Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Nissewaard houdende regels omtrent de uitoefening van de rekenkamerfunctie Verordening regelende de uitoefening van de rekenkamerfunctie Nissewaard

Geldend van 01-07-2016 t/m heden

Intitulé

Verordening regelende de uitoefening van de rekenkamerfunctie Nissewaard

De raad van de gemeente Nissewaard;

gelezen het voorstel van de griffie van 8 juni 2016;

gelet op artikel 81oa van de Gemeentewet

gezien het advies van de commissie Bestuur van 31 mei 2016;

besluit:

vast te stellen de:

Verordening regelende de uitoefening van de rekenkamerfunctie Nissewaard

Artikel 1 Instelling rekenkamerfunctie

  • 1. Er is een rekenkamerfunctie.

  • 2. De rekenkamerfunctie wordt uitgeoefend door de rekenkamerfunctionaris.

Artikel 2 Benoeming

  • 1. De gemeenteraad benoemt en –zo nodig- ontslaat de rekenkamerfunctionaris en zijn plaatsvervanger bij apart besluit.

  • 2. De gemeenteraad besluit over de termijn van de benoeming en de vergoeding.

  • 3. De benoeming wordt ingetrokken

    • a)

      op verzoek van de rekenkamerfunctionaris;

    • b)

      bij aanvaarding van een functie als bedoeld in artikel 81oa tweede lid in combinatie met artikel 81f Gemeentewet. De rekenkamerfunctionaris maakt zijn nevenfuncties openbaar.

    • c)

      wanneer de rekenkamerfunctionaris bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld dan wel bij zulk een uitspraak een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;

    • d)

      indien de rekenkamerfunctionaris bij onherroepelijk geworden uitspraak onder curatele is gesteld, in staat van faillissement is verklaard, surseance van betaling heeft verkregen of wegens schulden is gegijzeld.

  • 4. De benoeming kan worden ingetrokken wanneer de rekenkamerfunctionaris door ziekte of gebreken blijvend ongeschikt is de rekenkamerfunctie uit te oefenen.

Artikel 3 Budget van de rekenkamerfunctie

De raad stelt jaarlijks bij de begroting een bedrag beschikbaar voor de rekenkamerfunctie. Dit bedrag is exclusief BTW.

Artikel 4 Onderwerpkeuze en onderzoeksprogramma en - opzet

  • 1. De rekenkamerfunctionaris stelt zelf de onderwerpen voor onderzoek vast, formuleert de probleemstelling en de onderzoeksvragen en stelt de onderzoeksopzet vast.

  • 2. De in een jaar te onderzoeken onderwerpen worden jaarlijks vóór 1 oktober van het voorgaande jaar als onderzoeksprogramma ter kennisname aan de raad aangeboden.

  • 3. Jaarlijks start de rekenkamerfunctionaris in augustus met een consultatie van de commissie Bestuur voor het opstellen van het onderzoeksprogramma.

  • 4. De onderzoeksopzet wordt door de rekenkamerfunctionaris rechtstreeks ter kennisname aan de gemeenteraad aangeboden.

  • 5. Bij de selectie van onderwerpen hanteert de rekenkamerfunctionaris de volgende criteria:

    • ·

      Het onderzoek moet betrekking hebben op de doelmatigheid, doeltreffendheid en/of rechtmatigheid van beleid;

    • ·

      Er moet sprake zijn van een substantieel belang;

    • ·

      Het moet door de gemeente te beïnvloeden beleid treffen;

    • ·

      Er moet sprake zijn van enige evenwichtige spreiding over de gemeentelijke beleidsterreinen in de opvolgende onderzoeken;

    • ·

      De resultaten moeten communiceerbaar zijn naar de bevolking.

  • 6. Conform artikel 182 tweede lid van de Gemeentewet, kan de raad de rekenkamerfunctionaris verzoeken een onderzoek in te stellen;

  • 7. Na ontvangst van een verzoek van de raad geeft de rekenkamerfunctionaris binnen één maand gemotiveerd aan of hij gevolg geeft aan het verzoek.

  • 8. Indien de rekenkamerfunctionaris besluit gevolg te geven aan het verzoek van de raad, geeft hij in zijn melding als bedoeld in het tweede lid tevens aan hoe hij het verzoek zal oppakken, welke tijdsplanning hij hanteert en welke invloed dat eventueel heeft op het onderzoeksprogramma.

  • 9. ndien de rekenkamerfunctionaris besluit geen gevolg te geven aan het verzoek van de raad, geeft hij in zijn melding als bedoeld in het tweede lid tevens aan op welke gronden hij tot zijn besluit is gekomen.

Artikel 5 Uitvoering van onderzoek en rapportage

  • 1. De rekenkamerfunctionaris is verantwoordelijk voor de uitvoering van de onderzoeken volgens de vastgestelde onderzoeksopzet.

  • 2. De leden van het gemeentebestuur en de ambtenaren van de gemeente zijn verplicht op zijn verzoek aan de rekenkamerfunctionaris alle inlichtingen en informatie te verstrekken die hij nodig heeft voor de uitvoering van een onderzoek. De informatie en/of inlichtingen worden verstrekt binnen een door de rekenkamerfunctionaris aan te geven redelijke termijn.

    Verzoeken aan ambtenaren van de gemeente worden tevens ter kennis gebracht van de gemeentesecretaris.

  • 3. De rekenkamerfunctionaris stelt betrokkenen in de gelegenheid om binnen een redelijke termijn hun zienswijze op de nota van bevindingen aan de rekenkamerfunctionaris kenbaar te maken.

  • 4. Het college van burgemeester en wethouders wordt in de gelegenheid gesteld om binnen een door de rekenkamerfunctionaris te stellen redelijke termijn, zijn zienswijze op het rapport en de conclusies en aanbevelingen kenbaar te maken. De rekenkamerfunctionaris formuleert een nawoord naar aanleiding van deze reactie.

  • 5. Het rapport, de reactie van het college van burgemeester en wethouders en het nawoord van de rekenkamerfunctionaris worden door de rekenkamerfunctionaris ter bespreking aan de raad aangeboden.

  • 6. De onderzoeksrapporten van de rekenkamer zijn openbaar, tenzij de raad op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van Bestuur ten aanzien van rapporten die aan de raad worden voorgelegd geheimhouding oplegt.

  • 7. De rekenkamerfunctionaris en degenen die ten behoeve van hem werkzaam zijn, zijn verplicht tot geheimhouding van al hetgeen hen in hun hoedanigheid van rekenkamerfunctionaris, respectievelijk medewerker ter kennis is gekomen.

Artikel 6 Behandeling door de raad

  • 1. Een onderzoeksrapport wordt door de rekenkamerfunctionaris schriftelijk aangeboden aan de raad.

  • 2. De rekenkamerfunctionaris wordt - zo spoedig mogelijk na toezending van het onderzoeksrapport aan de raad- in de gelegenheid gesteld het rapport toe te lichten in een vergadering van de commissie die het onderzoeksonderwerp het meest aangaat en eventuele vragen te beantwoorden.

  • 3. Ten behoeve van de raadsbehandeling wordt door de griffie een raadsvoorstel opgesteld met conceptraadsbesluit.

  • 4. De raad behandelt het onderzoeksrapport zo spoedig mogelijk, waarbij als uitgangspunt een termijn wordt gehanteerd van uiterlijk drie maanden na publicatie van het rapport.

Artikel 7 Evaluatie

De uitoefening van de rekenkamerfunctie wordt periodiek door de raad geëvalueerd en in ieder geval een half jaar voor de contractsbeëindiging. De evaluatie wordt voorbereid door de Auditcommissie.

Artikel 8 Citeertitel en inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening wordt aangehaald als:

    Verordening regelende de uitoefening van de rekenkamerfunctie Nissewaard.

  • 2. De verordening treedt in werking op 1 juli 2016.

Artikel 9 Intrekking

De 'Verordening regelende de toekenning van een vergoeding voor werkzaamheden en een tegemoetkoming in de kosten aan de leden van de Rekenkamer', zoals vastgesteld op 8 september 2010 en geldend verklaard op 2 januari 2015 wordt ingetrokken.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Nissewaard van 15 juni 2016

de griffier,
S.J.M. Mackaij
de voorzitter,
M. Salet