Regeling vervallen per 01-01-2020

Procedureregeling functiebeschrijven, functiewaarderen en inpassing

Geldend van 05-08-2011 t/m 31-12-2019

Intitulé

Procedureregeling functiebeschrijven, functiewaarderen en inpassing

Procedureregeling functiebeschrijven, functiewaarderen en inpassing

Artikel 1.1 Begripsbepalingen

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

  • a

    Ambtenaar:de ambtenaar zoals bedoeld in artikel 1:1 lid a van de arbeidsvoorwaardenregeling Gemeente Nieuwegein.

  • b

    Functie:is het geheel aan werkzaamheden dat door de ambtenaar duurzaam is te verrichten krachtens en overeenkomstig hetgeen hem is opgedragen door het college;

  • c

    Functiefamilie:een groep functies met een gemeenschappelijk functieprofiel;

  • d

    Functieprofiel:het bestanddeel van een functiefamilie waarin de kenmerkende gemeenschappelijke eigenschappen van de functiefamilie zijn uitgewerkt;

  • e

    Functiebeschrijving:de beschrijving van een functiefamilie, uitgewerkt in een aantal specifieke bandbreedtes;

  • f

    Bandbreedte:de niveaubepalende bestanddelen van een functiefamilie, onder verwijzing van wat hierover is bepaald in artikel 1.2.lid 1 van deze regeling;

  • g

    Functieboek:het geheel van functiebeschrijvingen;

  • h

    Takenpakket:de uitwerking van de functiebeschrijving in werkafspraken;

  • i

    Functiedeskundige:de met de uitvoering van de regeling functiebeschrijven, functiewaarderen en inpassing belaste (externe) deskundige (n) als adviseur op het gebied van functiebeschrijving en –waardering;

  • j

    Toetsingscommissie:de commissie zoals in artikel 2:3, lid 1 en 2;

  • k

    Conversietabel:een tabel die een koppeling legt tussen de resultaten van de waardering en de salarisschalen

Artikel 1.2 Reikwijdte

Lid 1

Het niveau van alle bij de gemeente voorkomende functiebeschrijvingen zal worden vastgelegd volgens de methode van functiewaardering, met gebruikmaking van het ODRP-functiewaarderingssysteem (OFS);

Lid 2

Het bepaalde in het eerste lid geldt slechts ten aanzien van functies waarvoor een bezoldiging van gemeentewege wordt vastgesteld.

Artikel 2.1 Functieboek

Lid 1

De functiedeskundige stelt de concept-functiebeschrijvingen op.

Lid 2

Het college stelt, na advies van de OR, het functieboek vast met uitzondering van de functiebeschrijving voor de griffie, welke wordt vastgesteld door het presidium.

Artikel 2.2 Functiewaardering

Lid 1

De functiebeschrijvingen worden aan de functiedeskundige voor een concept-waarderingsadvies voorgelegd.

Lid 2

De functiedeskundige vervaardigt aan de hand van de functiebeschrijvingen een concept-waarderingsadvies.

Artikel 2.3 Vaststellen functiewaardering

Lid 1

Alvorens tot definitieve vaststelling over te gaan, worden de concept-waarderingsadviezen en de daarbij behorende stukken ter advisering voorgelegd aan de toetsingscommissie.

Lid 2

De toetsingscommissie wordt ingesteld door het college en bestaat uit:

  • a

    een lid namens de werkgever;

  • b

    een extern lid namens de werknemers, zijnde afgevaardigde namens de OR/GO;

  • c

    een extern voorzitter voorgedragen door de twee leden;

  • d

    een medewerker P&O als secretaris van de toetsingscommissie.

De functiedeskundige(n) treden op als adviseur van de toetsingscommissie.

Lid 3

De vergaderingen van de toetsingscommissie zijn niet openbaar. Bij de bepaling of een advies van de toetsingscommissie geheim is gelden de algemene regels omtrent collegeadviezen.

Lid 4

De toetsingscommissie toetst de opgestelde conceptwaarderingen in een voltallige vergadering.

Lid 5

Indien een lid voor een langere periode niet aanwezig kan zijn bij de vergaderingen van de toetsingscommissie wordt deze vervangen door een vaste vervanger. De toetsingscommissie hanteert als uitgangspunt dat zij een unaniem advies uitbrengt aan het college, respectievelijk de gemeenteraad. De functiedeskundigen hebben geen stemrecht. Indien het advies van de toetsingscommissie niet unaniem is, worden in het advies ook de minderheidsstandpunten verwoord.

Lid 6

De secretaris van de toetsingscommissie maakt een verslag op van de vergadering van de toetsingscommissie.

Lid 7

De toetsingscommissie brengt schriftelijk advies uit aan het college over de concept-waarderingsadviezen.

Lid 8

Nadat de toetsingscommissie advies heeft uitgebracht stelt het college het waarderingsresultaat definitief vast met uitzondering van de functiewaardering voor de functie griffie, welke wordt vastgesteld door de gemeenteraad. Het college kan gemotiveerd afwijken van het advies van de toetsingscommissie.

Lid 9

De conversietabel wordt door het college ter instemming voorgelegd aan de commissie voor Georganiseerd Overleg.

Lid 10

Nadat de commissie voor Georganiseerd Overleg heeft ingestemd met de conversietabel stelt het college deze conversietabel vast.

Lid 11

De inhoud van de besprekingen en adviezen van de commissie dienen geheim te blijven, totdat alle beslissingen door het college bekend zijn gemaakt. Deze geheimhoudingsplicht geldt voor alle aan de besprekingen van de toetsingscommissie deelnemende personen.

Artikel 2.4 Inpassingsvoorstel

Lid 1

De leidinggevende stelt aan de directie een gemotiveerd voorstel op tot plaatsing van een gewijzigd of nieuw takenpakket in een bestaande of nieuwe functiebeschrijving.

Lid 2

De functiedeskundige toetst het voorstel van de leidinggevende op volledigheid en juistheid.

Lid 3

Het college stelt het concept-inpassingsvoorstel vast met uitzondering van het inpassingsvoorstel voor de griffie, welke wordt vastgesteld door de gemeenteraad.

Lid 4

Het concept-inpassingsvoorstel wordt aan de ambtenaar schriftelijk bekend gemaakt.

Artikel 2.5 Bedenkingen tegen inpassingsvoorstel

Lid 1

Indien de ambtenaar het niet eens is met het concept-inpassingsvoorstel kan hij zijn bedenkingen binnen 2 weken, na de datum van schriftelijke bekendmaking daarvan, gemotiveerd kenbaar maken bij het college.

Lid 2

Indien de ambtenaar wenst om mondeling gehoord te worden door de toetsingscommissie over zijn bedenkingen, dient hij dit in zijn bedenkingen aan te geven.

Lid 3

Het college maakt de ingekomen bedenkingen zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen 1 week na ontvangst van de bedenkingen, kenbaar aan de toetsingscommissie.

Lid 4

De ambtenaar die heeft verzocht om mondeling te worden gehoord door de toetsingscommissie zal binnen 4 weken na het indienen van zijn bedenkingen worden gehoord door de toetsingscommissie.

Lid 5

De toetsingscommissie vraagt binnen 2 weken na ontvangst van de bedenkingen een schriftelijke zienswijze van de desbetreffende leidinggevende en nodigt de leidinggevende uit tot het geven van zijn zienswijze met betrekking tot de bedenkingen.

Lid 6

De toetsingscommissie heeft de mogelijkheid om ook medewerkers die niet zelf hebben verzocht om gehoord te worden door de toetsingscommissie, uit te nodigen om een mondelinge toelichting te geven met betrekking tot hun bedenkingen.

Lid 7

De toetsingscommissie brengt binnen 6 weken na indiening van de bedenkingen schriftelijk advies uit aan het college, met inachtneming van de eventuele bedenkingen, over het inpassingsvoorstel.

Lid 8

De secretaris van de toetsingscommissie maakt een verslag op van de hoorzitting en de beraadslagingen van de toetsingscommissie.

Artikel 2.6 Vaststelling definitieve inpassingsvoorstel

Lid 1

De functiedeskundige legt de definitieve inpassingsvoorstellen ter vaststelling voor aan het college.

Lid 2

Het college stelt de definitieve inpassingsvoorstellen vast met uitzondering van het inpassingsvoorstel voor de griffie, welke wordt vastgesteld door de gemeenteraad. Het college volgt hierbij de termijnen voor het nemen van een besluit zoals vastgelegd in de Algemene Wet Bestuursrecht.

Lid 3

Het definitieve besluit tot inpassing wordt binnen 2 weken na vaststelling aan de betrokken ambtenaar schriftelijk bekend gemaakt.

Artikel 3.1 Bezwaar

Lid 1

De medewerker die het niet eens is met het besluit als genoemd in artikel 2.6 lid 3 kan binnen zes weken na de schriftelijke bekendmaking, te rekenen vanaf de dag na verzending, een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij het college van burgemeester en wethouders.

Lid 2

Over het ingediende bezwaarschrift winnen burgemeester en wethouders advies in van de bezwarencommissie personele aangelegenheden met uitzondering van het bezwaarschrift van de griffie, welke wordt vastgesteld door het presidium.

Lid 3

De werkwijze en termijnen van de bezwarencommissie vinden plaats conform het daarvoor gestelde in de Algemene Wet Bestuursrecht.

Artikel 4.1 Onderhoud

Lid 1

Het functieboek wordt alleen gewijzigd voor nieuwe functiefamilies en/of bandbreedtes welke duurzaam moeten worden vervuld en welke niet op basis van het dan geldende functieboek kunnen worden vervuld.

Lid 2

Bij wijziging van het dan geldende functieboek wordt de procedure van beschrijven en waarderen gevolgd zoals deze in artikel 2.1 tot en met 2.3 is uitgewerkt.

Lid 3

Voor gewijzigde of nieuwe takenpakketten wordt de procedure gevolgd zoals uitgewerkt in artikel 2.4.

Artikel 5.1 Slot en overgangsbepalingen

Lid 1

Deze regeling kan worden aangehaald als de “Procedureregeling functiebeschrijven, functiewaarderen en inpassing gemeente Nieuwegein 2009”.

Lid 2

Deze regeling treedt in werking op. xx-xx-2009 onder intrekking van de hiervoor geldende Regeling functiebeschrijving uitgewerkt in de “Nota functiebeschrijving en waardering” (10 mei 2005).

Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders op xx-xx-2009