Regeling vervallen per 01-01-2013

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2012

Geldend van 01-01-2013 t/m 31-12-2012

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2012

RAADSBESLUIT

Nummer: 2011-070/1

De raad van de gemeente Nijkerk;

gelezen het collegevoorstel van 13 september 2011;

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de:

VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN LEGES 2012

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    ‘dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    ‘week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    ‘maand’: het tijdvak dat loopt van de eerste dag in een kalendermaand tot de eerste dag in de volgende kalendermaand;

  • d.

    ‘jaar’: het tijdvak dat loopt van de eerste dag in een kalenderjaar tot de eerste dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    ‘kalenderjaar’: de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2. Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten, genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3. Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst of degene ten behoeve van wie de dienst is verleend.

Artikel 4. Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • b.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

  • c.

    het in behandeling nemen van aanvragen om collectevergunning;

  • d.

    het afgeven van stukken, nodig voor de ontvangst van pensioenen, lijfrenten en andere periodieke uitkeringen.

Artikel 5. Tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

  • 3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6. Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7. Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen tien dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8. Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9. Teruggaaf

  • 1. Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

  • 2. Voor de toepassing van artikel 28, vierde en vijfde lid, van de Invorderingswet 1990 wordt de teruggaaf van leges, bedoeld in het eerste lid, aangemerkt als een vermindering van de belastingaanslag.

Artikel 10. Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot wijzigen van deze verordening en de bijbehorende tarieventabel, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      onderdeel 1.1.5 (akten burgerlijke stand);

    • 2.

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • 3.

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen)

    • 4.

      onderdeel 1.3.3 (eigen verklaring van het Centraal Bureau Rijvaardigheisbewijzen);

    • 5.

      onderdeel 1.4.5 (papieren verstrekking uit de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens);

    • 6.

      hoofdstuk 6 (verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens);

    • 7.

      onderdeel 1.9.1 (verklaring omtrent het gedrag);

    • 8.

      hoofdstuk 16 (kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11. Nadere regels

Het kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12. Intrekken oude regeling en overgangsrecht

  • 1. De Legesverordening 2011, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 16 december 2010, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing.

  • 2. De Legesverordening 2011 blijft van toepassing op de belastbare feiten die zich voor de in het eerste lid bedoelde datum hebben voorgedaan.

Artikel 13. Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2012.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.

Artikel 14. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening 2012.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van de raad van de gemeente Nijkerk op
27 oktober 2011
de griffier, de voorzitter,
de heer drs. O. van KOLCK de heer mr. drs. G.D. RENKEMA

Tarieventabel behorende bij de legesverordening 2012

 

Indeling tarieventabel:

 

Titel 1 – Algemene dienstverlening

            Hoofdstuk 1       Burgerlijke stand

            Hoofdstuk 2       Reisdocumenten

            Hoofdstuk 3       Rijbewijzen

Hoofdstuk 4       Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

            Hoofdstuk 5       gereserveerd

            Hoofdstuk 6       Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens

            Hoofdstuk 7       Bestuursstukken

            Hoofdstuk 8       Vastgoedinformatie

            Hoofdstuk 9       Overige publiekszaken

            Hoofdstuk 10     Gemeentearchief

            Hoofdstuk 11     Huisvestingswet

            Hoofdstuk 12     Leegstandswet

            Hoofdstuk 13     gereserveerd

            Hoofdstuk 14     gereserveerd

            Hoofdstuk 15     gereserveerd

            Hoofdstuk 16     Kansspelen

            Hoofdstuk 17     Kinderopvang

            Hoofdstuk 18     Telecommunicatie

            Hoofdstuk 19     Verkeer en vervoer

            Hoofdstuk 20     Diversen

 

Titel 2 – Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning

            Hoofdstuk 1       Begripsomschrijvingen

            Hoofdstuk 2       Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag

            Hoofdstuk 3       Omgevingsvergunning

            Hoofdstuk 4       Vermindering

            Hoofdstuk 5       Teruggaaf

            Hoofdstuk 6       Intrekking omgevingsvergunning

            Hoofdstuk 7       Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

            Hoofdstuk 8       Bestemmingswijzigingen

            Hoofdstuk 9       gereserveerd

            Hoofdstuk 10     In deze titel niet genoemde beschikking

 

Titel 3 – Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

            Hoofdstuk 1       Horeca

            Hoofdstuk 2       Organiseren evenementen of markten

            Hoofdstuk 3       Prostitutiebedrijven

            Hoofdstuk 4       gereserveerd

            Hoofdstuk 5       gereserveerd

            Hoofdstuk 6       Brandbeveiligingsverordening

Hoofdstuk 7       In deze titel niet genoemde beschikking

 

 

 

 

Titel 1     Algemene dienstverlening

 

Hoofdstuk 1       Burgerlijke stand

1.1.1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of een registratie van een partnerschap of omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk:

 

 

In het stadhuis

 

1.1.1.1

op maandag om 09.00 uur en 09.30 uur

€        0,00

1.1.1.2

op maandag op hele uren van 10.00 uur tot en met 16.00 uur en op dinsdag tot en met vrijdag op hele uren van 09.00 uur tot en met 16.00 uur

 

 

€    319,00

1.1.1.3

op maandag tot en met vrijdag op hele uren van 17.00 uur tot en met 20.00 uur

 

€    636,00

1.1.1.4

op zaterdag op hele uren van 09.00 uur tot en met 15.00 uur

€    636,00

 

Op een andere locatie dan in het stadhuis:

 

1.1.1.5

op maandag tot en met vrijdag op hele uren van 09.00 uur tot en met 16.00 uur

 

€    368,00         0,00

1.1.1.6

op maandag tot en met vrijdag op hele uren van 17.00 uur tot en met 20.00 uur

 

€    689,00

1.1.1.7

op zaterdag op hele uren van 09.00 uur tot en met 15.00 uur

€    689,00

1.1.1.8

voor de werkzaamheden door de bode ter ondersteuning bij huwelijk op locatie

 

€      99,00

1.1.2

Het tarief als bedoeld in 1.1.1 wordt, indien een of meer gemeenteambtenaren moeten worden ingeschakeld als getuige, per ingeschakelde ambtenaar verhoogd met:

 

 

€      41,00

1.1.3

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

 

1.1.3.1

een trouwboekje of partnerschapboekje in een normale uitvoering

€      11,15

1.1.3.2

een trouwboekje of partnerschapboekje in een luxe uitvoering

€      28,55

1.1.3.3

Voor het kalligraferen van een trouwboekje als hierboven bedoeld, wordt de kostprijs in rekening gebracht na voorafgaande prijsopgaaf.

 

1.1.4

Het tarief bedraagt voor het doen van naspeuringen in de registers van de burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier

 

€      17,60

1.1.5

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand

 

 

 

Hoofdstuk 2       Reisdocumenten

1.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.2.1.1

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen geldt het maximum tarief zoals dat is opgenomen in artikel 6, tweede lid, van het Besluit paspoortgelden.

 

               

1.2.1.2

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1.1 (zakenpaspoort) geldt het tarief zoals dat is opgenomen in artikel 6, tweede lid, van het Besluit paspoortgelden.

 

 

               

1.2.1.3

tot het verstrekken van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort) geldt het tarief zoals dat is opgenomen in artikel 6, tweede lid, van het Besluit paspoortgelden.

 

 

               

1.2.1.4

tot het bijschrijven van een kind in een reisdocument als bedoeld in onderdelen 1.2.1.1, 1.2.1.2 en 1.2.1.3 direct bij de aanvraag van dit nieuwe reisdocumenten geldt het tarief zoals dat is opgenomen in artikel 6, tweede lid, van het Besluit paspoortgelden.

 

 

               

1.2.1.5

tot het bijschrijven van een kind middels een bijschrijvingssticker in een reeds uitgegeven reisdocument als bedoeld in onderdelen 1.2.1.1, 1.2.1.2 en 1.2.1.3 geldt het tarief zoals dat is opgenomen in artikel 6, tweede lid, van het Besluit paspoortgelden.

 

 

               

1.2.1.6

tot het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart (NIK) aan personen in de leeftijd tot en met dertien jaar geldt het tarief zoals dat is opgenomen in artikel 6, tweede lid, van het Besluit paspoortgelden

 

 

1.2.1.7

tot het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart (NIK) aan personen in de leeftijd van veertien jaar en ouder geldt het tarief zoals dat is opgenomen in artikel 6, tweede lid, van het Besluit paspoortgelden

 

               

1.2.2

De tarieven genoemd in de onderdelen 1.2.1.1 tot en met 1.2.1.3 alsmede in 1.2.1.6 en 1.2.1.7 worden bij een spoedlevering vermeerderd met het tarief zoals dat is opgenomen in artikel 6, tweede lid, van het Besluit paspoortgelden.

 

 

               

1.2.3

Het tarief genoemd in 1.2.2 wordt bij een gecombineerde spoedlevering van een nieuw reisdocument als bedoeld in 1.2.1.1, 1.2.1.2 en 1.2.1.3 en het bijschrijven van één of meer kinderen als bedoeld in 1.2.1.4, slechts één keer per reisdocument berekend

 

1.2.4

Het tarief genoemd in onderdeel 1.2.1.5 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag per bijschrijvingssticker van zoals dat is opgenomen in artikel 6, tweede lid, van het Besluit paspoortgelden.

 

               

1.2.5

Het tarief van de onderdelen 1.2.1.1 tot en met 1.2.1.3, 1.2.1.6 en 1.2.1.7 wordt bij vermissing verhoogd met:

tenzij de vermissing het gevolg is van een misdrijf, zoals omschreven in het Wetboek van Strafrecht.

 

€      16,80

 

 

Hoofdstuk 3       Rijbewijzen

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

 

€      36,70               

1.3.2

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met het tarief zoals dat is opgenomen in de ministeriële Regeling spoedprocedure afgifte rijbewijzen toeslag spoed.

 

               

1.3.3

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag voor de afgifte van een aanvraagformulier ter verkrijging van een verklaring van geschiktheid, het bedrag zoals dat is opgenomen in het door het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen vastgestelde tarievenoverzicht

 

1.3.4

Het tarief van onderdeel 1.3.1 wordt bij vermissing verhoogd met:

tenzij de vermissing het gevolg is van een misdrijf, zoals omschreven in het Wetboek van Strafrecht.

 

 

€      16,80

 

 

Hoofdstuk 4       Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens moet worden geraadpleegd.

 

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.4.2.1

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€        7,30

1.4.3

Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4 wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon die niet is opgenomen in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens.

 

 

 

1.4.4

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.4.4.1

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€        7,30

1.4.5

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 10, tweede lid, van het Besluit gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

 

 

 

€        2,45

1.4.6

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de gemeentelijke basisadministratie, voor ieder daaraan besteed kwartier

 

€      17,60

 

Hoofdstuk 5

Gereserveerd

 

 

Hoofdstuk 6       Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens

1.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een bericht als bedoeld in artikel 35 van de Wet bescherming persoonsgegevens:

 

1.6.1.1

bij verstrekking op papier, indien het afschrift bestaat uit:

 

1.6.1.1.1

ten hoogste 100 pagina’s, per pagina

met een maximum per bericht van

€        0,30

€        4,80

1.6.1.1.2

meer dan 100 pagina’s

€      24,00

1.6.1.2

bij verstrekking anders dan op papier

€        4,80

1.6.1.3

dat bestaat uit een afschrift van een, vanwege de aard van de verwerking, moeilijk toegankelijke gegevensverwerking

 

€      24,00

1.6.2

Indien voor hetzelfde bericht op grond van de onderdelen 1.6.1.1, 1.6.1.2 en 1.6.1.3 meerdere vergoedingen kunnen worden gevraagd, wordt slechts de hoogste gevraagd

 

1.6.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzet als bedoeld in artikel 40 van de Wet bescherming persoonsgegevens

 

€        4,80

 

 

 

Hoofdstuk 7       Bestuursstukken

1.7.1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken ervan:

 

1.7.1.1

een afschrift van de programmabegroting

€      22,00

1.7.1.2

een afschrift van de productenraming

€      44,00

1.7.1.3

een afschrift van de programmarekening

€      22,00

1.7.1.4

een afschrift van de productrealisatie

€      44,00

1.7.1.5

een afschrift van het burgerjaarverslag

€        0,00

1.7.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.7.2.1

tot het afsluiten van een abonnement, met uitzondering van de stukken als bedoeld in onderdeel 2.1, voor een kalenderjaar:

 

1.7.2.1.1

op de agenda en verslagen van de raad en de raadscommissies (per e-mail)

 

€      11,00

1.7.2.1.2

op de agenda en verslagen van de raad en de raadscommissies (per post)

 

€      47,00

1.7.2.1.3

op alle stukken behorende bij de vergaderingen van de raad en de raadscommissies

 

€    186,00

 

 

 

Hoofdstuk 8       Vastgoedinformatie

1.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.8.1.1

tot het verstrekken van een fotokopie van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan:

 

1.8.1.1.1

in formaat A-4 of kleiner, per bladzijde

€        0,30

1.8.1.1.2

in formaat A-3

€        0,30

1.8.1.2

tot het verstrekken van een fotokopie van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan, via de plotter

 

 

 

€      10,00

1.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit:

 

1.8.2.1

de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisadministratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de wet basisregistraties adressen en gebouwen

 

 

€      16,50

1.8.2.2

de legger bedoeld in artikel 27 van de Wegennet

€      16,50

1.8.2.3

de inschrijving in het register bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de Monumentenwet 1988

 

€      16,50

1.8.2.4

het openbare register van beschermde monumenten bedoeld in artikel 20 van de Monumentenwet 1988

 

€      16,50

1.8.2.5

het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen

 

 

 

 

 

€        9,95

1.8.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van kopieën van:

 

1.8.3.1

het gemeentelijke adressenbestand of delen daarvan, per adres

€        9,95

1.8.3.2

Het gemeentelijke relatiebestand adres-kadastraal perceel of delen daarvan, per gelegde relatie

 

€        9,95

1.8.3.3

het gemeentelijke adrescoördinatenbestand of delen daarvan, per adrescoördinaat

 

€        9,95

 

 

Hoofdstuk 9       Overige publiekszaken

1.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.9.1

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag geldt het tarief zoals dat is opgenomen in de ministeriële Regeling leges en afdracht vergoeding afgifte verklaring omtrent het gedrag voor natuurlijke personen en rechtspersonen.

               

1.9.2

tot het verkrijgen van een bewijs van in leven zijn

€        7,30

1.9.3

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening

€        7,30

 

 

Hoofdstuk 10     Gemeentearchief

1.10.1

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier

 

 

€      11,00

 

 

Hoofdstuk 11     Huisvestingswet

1.11

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.11.1

tot het verkrijgen van een huisvestingsvergunning als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Huisvestigingswet

 

€      65,00

 

 

Hoofdstuk 12     Leegstandwet

1.12

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.12.1

tot het verkrijgen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet

 

 

€      65,00

1.12.2

tot verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, vierde lid, van de Leegstandwet

 

€      32,50

 

 

Hoofdstuk 13

Gereserveerd

 

Hoofdstuk 14

Gereserveerd

 

Hoofdstuk 15

Gereserveerd

 

 

Hoofdstuk 16     Kansspelen

 

De tarieven voor het in behandeling nemen van een aanwezigheids­vergunning voor een of meer kansspelautomaten zijn de tarieven als bedoeld in artikel 3 van het Speelautomatenbesluit 2000.

 

 

 

Hoofdstuk 17

Gereserveerd

 

 

 

Hoofdstuk 18     Telecommunicatie

1.18.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet

 

 

 

€    162,00

1.18.1.1

Indien het betreft werkzaamheden in tegel-, klinker- en sierbestratingen, alsmede gesloten verhardingen, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per lasgat verhoogd met

 

 

 

€      81,00

1.18.1.2

Indien met betrekking tot een melding overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerder van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, verhoogd met

 

 

€    162,00

1.18.1.3

Indien de melder verzoekt om een inhoudelijke afstemming bij de beoordeling van aanvragen als bedoeld in artikel 5.5 van de Telecommunicatiewet, verhoogd met

 

 

€    162,00

1.18.1.4

Indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

1.18.2

Indien een begroting als bedoeld in 1.18.1.5 is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

 

Hoofdstuk 19     Verkeer en vervoer

1.19

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.19.1

tot het verkrijgen van een ontheffing van burgemeester en wethouders op grond van artikel 148 van de Wegenverkeerswet 1994 (wedstrijden op de weg)

 

 

€      63,00

1.19.2

tot het verkrijgen van een ontheffing van burgemeester en wethouders op grond van een regeling als bedoeld in artikel 149 van de Wegenverkeerswet 1994 (verkeersregels en voertuigeisen), geldig voor maximaal één dag

 

 

 

€        7,00

 

geldig voor onbepaalde tijd

€      33,90

1.19.3

tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

 

 

€      44,00

 

 

Hoofdstuk 20     Diversen

1.20.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:

 

€      64,00

1.20.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.20.2.1

tot het verstrekken van afschriften, fotokopieën of lichtdrukken van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen per pagina op papier:

 

1.20.2.1.1

in formaat A4 of kleiner

€        0,30

1.20.2.1.2

in formaat A3

€        0,30

1.20.2.1.3

groter dan A3

€        8,10

 

 

Titel 2     Omgevingsvergunningen

 

Hoofdstuk 1       Begripsomschrijvingen

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

 

2.1.1.1

aanlegkosten:

 

 

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;

 

2.1.1.2

bouwkosten:

 

 

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

 

2.1.1.3

sloopkosten:

 

 

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de sloopkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien het slopen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder sloopkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het slopen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

 

2.1.1.4

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

 

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

 

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijke voorschrift bedoeld.

 

 

 

Hoofdstuk 2       Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

2.2.1

om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is,

voor ieder daaraan besteed kwartier, met uitzondering van het eerste kwartier:

 

 

 

€      18,00

2.2.2

om beoordeling van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning het volgende percentage van de leges zoals deze bij een daadwerkelijke aanvraag om een omgevingsvergunning voor het project zouden worden vastgesteld:

 

 

 

         25%

 

Hoofdstuk 3       Omgevingsvergunning

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag en legesbedrag worden gevorderd.

 

 

2.3.1

Bouwactiviteiten

 

2.3.1.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a,van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.1.1.1

indien de bouwkosten minder dan € 50.000 bedragen: 2,32% van de bouwkosten, met een minimum van:

 

€    109,00

2.3.1.1.2

indien de bouwkosten € 50.000 tot € 250.000 bedragen: plus 1,80% van het bedrag waarmee de bouwkosten € 50.000 te boven gaan.

€ 1.160,00

2.3.1.1.3

indien de bouwkosten € 250.000 tot € 500.000 bedragen: plus 1,55% van het bedrag waarmee de bouwkosten € 250.0000 te boven gaan.

€ 4.760,00

2.3.1.1.4

indien de bouwkosten € 500.000 tot € 1.500.000 bedragen: plus 1,44% van het bedrag waarmee de bouwkosten € 500.000 te boven gaan.

€ 8.635,00

2.3.1.1.5

indien de bouwkosten € 1.500.000 tot € 2.500.000 bedragen:

plus 1,416% van het bedrag waarmee de bouwkosten € 1.500.000 te boven gaan

€ 23.035,00

2.3.1.1.6

indien de bouwkosten € 2.500.000 tot € 5.000.000 bedragen:

Plus 1,39% van het bedrag waarmee de bouwkosten € 2.500.000 te boven gaan.

€ 37.195,00

2.3.1.1.7

indien de bouwkosten € 5.000.000 of meer bedragen:

Plus 0,52% van het bedrag waarmee de bouwkosten € 5.000.000 te boven gaan, berekend over bouwkosten tot ten hoogste € 25.000.000.

€ 71.946,00

 

2.3.1.2

Welstandstoets

 

 

Het tarief, berekend op grond van onderdeel 2.3.1.1, wordt verhoogd met de werkelijke kosten van de welstandstoetsing en ‑advisering die het Gelders Genootschap de gemeente met betrekking tot de aanvraag in rekening brengt, een en ander conform de Tariefregeling Gelders Genootschap per 1 januari 2012 welke als bijlage aan deze tarieventabel is gehecht.

 

 

2.3.1.3

Verplicht advies agrarische commissie of adviseur

 

 

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van een agrarische commissie of adviseur nodig is en wordt beoordeeld:

 

 

 

€    436,00

 

2.3.1.4

Achteraf ingediende aanvraag

 

 

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit:

van de op de grond van dat onderdeel verschuldigde leges.

        50 %

 

2.3.1.5

Beoordeling aanvullende gegevens

 

 

gereserveerd

 

 

2.3.2

Aanlegactiviteiten

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:

van de aanlegkosten,

met een minimum van € 109,00 en een maximum van € 872,00

 

 

     0,75 %

 

 

2.3.3

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1:

 

2.3.3.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag met een minimum van € 109,00 en een maximum van € 436,00;

 

         25%

2.3.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag met een minimum van € 218,00 en een maximum van € 872,00;

 

         50%

2.3.3.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag met een minimum van € 1.744,00 en een maximum van € 4.465,00;

onderdeel 2.8.4 is hierbij van overeenkomstige toepassing.

 

       100%

2.3.3.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag met een minimum van € 218,00 en een maximum van € 872,00;

 

         50%

2.3.3.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag met een minimum van € 218,00 en een maximum van € 872,00;

 

         50%

2.3.3.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag met een minimum van € 218,00 en een maximum van € 872,00;

 

 

 

 

         50%

2.3.3.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12. eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag met een minimum van € 218,00 en een maximum van € 872,00;

 

 

 

 

         50%

2.3.3.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag met een minimum van € 109,00 en een maximum van € 436,00.

 

         25%

 

2.3.4

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.4.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

 

€    218,00

2.3.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

 

€    436,00

2.3.4.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking);

onderdeel 2.8.4 is hierbij van overeenkomstige toepassing.

 

€ 2.167,00

2.3.4.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):

 

€    436,00

2.3.4.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

 

€    436,00

2.3.4.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

 

 

 

 

€    436,00

2.3.4.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

 

 

 

 

€    436,00

2.3.4.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

 

€    218,00

 

2.3.5

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.5.1

indien in een bouwwerk bedrijfsmatig of in het kader van verzorging nachtverblijf zal worden verschaft aan:

 

2.3.5.1.1

10 tot 100 personen in een hotel:

100 personen of meer in een hotel:

€ 1.477,00

€ 2.590,00

2.3.5.1.2

10 tot 50 personen in een verpleeginrichting:

50 personen of meer in een verpleeginrichting:

€ 2.590,00

€ 4.155,00

2.3.5.1.3

personen in een gebouw niet zijnde een hotel of verpleeginrichting, indien sprake is van kamerverhuur aan 5 personen of meer:

in overige gevallen bij 10 tot 50 personen:

en bij 50 personen of meer:

€    725,00

€ 1.477,00

€ 2.590,00

2.3.5.2

Indien in een bouwwerk dagverblijf zal worden verschaft aan:

 

2.3.5.2.1

meer dan 10 personen jonger dan 12 jaar of meer dan 10 lichamelijk of verstandelijk gehandicapten,

 

 

bij 10 tot 50 personen:

bij 50 tot 500 personen:

bij 500 personen of meer:

€    725,00

€ 1.477,00

€ 2.590,00

 

 

2.3.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten

 

2.3.6.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot de gemeentelijke Monumentenverordening Nijkerk 2005 aangewezen monument, waarvoor op grond van artikel 10 van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

van de kosten van het slopen, wijzigen of herstellen van het monument, met minimum van € 106,00 en een maximum € 848,00

 

 

 

 

 

 

 

      0,75%

2.3.6.2

gereserveerd

 

 

2.3.7

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten

 

2.3.7.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk bedraagt het tarief:

 

2.3.7.1.1

In gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, of waarvoor op grond van een provinciale verordening en vergunning of ontheffing is vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo bedraagt het tarief:

 

 

 

 

€    249,00

2.3.7.1.2

In gevallen waarvoor op grond van artikel 8.1.1 van de gemeentelijke Bouwverordening 2007 een vergunning of ontheffing vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid,aanhef en onder a, van de Wabo bedraagt het tarief:

 

 

 

€    249,00

 

2.3.7.2

Asbesthoudende materialen

 

 

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.7.1.2 bedraagt het tarief, indien de in die onderdelen bedoelde aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk waarin asbest of een asbesthoudend product aanwezig is, bedraagt het tarief:

 

 

 

€    125,00

 

2.3.8

Aanleggen of veranderen weg

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

van de aanlegkosten, met een minimum van € 109,00 en maximum van € 872,00

 

 

 

 

 

     0,75 %

 

 

 

2.3.9

Uitweg/inrit

 

 

gereserveerd

 

 

2.3.10

Kappen

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2 van de Bomenverordening Nijkerk een vergunning of ontheffing vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

 

 

 

 

€      27,00

 

2.3.11

Opslag van roerende zaken

 

 

gereserveerd

 

 

2.3.12

Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998

 

2.3.12.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:

 

 

 

 

€    218,00

2.3.12.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998

 

 

 

 

€    218,00

 

2.3.13

Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief:

 

 

€    218,00

 

2.3.14

Andere activiteiten

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

 

2.3.14.1

behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

 

 

€    218,00

2.3.14.2

behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.14.2.1

als het een gemeentelijke verordening betreft:

€    218,00

2.3.14.2.2

als het een provinciale of waterschapsverordening betreft:

€    436,00

 

 

 

 

2.3.15

Omgevingsvergunning in twee fasen

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.15.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

 

2.3.15.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

 

 

2.3.16

Beoordeling bodemrapport

 

 

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande leden van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

 

2.3.16.1

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport, indien het betreft:

 

2.3.16.1.1

een vooronderzoek, voorafgaand aan een verkennen en nader onderzoek

 

€    190,00

2.3.16.1.2

een verkennend onderzoek naar de bodemgesteldheid volgens NEN 5740

 

€    190,00

2.3.16.1.3

een nader onderzoek in het kader van de saneringsparagraaf van de Wet Bodembescherming

 

€    190,00

2.3.16.2

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport

€    190,00

 

2.3.17

Advies

 

2.3.17.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

2.3.17.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

2.3.18

Verklaring van geen bedenkingen

 

2.3.18.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

 

2.3.18.1.1

indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

 

€    436,00

2.3.18.1.2

indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om en omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

2.3.18.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.18.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

 

Hoofdstuk 4       Vermindering

2.4.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3.

 

2.4.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18. De vermindering bedraagt:

 

2.4.2.1

Bij 5 tot 10 activiteiten:

van de voor die activiteiten verschuldigde leges;

          2 %

2.4.2.2

Bij 10 tot 15 activiteiten:

van de voor die activiteiten verschuldigde leges;

          3 %

2.4.2.3

Bij 15 of meer activiteiten:

van de voor die activiteiten verschuldigde leges

          5 %

 

Hoofdstuk 5       Teruggaaf

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

 

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

 

2.5.1.1

Indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van zes weken na het in behandeling nemen ervan: van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

 

        60 %

2.5.1.2

Indien de aanvraag wordt ingetrokken na zes weken en binnen twaalf weken na het in behandeling nemen ervan: van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

        50 %

 

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

 

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunningouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen drie jaren na verlening van de vergunning en ven de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt: van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

 

 

 

 

 

        25 %

 

 

 

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

2.5.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

 

 

 

        50 %

2.5.3.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

 

 

 

 

 

2.5.4

Teruggaaf als gevolg van buiten behandeling stelling aanvraag

 

 

Als de gemeente een aanvraag omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, buiten behandeling stelt omdat de aanvrager, nadat hij daartoe schriftelijk in de gelegenheid is gesteld, niet of niet volledig aan de indieningsvereisten heeft voldaan, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

 

 

 

 

 

        25 %

 

2.5.5

Minimumbedrag voor teruggaaf

 

 

Een bedrag minder dan € 48,00 wordt niet teruggegeven.

 

 

2.5.6

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

 

 

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend.

 

 

Hoofdstuk 6       Intrekking omgevingsvergunning

2.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is:

 

 

 

€    109,00

 

 

Hoofdstuk 7       Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

2.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:

 

 

€    218,00

 

 

Hoofdstuk 8       Bestemmingswijzigingen

2.8.1

Een verzoek om advies omtrent een herziening of wijziging van een bestemmingsplan voor ieder daaraan besteed kwartier, met uitzondering van het eerste kwartier, € 18,00; indien het advies wordt gevolgd door een procedure als bedoeld in onderdeel 2.8.2 of 2.8.3 worden de geheven leges voor de advisering verrekend met de daar vermelde leges dan wel met de kosten, bedoeld in onderdeel 2.8.5

 

2.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening (Wro):

 

2.8.2.1

indien toepassing wordt gegeven aan artikel 3.8 van de Wro

€ 4.465,00

2.8.2.2

indien toepassing wordt gegeven aan artikel 3.9 van de Wro

€ 1.117,00

2.8.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening:

 

2.8.3.1

indien toepassing wordt gegeven aan artikel 3.9a, lid 1, van de Wro

€ 2.157,00

2.8.3.2

indien toepassing wordt gegeven aan artikel 3.9a, lid 2, van de Wro

€    540,00

2.8.4

De bedragen, genoemd in de onderdelen 2.8.2.1 en 2.8.3.1 worden verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager medegedeelde kosten van externe onderzoeken en rapportages, blijkend uit een begroting die door de gemeenteambtenaar, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel b van de Gemeentewet is opgesteld. Voor de toepassing van dit onderdeel  wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van de kosten van externe onderzoeken en rapportages aan de aanvrager ter kennis is gebracht. Indien de werkelijke externe kosten minder bedragen dan het aan de hand van de begroting geraamde bedrag, wordt voor het verschil teruggaaf verleend.

 

2.8.5

De heffing van de leges, genoemd in de onderdelen 2.8.2.1, 2.8.3.1 en 2.8.4, blijft achterwege voor diensten waarvan de kosten krachtens een overeenkomst of krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening zijn of worden verhaald.

 

 

 

 

Hoofdstuk 9

Gereserveerd

 

 

Hoofdstuk 10     In deze titel niet genoemde beschikking

2.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:

 

€    108,00

 

 

Titel 3     Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

 

Hoofdstuk 1       Horeca

3.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet

 

 

€    160,00

3.1.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet

 

€      57,00

3.1.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet

 

 

€      23,00

3.1.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in de Drank- en Horecaverordening met betrekking tot het verbod om sterke drank te verstrekken

 

 

 

€      57,00

 

 

Hoofdstuk 2       Organiseren evenementen of markten

3.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2.2.2, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening (evenementenvergunning)

 

 

 

€      64,00

3.2.2

In afwijking van het gestelde in 3.2.1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een evenementen­vergunning met een geldigheidsduur van maximaal 5 jaar, voor het organiseren van meerdere evenementen

 

 

 

€    128,00               

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 3       Prostitutiebedrijven

3.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

 

3.3.1

een exploitatievergunning of wijziging van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3.2.1, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening, anders dan een wijziging bedoeld in onderdeel 3.3.2:

 

3.3.1.1

voor een seksinrichting

€    868,00

3.3.1.2

voor een escortbedrijf

€    434,00

3.3.2

wijziging van een exploitatievergunning in verband met uitsluitend een wijziging van het beheer in een seksinrichting of escortbedrijf, als bedoeld in artikel 3.4.2 van de Algemene plaatselijke verordening:

 

3.3.2.1

voor een seksinrichting

€    217,00

3.3.2.2

voor een escortbedrijf

€    109,00

 

Hoofdstuk 4

Gereserveerd

 

Hoofdstuk 5

Gereserveerd

 

 

 

Hoofdstuk 6       Brandbeveiligingsverordening

3.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning met betrekking tot het brandveilig gebruik van een inrichting, als bedoeld in artikel 2, lid 1, van de Brandbeveiligingsverordening 2011

 

 

 

€    217,00

 

 

Hoofdstuk 7       In deze titel niet genoemde beschikking

3.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking:

 

 

€      64,00

 

 

 

Behoort bij raadsbesluit van 27 oktober 2011, nr. 2011-070/1

de griffier,

 

 

 

 

de heer drs. O. van KOLCK