Regeling vervallen per 30-05-2013

Statuut regelende taak, samenstelling en werkwijze van de urgentiebeoordelingscommissie

Geldend van 04-10-1983 t/m 29-05-2013

Intitulé

Statuut regelende taak, samenstelling en werkwijze van de urgentiebeoordelingscommissie

Burgemeester en wethouders van Nieuwegein;

gehoord hebbende de commissie voor de Volkshuisvesting Nieuwegein en de commissie VFS;

gelet op artikel 62, eerste lid, van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

tot wijziging en vaststelling van het statuut regelende de taak, samenstelling en werkwijze van de Urgentiebeoordelingscommissie.

Artikel 1 Taak

  • 1. Aan de urgentiebeoordelingscommissie is opgedragen burgemeester en wethouders te adviseren inzake de mate van sociale urgenties als bedoeld in de huisvestingsverordening Nieuwegein 1995 ten behoeve van ingeschreven woningzoekenden voor wie door de afdeling Volkshuisvesting van de gemeente Nieuwegein een urgentierapport is opgesteld.

  • 2. Het in het vorige lid bedoelde advies volgt na beoordeling van de inhoud van de urgentierapportage van de afdeling Volkshuisvesting en het daarbij behorende pré-advies.

  • 3. de commissie laat haar beoordeling weten aan de hand van een formulier waarop het advies wordt uitgedrukt in een zogenaamd zoekprofiel. In dit zoekprofiel komt te staan:

    • 1.

      het type woning waarvoor de urgent woningzoekende in aanmerking komt;

    • 2.

      de grootte van de woning;

    • 3.

      de huurcategorie waarbinnen gezocht moet worden.

Artikel 2 Samenstelling

  • 1. De commissie bestaat uit de volgende leden:

    • a.

      een voorzitter;

    • b.

      een maatschappelijk werkdeskundige;

    • c.

      een volkshuisvestingsdeskundige;

    • d.

      een medisch deskundige.

  • 2. De in lid 1 genoemde personen worden door burgemeester en wethouders geselecteerd en benoemd uit gegadigden die zich melden na openbare kennisgeving van één of meerdere vacatures.

  • 3. De leden van de commissie zijn onafhankelijk van de gemeente Nieuwegein, van verhuurders van woningen en van Nieuwegeinse Hulpverlenende instellingen en andere organisaties en instellingen die belang hebben bij de verdeling van woonruimte in Nieuwegein.

  • 4. De leden van de commissie dienen, voorzover zij in de gemeente hun beroep uitoefenen, in verband met die beroepsuitoefening geen binding met woningzoekenden te hebben.

Artikel 3

De commissie wijst uit haar midden een plaatsvervangend voorzitter aan.

Artikel 4

Aan de commissie wordt door de gemeentesecretaris een medewerker van de afdeling Volkshuisvesting als secretaris toegevoegd.

Artikel 5

Bij ziekte of afwezigheid van de secretaris wordt hij vervangen door een andere medewerker van de afdeling Volkshuisvesting.

Artikel 6 Zittingsduur

  • 1. De leden van de commissie worden, behoudens het bepaalde in de volgende leden van dit artikel, benoemd voor een periode van 4 jaar.

  • 2. Van de leden bedoeld in artikel 2, eerste lid, treedt er één af halverwege de zittingsperiode van de gemeenteraad, volgens een door de commissie vast te stellen rooster.

  • 3. De leden kunnen tussentijds ontslag nemen.

  • 4. In een tussentijdse vacature wordt zo spoedig mogelijk voorzien.

  • 5. Het lid, dat ter aanvulling van een anders dan door periodieke aftreding open gevallen plaats is benoemd, treedt af op het tijdstip waarop degene in wiens plaats het is benoemd, zou moeten aftreden.

  • 6. Leden zijn ten hoogste tweemaal achtereen benoembaar.

  • 7. Een lid van de commissie dat voor het lidmaatschap bedankt blijft lid tot het tijdstip dat in de vacature wordt voorzien.

  • 8. Indien een lid niet meer voldoet aan de vereisten genoemd in artikel 2, derde en vierde lid, wordt het als zodanig door burgemeester en wethouders ontslagen; het gestelde in lid 7 vindt dan geen toepassing.

  • 9. Indien er, naar het oordeel van burgemeester en wethouders, sprake is van bijzondere omstandigheden kan van het gestelde in de eerste volzin van het vorige lid worden afgeweken.

Artikel 6 Werkwijze

De commissie vergadert in beginsel éénmaal per twee weken en voorts zo dikwijls als door de voorzitter nodig wordt geoordeeld.

Artikel 7

  • 1. De uitnodiging, de agenda, de besluitenlijst, de te behandelen urgentierapporten en andere stukken worden zo spoedig mogelijk voor de volgende vergadering aan de leden van de commissie toegezonden.

  • 2. Gedurende de in lid 1 genoemde periode tot de vergadering ligt het dossier van de betrokken woningzoekende voor de commissieleden ter inzage bij de secretaris.

Artikel 8

  • 1. Van de vergadering wordt door de secretaris een besluitenlijst gemaakt.

  • 2. De commissie maakt jaarlijks een verslag op van haar werkzaamheden en dient dit vóór 1 april in bij het college van burgemeester en wethouders.

  • 3. Het in lid 2 bedoelde jaarverslag wordt voor de leden van de functionele commissie ter inzage gelegd.

Artikel 9

  • 1. De commissie mag niet beraadslagen en besluiten indien niet de voorzitter of zijn plaatsvervanger en ten minste één commissielid aanwezig is.

  • 2. Wanneer het in het vorige lid vereiste aantal leden niet is opgekomen, wordt door de voorzitter binnen 24 uur een nieuwe vergadering belegd. Deze vergadering wordt gehouden binnen 3 dagen na de datum van de nieuwe uitnodiging en vindt doorgang ongeacht het aantal leden dat is opgekomen.

Artikel 10

De leden van de commissie, als genoemd in artikel 2, hebben stemrecht.

Artikel 11

  • 1. De urgentie-adviezen komen tot stand op basis van meerderheid van de uitgebrachte stemmen.

  • 2. Bij het staken der stemmen beslist de voorzitter.

  • 3. Een urgentierapportage met het daarbij behorende pré-advies als bedoeld in artikel 1, tweede lid, wordt onbehandeld, doch voorzien van een motivering teruggezonden, indien de commissie van oordeel is dat het betreffende pré-advies niet in overeenstemming is met de urgentiecriteria.

Artikel 12

  • 1. De vergaderingen van de commissie zijn besloten.

  • 2. De toegezonden urgentierapporten zijn vertrouwelijk en worden na de vergadering aan de secretaris ter vernietiging ter hand gesteld.

Artikel 13 Slotbepalingen

Burgemeester en wethouders kunnen, de commissie gehoord hebbend, voorzieningen treffen ten aanzien van onderwerpen, welke in dit reglement niet of naar hun oordeel onvoldoende geregeld zijn.

Artikel 14

Burgemeester en wethouders beslissen, de commissie gehoord hebbend, in geschillen welke omtrent de uitlegging en de toepassing van dit reglement rijzen.

Artikel 15

Dit reglement treedt in werking met ingang van het tijdstip, waarop het door burgemeester en wethouders is vastgesteld.

Aldus gewijzigd en vastgesteld door burgemeester en wethouders in hun vergadering van 4 oktober 1983.