)

Artikel 16

(gereserveerd)

Hoofdstuk 2 Welzijn en maatschappelijke ondersteuning

Paragraaf 2.1 Welzijn en Sociaal cultureel werk, basisdeel

Artikel 17 Doelstellingen

De doelstelling van het beleidsveld ‘Welzijn en Sociaal cultureel werk, basisdeel’, is het bevorderen van:

  • a.

    maatschappelijke participatie;

  • b.

    zelfredzaamheid, onderlinge verdraagzaamheid en het nemen van eigen verantwoordelijkheid;

  • c.

    het tegengaan van sociale achterstanden;

  • d.

    behoud, versterking dan wel vernieuwing van de kwaliteit van vrijwilligers en vrijwilligersorganisaties ten behoeve van de doelstellingen genoemd in de onderdelen a tot en met c.

Artikel 18 Subsidiabele producten

De producten met de doelstellingen, bedoeld in artikel 17, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op:

  • a.

    het bevorderen van de leefbaarheid van woonwijken in Nieuwegein;

  • b.

    het organiseren van kortdurende activiteiten voor jongeren;

  • c.

    het organiseren van activiteiten ter voorkoming van sociaal isolement en eenzaamheid van bewoners in Nieuwegein dan wel het ondersteunen bij en het verhelpen van geconstateerd sociaal isolement en eenzaamheid bij bewoners in Nieuwegein;

  • d.

    het geven van informatie en advies over met name zorg, wonen en welzijn aan inwoners van Nieuwegein met een functiebeperking, waaronder ouderen;

  • e.

    het geven informatie en advies, het aanbieden van cursussen en trainingen aan vrijwilligers en het beheren van een vacaturebank ten behoeve van vrijwilligers;

  • f.

    het ondersteunen bij en het bevorderen van de sociale contacten tussen buurtbewoners;

  • g.

    het faciliteren en beheren van accommodaties in wijken en buurten van Nieuwegein ten behoeve van activiteiten en ontmoetingen;

  • h.

    het tijdig kunnen inspringen op ontwikkelingen in de samenleving door het houden van signaleringsbijeenkomsten;

  • i.

    exploitatie van de organisatie die zich ten doel heeft gesteld om de producten, bedoeld in de onderdelen a tot en met h te verrichten.

Artikel 19 Subsidiecriteria

Om voor subsidie in aanmerking te komen wordt voldaan aan de volgende criteria:

  • a.

    Beleidskader SCW 2009-2011;

  • b.

    Bij uitvoering van de subsidiabele producten, bedoeld in artikel 18 voldoet het personeel die de activiteiten coördineren, dan wel uitvoeren aan de kwalificatie die bij elke specifieke activiteit vereist is.

Artikel 20 Verdeelregels

Bij het verlenen van subsidie gelden de volgende verdeelregels:

  • a.

    de aanvrager die in het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor de producten, bedoeld in artikel 18, en een subsidie heeft onvangen, heeft voorrang boven nieuwe aanvragers.

  • b.

    prioriteitsstelling van de producten, bedoeld in artikel 18 vindt plaats al naar gelang de behoeftes van de wijkbewoners voor de producten, bedoeld in artikel 18 en de subsidieontvanger, bedoeld in artikel 18, onderdeel i, met dien verstande dat de verdeling van de subsidie akkoord wordt bevonden nadat het college een belangenafweging heeft gemaakt of er voldoende rechtvaardiging is voor deze behoeftes.

Paragraaf 2.2 Welzijn en Sociaal cultureel werk, flexibel deel

Artikel 21 Doelstellingen

De doelstelling van het beleidsveld ‘Welzijn en Sociaal cultureel werk, flexibel deel’, is het bevorderen van:

  • a.

    maatschappelijke participatie;

  • b.

    zelfredzaamheid en onderlinge verdraagzaamheid en

  • c.

    het tegengaan van sociale achterstanden.

Artikel 22 Subsidiabele producten

De producten met de doelstellingen, bedoeld in artikel 21, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op:

  • a.

    het bevorderen van maatschappelijke participatie;

  • b.

    onverwachte agogische inzet van personeel in overleg met de Gemeente Nieuwegein;

  • c.

    het adviseren en voorlichten van jongeren met betrekking tot bij die jongeren levende hulpvragen door faciliteiten in het voortgezet onderwijs daarvoor aan te bieden;

  • d.

    het bevorderen van het bewegen en sporten door ouderen.

Artikel 23 Subsidiecriteria

Om voor subsidie in aanmerking te komen wordt voldaan aan de volgende criteria:

  • a.

    het Beleidskader SCW 2009-2011;

  • b.

    Bij uitvoering van de subsidiabele producten, bedoeld in artikel 22 voldoet het personeel die de activiteiten coördineren, dan wel uitvoeren aan de kwalificatie die bij elke specifieke activiteit vereist is.

Artikel 24 Verdeelregels

Bij de verdeling van de subsidie gelden de volgende verdeelregels:

  • a.

    de aanvrager die in het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor de producten, bedoeld in artikel 22, en een subsidie heeft ontvangen, heeft voorrang boven nieuwe aanvragers.

  • b.

    prioriteitsstelling van de producten, bedoeld in artikel 22 vindt plaats al naar gelang de behoeftes van de wijkbewoners voor de producten, bedoeld in artikel 22 en de subsidieontvanger, met dien verstande dat de verdeling van de subsidie akkoord wordt bevonden nadat het college een belangenafweging heeft gemaakt of er voldoende rechtvaardiging bestaat voor deze behoeftes.

Paragraaf 2.3 Ondersteuning Mantelzorg

Artikel 25 Doelstellingen

De doelstelling van het beleidsveld ‘Ondersteuning Mantelzorg’ is het leveren van een bijdrage in de ondersteuning van mensen die mantelzorg verlenen.

Artikel 26 Subsidiabele producten

De producten met de doelstellingen, bedoeld in artikel 25, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op:

  • a.

    het ondersteunen of faciliteren van mantelzorgers bij in ieder geval het verlenen van individuele of collectieve respijtzorg;

  • b.

    het faciliteren van een informatie- en adviesfunctie door middel van een steunpunt;,

  • c.

    het faciliteren van lotgenotencontacten.

Artikel 27 Subsidiecriteria

Om voor subsidie in aanmerking te komen wordt voldaan aan de volgende criteria:

  • a.

    bij uitvoering van de subsidiabele producten, bedoeld in artikel 26, voldoet het personeel die de activiteiten coördineren, dan wel uitvoeren aan de kwalificatie die bij elke specifieke activiteit vereist is;

  • b.

    (gereserveerd).

Artikel 28 Verdeelregels

  • 1. Bij het verlenen van de subsidie gelden de volgende verdeelregels:

    • a.

      de aanvrager die in het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor producten als bedoeld in artikel 26, en subsidie heeft ontvangen, heeft voorrang boven nieuwe aanvragers;

    • b.

      prioriteitstelling van de producten, bedoeld in artikel 26, vindt plaats al naar gelang de behoeftes van de wijkbewoners voor de producten, bedoeld in artikel 26, en de subsidieontvanger, met dien verstande dat de verdeling van de subsidie akkoord wordt bevonden, nadat het college een belangenafweging heeft gemaakt of er voldoende rechtvaardiging bestaat voor deze behoeftes.

  • 2. Bij de prioriteitstelling, bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, geldt dat

    • a.

      de individuele benadering van de uitvoering van de producten, bedoeld in artikel 26, voor gaat op de collectieve benadering van de uitvoering van deze producten;

    • b.

      bij de producten, bedoeld in artikel 26, het coördineren van activiteiten door professionele medewerkers voor gaat op uitvoering van deze producten door vrijwilligers.

Paragraaf 2.4 Ondersteuning van vrijwilligers in de zorg

Artikel 29 Doelstellingen

De doelstelling van het beleidsveld ‘Ondersteuning van vrijwilligers in de zorg’ is:

  • a.

    het stimuleren van deelname aan vrijwilligerswerk;

  • b.

    het ondersteunen van vrijwilligers en vrijwilligersorganisaties.

Artikel 30 Subsidiabele producten

De producten met de doelstellingen, bedoeld in artikel 29, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op:

  • a.

    activiteiten die bijdragen aan voornoemde doelstellingen, zoals bemiddeling, promotie, informatie, advies en ondersteuning, belangenbehartiging, werkontwikkeling, organisatieontwikkeling;

  • b.

    het beschikbaar stellen en uitbetalen van vrijwilligersvergoedingen;

  • c.

    het zelf verrichten van vrijwilligersactiviteiten in de zorg.

Artikel 31 Subsidiecriteria

Om voor subsidie in aanmerking te komen moet voldaan zijn aan het criterium dat vrijwilligers zijn gespecialiseerd op het gebied van zorg en aansluiting hebben met de doelstellingen van de Wet maatschappelijke ondersteuning;

Artikel 32 Verdeelregels

Bij het verlenen van de subsidie gelden de volgende verdeelregels:

  • a.

    de aanvrager die in het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor de producten, bedoeld in artikel 30, en een subsidie heeft ontvangen, heeft voorrang boven nieuwe aanvragers.

  • b.

    87% van het subsidiebedrag wordt beschikbaar gesteld voor de producten bedoeld in artikel 30, onderdeel a en b;

  • c.

    13 % van het subsidiebedrag wordt beschikbaar gesteld voor de producten, bedoeld in artikel 30, onderdeel c.

Paragraaf 2.5 Collectieve voorzieningen maatschappelijke ondersteuning

Artikel 33 Doelstelling

De doelstelling van het product ‘Collectieve voorzieningen maatschappelijke ondersteuning’ draagt bij aan het bevorderen van deelname aan het maatschappelijk verkeer en van het zelfstandig functioneren van mensen met een lichamelijke of geestelijke beperking.

Artikel 34 Subsidiabele producten

De producten met de doelstellingen, bedoeld in artikel 33, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op het aanbieden van:

  • a.

    voorzieningen gericht op preventieve zorg;

  • b.

    vervoer van gehandicapten met een rolstoel of een scootmobiel;

  • c.

    het verrichten van klussen voor inwoners van Nieuwegein zodat zij zelfstandig kunnen blijven functioneren dan wel wonen;

  • d.

    maaltijdvoorzieningen;

  • e.

    een alarmsysteem aan bewoners in Nieuwegein die door hun lichamelijke of geestelijke conditie meer risico lopen dan anderen en zich daardoor onveilig voelen.

Artikel 35 Subsidiecriteria

Om voor subsidie in aanmerking te komen voor het product, bedoeld in artikel 34, onderdelen a, c en d worden vrijwilligers ingezet die voldoen aan de kwalificaties die aan de desbetreffende activiteiten worden gesteld.

Artikel 36 Verdeelregels

  • 1. Bij het verlenen van de subsidie gelden de volgende verdeelregels:

    • a.

      de aanvrager die in het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor producten als bedoeld in artikel 34, en subsidie heeft ontvangen, heeft voorrang boven nieuwe aanvragers;

    • b.

      prioriteitstelling van de producten, bedoeld in artikel 34, vindt plaats al naar gelang de behoeftes van de wijkbewoners voor de producten, bedoeld in artikel 34, en de subsidieontvanger, met dien verstande dat de verdeling van de subsidie akkoord wordt bevonden, nadat het college een belangenafweging heeft gemaakt of er voldoende rechtvaardiging bestaat voor deze behoeftes.

  • 2. Bij de prioriteitstelling, bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, geldt dat

    • a.

      de individuele benadering van de uitvoering van de producten, bedoeld in artikel 34, voor gaat op de collectieve benadering van de uitvoering van deze producten;

    • b.

      bij de producten, bedoeld in artikel 34, het coördineren van activiteiten door professionele medewerkers voor gaat op uitvoering van deze producten door vrijwilligers.

Paragraaf 2.6 Ondersteuning van mensen met een lichamelijke of zintuiglijke beperking dan wel psychische klachten

Artikel 37 Doelstellingen

De doelstelling van het product ‘Ondersteuning van mensen met een handicap dan wel psychische klachten’ draagt bij aan het bevorderen van deelname aan het maatschappelijk verkeer en van het zelfstandig functioneren van mensen met een lichamelijke of geestelijke beperking.

Artikel 38 Subsidiabele producten

De producten met de doelstellingen, bedoeld in artikel 37, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op:

  • a.

    dagopvang voor inwoners van Nieuwegein met een lichamelijke of zintuiglijke beperking;

  • b.

    dagopvang voor inwoners van Nieuwegein met een psychiatrisch verleden;

  • c.

    het verzorgen van projecten die gericht zijn op preventie van lichamelijke of psychische verslaving;

  • d.

    het verzorgen van reïntegratieprojecten voor inwoners van Nieuwegein met een psychiatrisch verleden.

Artikel 39 Subsidiecriteria

Om voor subsidie in aanmerking te komen wordt voldaan aan de volgende criteria :

  • a.

    inzet van professioneel personeel, met dien verstande dat bij uitvoering van de producten, bedoeld in artikel 38 voldoet het personeel die de activiteiten coördineren, dan wel uitvoeren aan de kwalificatie die bij elke specifieke activiteit vereist is;

  • b.

    inzet van vrijwilligers.

Artikel 40 Verdeelregels

  • 1. Bij het verlenen van de subsidie gelden de volgende verdeelregels:

    • a.

      de aanvrager die in het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor producten als bedoeld in artikel 38, en subsidie heeft ontvangen, heeft voorrang boven nieuwe aanvragers;

    • b.

      prioriteitstelling van de producten, bedoeld in artikel 38, vindt plaats al naar gelang de behoeftes van de wijkbewoners voor de producten, bedoeld in artikel 38, en de subsidieontvanger, met dien verstande dat de verdeling van de subsidie akkoord wordt bevonden, nadat het college een belangenafweging heeft gemaakt of er voldoende rechtvaardiging bestaat voor deze behoeftes.

  • 2. Bij de prioriteitstelling, bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, geldt dat

    • a.

      de individuele benadering van de uitvoering van de producten, bedoeld in artikel 38, voor gaat op de collectieve benadering van de uitvoering van deze producten;

    • b.

      bij de producten, bedoeld in artikel 38, het coördineren van activiteiten door professionele medewerkers voor gaat op uitvoering van deze producten door vrijwilligers.

Paragraaf 2.7 Bibliotheekwerk

Artikel 41 Doelstellingen

De doelstellingen van het beleidsveld `Bibliotheekwerk´ is om de inwoners van Nieuwegein te stimuleren tot het lezen en leren, alsmede te informeren door het realiseren van digitale en fysieke mogelijkheden hiertoe.

Artikel 42 Subsidiabele producten

  • 1. De producten met de doelstellingen, bedoeld in artikel 41, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op:

    • a.

      het realiseren dan wel in stand houden van 2 vestigingen van een organisatie die zich ten doel stelt om de doelstelling, bedoeld in artikel 41 te verrichten, met dien verstande dat 1 vestiging (de Centrale Bibliotheek) gelokaliseerd is in het Stadshuis van de gemeente Nieuwegein en 1 vestiging in Nieuwegein-Zuid, waarbij de vestiging in het Stadshuis 2340 uur per jaar en minimaal 45 uur week open is en de vestiging in Nieuwegein-Zuid tenminste 13 uur per week open is.

    • b.
      • lees- en leerbevordering, met dien verstande dat in ieder geval daaronder wordt begrepen:

        • -

          2 digitale of fysieke banden, zoals boeken, E-readers, dvd´s per inwoner;

        • -

          100% dekking scholen en dagverblijven: activiteiten voor onderscheidenlijk kinderdagverblijven (KDV), peuterspeelzalen (PSZ), het basisonderwijs en voortgezet onderwijs in Nieuwegein, gericht op het verhogen en de intensivering van het gebruik van de bibliotheekfaciliteiten. Het streven is om het gehele veld van KDV, PS, Basis- en Voortgezetonderwijs geheel te dekken door jaarlijks minimaal 1 activiteit per school, KDV en PSZ uit te voeren.

        • -

          minimaal 2 projecten met betrekking tot laaggeletterdheid in samenwerking met onderscheidenlijk Voorbereidend Middelbaar Beroepsonderwijs en Regionale Opleidingscentra scholen in Nieuwegein.

      • c.

        informatiebevordering, met dien verstande dat sprake is van 373.000 drempeloverschrijdingen (328.000 in de Centrale en 45.000 in Zuid) en dat minimaal de volgende faciliteiten voorhanden zijn in beide vestigingen (bedoeld in onderdeel a) gezamenlijk:

        • -

          25 computers met internetaansluiting;

        • -

          een mogelijkheid voor alle leden en eventueel niet-leden om gratis een draadloze internetverbinding aan te gaan op beide locaties;

        • -

          50 zitplaatsen;

        • -

          2 nieuwe digitale dossiers met betrekking tot maatschappelijke onderwerpen;

        • -

          100 digitale en fysieke titels van kranten en tijdschriften.

      • d.

        bevordering van fysieke ontmoeting in beide vestigingen, bedoeld in onderdeel a, en digitale ontmoetingen met behulp van diverse nieuwe sociale media.

      • e.

        exploitatiekosten van de organisatie die zich ten doel heeft gesteld om de producten, bedoeld in de onderdelen a tot en met d te verrichten.

  • 2. Bij het product in onderdeel b wordt gestreefd naar 13.000 leden en 570.000 aantal uitleningen per kalenderjaar (voor beide vestigingen).

Artikel 43 Subsidiecriteria

  • 1. Om in aanmerking te komen voor een subsidie voor de producten, bedoeld in artikel 42 wordt voldaan aan de volgende criteria:

    • a.

      de producten zijn afgestemd op de wensen van de gebruikers, daaronder begrepen de gebruikers en de potentiële gebruikers;

    • b.

      Openstellingsuren worden gerealiseerd op momenten waarop het gebruik door de doelgroepen het hoogst is.

    • c.

      het personeel in het filiaal is in staat om vragen te beantwoorden en bezoekers te begeleiden op de gebieden die door het bibliotheekwerk worden bestreken;

    • d.

      er worden doorlopende en eenmalige acties geïnitieerd, met als doel een groter publieksbereik bij leners en (potentiële) gebruikers;

    • e.

      de aanvrager werkt samen met relevante lokale, regionale en landelijke organisaties;

    • f.

      de aanvrager is gecertificeerd (certificeringsnorm openbare bibliotheken);

    • g.

      bij de producten in de subsidieaanvraag staat vermeld op welke doelstelling, genoemd in artikel 42 eerste lid, zij zijn gericht;

    • h.

      in de verantwoording staat de besteding van de subsidie per product vermeld;

    • i.

      de lidmaatschapseisen van subsidieaanvrager sluiten aan op de regionale partners;

    • j.

      de aanvrager hanteert een gedifferentieerd abonnementstarief voor klanten vanaf 18 jaar en ouder.

    • k.

      de aanvrager dient een actueel innovatieplan in. Dit plan omvat een inhoudelijke toelichting van de innovatie en bedraagt, in overeenstemming met de certificeringsnorm, minstens 5% van het totale exploitatiebudget (vertaald in materiaal en inspanningen).

    • l.

      de subsidieaanvrager dient een actueel public relations-plan in, waarin de kansen voor het aantrekken van klanten, dan wel waarin de risico´s van klantenverlies worden geïnventariseerd, geflankeerd door mogelijke oplossingen.

  • 2. De producten, bedoeld in het eerste lid, geven tevens invulling aan de vijf kernfuncties uit de Richtlijn voor Basisbibliotheken:

    • a.

      Warenhuis van kennis en informatie;

    • b.

      Centrum voor ontwikkeling en educatie;

    • c.

      Inspiratiebron van lezen en literatuur;

    • d.

      Encyclopedie van kunst en cultuur;

    • e.

      Podium voor ontmoeting en debat.

Artikel 44 Gereserveerd budget en verdeelregel

  • 1. De hoogte van de subsidie wordt bepaald door:

    • a.

      het door de raad gereserveerde budget in de begroting van 2012 voor Bibliotheekwerk ten bedrage van € 1.889.878. Dit bedrag wordt onderverdeeld in de volgende componenten:

      Centrale € 1.376.149, Zuid-WSC € 75.129, Zuid-Brede School € 20.000, huur Centrale in Stadshuis € 418.600.

    • b.

      Beleidskader bibliotheekwerk 2012-2015: De koers op digitaal en virtueel.

  • 2. Bij het verlenen van subsidie geldt de verdeelregel dat de aanvrager die in het jaar voorafgaand aan het jaar een subsidie heeft aangevraagd voor producten als bedoeld in artikel 42 en subsidie heeft ontvangen, voorrang heeft boven nieuwe aanvragers.

Paragraaf 2.8 Emancipatie

Artikel 45 Doelstelling

De doelstelling van beleidsveld ´Emancipatie` is het bevorderen van emancipatie van (allochtone) vrouwen in Nieuwegein.

Artikel 46 Subsidiabele producten

De producten met de doelstelling, bedoeld in artikel 45, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op het organiseren van de Internationale Vrouwendag in Nieuwegein.

Artikel 47 Subsidiecriteria

Om in aanmerking te komen voor een subsidie de producten, bedoeld in artikel 46 wordt aan een activiteitenplan ingediend.

Artikel 48 Verdeelregels

Bij het verlenen van de subsidie geldt de verdeelregel dat de organisatie die in het jaar voorafgaand aan het jaar waarvoor een subsidie heeft aangevraagd voor het product, bedoeld in artikel 46 , en een subsidie ontving voorrang heeft boven nieuwe aanvragers.

Hoofdstuk 3 Sport, cultuur en recreatie

Paragraaf 3.1 Sportbeoefening in georganiseerd verband

Artikel 49 Doelstelling

De doelstelling van het beleidsveld Sport en bewegen is dat het bevorderen van sportbeoefening in georganiseerd verband door de bevolking van Nieuwegein.

Artikel 50 Subsidiabele producten

De producten met de doelstelling, bedoeld in artikel 49, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op georganiseerde sportbeoefening.

Artikel 51 Subsidiecriteria

Om in aanmerking te komen voor een subsidie van het product, bedoeld in artikel 50 wordt aan de volgende criteria voldaan:

  • a.

    een aanvrager die de doelstelling, bedoeld in artikel 49 nastreeft is gevestigd in Nieuwegein

  • b.

    de aanvrager, bedoeld in onderdeel a, verricht sportactiviteiten in Nieuwegein met dien verstande dat onderscheid wordt gemaakt in de volgende sportactiviteiten:

  • atletiek;

  • badminton

  • cricket;

  • duiken;

  • gymnastiek;

  • handbal;

  • honk- en softbal;

  • korfbal;

  • kunstrolschaatsen;

  • 10°

    paardrijden;

  • 11°

    rugby;

  • 12°

    tafeltennis;

  • 13°

    voetbal;

  • 14°

    volleybal;

  • 15°

    zwemmen.

Artikel 52 Verdeelregel

Bij het verlenen van de subsidie geldt de verdeelregel dat elke sportvereniging die in het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor het product, bedoeld in artikel 50 , en een subsidie heeft ontvangen, heeft voorrang boven nieuwe aanvragers.

Paragraaf 3.2 Ondersteuning sportorganisaties

Artikel 53 Doelstellingen

De doelstelling van het beleidsveld ‘Ondersteuning sportorganisaties’ is om de informatievoorziening en advisering aan en de ondersteuning van sportverenigingen en sporters in Nieuwegein te verbeteren en uit te breiden.

Artikel 54 Subsidiabele producten

De producten met de doelstelling, bedoeld in artikel 53, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op:

  • 1.

    exploitatie van de organisatie die zich ten doel heeft gesteld om de informatievoorziening en advisering aan en de ondersteuning van sportverenigingen en sporters in Nieuwegein te verbeteren en uit te breiden;

  • 2.

    de activiteiten van de organisatie, bedoeld in onderdeel a, daaronder in ieder geval begrepen:

    • a.

      vraagbaak voor sportverenigingen met betrekking tot organisatorische en praktijkgerichte vragen, zoals sportbeoefening, ledenwerving, vrijwilligersbeleid, opstellen van exploitatiebegrotingen, juridische adviezen;

    • b.

      (gereserveerd).

Artikel 55 Subsidiecriteria

Om in aanmerking te komen voor een subsidie van de producten, bedoeld in artikel 54 voldoet de aanvrager, die de doelstelling, bedoeld in artikel 53 nastreeft aan de volgende criteria:

  • a.

    een goedgekeurd werkplan voor 2012 van het sportservicepunt;

  • b.

    sluit een rechtsgeldige overeenkomst met de organisatie die jaarlijks een evenement organiseert ten behoeve van onder andere sportbeoefenaars en sportorganisaties.

Artikel 56 Verdeelregels

Bij het verlenen van de subsidie gelden de volgende verdeelregels:

  • a.

    de aanvrager die in het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor de producten, bedoeld in artikel 54, en een subsidie heeft ontvangen, heeft voorrang boven nieuwe aanvragers;

  • b.

    voor de producten, bedoeld in artikel 54 onderdelen a en b geldt een procentuele verdeling van onderscheidenlijk 89,2% en 10,8%.

Paragraaf 3.3 Voetbalweek Nieuwegein

Artikel 57 Doelstellingen

De doelstelling van het beleidsveld ‘Voetbalweek Nieuwegein’ is het laten deelnemen van kinderen in de leeftijd van 6 tot en met 12 jaar aan een voetbalweek in Nieuwegein

Artikel 58 Subsidiabele producten

De producten met de doelstelling, bedoeld in artikel 57, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op het eenmaal per jaar organiseren van een voetbalweek in Nieuwegein door de organisatie die zich de doelstelling, bedoeld in artikel 57 ten doel stelt.

Artikel 59 Subsidiecriteria

Om in aanmerking te komen voor een subsidie voor de producten, bedoeld in artikel 58. wordt een activiteitenplan ingediend, waarin de organisatie van de voetbalweek wordt uiteengezet.

Artikel 60 Verdeelregels

Bij het verlenen van de subsidie geldt de verdeelregel dat de aanvrager die het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor producten als bedoeld in artikel 58, en subsidie heeft ontvangen, voorrang heeft boven nieuwe aanvragers.

Paragraaf 3.4 Ondersteuning sportbeoefening van mensen met een lichamelijke of verstandelijke beperking

Artikel 61 Doelstellingen

De doelstelling van het beleidsveld ´Ondersteuning sportbeoefening van mensen met een lichamelijke of verstandelijke beperking` is het bevorderen van het beoefenen van gehandicaptensport.

Artikel 62 Subsidiabele producten

De producten met de doelstelling, bedoeld in artikel 61, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op:

  • a.

    de begeleiding van de gehandicaptensport door een daartoe bevoegd sporttechnisch kader;

  • b.

    het stimuleren van de deelname aan de cursussen en opleidingen, georganiseerd door overheden, sportbonden en andere organisaties.

Artikel 63 Subsidiecriteria

Om in aanmerking te komen voor een subsidie de producten, bedoeld in artikel 62 wordt aan een activiteitenplan ingediend.

Artikel 64 Verdeelregel

Bij het verlenen van de subsidie geldt de verdeelregel dat de aanvrager die het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor producten als bedoeld in artikel 62, en subsidie heeft ontvangen, voorrang heeft boven nieuwe aanvragers.

Paragraaf 3.5 Amateurkunst, Activiteitenbudget

Artikel 65 Doelstelling

De doelstelling van het beleidsveld `Amateurkunst, Activiteitenbudget` is de uitbreiding van het culturele aanbod en vergroting van het publieksbereik op het terrein van kunst en cultuur.

Artikel 66 Subsidiabele producten

  • 1. De producten met de doelstelling, bedoeld in artikel 65, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op:

    • a.

      projecten op cultureel gebied, uitgevoerd door amateurs, die een bijdrage leveren aan de doelstelling, met dien verstande dat hier onder wordt begrepen publiekspresentaties zoals exposities, tentoonstellingen, dans, orkestuitvoeringen, film en literatuur.

    • b.

      investeringen ten bate van de producten, bedoeld in onderdeel a.

  • 2. Het eerste lid is niet van toepassing op activiteiten door kerkelijke, levensbeschouwelijke of politieke instellingen dan wel van groepen of instellingen met een besloten karakter.

Artikel 67 Subsidiecriteria

  • 1. Om in aanmerking te komen voor een subsidie voor de producten, bedoeld in artikel 66, onderdeel a, wordt voldaan aan de volgende criteria:

    • a.

      een activiteitenplan met productbegroting, met gebruikmaking van het Aanvraagformulier subsidies amateurkunst Nieuwegein;

    • b.

      subsidies kunnen worden aangevraagd door inwoners, verenigingen, gezelschappen, clubs, etc., die woonachtig dan wek gevestigd zijn in Nieuwegein en actief op het terrein van amateurkunst;

    • c.

      van de groep bewoners of organisatie die subsidie aanvraagt bestaat 65% uit inwoners van Nieuwegein;

    • d.

      van de deelnemers aan het gesubsidieerde project bestaat minimaal 65% uit inwoners van Nieuwegein, met dien verstande dat het project is openbaar toegankelijk is;

    • e.

      het voorbereidingstraject van het project beslaat maximaal twee jaar;

    • f.

      het gesubsidieerde project wordt zo breed mogelijk aan de beschikbare media bekend gemaakt om een zo groot en breed mogelijk publiek te bereiken;

    • g.

      na toekenning van de subsidie wordt in alle uitingen over het project bekend gemaakt dat de gemeente (mede)financier is van het project.

    • h.

      Het project wordt in ieder geval aangekondigd op informatiebord@nieuwewegein.nl ;

    • i.

      de amateurkunstenaars die het project uitvoeren verwerven geen honorarium uit de te subsidiëren activiteit.

  • 2. Om in aanmerking te komen voor een subsidie voor de producten, bedoeld in artikel 66, onderdeel b, wordt voldaan aan de volgende criteria:

    • a.

      nut en noodzaak van de te subsidiëren activiteit, met dien verstande dat aangegeven wordt op welke termijn aanschaf noodzakelijk is en wie de gebruiker is;

    • b.

      de aanschaf levert een bijdrage aan de kwaliteit, het niveau of de ontwikkeling van de vereniging, club, etc;

    • c.

      er is een redelijke relatie tussen de hoogte van het aangevraagd subsidiebedrag en de totale kosten van de aanschaf;

    • d.

      bevorderen van gezamenlijk gebruik van investeringen door meerdere verenigingen, clubs, etc.

  • 3. Bij het verlenen van de subsidie voor de producten, bedoeld in artikel 66, onderdeel a, wordt deze aanvraag in een kalenderjaar telkens per 1 maart en 1 september ingediend.

Artikel 68 Verdeelregel

Bij het verlenen van subsidie gelden de volgende verdeelregels:

  • a.

    de aanvrager die het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor producten als bedoeld in artikel 66, en subsidie heeft ontvangen, heeft voorrang boven nieuwe aanvragers.

  • b.

    indien het totaal van alle aanvragen het plafond overstijgt, wordt de subsidie verdeelt conform de prioriteitstelling die de commissie amateurkunst aan het college heeft geadviseerd.

Paragraaf 3.6 Amateurkunst, theater

Artikel 69 Doelstelling

De doelstelling van het beleidsveld ‘Amateur, theater’ is uitbreiding van het culturele aanbod en vergroting van het publieksbereik op het terrein van kunst en cultuur.

Artikel 70 Subsidiabele producten

De producten met de doelstelling, bedoeld in artikel 69, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op openbare voorstellingen verricht door kunstenaars met een verstandelijke beperking.

Artikel 71 Subsidiecriteria

Om in aanmerking te komen voor een subsidie voor de producten, bedoeld in artikel, 70 wordt voldaan aan de volgende criteria:

  • a.

    Minimaal één openbare voorstelling in Nieuwegein.

  • b.

    Activiteitenprogramma met productbegroting, ,met dien verstande dat de productiekosten van de openbare voorstelling daar onderdeel van uitmaken.

Artikel 72 Verdeelregel

Bij het verlenen van de subsidie geldt de verdeelregel dat de aanvrager die het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor een product als bedoeld in artikel 70 en subsidie heeft ontvangen, voorrang heeft boven nieuwe aanvragers.

Paragraaf 3.7 Podiumkunsten, theater

Artikel 73 Doelstelling

De doelstelling van het beleidsveld ‘Podiumkunsten, theater’ is uitbreiding van het culturele aanbod en vergroting van het publieksbereik op het terrein van kunst en cultuur.

Artikel 74 Subsidiabele producten

  • 1. De producten met de doelstelling, bedoeld in artikel 73, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op een basispakket, bestaande uit het geven van:

    • a.

      een aanbod van aan podiumkunsten

    • b.

      muziekonderwijs

    • c.

      dansonderwijs

    • d.

      toneelonderwijs

    • e.

      onderwijs in beeldende kunst

  • 2. Naast het basispakket is er een flexibel pakket, dat bestaat uit:

    • a.

      verhuur dan wel dienstverlening ten behoeve van lokale amateurkunst en

    • b.

      het bieden van faciliteiten culturele verhuur dan wel dienstverlening, daaronder begrepen: exposities, film, etc.

Artikel 75 Subsidiecriteria

Om in aanmerking te komen voor een subsidie voor de producten, bedoeld in artikel, 74 wordt voldaan aan de volgende criteria:

  • a.

    activiteitenplan met productbegroting;

  • b.

    de subsidieaanvrager moet een professionele organisatie in Nieuwegein zijn met meerjarige ervaring op het aanbieden van de producten genoemd in artikel 76 in Nieuwegein;

  • c.

    de subsidieaanvrager moet een locatie in Nieuwegein ter beschikking hebben waarin de producten adequaat kunnen worden aangeboden.

Artikel 76 Verdeelregel

Bij het verlenen van de subsidie geldt de verdeelregel dat de aanvrager die het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor een product als bedoeld in artikel 74, en subsidie heeft ontvangen, voorrang heeft boven nieuwe aanvragers.

Paragraaf 3.8 Podiumkunsten, pop

Artikel 77 Doelstelling

Uitbreiding van het culturele aanbod en vergroting van het publieksbereik op het terrein van kunst en cultuur.

Artikel 78 Subsidiabele producten

De producten met de doelstelling, bedoeld in artikel 77, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op:

  • a.

    het organiseren van poppodium activiteiten in Nieuwegein;

  • b.

    het organiseren van poppodium activiteiten mede ten behoeve van Nieuwegeinse muzikanten;

  • c.

    het organiseren van een jaarlijks popfestival in Nieuwegein.

Artikel 79 Subsidiecriteria

Om in aanmerking te komen voor een subsidie voor de producten, bedoeld in artikel, 78 wordt voldaan aan de volgende criteria:

  • a.

    activiteitenplan met productbegroting;

  • b.

    bij regionale activiteiten kan een deel van de totale aanvraag gesubsidieerd worden.

Artikel 80 Verdeelregel

Bij het verlenen van subsidie gelden de volgende verdeelregels:

  • a.

    de aanvrager die het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor producten als bedoeld in artikel 78, en subsidie heeft ontvangen, voorrang heeft boven nieuwe aanvragers.

  • b.

    indien het totaal van alle aanvragen het plafond overstijgt, wordt de subsidie verdeelt conform de prioriteitstelling die de commissie pop aan het college heeft geadviseerd.

Paragraaf 3.9 Cultuureducatie

Artikel 81 Doelstelling

De doelstelling van het beleidsveld ‘Cultuureducatie’ is uitbreiding van het culturele aanbod en de vergroting van het publieksbereik op het terrein van kunst en cultuur.

Artikel 82 Subsidiabele producten

De producten met de doelstelling, bedoeld in artikel 81, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op:

  • a.

    het aanbieden van het Kunstmenu in het primair onderwijs;

  • b.

    het aanbieden van Cultuurdagen (workshops) in het voortgezet onderwijs.

Artikel 83 Subsidiecriteria

Om in aanmerking te komen voor een subsidie voor de producten, bedoeld in artikel, 82 wordt voldaan aan de volgende criteria:

  • a.

    activiteitenplan met productbegroting;

  • b.

    de subsidieaanvrager moet een professionele organisatie in de provincie Utrecht zijn met meerjarige ervaring op het aanbieden van de producten genoemd in artikel 82 in Nieuwegein.

Artikel 84 Verdeelregel

Bij het verlenen van de subsidie geldt de verdeelregel dat de aanvrager die het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor een product, bedoeld in artikel 82, en subsidie heeft ontvangen, voorrang heeft boven nieuwe aanvragers.

Paragraaf 3.10 Beeldende kunst

Artikel 85 Doelstelling

De doelstelling van het beleidsveld Beeldende kunst is het wekken van interesse bij een breed publiek voor hedendaagse beeldende kunst.

Artikel 86 Subsidiabele producten

De producten met de doelstelling, bedoeld in artikel 85, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op:

  • a.

    het uitlenen en verkopen van kunstwerken van hedendaagse kunstenaars.

  • b.

    het houden van exposities en educatieve activiteiten voor inwoners van Nieuwegein en uit de regio.

Artikel 87 Subsidiecriteria

Om in aanmerking te komen voor een subsidie voor de producten, bedoeld in artikel, 86 wordt voldaan aan de volgende criteria:

  • a.

    Activiteitenplan met productbegroting.

  • b.

    de subsidieaanvrager moet een professionele organisatie in Nieuwegein zijn met meerjarige ervaring op het aanbieden van de producten genoemd in artikel 86 in Nieuwegein.

  • c.

    de subsidieaanvrager moet een locatie in Nieuwegein ter beschikking hebben waarin de producten genoemd in artikel 86 adequaat kunnen worden aangeboden.

Artikel 88 Verdeelregel

Bij het verlenen van de subsidie geldt de verdeelregel dat de aanvrager, die in het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd, voor een product als bedoeld in artikel 86, een subsidie heeft ontvangen, voorrang heeft boven nieuwe aanvragers.

Paragraaf 3.11 Beeldende kunst, kunstmarkt

Artikel 89 Doelstelling

De doelstelling van het beleidsveld ‘Beeldende kunst, kunstmarkt is het wekken van interesse bij een breed publiek voor hedendaagse beeldende kunst.

Artikel 90 Subsidiabele producten

De producten met de doelstelling, bedoeld in artikel 89, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op het organiseren van de jaarlijkse kunstmarkt in Nieuwegein.

Artikel 91 Subsidiecriteria

Om in aanmerking te komen voor een subsidie voor de producten, bedoeld in artikel, 90 wordt een activiteitenplan met productbegroting ingediend.

Artikel 92 Verdeelregel

Bij het verlenen van de subsidie geldt de verdeelregel dat de aanvrager, die in het jaar voorafgaand aan het jaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd, voor een product, bedoeld in artikel 90, een subsidie heeft ontvangen, voorrang heeft boven nieuwe aanvragers.

Paragraaf 3.12 Cultureel erfgoed, historisch museum

Artikel 93 Doelstelling

De doelstelling van het beleidsveld ‘Cultureel erfgoed, historisch museum’ is het behouden van musea en het in een museum tonen van de cultuurhistorie van Nieuwegein.

Artikel 94 Subsidiabele producten

De producten met de doelstelling, bedoeld in artikel 93, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op het exploiteren en beheren van het historisch museum Warsenhoeck in Nieuwegein.

Artikel 95 Subsidiecriteria

Om in aanmerking te komen voor een subsidie voor de producten, bedoeld in artikel, 94 wordt een activiteitenplan met productbegroting ingediend.

Artikel 96 Verdeelregel

Bij het verlenen van de subsidie geldt de verdeelregel dat de aanvrager, die in het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor een product als bedoeld in artikel 94 een subsidie heeft ontvangen, voorrang heeft boven nieuwe aanvragers.

Paragraaf 3.13 Cultureel erfgoed, museumwerf

Artikel 97 Doelstelling

De doelstelling van het beleidsveld ‘Cultureel erfgoed, museumwerf is het behouden van musea en het in een museum tonen van de cultuurhistorie van Nieuwegein; in het bijzonder de historie van de Nederlandse binnenvaartschepen in relatie tot de historie van het schippersdorp Vreeswijk.

Artikel 98 Subsidiabele producten

De producten met de doelstelling, bedoeld in artikel 97, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op

  • a.

    het exploiteren van en het onderhoud dan wel restaureren van historische binnenvaartschepen op de Museumwerf in Vreeswijk Nieuwegein.

  • b.

    het houden aan het ligplaatsenbeleid van de gemeente Nieuwegein voor Vreeswijk.

Artikel 99 Subsidiecriteria

Om in aanmerking te komen voor een subsidie voor de producten, bedoeld in artikel, 98 wordt een activiteitenplan met productbegroting ingediend.

Artikel 100 Verdeelregel

Bij het verlenen van de subsidie geldt de verdeelregel dat de aanvrager die het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor producten als bedoeld in artikel 98, en subsidie heeft ontvangen, voorrang heeft boven nieuwe aanvragers.

Paragraaf 3.14 Cultureel erfgoed, oudheidskamer

Artikel 101 Doelstelling

De doelstelling van het beleidsveld ‘Cultureel erfgoed, oudheidskamer is het behouden van musea en het in een museum tonen van de cultuurhistorie van Nieuwegein.

Artikel 102 Subsidiabele producten

De producten met de doelstelling, bedoeld in artikel 101, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op het exploiteren en beheren van de oudheidskamer Vreeswijk in Nieuwegein.

Artikel 103 Subsidiecriteria

Om in aanmerking te komen voor een subsidie voor de producten, bedoeld in artikel, 102 wordt een activiteitenplan met productbegroting ingediend.

Artikel 104 Verdeelregel

Bij het verlenen van de subsidie geldt de verdeelregel dat de aanvrager die het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor een product als bedoeld in artikel 102, en subsidie heeft ontvangen, voorrang heeft boven nieuwe aanvragers.

Paragraaf 3.15 Scouting

Artikel 105 Doelstellingen

De doelstelling van het beleidsveld ‘Scouting’ is om bij te dragen aan het creëren van aanbod aan vrijetijdsactiviteiten voor kinderen en jongeren in Nieuwegein.

Artikel 106 Subsidiabele producten

De producten met de doelstellingen, bedoeld in artikel 105, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op:

  • a.

    het organiseren van spelbijeenkomsten voor de leeftijdsgroep van 7 tot en met 17 jaar;

  • b.

    het organiseren van kampactiviteiten voor de leeftijdsgroep van 7 tot en met 17 jaar.

Artikel 107 Subsidiecriteria

Om voor subsidie in aanmerking te komen wordt voldaan aan de volgende criteria :

  • a.

    een aanvrager die scoutingsactiviteiten verricht is in Nieuwegein gevestigd;

  • b.

    opgeven actieve ledenbestand bij de aanvraag.

Artikel 108 Verdeelregels

Bij het verlenen van de subsidie gelden de volgende verdeelregels:

  • a.

    de aanvrager die in het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd en subsidie heeft ontvangen, heeft voorrang boven nieuwe aanvragers, met dien verstande dat onderdeel b daarbij in acht wordt genomen.

  • b.

    indien er meer dan een aanvrager is voor subsidie voor de producten, bedoeld in artikel 105, wordt per aanvrager een vast subsidiebedrag van ten hoogste € 9.500,= verleend waarbij het subsidiebedrag met ten hoogste € 11,= per actief lid kan worden aangevuld.

Hoofdstuk 4 Milieu

(gereserveerd)

Hoofdstuk 5 Verkeer en vervoer

Artikel 108e Doelstellingen

De doelstelling van het beleidsveld Verkeer en Vervoer is:

  • a.

    een bijdrage leveren aan het in stand houden van een voet- en fietsveer op de Lek tussen de gemeente Nieuwegein en de gemeente Vianen ten behoeve van scholieren, woon- en werkverkeer en recreanten;

  • b.

    het bevorderen van het recreatieve fietsen.

Artikel 108f Subsidiabele producten

De producten met de doelstellingen, bedoeld in artikel 108 e, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op:

  • a.

    het in stand houden, faciliteren en bevorderen van vervoer van fietsers en voetgangers door middel van een veer op de Lek tussen de gemeente Nieuwegein en de gemeente Vianen;

  • b.

    de exploitatie van het voet- en fietsveer.

Artikel 108g Subsidiecriteria

Om voor subsidie in aanmerking te komen wordt voldaan aan de volgende criteria:

  • a.

    de aanvrager voorziet in een dienstregeling;

  • b.

    de aanvrager draagt zorg voor verkooppunten voor vaartkaarten.

Artikel 108h Verdeelregel

Bij het verlenen van de subsidie geldt de verdeelregel dat de aanvrager die het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor  producten als bedoeld in artikel 108 f, en subsidie heeft ontvangen, voorrang heeft boven nieuwe aanvragers.

Hoofdstuk 6 Openbare orde en veiligheid

Paragraaf 6.1 Slachtofferhulp

Artikel 109 Doelstelling

De doelstelling van het beleid ‘Slachtofferhulp’ is het verlenen van hulp aan inwoners van de gemeente Nieuwegein die het slachtoffer zijn van een misdrijf of verkeersongeval.

Artikel 110 Subsidiabele producten

De producten met de doelstellingen, bedoeld in artikel 109, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op: het in behandeling nemen van hulpvragen van inwoners van de gemeente Nieuwegein, die slachtoffer zijn van een misdrijf of verkeersongeval.

Artikel 111 Subsidiecriteria

Om voor subsidie in aanmerking te komen wordt voldaan het criterium dat de gemeente samenwerking stimuleert met dan wel aansluiting heeft bij Steunpunt Vrijwilligers Nieuwegein of het Netwerk Vrijwilligers in de Zorg.

Artikel 112 Verdeelregels

Bij het verlenen van de subsidie geldt de verdeelregel dat de aanvrager, die in het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor een product als bedoeld in artikel 110 en subsidie heeft ontvangen, voorrang heeft boven nieuwe aanvragers.

Paragraaf 6.2 Dierenasiel

Artikel 113 Doelstelling

De doelstelling van het beleidsveld ‘Dierenasiel’ is het op een zorgvuldige en adequate manier zwervende honden en katten in bewaring te nemen.

Artikel 114 Subsidiabele producten

De producten met de doelstellingen, bedoeld in artikel 113, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op de opvang van zwervende dieren.

Artikel 115 Subsidiecriteria

Om voor subsidie in aanmerking te komen wordt voldaan aan de volgende criteria:

  • a.

    een normbedrag van € 7,07 per dag per hond en van € 4,27 per dag per kat;

  • b.

    maximaal aantal dagen dat voor subsidie in aanmerking komt bedraagt 21 opvangdagen per hond en per kat;

  • c.

    op basis van jaarlijkse opgave wordt afgerekend tot (maximaal) het verleende subsidiebedrag.

Artikel 116 Verdeelregel

Bij het verlenen van de subsidie geldt de verdeelregel dat de aanvrager die het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor een product als bedoeld in artikel 114, en subsidie heeft ontvangen, voorrang heeft boven nieuwe aanvragers.

Hoofdstuk 7 Economie en werkgelegenheid

(gereserveerd)

Hoofdstuk 8 Onderwijs

Paragraaf 8.1 Peuterspeelzaal werk

Artikel 117 Doelstellingen

De doelstellingen van het beleidsveld ‘Peuterspeelzaalwerk’ dragen bij aan:

  • a.

    het samen spelen en elkaar ontmoeten van kinderen in de leeftijd van 2,5 tot 4 jaar;

  • b.

    het bevorderen van cognitieve, sociale en emotionele, motorische en creatieve ontwikkeling van kinderen in de leeftijd van 2,5 tot 4 jaar;

  • c.

    het signaleren van mogelijke achterstanden bij kinderen in de leeftijd van 2,5 tot 4 jaar;

  • d.

    het realiseren van voldoende aanbod peuterspeelzaalwerk in alle wijken dat voldoet aan de doelstellingen genoemd in sub a tot en met c van dit artikel. Dit is ambitieniveau 1.

Artikel 118 Subsidiabele producten

De producten met de doelstellingen, bedoeld in artikel 117, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op een product voor kinderen van 2,5 tot 4 jaar, gedurende gemiddeld 2 dagdelen van maximaal drie en een half uur, gedurende 40 weken per jaar, gericht op de doelstellingen genoemd in artikel 117 op ambitieniveau 1.

Artikel 119 Subsidiecriteria

  • 1. Om voor subsidie in aanmerking te komen moet voldaan zijn aan de volgende criteria:

    • a.

      de peuterspeelzaalvestiging moet voldoen aan de kwaliteitseisen vermeld in de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen.

    • b.

      de activiteiten moeten binnen de gemeente Nieuwegein worden aangeboden aan inwoners van Nieuwegein.

    • c.

      de door de subsidieaanvrager gehanteerde ouderbijdragen kennen een inkomensafhankelijk tarief en zijn akkoord bevonden door het college.

    • d.

      een peuterspeelzaalgroep telt 16 peuterspeelplaatsen tussen de 2,5 en 4 jaar. Vanwege oppervlakte-eisen per kind kan dit aantal minder zijn.

    • e.

      de subsidieaanvrager streeft naar een minimale gemiddelde bezettingsgraad op jaarbasis per groep van 92,5%.

    • f.

      de openstelling van het peuterspeelzaalwerk loopt qua aantal weken en qua periode gelijk met het basisonderwijs.

    • g.

      de subsidieaanvrager heeft twee dagdelen openstelling per week:

    • 1º Één ochtenddeel van tenminste 2,5 uur (maximaal 3,5 uur subsidiabel)

    • 2 º Één middag van 2,5 uur

    • h.

      de subsidieaanvrager heeft reguliere contacten met het primair onderwijs, onder andere voor de overdracht van informatie over kinderen.

  • 2. Indien een peuterspeelzaal niet aan oppervlakte-eisen voldoet kan het aantal toegestane kinderen, bedoeld in het eerste lid, onderdeel d, in mindering worden gebracht.

  • 3. Van de uren genoemd in het eerste lid, onderdeel g kan maximaal 3,5 uur subsidie worden verleend.

Artikel 120 Verdeelregel

Bij het verlenen van de subsidie geldt de verdeelregel dat de aanvrager die het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor een product als bedoeld in artikel 118, en subsidie heeft ontvangen, voorrang heeft boven nieuwe aanvragers.

Paragraaf 8.2 Onderwijsachterstandenbeleid

Artikel 121 Doelstellingen

De doelstellingen van het beleidsveld ‘Onderwijsachterstandenbeleid’ dragen bij aan:

  • a.

    het effectief en vroegtijdig aanpakken van taalachterstanden met nadruk op voorschoolse educatie, de doorgaande leerlijn voor- en vroegschoolse educatie en schakelklassen;

  • b.

    voor alle kinderen die dat nodig hebben, doelgroep onderwijsachterstandenbeleid, dienen gemeenten een dekkend en kwalitatief hoogwaardig aanbod van voorschoolse educatie te realiseren met een bereik van 100%;

  • c.

    Het vroegtijdig signaleren van een (verhoogd risico op een) taalachterstand bij kinderen;

  • d.

    het indiceren van doelgroepkinderen OAB;

  • e.

    Het realiseren van een dekkend en kwalitatief hoogwaardig aanbod van voorschoolse educatie voor alle doelgroepkinderen OAB in Nieuwegein;

  • f.

    Het realiseren van 100% deelname van doelgroepkinderen OAB aan voorschoolse educatie, zodat deze kinderen zonder taalachterstand kunnen beginnen aan het basisonderwijs;

  • g.

    Het wegwerken van grote achterstanden in de Nederlandse taal bij leerlingen zonder algehele leerachterstand in het basisonderwijs zodat zij zonder taalachterstand hun schoolloopbaan in het reguliere onderwijs op hun eigen niveau kunnen voortzetten.

Artikel 122 Subsidiabele producten

De producten met de doelstellingen, bedoeld in artikel 121, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op

  • a.

    voorschools educatie aanbod aan doelgroepkinderen OAB van 4 dagdelen per week in vooralsnog verschillende peuterspeelzalen in Nieuwegein op ambitieniveau 2;

  • b.

    de indicering van doelgroepkinderen OAB zoals gedefinieerd door het college van burgemeester en wethouders;

  • c.

    werving en toeleiding van doelgroepkinderen OAB naar voorschoolse educatie in Nieuwegein;

  • d.

    een bijdrage aan de kostenbijdrage die gevraagd wordt aan ouders van doelgroepkinderen OAB die deelnemen aan voorschoolse educatie op een peuterspeelzaal;

  • e.

    een bovenschoolse deeltijd schakelklas in Nieuwegein waarvoor draagvlak is bij de meerderheid van de schoolbesturen PO en waarvoor alle basisschoolkinderen in Nieuwegein die aan de toelatingscriteria van de schakelklas voldoen kunnen worden aangemeld;

  • f.

    een bovenschoolse schakelklas voor neveninstromers in Nieuwegein waarvoor draagvlak is bij de meerderheid van de schoolbesturen PO en waarvoor alle basisschoolkinderen in Nieuwegein die aan de toelatingscriteria van de schakelklas voldoen kunnen worden aangemeld.

Artikel 123 Subsidiecriteria

Artikel 123 Subsidiecriteria

Om voor subsidie in aanmerking te komen moet voldaan zijn aan de volgende criteria:

  • a.

    de subsidieaanvrager is een professionele organisatie, een schoolbestuur of een welzijnsorganisatie;

  • b.

    de subsidiabele producten dienen bij te dragen aan de doelstellingen OAB;

  • c.

    voor zover de gemeente een beroep doet op rijksmiddelen voor de subsidieverstrekking, zijn de voorwaarden/criteria van de betreffende rijksregeling van toepassing op de subsidiabele producten.

Artikel 124 Verdeelregel

Bij het verlenen van de subsidie geldt de verdeelregel dat de aanvrager die het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor een product als bedoeld in artikel 122, en subsidie heeft ontvangen, voorrang heeft boven nieuwe aanvragers.

Paragraaf 8.3 Huiswerkbegeleiding

Artikel 125 Doelstellingen

(gereserveerd)

Artikel 126 Subsidiabele producten

(gereserveerd)

Artikel 127 Subsidiecriteria

(gereserveerd)

Artikel 128 Verdeelregel

(gereserveerd)

Paragraaf 8.4 Brede School

Artikel 129 Doelstellingen

De doelstellingen voor het beleidsveld 'Huiswerkbegeleiding' zijn:

  • a.

    het bieden van een leerzame en aantrekkelijke vrije tijdsbesteding aan kinderen in de wijken;

  • b.

    het aantrekkelijker maken van de combinatie werk en zorg (voor- en naschoolse opvang);

  • c.

    integraal aanpakken van onderwijsachterstanden en gezondheidsproblemen bij kinderen;

  • d.

    multifunctioneel gebruiken van gebouwen, ook in de avonduren, waardoor leefbaarheid en veiligheid in de wijken toenemen en de kans op vandalisme afneemt;

  • e.

    continueren van de bestaande brede schoolactiviteiten in de brede scholen in Wijkersloot en Fokkesteeg;

  • f.

    stimuleren van het ontstaan van brede scholen in alle wijken met een basisschool.

Artikel 130 Subsidiabele producten

De producten met de doelstellingen, bedoeld in artikel 129, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op:

  • a.

    het bevorderen van samenwerking tussen scholen, kinderopvang, peuterspeelzaalwerk, sport en culturele voorzieningen;

  • b.

    welzijn en zorg

met name buiten schooltijd.

Artikel 130a Subsidiecriteria

Om voor subsidie in aanmerking te komen wordt voldaan aan de volgende criteria:

  • a.

    het hebben van een coördinatiefunctie dan wel een conciërge;

  • b.

    het verrichten van 2 subsidiabele producten als bedoeld in artikel 130;

  • c.

    het beschikken over een combinatiefunctionaris sport;

  • d.

    het beschikken over een combinatiefunctionaris cultuur;

  • e.

    het coördineren van de bovenschoolse brede school door brede scholen Wijkersloot en Fokkesteeg.

Artikel 131 Verdeelregels

  • 1. Bij het verlenen van de subsidie wordt de volgende prioriteitstelling gemaakt:

    • a.

      de brede scholen Wijkersloot en Fokkesteeg worden als preferente brede scholen aangeduid en komen als eerst in aanmerking voor subsidie;

    • b.

      indien er subsidie overblijft kunnen ten hoogste 3 andere scholen die de ambitie hebben om een brede school te worden aanspraak maken op de resterende subsidie van de preferente brede scholen.

  • 2. De subsidie wordt besteed gedurende de periode september 2012 tot september 2013 en de verdeling van de subsidie vindt plaats conform de onderstaande tabel:

    Brede School subsidieverdeling 2012

     

     BS Wijkersloot

     BS Fokkesteeg

     Brede school 1

     Brede school 2

     Brede school 3

    Coördinatiefunctie en/of conciërge

     €           3.000

     €           3.000

     €            3.000

     €            3.000

     €            3.000

    Activiteiten

     

     

     

     

     

    Gesubsidieerde act. 1

     ´--

     ´--

     ´--

     ´--

     

     Gesubsidieerde act. 2

     ´--

     ´--

     ´--

     ´--

     ´--

    Combinatiefunctionaris sport

     ´--

     ´--

     ´--

     ´--

     ´--

    Combinatiefunctionaris cultuur (indien beschikbaar)

     ´--

     ´--

     ´--

     ´--

     ´--

    Ongesubsidieerde activiteit 1

     €           1.500

     €           1.500

     €            1.500

     €            1.500

     €            1.500

    Ongesubsidieerde activiteit 2

     €           1.500

     €           1.500

     

     

     

    Totaal per school

     €           6.000

     €           6.000

     €            4.500

     €            4.500

     €            4.500

    Totaal voor hele brede school (3 scholen)

     €         18.000

     €          18.000

     

     

     

    Coordinatie bovenschoolse brede school Wijkersloot en Fokkesteeg

     € 2.000        

     €           2.000

     

     

     

    Totaal

     €         20.000

     €          20.000

     €            4.500

     €            4.500

     €            4.500

Paragraaf 8.5 Brede School, combinatiefuncties

Artikel 132 Doelstellingen

De doelstelling van het beleidsveld ‘Brede school, combinatiefuncties draagt bij aan:

  • a.

    het uitbreiden van het aantal brede scholen met sport- en cultuuraanbod in zowel het primair als het voortgezet onderwijs;

  • b.

    het versterken van de sportverenigingen met het oog op hun maatschappelijke functie en de inzet van sportverenigingen voor het onderwijs, de naschoolse opvang en de wijk;

  • c.

    het stimuleren van een dagelijks sport- en beweegaanbod op en rond scholen voor alle leerlingen;

  • d.

    het bevorderen dat de jeugd tot 18 jaar vertrouwd raakt met een of meer kunst- en cultuurvormen en het onder jongeren stimuleren van actieve kunstbeoefening;

Artikel 133 Subsidiabele producten

De producten met de doelstellingen, bedoeld in artikel 132, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op

  • a.

    Het aanstellen van combinatiefunctionarissen voor onderwijs en sport of voor cultuur voor het realiseren van doelstelling verrmeld in artikel 131.

  • b.

    Alle combinatiefunctienarissen onderwijs en sport zijn bij één werkgever in dienst;

  • c.

    Alle combinatiefunctienarissen cultuur zijn bij één werkgever in dienst.

  • d.

    Dit zijn functionarissen die bij één werkgever in dienst zijn maar voor twee sectoren (onderwijs, sport en/of cultuur) activiteiten uitvoeren. De combinatiefunctionarissen sport en onderwijs komen in dienst bij de NV Sportinrichtingen. De combinatiefunctionarissen cultuur in dienst van de Kom.

Artikel 134 Verdeelregels

Bij het verlenen van subsidie gelden de volgende verdeelregels:

  • a.

    Uitgangspunt bij de verdeling van het aantal fte per sector is de landelijke verdeling.

  • b.

    De maximale subsidie voor de sport, primair onderwijs, voortgezet onderwijs en cultuur bedraagt € 50.000 per fte en 20 % overhead.

  • c.

    De subsidie voor de combinatiefunctionarissen onderwijs en sport wordt verleend aan één werkgever. Alleen werkgever die in 2011 een subsidieverlening heeft ontvangen voor deze combinatiefunctionarissen, komt in aanmerking voor een subsidieverling voor 2012.

  • d.

    De subsidie voor de combinatiefunctionarissen cultuur wordt verleend aan één werkgever. Deze werkgever dient het theater in Nieuwegein te exploiteren.

  • e.

    Voor de subsidieaanvragen is verder de volgende verdeelsleutel van toepassing:

Realisering fte

2011

2012

Landelijke verdeling in %

Sport

2,7

4,2

50%

Primair onderwijs

1,8

2,8

34%

Voortgezet onderwijs

0,8

10%

Cultuur

0,6

0,6

6%

Totaal

5,1

8,4

100%

Paragraaf 8.6 Jeugdgezondheidszorg en lokale zorg voor de jeugd

Artikel 135 Doelstellingen

De doelstelling van het beleidsveld Jeugdgezondheidszorg en lokale zorg voor de jeugd’ is het realiseren van een goede preventieve zorgstructuur voor jeugdigen van -9 maanden tot 23 jaar, zodat zij opgroeien in een goede fysieke en sociaal-emotionele gezondheid.

Artikel 136 Subsidiabele producten

  • 1. Producten die gericht zijn op de volgende activiteiten komen in aanmerking voor subsidie:

    • a.

      Activiteiten die passen binnen één van de functies van het Centrum voor Jeugd en Gezin (informatie & advies, opgroei- & opvoedondersteuning en coördinatie van zorg):

    • Centraal Punt Jeugdvragen;

    • 70 hulpverleningstrajecten Algemeen Maatschappelijk Werk;

    • Gezinscoaching;

    • Omgangshuis;

    • Vroegtijdige opvoedondersteuning voor risicogezinnen;

    • Non-specifieke inzet in de front- of backoffice CJG vanuit kernpartners.

    • b.

      Activiteiten die vanuit de jeugdgezondheidszorg worden uitgevoerd:

    • Het uniform en maatwerkdeel Jeugdgezondheidszorg voor 0-4 jarigen conform basistakenpakket.

    • c.

      Activiteiten die passen binnen het streven naar een sluitende jeugdketen:

    • Deelname aan of coördinatie van het zorgadviesteam primair onderwijs;

    • Inzet van het accommodatiegebonden jongerenwerk ten behoeve van participatie, signalering en toeleiding.

  • 2. Activiteiten die vanuit de jeugdgezondheidszorg worden uitgevoerd zijn het uniform en maatwerkdeel Jeugdgezondheidszorg voor 0-4 jarigen conform basistakenpakket.

Artikel 137 Subsidiecriteria

Om voor subsidie in aanmerking te komen wordt voldaan aan de volgende criteria:

  • a.

    subsidie wordt uitsluitend verleend aan professionele organisaties die werkzaam zijn in de lokale preventieve jeugdzorg, daaronder begrepen welzijn of jeugdgezondheidszorg;

  • b.

    de aanvrager committeert zich aan structurele samenwerking binnen het lokale netwerk op het gebied van jeugd.

Artikel 138 Verdeelregels

  • 1. Bij de verlening van de subsidie gelden de volgende verdeelregels:

    • a.

      er is een verdeling van het budget over de producten vermeld in artikel 136;

    • b.

      voor de Jeugdgezondheidszorg 0-4 jaar:

    • het basistakenpakket van het RIVM;

    • de verlening wordt gebaseerd op het aantal 0-4 jarigen in Nieuwegein.

  • 2. Organisaties die het jaar voorafgaande aan het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft subsidieverlening hebben ontvangen voor producten vermeld in artikel 136, hebben voorrang bij subsidieverlening voor gelijke producten voor 2012.

  • 3. Het beschikbare budget voor de diverse producten kan worden herverdeeld:

    • a.

      indien een product geen meerwaarde heeft bij het nastreven van een individuele doelstelling en/of van de algemene doelstelling, vallend onder artikel 136 lid 1 en lid 3 onder a en b, dan kan de gemeente Nieuwegein kiezen voor een ander product en/of aanbieder;

    • b.

      indien een product binnen het algehele aanbod van producten geen meerwaarde heeft bij het nastreven van de algemene doelstelling, vallend onder artikel 136, lid 1 en lid 3 onder a en b, dan kan de gemeente Nieuwegein kiezen voor een ander product en/of aanbieder;

    • c.

      indien een nieuwe aanvrager in nauw overleg met de gemeente Nieuwegein aan kan tonen dat zijn producten, vallend onder artikel 136, ten opzichte van het huidige aanbod een meerwaarde vormen bij het nastreven van de algemene doelstelling.

Paragraaf 8.7 Schoolbegeleiding

Artikel 139 Doelstellingen

De doelstelling van beleidsveld ‘Schoolbegeleiding’ is:

  • a.

    het bevorderen van een optimale schoolloopbaan van leerlingen in het primair onderwijs;

  • b.

    schoolbesturen in staat stellen om diensten op het gebied van schoolbegeleiding in te kopen.

Artikel 140 Subsidiabele producten

  • 1. De producten die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op schoolbegeleidingsactiviteiten.

  • 2. De activiteiten zijn onder te verdelen in vier categorieën:

    • a.

      Leerlingbegeleiding: Activiteiten die tot doel hebben leerlingen te ondersteunen in hun ontwikkeling en leerproces.

    • b.

      Leerkrachtbegeleiding: Activiteiten die tot doel hebben leerkrachten te begeleiden bij het analyseren van problemen in de klas en zoeken naar oplossingen

    • c.

      Systeembegeleiding: Activiteiten die tot doel hebben het systeem functioneren van de school te verbeteren

    • d.

      Organisatiebegeleiding: Activiteiten die tot doel hebben het management van de school en van het bestuur te ondersteunen

Artikel 141 Subsidiecriteria

Om in aanmerking te komen voor subsidie van de producten, bedoeld in artikel 140 zien de schoolbesturen erop toe op inkoop van kwalitatief goede producten.

Artikel 142 Verdeelregels

Bij het verlenen van de subsidie gelden de volgende verdeelregels:

 

  • a.

    Het beschikbare budget schoolbegeleiding wordt verdeeld op grond het percentage leerlingen van een schoolbestuur ten opzichte van het totaal aantal leerlingen in het primair onderwijs in Nieuwegein gebaseerd op de 1 oktobertellingen van het kalenderjaar van de subsidie -2. De subsidie voor 2012 is dus gebaseerd op de 1 oktobertelling van 2010.

  • b.

    Uiterlijk 2 maanden voor de indieningtermijn van de subsidieaanvraag ontvangen de schoolbesturen van de beleidsadviseur Onderwijs per mail een overzicht van de beschikbare subsidiebedragen per schoolbestuur.

  • c.

    Subsidies worden verstrekt en verantwoord per kalenderjaar, terwijl het onderwijs werkt met schooljaren. Bij producten die betrekking hebben op een heel schooljaar (bijvoorbeeld elk kwartaal een trainingsonderdeel), wordt de systematiek van 7/12e en 5/12e van het totaalbedrag van het product toegepast bij de toekenning en vaststelling van de subsidie.

  • d.

    Eenmalige begeleidingsactiviteiten (zoals een studiedag) worden bekostigd met de subsidie die bedoeld is voor het kalenderjaar waarin de activiteit plaatsvindt.

Paragraaf 8.8 Speel-o-theek

Artikel 143 Doelstellingen

De doelstelling van het beleidsveld Speel-o-theek is het bevorderen van de ontwikkeling en het samen spelen van kinderen in de leeftijd van 0 tot 9 jaar.

Artikel 144 Subsidiabele producten

De producten die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op het creëren van een aanbod van speelgoed voor (gehandicapte) kinderen van 0 tot 9 jaar, dat wil zeggen het verwerven van speelgoed en materialen, het uitlenen ervan aan de leden en het geven van voorlichting aan ouders dan wel leden.

Artikel 145 Subsidiecriteria

Om in aanmerking te komen voor subsidie voor de producten, bedoeld in artikel 144 worden de volgende gegevens beschikbaar gesteld en staan tevens in de verantwoording:

  • a.

    Het aantal uitleningen per kalenderjaar;

  • b.

    Het aantal leden per 1 januari van het jaar voorafgaand aan het jaar waarvoor subsidie wordt aangevraagd; uitgesplitst naar leden uit Nieuwegein en leden buiten Nieuwegein;

  • c.

    De tijden waarop de speel-o-theek geopend is;

  • d.

    De hoeveelheid spelmateriaal, met aparte vermelding van de hoeveelheid spelmateriaal voor gehandicapte kinderen.

Artikel 146 Verdeelregel

Bij het verlenen van subsidie geldt de verdeelregel dat de aanvrager, die in het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft gevraagd voor producten als bedoeld in artikel 144 en subsidie heeft ontvangen, voorrang heeft boven nieuwe aanvragers.

Paragraaf 8.9 Volwasseneneducatie, aanvullend cursusaanbod

Artikel 147 Doelstellingen

De doelstelling van het beleidsveld Volwasseneneducatie, aanvullend cursusaanbod’ is het verzorgen van aanbod op het terrein van volwasseneneducatie, zoveel mogelijk in afstemming dan wel samenwerking met andere aanbieders van (educatieve) activiteiten in Nieuwegein.

Artikel 148 Subsidiabele producten

De producten met de doelstellingen, bedoeld in artikel 147 zijn gericht op het verzorgen van cursussen op terrein van volwasseneneducatie.

Artikel 149 Subsidiecriteria

Om in aanmerking te komen voor subsidie voor de producten, bedoeld in artikel 148 wordt een bij de aanvraag ingediende begroting en activiteitenplan.

Artikel 150 Verdeelregels

Bij het verlenen van de subsidie gelden de volgende verdeelregels:

  • a.

    De hoogte van de subsidie bedraagt € 8,33 per deelnemende cursist in 2012.

  • b.

    € 8330,- is maximaal beschikbaar voor de organisatie die in 2011 een subsidieverlening is toegekend op basis van de regels genoemd in deze paragraaf.

  • c.

    € 1865,- is maximaal beschikbaar voor een andere organisatie die in Nieuwegein cursussen volwasseneneducatie verzorgt. Hiervoor geldt wie het eerst komt, wie het eerst maalt.

Hoofdstuk 9 Sociale voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening

Paragraaf 9.1 Algemeen maatschappelijk werk

Artikel 151 Doelstellingen

De doelstelling van het beleidsveld ´Algemeen maatschappelijk werk` draagt bij aan de volgende doelstellingen:

  • a.

    het bieden van laagdrempelige toegang tot eerstelijns hulpverlening, algemeen maatschappelijk werk aan de inwoners van Nieuwegein met psychische, sociale en materiële problemen;

  • b.

    het vergroten van de zelfstandigheid en het benutten van de eigen mogelijkheden van de cliënten bij het oplossen van hun problemen, zodanig dat zij weer of beter kunnen deelnemen aan het maatschappelijk verkeer.

Artikel 152 Subsidiabele producten

De producten met de doelstellingen, bedoeld in artikel 151, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op:

  • a.

    cliëntgerichte hulpverlening;

  • b.

    dienstverlening aan zorginstellingen door middel van ondersteuning van professionelen en vrijwilligers in hun werk met betrekking tot het adviseren en begeleiden van cliënten in het kader van de verbetering en gebruikmaking van de ziekenhuizen, huisartsen en andere zorginstellingen;

  • c.

    het signaleren van ontwikkelingen en omstandigheden die ten grondslag kunnen liggen aan psychosociale nood- en achterstandsproblemen;

  • d.

    het signaleren van het ontbreken van voorzieningen of van knelpunten in de toegang

  • e.

    tot de voorzieningen met betrekking tot de ontwikkelingen en omstandigheden, bedoeld onder c.

Artikel 153 Subsidiecriteria

Om voor subsidie in aanmerking te komen wordt voldaan aan de volgende criteria:

  • a.

    het aangaan van een uitvoeringsovereenkomst;

  • b.

    inzet van professioneel personeel, met dien verstande dat bij uitvoering van de subsidiabele producten, bedoeld in artikel 152 voldoet het personeel die de activiteiten coördineren, dan wel uitvoeren aan de kwalificatie die bij elke specifieke activiteit vereist is;

Artikel 154 Verdeelregel

Bij het verlenen van de subsidie geldt de verdeelregel dat de aanvrager die in het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor een product als bedoeld in artikel 152, en een subsidie heeft ontvangen, voorrang heeft boven nieuwe aanvragers.

Paragraaf 9.2 Belangenbehartiging ouderen

Artikel 155 Doelstelling

De doelstelling van het beleidsveld ‘Belangenbehartiging ouderen is een ouderenbond in staat stellen om voorlichting voor ouderen te organiseren.

Artikel 156 Subsidiabele producten

De producten met de doelstellingen, bedoeld in artikel 155, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op: het jaarlijks organiseren van twee bijeenkomsten rond een thema in het kader van de belangenbehartiging aan ouderen.

Artikel 157 Subsidiecriteria

Om voor subsidie in aanmerking te komen moet voldaan zijn aan de volgende criteria:

  • a.

    een ouderenbond gevestigd te Nieuwegein .

  • b.

    twee bijeenkomsten organiseren rond een thema in het kader van belangenbehartiging aan ouderen.

  • c.

    indiening van een activiteitenplan met daarin een productbegroting,

Artikel 158 Verdeelregel

Bij het verlenen van de subsidie geldt de verdeelregel dat de aanvrager, die in het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor  producten als bedoeld in artikel 156, en subsidie heeft ontvangen, voorrang heeft boven nieuwe aanvragers.

Paragraaf 9.3 Maatschappelijke opvang

Artikel 159 Doelstellingen

De doelstelling van het product ‘Maatschappelijke opvang’ draagt bij aan het bieden van maatschappelijke opvang en hulp aan bewoners met specifieke problemen.

Artikel 160 Subsidiabele producten

De producten met de doelstellingen, bedoeld in artikel 159, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op het bieden op het bieden van tijdelijk onderdak en ondersteunende begeleiding ten behoeve van terugkeer naar reguliere huisvesting.

Artikel 161 Subsidiecriteria

Om voor subsidie in aanmerking te komen wordt voldaan aan de volgende criteria :

  • a.

    (gereserveerd);

  • b.

    (gereserveerd).

Artikel 162 Verdeelregel

Bij het verlenen van de subsidie geldt de verdeelregel dat de aanvrager, die in het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor  producten als bedoeld in artikel 160, voorrang heeft boven nieuwe aanvragers.

Paragraaf 9.4 Armoedebestrijding

Artikel 163 Doelstellingen

De doelstellingen van het beleidsveld ‘Armoedebestrijding’ zijn:

  • a.

    het aanbieden van financiële hulpverlening aan inwoners van Nieuwegein die in een urgente financiële noodsituatie verkeren;

  • b.

    het voorkomen van sociaal isolement dan wel sociale uitsluiting van schoolgaande kinderen of jongeren uit gezinnen uit de laagste inkomensklasse.

.

Artikel 164 Subsidiabele producten

  • 1. De producten met de doelstellingen, bedoeld in artikel 163, onderdeel a, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op:

    • a.

      exploitatie voor het afhandelen en verwerken van aanvragen voor urgente financiële ondersteuning;

    • b.

      het begeleiden naar voorzieningen ten behoeve van armoedebestrijding;

    • c.

      het fungeren als expertise- en adviescentrum en gespreksplatform.

  • 2. De producten met de doelstellingen, bedoeld in artikel 163, onderdeel b, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op:

    • a.

      directe financiële hulpverlening;

    • b.

      bijdrage in de infrastructurele kosten.

Artikel 165 Subsidiecriteria

Om voor subsidie in aanmerking te komen moet voldaan zijn aan de volgende criteria:

  • a.

    de subsidie voor een product als bedoeld in artikel 164, eerste lid, wordt niet aangewend voor directe financiële hulpverlening;

  • b.

    de verhouding kosten versus directe hulp voor een product als bedoeld in artikel 164, tweede lid, mag maximaal 25-75% bedragen.

Artikel 166 Verdeelregel

Bij het verlenen van de subsidie geldt de verdeelregel dat de aanvrager die in het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor producten als bedoeld in artikel 164 en subsidie heeft ontvangen, voorrang heeft boven nieuwe aanvragers.

Paragraaf 9.5 Vluchtelingenwerk

Artikel 167 Doelstellingen

De doelstelling van het beleidsveld ‘Vluchtelingenwerk’ is dat aan een volwaardige participatie wordt bijgedragen van al dan niet voormalige vluchtelingen dan wel asielzoekers die zich vestigen in de gemeente Nieuwegein of met uitzetting bedreigd worden.

Artikel 168 Subsidiabele producten

  • 1. 1.De producten met de doelstellingen, bedoeld in artikel 167, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op:

    • a.

      materiële, psychische en juridische begeleiding van vluchtelingen of asielzoekers al dan niet met een generaal pardon status en overige nieuwkomers bij hun vestiging in Nieuwegein;

    • b.

      materiële, psychische en juridische begeleiding van vluchtelingen die bedreigd worden met uitzetting;

    • c.

      exploitatiekosten.

  • 2. In dit artikel wordt onder exploitatiekosten uitsluitend personeelskosten begrepen.

Artikel 169 Subsidiecriteria

Om voor subsidie in aanmerking te komen moet worden voldaan aan de volgende criteria:

  • a.

    inzet van professioneel personeel, met dien verstande dat bij uitvoering van de subsidiabele producten, bedoeld in artikel 168 voldoet het personeel die de activiteiten coördineren, dan wel uitvoeren aan de kwalificatie die bij elke specifieke activiteit vereist is;

  • b.

    inzet van vrijwilligers die ondersteunende werkzaamheden verrichten.

Artikel 170 Verdeelregel

Bij het verlenen van de subsidie geldt de verdeelregel dat de aanvrager die in het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor producten als bedoeld in artikel 168 en subsidie heeft ontvangen, voorrang heeft boven nieuwe aanvragers.

Hoofdstuk 10 Volksgezondheid

Artikel 171 Doelstellingen

De doelstelling van het beleidsveld `Volksgezondheid´ draagt bij aan het bevorderen van de volksgezondheid met name gericht op de verslavingszorg alsmede het bestrijden van ongevallen.

Artikel 172 Subsidiabele producten

De producten met de doelstellingen, bedoeld in artikel 171, die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op

  • a.

    het geven van voorlichting dan wel het aanbieden voorlichtingsprogramma´s aan voornamelijk jongeren ter preventie van alcohol- en drugsmisbruik;

  • b.

    het bieden van een ondersteuningsprogramma voor alcoholisten, verricht door vrijwilligers;

  • c.

    het leveren van eerste hulp bij ongelukken aan bewoners en het bieden van cursussen met betrekking tot het leveren van eerste hulp bij ongelukken aan bewoners.

Artikel 173 Subsidiecriteria

Om voor subsidie in aanmerking te komen wordt voldaan aan de volgende criteria:

  • a.

    gekwalificeerd personeel wordt ingezet bij het product, bedoeld in artikel 172, onderdeel a;

  • b.

    er is sprake van een lokale EHBO, die in Nieuwegein gevestigd is voor de producten, bedoeld in artikel 172, onderdeel c.

  • c.

    er is sprake van een ontmoetingsplek voor verslaafden in Nieuwegein bij het product, bedoeld in artikel 172, onderdeel b;

Artikel 174 Verdeelregels

Bij de verdeling van de subsidie gelden de volgende verdeelregels:

  • a.

    de aanvrager die in het jaar voorafgaand aan het jaar waarvoor hij een subsidie heeft aangevraagd en daarvoor een subsidie ontving heeft voorrang boven nieuwe aanvragers met inachtneming van de onderdelen b en c.

  • b.

    de producten, bedoeld in artikel 172, onderdeel a gaan in rangorde voor de producten, bedoeld in artikel 172, onderdeel b;

  • c.

    de producten, bedoeld artikel 172 onderdeel b gaan in rangorde voor de producten, bedoeld in artikel 172, onderdeel c.

Hoofdstuk 11 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting

(gereserveerd)

Hoofdstuk 12 Integratie en inburgering

Paragraaf 12.1 Mondiaal beleid

Artikel 175 Doelstellingen

De doelstelling van het beleidsveld ‘Mondiaal beleid’ draagt bij aan:

  • a.

    het bevorderen van bewustwording van de problematiek in ontwikkelingslanden;

  • b.

    het vergroten van kennis en betrokkenheid bij Europa;

  • c.

    het leveren van een bijdrage aan de democratische en bestuurlijke ontwikkelingen op lokaal niveau in andere landen;

  • d.

    bevorderen van internationale contacten in zijn algemeenheid, in het bijzonder met Stedenband gemeenten Pulawy (Polen) en Rundu (Namibië).

Artikel 176 Subsidiabele producten

De producten die voor subsidie in aanmerking komen zijn gericht op:

  • a.

    het geven van voorlichting over internationale samenwerking aan de bewoners van Nieuwegein.

  • b.

    het (doen) organiseren van publieksgerichte activiteiten in Nieuwegein op het gebied van internationale samenwerking.

Artikel 177 Subsidiecriteria

Om voor subsidie in aanmerking te komen wordt bij de aanvraag een begroting en activiteitenplan ingediend.

Artikel 178 Verdeelregel

Bij het verlenen van de subsidie geldt de verdeelregel dat de aanvrager die in het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor producten als bedoeld in artikel 176 en subsidie heeft ontvangen, voorrang heeft boven nieuwe aanvragers.

Paragraaf 12.2 Internationale samenwerking, activiteitenbudget

Artikel 179 Doelstellingen

De doelstellingen van het beleidsveld Internationale samenwerking, activiteitenbudget zijn:

  • a.

    het bevorderen van bewustwording van de problematiek in ontwikkelingslanden;

  • b.

    het vergroten van kennis en betrokkenheid bij Europa;

  • c.

    het bevorderen van het halen van de Millenniumdoelstellingen op lokaal en internationaal niveau.

Artikel 180 Subsidiabele producten

Het bieden van incidentele financiële ondersteuning aan derden voor activiteiten op het gebied van mondiale bewustwording.

Artikel 181 Subsidiecriteria

Om voor subsidie in aanmerking te komen draagt de aanvrager er zorg dat de subsidie ingezet wordt ten behoeve van de ondersteuning van activiteiten door derden met de doelstellingen, bedoeld in artikel 180, met dien verstande dat activiteiten die uitsluitend fondswerving dan wel financiering van projecten buiten Nieuwegein tot doel hebben dan wel een winstoogmerk hebben, daarvan zijn uitgezonderd.

Artikel 182 Verdeelregels

Bij het verlenen van de subsidie geldt de verdeelregel dat de aanvrager die in het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor producten als bedoeld in artikel 181 en subsidie heeft ontvangen, heeft voorrang boven nieuwe aanvragers.

Paragraaf 12.3 Wereldwinkel

Artikel 183 Doelstellingen

De doelstelling van het beleidsveld ‘Wereldwinkel’ is het bevorderen van bewustwording van de problematiek in ontwikkelingslanden.

Artikel 184 Subsidiabele producten

Producten die gericht zijn het bevorderen van bewustwording van de problematiek in ontwikkelingslanden door middel van een wereldwinkel.

Artikel 185 Subsidiecriteria

De volgende gegevens zijn beschikbaar en staan in de verantwoording:

  • a.

    aantal bezoekers, respectievelijk klanten dat de Wereldwinkel bezocht heeft;

  • b.

    aantal bezoekers, respectievelijk klanten in relatie tot het landelijk gemiddelde van de Wereldwinkels;

  • c.

    openstellingtijden van de Wereldwinkel;

  • d.

    gebruik dat door de aan de stichting verwante organisaties is gemaakt van de ruimte en op welke wijze voorlichting aan het publiek is verstrekt over de derde wereldproblematiek.

Artikel 186 Verdeelregel

Bij het verlenen van subsidie geldt de verdeelregel dat de aanvrager die het jaar voorafgaand aan het jaar subsidie heeft aangevraagd voor producten als bedoeld in artikel 185 en subsidie heeft ontvangen, voorrang heeft boven nieuwe aanvragers.

Hoofdstuk 13 Slotbepalingen

Artikel 187 Intrekking beleidsregels

De Beleidsregels voor subsidieverstrekking gemeente Nieuwegein 2011 en de Beleidsregels voor subsidieverstrekking gemeente Nieuwegein 2010 worden ingetrokken.

Artikel 188 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking.

Artikel 189 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit verdeelregels productsubsidies.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van 14 juni 2011,
de secretaris, de burgemeester,

Bijlage Tabel behorende bij het Besluit verdeelregels productsubsidies

 

Werkveld

 

 

Indexering

2011

 

Begroting 2011

 

Indexering

2012

 

Begroting

2012

(niet vastgesteld)

2 Welzijn en Maatschappelijke ondersteuning

2.1 Welzijn en sociaal cultureel werk, basisdeel

0%

€ 1.498.758

?

€ 1.498.758

2.2 Welzijn en sociaal cultureel werk, Flexibel deel

0%

€ 359.242

?

€ 359.242

2.3 Ondersteuning Mantelzorg

0%

€ 190.000

budgetplafond

?

€ 190.000

budgetplafond

2.4 Ondersteuning van vrijwilligers in de zorg

0%

€ 110.472 budgetplafond

?

€ 110.472 budgetplafond

2.5 Collectieve voorzieningen maatschappelijke ondersteuning

0%

€ 80.217

budgetplafond

?

€ 80.217

budgetplafond

2.6 Ondersteuning van mensen met een lichamelijke of zintuigelijke beperking dan wel psychische klachten

0%

€ 112.284

budgetplafond

?

€ 112.284

budgetplafond

2.7 Bibliotheekwerk

0%

€ 1.424.260

?

€ 1.424.260

2.8 Emancipatie

0%

€ 1.249

?

€ 1.249

3 Sport, Cultuur en Recreatie

3.1 Sportbeoefening in georganiseerd verband

0%

€ 675.278

?

€ 675.278

3.2 Ondersteuning sportarganisaties

0%

€ 69.083

?

€ 69.083

3.3 Voetbalweek Nieuwegein

0%

€ 1.515

?

€ 1.515

3.4 Ondersteuning sportbeoefening van mensen met een lichamelijke of verstandelijke beperking

0%

€ 7.236

?

€ 7.236

3.5 Amateurkunst, activiteitenbudget

0%

€ 78.792

budgetplafond

?

€ 78.792

budgetplafond

3.6 Amateurkunst, theater

0%

€ 8.622

?

€ 8.622

3.7 Podiumkunsten, theater

0%

€ 1.326.001

?

€ 1.326.001

3.8 Podiumkunsten, pop

0%

Poppodium:

€ 60.198

Popfestival:

€ 10.366

?

Poppodium:

€ 60.198

Popfestival:

€ 10.366

3.9 Cultuureducatie

0%

Primair ondw:

€ 18.000

Voortgez.ond.

€ 7.323

?

Primair ondw:

€ 18.000

Voortgez.ond.

€ 7.323

3.10 Beeldende kunst

0%

€ 76.601

?

€ 76.601

3.11 Beeldende kunst, kunstmarkt

0%

€ 1.531

?

€ 1.531

3.12 Cultureel erfgoed, historisch museum

0%

€ 16.218

?

€ 16.218

3.13 Cultureel erfgoed, museumwerf

0%

€ 139.000

?

€ 139.000

3.14 Cultureelerfgoed, ouheidskamer

0%

€ 4.182

?

€ 4.182

3.15 Scouting

0%

€ 22.600

?

€ 22.600

4 Milieu (gereserveerd)

5 Verkeer en vervoer

5. Verkeer en vervoer

0%

€ 40.000

?

€ 40.000

 

6 Openbare orde en veiligheid

6.1 Slachtofferhulp

0%

€ 8.453

?

€ 8.453

6.2 Dierenasiel

0%

€ 7.781

?

€ 7.781

7 Economie en werkgelegenheid (gereserveerd)

8 Onderwijs

8.1 Peuterspeelzaalwerk

0%

€ 364.000

?

€ 364.000

8.2 Onderwijsachterstanden-beleid

0%

Rijksbudget

€ 403.560

?

Rijksbudget

€ 403.560

8.3 Huiswerkbegeleiding

0%

€ 24.508

?

€ 24.508

8.4 Brede school

0%

Budgetplafond

€ 53.000

?

Budgetplafond

€ 53.000

8.5 Brede school, combinatiefuncties

0%

Rijksbudget

€ 166.917

Gem.budget

€ 307.927

?

Rijksbudget

€ 166.917

Gem.budget

€ 307.927

8.6 Jeugdgezondheidszorg en lokale zorg voor de jeugd

0%

Budgetplafond

€ 1.223.250

?

Budgetplafond

€ 1.223.250

8.7 Schoolbegeleiding

0%

Budgetplafond

€ 172.266

?

Budgetplafond

€ 172.266

8.8 Speel-o-theek

0%

€ 2.657

?

€ 2.657

8.9 Volwasseneneducatie, aanvullend aanbod

0%

€ 10.195

?

€ 10.195

9 Sociale voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening

9.1 Algemeen maatschappelijk werk

0%

€ 781.367

?

€ 781.367

9.2 Belangenbehartiging ouderen

0%

€ 2.250

?

€ 2.250

9.3 Maatschappelijke opvang

0%

€ 40.000

?

€ 40.000

9.4 Armoedebestrijding

0%

€ 60.000

?

€ 60.000

9.5 Vluchtelingenwerk

0%

€ 45.741

?

€ 45.741

10 Volksgezondheid

10 Volksgezondheid

0%

€ 13.075

?

€ 13.075

11 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting (gereserveerd)

12 Integratie en inburgering

12.1 Mondiaal beleid

0%

€ 5.672

?

€ 5.672

12.2 Internationale samen-werking, activiteitenbudget

0%

€ 4.311

?

€ 4.311

12.3 Wereldwinkel

0%

€ 8.234

 

€ 8.234

Toelichting bij het Besluit verdeelregels productsubsidies

Algemeen

Op grond van artikel 3 van de Algemene Subsidieverordening Nieuwegein kan het college nadere regels stellen ten aanzien van de uitvoering van de verordening. In het onderhavige besluit worden nadere regels gesteld ten aanzien van de jaarlijkse productsubsidies. Het betreft hier met name verdeelregels die gelden bij het verlenen van jaarlijkse productsubsidies. De verdeelregels gelden indien er sprake is van een subsidieplafond en in geval sprake is van een gereserveerd budget voor een desbetreffende te subsidiëren product.

Bij de opbouw van het besluit zijn de beleidsvelden als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de verordening als leidraad gehanteerd.

De indeling van het besluit is als volgt:

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Hoofdstuk 2 Welzijn en maatschappelijke ondersteuning

Hoofdstuk 3 Sport, cultuur en recreatie

Hoofdstuk 4 Milieu

Hoofdstuk 5 Verkeer en vervoer

Hoofdstuk 6 Openbare orde en veiligheid

Hoofdstuk 7 Economie en werkgelegenheid

Hoofdstuk 8 Onderwijs

Hoofdstuk 9 Sociale voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening

Hoofdstuk 10 Volkgezondheid

Hoofdstuk 11 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting

Hoofdstuk 12 Integratie en inburgering

Hoofdstuk 13 Slotbepalingen

Volledigheidshalve wordt opgemerkt dat de indeling die in de huidige Beleidsregels voor subsidieverstrekking gemeente Nieuwegein 2011 wordt gehanteerd is losgelaten. Een gevolg hiervan is dat ook de aanduiding van de budgetten in de begroting voor zo ver van toepassing, zijn aangepast. In de toelichting bij de begroting is een en ander hieromtrent verwerkt.

Artikelsgewijs

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Paragraaf 1.1

Artikel 8 Indexering

De budgetten waar in dit besluit aan wordt gerefereerd zijn budgetten op basis van de begroting van 2011. De indexering van de budgetten is voorlopig door het college bepaald op 0%. Na de behandeling van de begroting in de gemeenteraad van november a.s. wordt definitief bekend welke indexering op de budgetten van toepassing is. De subsidieaanvragers worden hierover per brief geïnformeerd.

Artikel 10 Egalisatiereserve en eigen vermogen

Bij lid 1: De gemeente hanteert dit uitgangspunt ten behoeve van de continuïteit van de instellingen en daarmee het mogelijk maken van duurzame samenwerking met instellingen die subsidie ontvangen.

Bij lid 2: Het verschil tussen de gehanteerde norm van 10% en de werkelijke hoogte van de egalisatiereserve kan aanleiding zijn voor het college om hierover het gesprek aan te gaan met de instelling en tot nadere afspraken te komen Criteria die het college daarbij hanteert zijn de mate van afhankelijkheid van de gemeentelijke subsidie en de financiële risico’s van de instelling.

Bij lid 3: Het vormen en in stand houden van deze reserve is de verantwoordelijkheid van de instelling zelf.

Artikel 12 Voorzieningen

Bij instellingen worden eigendommen niet altijd gelijkmatig afgeschreven en wordt niet altijd gespaard voor grote uitgaven, met als gevolg dat het vervangen van bijvoorbeeld inventaris vaak afhankelijk is van financiële meevallers, schenkingen of eenmalige, aanvullende subsidies van de gemeente. Om de zelfstandigheid en verantwoordelijkheid van de instellingen te benadrukken, wordt gekozen voor dit systeem.

Groot planmatig onderhoud onroerend goed

Om de voorziening voor groot onderhoud op het vereiste niveau te brengen wordt de daartoe noodzakelijke dotatie structureel in de begroting opgenomen. Voor het toevoegen en onttrekken van middelen aan de voorziening is toestemming van het college nodig gelet op het bepaalde in artikel 4:71 van de Awb. In dit artikel wordt bepaald welke toestemmingsvereisten kunnen gelden bij rechtshandelingen door subsidieontvangers.

Met deze procedure wil het college voorkomen dat een instelling onvoldoende vermogen opbouwt om toekomstige uitgaven te financieren die onontkoombaar zijn en waarvan de uitgaven niet binnen de exploitatiebegroting van 1 jaar kunnen worden opgevangen.

Hoofdstuk 2 Welzijn en maatschappelijke ondersteuning

Paragraaf 2.1 Welzijn en Sociaal cultureel werk, basisdeel

Artikel 18 Subsidiabele producten

In de praktijk de cursussen worden aangeboden door de vrijwilligersacademie Lekstroom.

Paragraaf 2.3 Ondersteuning mantelzorg

Artikel 26 Subsidiabele producten

Aandacht voor jonge mantelzorgers en initiatieven die de samenwerking tussen informele en formele zorg verbetert.

Artikel 28 Gereserveerd budget en verdeelregels

De volgende instellingen kunnen als voorbeelden genoemd worden:

Steunpunt Mantelzorg (Vitras)

Ontmoetingscentrum (Vitras)

´Handje helpen´ (thuishulpcentrale)

Alzheimer Café (St. Alzheimer Cafe Nederland)

St. Terminale Thuiszorg

Vriendendienst (SWN)

Nederlands Rode Kruis, afdeling Nieuwegein

Hospice

Buddyhulp (Stade)

Paragraaf 2.4 Ondersteuning van vrijwilligers in de zorg

Artikel 31 Subsidiecriteria

Geen ondersteuning voor verzekeringen voor vrijwilligers.

Artikel 32 Verdeelregels

De onderstaande instanties die vorig jaar subsidie ontvingen waren:

Unie van vrijwilligers

Netwerk vrijwilligers in de zorg (Vitras)

Ondersteuning vrijwilligers, deel basispakket SWN (hier PM)

Ondersteuning van vrijwilligerswerk in de sport valt buiten dit budget.

Deze raming is op basis van de huidige inzet/subsidies en een deel van het budget dat wordt ingezet bij de SWN (SCW basisdeel).

Gemeente ondersteunt vrijwilligers ook m.b.v. vrijwilligersverzekeringen; deze vorm van ondersteuning wordt niet ingevuld met het instrument subsidie en ontbreekt daarom in deze opsomming.

Paragraaf 2.7 Bibliotheekwerk

Artikel 42 Subsidiabele producten

Eerste lid

Ten tweede: betreft een zogenaamde hotspot (digitale voorziening) die door telecommunicatiebedrijven wordt geïnstalleerd.

Artikel 43

Dit kan door middel van doorlopende klanttevredenheidsonderzoeken;

het personeel in het filiaal is in staat om vragen te beantwoorden en bezoekers te begeleiden op het gebied van de nieuwe media. In de praktijk is het steeds meer in zwang is om geen specifieke opleidingskwalificaties voor bibliotheek te hanteren, maar de nadruk wordt steeds meer gelegd op de vaardigheden van personeel;

de aanvrager werkt samen met relevante lokale, regionale en landelijke organisaties (voorbeeld: overheidsorganisaties).

Paragraaf 3.2 Ondersteuning sportorganisaties

Artikel 53

De Stichting Sportraad Nieuwegein is op 30 juni 2003 officieel opgericht. De formele doelstelling is de informatievoorziening en advisering aan en de ondersteuning van sportverenigingen en sporters in Nieuwegein te verbeteren en uit te breiden. Dit vindt onder andere plaats via een sportloket, het Sportservicepunt (het SSP). Het merendeel van de Nieuwegeinse Sportverenigingen is aangesloten bij de Sportraad. De Sportraad heeft zich mede ten doel gesteld om alle Nieuwegeinse sportverenigingen zich bij de Sportraad te laten aansluiten.

Artikel 54

Bij het sportloket kunnen verenigingen terecht met allerlei vragen. Deze vragen kunnen een breed terrein bestrijken, zoals bijvoorbeeld het vrijwilligersbeleid, ledenwerving en -behoud, wet- en regelgeving, hulp bij het maken van beleidsplannen en exploitatiebegrotingen met betrekking tot accommodatiebeheer, algemene vragen met betrekking tot accommodaties, subsidies en juridische adviezen. Dit is nog maar een kleine greep uit veel praktijkvoorbeelden. Er wordt van elke deelnemende vereniging een scan gemaakt om een beeld te vormen op welk terrein het SSP ondersteuning kan verlenen aan de verenigingen. Het sportloket werkt met een groot aantal backoffices waar veel informatie en deskundigheid vandaan gehaald wordt ter ondersteuning van het Sportloket.

Paragraaf 8.2 Onderwijsachterstandenbeleid

Artikel 124

Het door de raad voor OAB bepaalde budget in de begroting over 2012 is hoger dan de optelsom van de beschikbare bedragen in artikel 123 lid 2. Het verschil tussen is op dit moment nog niet bestemd voor bepaalde producten binnen het OAB. Wanneer deze bestemming plaatsvindt, worden nadere regels opgesteld zodat nog in 2011 of gedurende 2012 aanvragen voor incidentele productsubsidies voor deze producten kunnen worden ingediend.

Paragraaf 8.7 Schoolbegeleiding

Artikel 140 lid 2

  • a.

    Bijvoorbeeld diagnostische onderzoeken (persoonlijkheidsonderzoeken, intelligentie- leerpotentie onderzoeken, specialistische diagnostiek, zoals onderzoek naar dyslexie, begaafdheid, autisme, adhd etc.)

  • b.

    Bijvoorbeeld observaties in/buiten de groep, ondersteuning in het voeren van oudergesprekken, ondersteuning bij het opstellen en uitvoeren van handelingsplannen etc.

  • c.

    Bijvoorbeeld ondersteuning bij het implementeren van een nieuwe methode, verbetering van didactiek, diverse schoolontwikkelingstrajecten etc.

  • d.

    Bijvoorbeeld coaching van de directeur, ondersteuning bij het opstellen van integraal personeelsbeleid, kwaliteitszorg etc.

Artikel 141

De schoolbesturen zijn vrij de schoolbegeleidingsactiviteiten in te kopen bij elke organisatie die schoolbegeleiding aanbiedt. Dit kan een voorheen gesubsidieerde schoolbegeleidingsdienst zijn of een andere aanbieder. Het afnemen van diensten bij een ander schoolbestuur of binnen het eigen schoolbestuur is daarbij ook een mogelijkheid.

Artikel 142 lid 3 onder c

Voorbeeld: Een activiteit heeft plaatsgevonden gedurende het hele schooljaar 2011/2012. 5/12e van de totaalkosten komen dan ten laste van de subsidie schoolbegeleiding voor het kalenderjaar 2011 (periode augustus tot en met december 2011) en 7/12e van de totaalkosten van de activiteit komen ten laste van de subsidie schoolbegeleiding voor het kalenderjaar 2012 (periode januari tot en met juli 2012).

Paragraaf 8.9 Volwasseneneducatie, aanvullend cursusaanbod

Voor volwasseneneducatie ontvangt de gemeente geld van het rijk; voor deze middelen geldt tot 2013 gedwongen winkelnering bij het ROC. Naast deze inkoop van cursussen uit deze rijksbijdrage, heeft de gemeente een beperkt eigen budget dat zij kan inzetten ten behoeve van lokale initiatieven.

Paragraaf 9.5 Vluchtelingenwerk

Artikel 168

De exploitatiekosten worden gebaseerd op de berekeningssytematiek in de Productovereenkomst tussen Vitras en gemeente Nieuwegein.

Artikel 169

De verstrekking van subsidie boven 1 fte is gebaseerd op de beschikbare resterende middelen vanuit de Tijdelijke Regeling eenmalige tegemoetkoming gemeenten ter afwikkeling nalatenschap oude Vreemdelingenwet (Generaal Pardon-regeling).